[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de Voortgangsbrief actieplan Taskforce Internationaal Onderwijs (Kamerstukken 22452-32637-72)

Internationalisering van het onderwijs

Inbreng verslag schriftelijk overleg

Nummer: 2019D08745, datum: 2019-03-05, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiƫle HTML versie (nds-tk-2019D08745).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2019Z00813:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (šŸ”— origineel)


2019D08745 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Binnen de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap hebben enkele fracties de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen over de brief van de Minister van Economische Zaken en Klimaat en de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media van 18Ā januari 2019 inzake actieplan Taskforce Internationaal Onderwijs (Kamerstukken 22Ā 452 en 32Ā 637, nr.Ā 72).

De voorzitter van de commissie,
Tellegen

De adjunct-griffier van de commissie,
Alberts

Inhoud blz.
I Vragen en opmerkingen uit de fracties 2
ā€¢ Inbreng van de leden van de VVD-fractie 2
ā€¢ Inbreng van de leden van de CDA-fractie 2
ā€¢ Inbreng van de leden van de GroenLinks-fractie 3
ā€¢ Inbreng van de leden van de SP-fractie 4
ā€¢ Inbreng van de leden van de SGP-fractie 4
II Reactie van de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media 4

I Vragen en opmerkingen uit de fracties

Inbreng van de leden van de VVD-fractie

De leden van de VVD-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de voortgangsbrief actieplan Taskforce Internationaal Onderwijs. Zij hebben hier nog enkele vragen over.

Het is goed om te lezen dat de rol van de Nederlandse scholen in het voorzien in de onderwijsbehoefte van medewerkers van internationale bedrijven, de laatste jaren toeneemt. Wordt er voor deze kinderen extra ondersteuning ten behoeve van extra taalonderwijs geboden op de Nederlandse scholen, zo vragen de voornoemde leden.

Nederlandse scholen worden steeds aantrekkelijker voor medewerkers van internationale bedrijven. De leden vragen hoeveel Nederlandse scholen samenwerken met internationale scholen. Wat zijn de belemmeringen voor reguliere Nederlandse scholen om een internationale vestiging te openen, zo willen deze leden weten.

Klopt het dat het internationale aanbod van de bekostigde scholen specifiek bedoeld is voor kinderen met een buitenlands paspoort die (tijdelijk) in Nederland verblijven, en voor kinderen met een Nederlands paspoort die recent zijn teruggekomen uit het buitenland of op korte termijn naar het buitenland vertrekken? Klopt het dat Nederlandse kinderen van Nederlandse ouders niet naar een internationale school mogen? Zo ja, waarom is dit niet mogelijk en wat is hierbij de achterliggende gedachte, zo willen deze leden weten.

Kunt u schetsen hoe de procedure loopt om tot een nieuwe locatie van de Europese school in Noord-Holland te komen nu de Europese school in Bergen zeer waarschijnlijk gaat verhuizen, zo vragen de leden.

De voornoemde leden hebben nog een enkele vraag over tweetalig Montessori-onderwijs. Uit werkbezoeken is gebleken dat het voor internationale Montessorischolen extra moeilijk is om personeel van buiten de Europese Unie aan te nemen omdat de Association Montessori International (AMI-)opleiding particulier is en niet als een gecertificeerde opleiding in Nederland erkend wordt. Kan de Minister uitleggen waarom deze opleiding niet erkend wordt en welke belemmeringen er moeten worden weggenomen zodat deze opleiding alsnog erkend wordt in Nederland, zo vragen deze leden.

Inbreng van de leden van de CDA-fractie

De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van de onderhavige brief. Deze leden hebben nog enige vragen.

De leden lezen dat er in het middelbaar beroepsonderwijs (hierna: mbo) een omkeerregeling is waarbij het Nederlands van een lager niveau mag zijn als daar een hoger niveau Engels tegenover staat. Deze leden vragen de Minister aan te geven om hoeveel internationale studenten het gaat in het mbo. Verder vragen zij de Minister aan te geven hoeveel lager het niveau van Nederlands mag zijn en in hoeverre deze internationale studenten kunnen meekomen in het Nederlandstalige mbo indien hun niveau van Nederlands te laag is.

De voornoemde leden lezen verder dat verkend gaat worden of in de grensregioā€™s ook een omkeerregeling voor het Duits kan gelden. Zij vragen de Minister nader toe te lichten wat de reden is dat een dergelijke omkeerregeling alleen verkend wordt voor de grensregioā€™s en niet voor het hele land. Gaarne ontvangen deze leden een nadere toelichting.

De leden lezen in de brief dat de groei van het internationaal onderwijs toeneemt, onder andere door de Brexit. Tevens kiezen steeds meer internationale ouders voor onderwijs op een reguliere Nederlandse school, vooral indien zij langer in Nederland verblijven en hun kinderen de basisschoolleeftijd hebben. Deze leden vragen de Minister of kan worden aangegeven hoeveel van deze kinderen naar verwachting de komende jaren in het reguliere onderwijs zullen instromen. Tevens veronderstellen deze leden dat deze toestroom van kinderen het grootst zal zijn in enkele regioā€™s in de Randstad en rond Eindhoven en vragen zij in hoeverre scholen in deze regioā€™s die ook veelal groeiregioā€™s zijn, de capaciteit hebben om deze kinderen op te nemen. Gaarne ontvangen deze leden een nadere toelichting.

