[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van het lid Van der Staaij over verstrekking van Nederlandse visa in landen waar geen Nederlands consulaat gevestigd is

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2019D04318, datum: 2019-02-06, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiƫle HTML versie (ah-tk-20182019-1459).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2019Z00770:

Preview document (šŸ”— origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2018-2019 Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

1459

Vragen van het lid Van der Staaij (SGP) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over verstrekking van Nederlandse visa in landen waar geen Nederlands consulaat gevestigd is (ingezonden 18Ā januari 2019).

Antwoord van Minister Blok (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 6Ā februari 2019).

Vraag 1

Kunt u toelichten welke bilaterale regeling Nederland als vertegenwoordigde lidstaat op grond van art. 84) van de Visumcode heeft getroffen met de vertegenwoordigende lidstaat BelgiĆ« inzake visumbehandelingen in Kameroen?1 Kunt u daarbij expliciet ingaan op de beschikbaarstelling van ruimte, medewerkers en financiĆ«le middelen door Nederland als de vertegenwoordigde lidstaat? Kunt u tevens aangeven in hoeverre aanvragen van bepaalde categorieĆ«n onderdanen van derde landen conform artikel 22 door de vertegenwoordigende lidstaat voor voorafgaande raadpleging worden doorgezonden naar de centrale autoriteiten van Nederland als vertegenwoordigde lidstaat ā€“ zowel in algemene zin als in de context van Kameroen?

Antwoord 1

Zoals eerder in mijn brief van 4Ā januari 2019 aangegeven, is de bilaterale Schengenvisumvertegenwoordigingsregeling die Nederland heeft gesloten met BelgiĆ« gebaseerd op de Visumcode (Europese regelgeving), art. 8.lid 4. d. Dit is in de desbetreffende regeling vastgelegd. Daarnaast zijn in de regeling afspraken gemaakt op hoofdlijnen, die gelden voor de in de regeling vermelde locaties voor wederzijdse visumvertegenwoordiging. Deze zien er o.m. op dat visumaanvragen moeten worden beoordeeld en visa moeten worden verstrekt op basis van de condities en procedures van de Visumcode.

Afspraken over elke locatie afzonderlijk worden hierbij niet gemaakt.

De aard van Schengenvisumvertegenwoordiging is dat deze plaats vindt met Ā«gesloten beurzenĀ». Visumvertegenwoordigingsregelingen kunnen worden gemaakt wanneer er voldoende personele capaciteit en bestaande infrastructuur aanwezig is om de extra aanvragen van een daartoe verzoekende lidstaat adequaat in behandeling te kunnen nemen. Als dat niet het geval is, zal het verzoek door die lidstaat worden afgewezen.

Nederland is in staat (geweest) verzoeken van andere lidstaten tot visumvertegenwoordiging op een aanzienlijk aantal locaties wereldwijd in te willigen. Andere lidstaten kunnen (konden) weer verzoeken van Nederland tot visumvertegenwoordiging op bepaalde locaties honoreren. In Kameroen heeft Nederland geen eigen ambassade en vertegenwoordigt Belgiƫ al sedert geruime tijd Nederland voor Schengenvisa.

Sommige Schengenlanden hebben ten aanzien van bepaalde visumplichtige nationaliteiten of bepaalde categorieƫn aanvragers van die nationaliteit, aangegeven dat zij (overeenkomstig artikel 22 van de Visumcode) voorafgaand aan visumverlening geraadpleegd dienen te worden in de vorm van electronische toezending van de aanvraaggegevens. Deze raadpleging kan plaatsvinden bij zowel aanvragen die niet in het kader van vertegenwoordiging worden gedaan, als bij aanvragen die wel in het kader van vertegenwoordiging wordt gedaan. Visumvertegenwoordiging staat hier los van.

Voor Nederland geldt dat er geen voorafgaande raadpleging is van een bepaalde visumplichtige nationaliteit of van categorieƫn aanvragers van die nationaliteit.

Vraag 2

Op welke gronden rust de Nederlandse interpretatie van de Visumcode, namelijk dat Nederland zich niet dient te mengen in bezwaren inzake afwijzing van individuele aanvragen?

Antwoord 2

Artikel 32.3 van de Visumcode bepaalt dat aanvragers aan wie een visum is geweigerd in beroep kunnen gaan. Het beroep wordt ingesteld tegen de lidstaat die de definitieve beslissing over de aanvraag heeft genomen.

De visumvertegenwoordigingsregeling gebaseerd op art. 8.lid 4.d, van de Visumcode, is inclusief de mogelijkheid tot het nemen van een weigeringsbeslissing op een visumaanvraag. Alle definitieve beslissingen -positief en negatief- worden dan genomen door de vertegenwoordigende lidstaat.

In dit licht moet tegen een weigeringsbeslissing beroep worden ingesteld in de vertegenwoordigende lidstaat. De behandeling van het bezwaar/beroep vindt dan geheel zelfstandig plaats door de vertegenwoordigende lidstaat volgens het nationale recht van die lidstaat.

