Reactie op het verzoek van het lid Kwint, gedaan tijdens de Regeling van werkzaamheden van 5 februari 2019, over het bericht ‘Ouders Zaanse school pikken vierdaagse schoolweek niet meer’
Werken in het onderwijs
Brief regering
Nummer: 2019D07889, datum: 2019-02-22, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 4
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-27923-358).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media (Ooit ChristenUnie kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 27923 -358 Werken in het onderwijs.
Onderdeel van zaak 2019Z03708:
- Indiener: A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2019-03-05 15:30: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2019-03-14 10:15: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2019-06-17 10:30: Staat van het Onderwijs (Notaoverleg), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2019-06-19 13:20: Aansluitend aan de Stemmingen: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 |
27 923 Werken in het onderwijs
Nr. 358 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BASIS- EN VOORTGEZET ONDERWIJS EN MEDIA
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 februari 2019
Het lid Kwint (SP) heeft op 5 februari 2019 verzocht om een reactie op de situatie op basisschool De Tamarinde in Zaandam, en de reactie van ouders die een vijfdaagse schoolweek willen (Handelingen II 2018/19, nr. 49, item 14). In vervolg op eerdere vragen hierover, hierbij een uiteenzetting van de lijn die ik, in nauwe samenwerking met de inspectie, volg.
Het lerarentekort is een groot maatschappelijk probleem. Zeker ten tijde van een griepgolf vergt het grote inspanning van iedereen om oplossingen te vinden. Dat is niet gemakkelijk. Ik heb er veel waardering voor hoe het veel scholen lukt om in veel situaties tot een oplossing te komen.
In de handreiking die eind vorig jaar is gepubliceerd1, staat onder andere wat de mogelijkheden zijn om tot noodoplossingen te komen binnen de geldende wetgeving rond onderwijstijd. Volgens de wet gaan schoolweken uit van niet minder dan vijf dagen onderwijs. Een structurele invoering van vierdaagse schoolweken is dan ook niet toegestaan. Wel mogen scholen voor de groepen 3 tot en met 8 maximaal zeven maal per jaar een dag in de week uitroosteren.
In de handreiking staat ook hoe de inspectie handelt bij de inzet van tijdelijke noodmaatregelen. Bij signalen waaruit blijkt dat de onderwijskwaliteit of veiligheid van medewerkers of leerlingen in het geding raakt, neemt de inspectie direct contact op met besturen, en maakt afspraken voor een zo spoedig mogelijke oplossing. Of en wanneer de inspectie hierna maatregelen neemt, is in dit soort gevallen aan de inspectie.
Ook in het geval van de Tamarinde is deze lijn gevolgd: de inspectie was over het besluit om tot de voorjaarsvakantie klassen naar huis te sturen voor de invoering ervan, per 14 januari, geïnformeerd door het bestuur. Het bestuur en de inspectie hebben hierover nu regelmatig contact om de situatie zo spoedig mogelijk te normaliseren. Het is daarbij van belang dat de school goed blijft communiceren met ouders, aangezien duidelijk is dat deze situatie bij ouders zorgen en ongemak oplevert.
Omdat het aantal toegestane keren om klassen naar huis te sturen in het geval van de Tamarinde overschreden wordt, heeft de inspectie inmiddels ook schriftelijk een plan van aanpak aan het bestuur gevraagd. Hierbij is ook inzichtelijk gemaakt welke andere oplossingen – en hoe vaak – het bestuur heeft ingezet. De inspectie houdt bij de uitvoering van plannen nauw de vinger aan de pols. Voor de Tamarinde geldt dat de verwachting blijft dat de situatie direct na de voorjaarsvakantie genormaliseerd zal zijn.
De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media,
A. Slob
Bijlage bij Kamerstuk 31 293, nr. 418.↩︎