Tot slot vragen de voornoemde leden de Minister aan te geven hoe het zit met de vraag naar en het aanbod van passend onderwijs voor internationale kinderen. Deze leden vragen of met de toenemende instroom van internationale kinderen deze vraag ook niet zal groeien en welke mogelijkheden er zijn om deze kinderen een passend aanbod te geven.

De leden van de GroenLinks-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de Ministers betreffende internationaal onderwijs. De leden hebben nog enkele vragen.

Diplomaniveauā€™s internationale scholen en internationaal georiĆ«nteerde scholen

De leden lezen in de brief dat het International Baccalaureate nu ook op het Career-related Programmeniveau (CP-niveau), de equivalent van het havo, kan worden aangeboden. Dit is een goede ontwikkeling. Is het niet ook wenselijk om internationaal georiƫnteerd voortgezet onderwijs aan te bieden aan leerlingen met een behoefte aan een equivalent van het vmbo-niveau of een praktische opleiding, zo vragen deze leden.

Schoolkeuze internationals

De leden lezen in de brief dat het aantal internationals dat Nederlandstalig onderwijs overweegt substantieel is, voornamelijk als het gaat om kinderen van de basisschoolleeftijd of ouders die verwachten langer in Nederland te blijven. Met het oog op de integratie is dit wenselijk. Wat zijn de vervolgstappen die de Ministers met de betrokken partijen hebben besproken, om een dergelijke schoolkeuze te stimuleren? Uit de brief blijkt dat er wordt ingezet op het stichten van nieuwe internationale scholen. Hoe verhoudt dat zich tot de bevinding dat internationals ook vaak overwegen te kiezen voor Nederlandstalig onderwijs? Is het gezien de vraag naar Nederlandstalig onderwijs onder internationals nodig om nieuwe internationaal georiƫnteerde scholen te starten? Zo ja, waaruit blijkt dat precies? Hoe zit het met de vraag naar internationaal georiƫnteerd onderwijs onder Nederlandse studenten, zo vragen deze leden.

Cijfers wachtlijsten

De leden lezen in de brief geen concrete cijfers over de wachtlijsten. Zijn de wachttijden voor internationale scholen inmiddels verkort? Kunt u hier de laatste cijfers over geven, zo vragen deze leden.

Inbreng van de leden van de SP-fractie

De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van de voortgangsbrief actieplan Taskforce Internationaal Onderwijs. Zij hebben hierover nog enkele vragen en opmerkingen.

De leden vragen zich af hoeveel kinderen van internationals onderwijs volgen aan een bekostigde internationale school, Europese school, buitenlandse school of privaat gefinancierde school in Nederland. Daarnaast zijn de leden benieuwd hoeveel kinderen op de wachtlijst voor een internationale school staan.

De Minister geeft aan dat de kosten voor internationaal onderwijs aanzienlijk hoger zijn dan voor het reguliere onderwijs en dat internationale scholen per leerling niet alleen de basisbekostiging ontvangen, maar ook een aanvullende bekostiging. De leden zijn benieuwd waarom de kosten voor internationaal onderwijs hoger zijn dan voor regulier onderwijs. Kunnen er voorbeelden gegeven worden van kosten die gemaakt worden door internationale leerlingen die niet gemaakt worden door Nederlandse leerlingen? Ziet de Minister mogelijke risicoā€™s ten aanzien van scholen die internationaal onderwijs gaan aanbieden om aanspraak te maken op de aanvullende bekostiging, zo vragen deze leden.

De leden zijn benieuwd naar het schoolgeld bij verschillende internationale scholen. Kan de Minister een overzicht geven van de hoogte van het schoolgeld bij verschillende internationale scholen? Daarnaast zijn de leden benieuwd of expats voordelen genieten bij het betalen van hun schoolgeld. Kan de Minister daar iets over zeggen, zo vragen zij.

De leden benadrukken dat zij al jaren strijden tegen de vrijwillige ouderbijdrage in het onderwijs. Zij vragen de Minister of er ook sprake is van een vrijwillige ouderbijdrage in het internationaal onderwijs. Zo ja, kan de Minister een overzicht geven van de hoogte van deze vrijwillige ouderbijdrage, zo vragen deze leden.

Inbreng van de leden van de SGP-fractie

De leden van de SGP-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de voortgangsbrief.

De leden merken op dat private internationale scholen veel kennis en ervaring hebben als het gaat om de themaā€™s die in de brief worden benoemd. Zij constateren dat deze scholen de bereidheid hebben uitgesproken om bij te dragen aan de uitvoering van het actieplan, maar dat zij nog onvoldoende betrokken lijken te worden bij de uitvoering. Deze leden vragen hoe het kabinet de inbreng van deze scholen meer wil gaan benutten.

II Reactie van de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media