Vraag 3

Waarom wordt het reguliere overleg over knelpunten niet ook benut voor het afdoening van bezwaren tegen afwijzingen van visumaanvragen?

Antwoord 3

In het Nederlandse Schengenvisumproces zijn vastgestelde procedures voor de behandeling van bezwaar-en beroepszaken bij visumaanvragen. Aan visumaanvragers wordt bij de weigeringsbeschikking op een aanvraag aangegeven hoe, bij welke instantie en binnen welke termijn een bezwaarschrift kan worden ingediend. In Nederland worden bezwaarschriften behandeld door medewerkers/juristen van de IND/Visadienst. Beroep kan worden ingesteld bij een rechtbank.

Het regulier overleg met BelgiĆ« is een ambtelijk overleg waarbij, zoals ik in mijn reactie van 4Ā januari 2019 heb toegelicht, eventuele knelpunten -op hoofdlijnen- in de wederzijdse visumvertegenwoordiging worden besproken. Voor afhandeling van individuele bezwaarzaken is het regulier overleg niet het geĆ«igende kanaal en is het evenmin de bevoegde instantie.

Vraag 4

In hoeverre deelt u de vrees van de indieners dat het feit dat een aanvrager gedwongen wordt in een ander land te procederen dan het land van bestemming, de procedure ineffectief maakt, wat in strijd zou zijn met bepalingen in het Handvest van de Europese Unie inzake het recht op een effectieve procedure?

Antwoord 4

De Visumcode voorziet sinds 2011 expliciet in waarborgen voor een behoorlijke rechtsgang voor visumaanvragers, zoals destijds beoogd door de EU-landen, wat visumvertegenwoordiging op basis van art. 8. lid 4, onder d van de Visumcode ook mogelijk maakt.

Met het arrest El Hassani (C-403/16) van 13Ā december 2017, werd bevestigd dat lidstaten bij Schengenvisumaanvragen gehouden zijn, op grond van artikel 32, lid 3 van de Visumcode, een effectief beroepsmiddel te bieden in de zin van artikel 13 EVRM en artikel 47 van het Handvest.

Met in achtneming van deze voorziene waarborgen bij visumvertegenwoordiging, ben ik van mening dat verschillen in de nationale beroepsprocedures bij de Schengen lidstaten bij visumzaken een effectieve rechtsbescherming niet in de weg staan.

De vraag of een uitleg van artikel 8, lid 4, onder d en artikel 32, lid 3 van de Visumcode, die inhoudt dat de aanvragers het beroep tegen de weigering om aan hen een visum te verlenen uitsluitend in de vertegenwoordigende lidstaat kunnen instellen, in overeenstemming is met het recht op effectieve rechtsbescherming als bedoeld in artikel 47, is onderwerp van prejudiciƫle vragen gesteld door de Rechtbank Utrecht aan het Hof van Justitie. Ik wil niet op de uitkomsten van die procedure vooruitlopen.

Vraag 5

Hoe duidt u de visie van lidstaat Italiƫ dat het vertegenwoordigde land verantwoordelijk is voor behandeling van een bezwaarschrift/herzieningsverzoek?

Antwoord 5

Nederland heeft met Italiƫ een bilaterale visumvertegenwoordigingsregeling gesloten. Deze afspraak is in een Note Verbale (NV) vastgelegd.

In de NV staan de voorwaarden voor visumvertegenwoordiging tussen Nederland en Italiƫ vermeld. De afspraak met Italiƫ is gebaseerd op art. 8, lid 4, onder d), van de Visumcode en behelst aldus volledige vertegenwoordiging. Dat betekent dat in landen waar Italiƫ de vertegenwoordigende lidstaat is van Nederland, Italiƫ ook beslissingen neemt tot weigering van een visumaanvraag. Beroep tegen deze weigeringen dient te worden ingesteld in Italiƫ.

Vraag 6

Hoe is gewaarborgd en hoe wordt erop toegezien dat de visumbehandeling door Belgiƫ namens Nederland in Kameroen niet alleen op papier, maar ook in de praktijk, op correcte, efficiƫnte en effectieve wijze geschiedt?

Antwoord 6

Schengenvisumverlening leent zich bij uitstek voor samenwerking tussen de Schengenlanden. De regelgeving is geharmoniseerd (Visumcode) evenals de voorwaarden en procedures voor de visumverlening.

Tijdens het regulier overleg met Belgiƫ staan naast actuele ontwikkelingen,eventuele aandachtpunten of bijzonderheden over de locaties van wederzijdse visumvertegenwoordiging op de agenda. Indicator hierbij is o.m. het aantal klachten dat Nederland bereikt met betrekking tot visumvertegenwoordiging door Belgiƫ. Op het departement zijn met betrekking tot visumvertegenwoordiging door Belgiƫ in Kameroen over de afgelopen 4 jaar slechts 2 klachten ontvangen. Er zijn daarnaast geen andere signalen dat de visumvertegenwoordiging door Belgiƫ voor Nederland in Kameroen niet adequaat verloopt.


  1. Zie Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018ā€“2019, nr. 1093ā†©ļøŽ