Amendement van de leden Van Gerven en Smeulders over een gelijktijdige aanvraag van omgevingsvergunningen
Aanvulling en wijziging van de Omgevingswet, intrekking van enkele wetten over de fysieke leefomgeving, wijziging van andere wetten en regeling van overgangsrecht voor de invoering van de Omgevingswet (Invoeringswet Omgevingswet)
Amendement
Nummer: 2019D07360, datum: 2019-02-20, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-34986-35).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: H.P.J. van Gerven, Tweede Kamerlid (Ooit SP kamerlid)
- Mede ondertekenaar: P.H.M. Smeulders, Tweede Kamerlid (Ooit GL kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 34986 -35 Aanvulling en wijziging van de Omgevingswet, intrekking van enkele wetten over de fysieke leefomgeving, wijziging van andere wetten en regeling van overgangsrecht voor de invoering van de Omgevingswet (Invoeringswet Omgevingswet).
Onderdeel van zaak 2019Z03432:
- Indiener: H.P.J. van Gerven, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: P.H.M. Smeulders, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 |
34 986 Aanvulling en wijziging van de Omgevingswet, intrekking van enkele wetten over de fysieke leefomgeving, wijziging van andere wetten en regeling van overgangsrecht voor de invoering van de Omgevingswet (Invoeringswet Omgevingswet)
Nr. 35 AMENDEMENT VAN DE LEDEN VAN GERVEN EN SMEULDERS
Ontvangen 20 februari 2019
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
In artikel 1.1, onderdeel BS, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
4. Onder vernummering van vierde lid tot vijfde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
4. Als voor een activiteit een omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit en een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit nodig zijn, worden deze gelijktijdig aangevraagd.
Toelichting
De Omgevingswet bevat een scheiding tussen de vergunningverlening op de bouwtechnische aspecten en de ruimtelijke aspecten. Indieners zijn van mening dat een dergelijke scheiding een integrale afweging te zeer bemoeilijkt, onder andere omdat het onduidelijk blijft in hoeverre vergunningverlening afhankelijk is van vergunningverlening op het andere vlak. Ook is onduidelijk in hoeverre de categorie vergunningplichtige bouwactiviteiten (voor de technische vergunning) die in het Invoeringsbesluit wordt aangewezen afwijkt van de huidige situatie. Indieners hechten grote waarde aan een integrale en samenhangende afweging als het gaat om de vergunningverlening en stellen hierom met dit amendement voor aanvragen voor beide soorten vergunningen gelijktijdig te laten aanvangen. Daarmee zorgt het amendement ervoor dat de genoemde vergunningen door het bevoegd gezag vergunningen in samenhang kunnen worden beoordeeld.
Van Gerven
Smeulders