[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Lijst van vragen en antwoorden over het Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika inzake de status van personeel van de Verenigde Staten in het Caribisch deel van het Koninkrijk; Washington, 19 oktober 2012, en de notawisseling houdende een verdrag ter uitbreiding tot Curaçao van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika; ’s-Gravenhage, 15 november 2018

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika inzake de status van personeel van de Verenigde Staten in het Caribisch deel van het Koninkrijk; Washington, 19 oktober 2012, en de notawisseling houdende een verdrag ter uitbreiding tot Curaçao van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika; ’s-Gravenhage, 15 november 2018

Lijst van vragen en antwoorden

Nummer: 2019D08853, datum: 2019-03-06, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35143-3).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 35143 (R2120)-3 Goedkeuring van de op 19 oktober 2012 te Washington tot stand gekomen Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika inzake de status van personeel van de Verenigde Staten in het Caribische deel van het Koninkrijk (Trb. 2012, 226), en de op 15 november 2018 te ’s-Gravenhage tot stand gebrachte notawisseling houdende een verdrag ter uitbreiding tot Curaçao van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten (Trb. 2018, 216).

Onderdeel van zaak 2019Z04202:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2018-2019

35 143 Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika inzake de status van personeel van de Verenigde Staten in het Caribisch deel van het Koninkrijk; Washington, 19 oktober 2012, en de notawisseling houdende een verdrag ter uitbreiding tot Curaçao van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika; ’s-Gravenhage, 15 november 2018

Nr. 3 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 13 maart 2019

De vaste commissie voor Buitenlandse Zaken heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de brief van 15 februari 2019 inzake het verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika inzake de status van personeel van de Verenigde Staten in het Caribisch deel van het Koninkrijk; Washington, 19 oktober 2012, en de notawisseling houdende een verdrag ter uitbreiding tot Curaçao van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika; ’s-Gravenhage, 15 november 2018 (Kamerstuk 35 143 (R2120), A/ nr. 1).

De Minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 6 maart 2019. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.

De voorzitter van de commissie,
Pia Dijkstra

De griffier van de commissie,
Van Toor

1

Kunt u toelichten waarom dit verdrag na zoveel jaar specifiek op dit moment is rondgekomen?

Antwoord

Het uitbreidingsverdrag is tot stand gekomen op aangeven van Curaçao. Bij brief van 27 maart 2018 heeft de Gevolmachtigde Minister van Curaçao te kennen gegeven dat Curaçao medegelding wenst bij de Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika inzake de status van personeel van de Verenigde Staten in het Caribische deel van het Koninkrijk, gedaan te Washington, op 19 oktober 2012 (Trb. 2012, nr. 226; hierna: «de SOFA»). Vervolgens heeft over de tekst van het uitbreidingsverdrag afstemming plaatsgevonden tussen het Koninkrijk en de Verenigde Staten van Amerika (VS). Op 28 september 2018 is de Rijksministerraad akkoord gegaan met sluiting van het uitbreidingsverdrag en het starten van de goedkeuringsprocedure van de SOFA en het uitbreidingsverdrag. Op 15 november 2018 is bij notawisseling het uitbreidingsverdrag tot stand gekomen (Trb. 2018, nr. 216). Bij de aanzet tot het uitbreidingsverdrag in maart 2018 was niet te voorspellen hoe de situatie in Venezuela zou zijn op moment dat het verdrag aan het parlement voorgelegd zou worden.

2

Bent u van mening dat het nu verlengen van dit verdrag verstandig is, met het oog op het feit dat de VS zich momenteel steeds agressiever opstelt ten opzichte van Venezuela? Zo ja, waarom?

Antwoord

De SOFA is in werking getreden op 1 september 2013. Ingevolge zijn artikel XVI, lid 2, is de SOFA op 1 september 2018 automatisch voor een periode van vijf jaar verlengd. Dit betekent dat de SOFA tot 1 september 2023 van kracht zal zijn.

3

Welke praktische handelingen, anders dan de status quo, kunnen met behulp van dit verdrag uitgevoerd worden met betrekking tot Amerikaans personeel in het Caribische deel van het Koninkrijk? Welke aanleiding heeft u om te veronderstellen dat de status quo niet wijzigt?

Antwoord

De SOFA biedt het kader waarbinnen Amerikaanse militaire bezoeken kunnen plaatsvinden in het Caribische deel van het Koninkrijk en omvat de bij dergelijke statusregelingen gebruikelijke bepalingen over onder meer voorrechten en immuniteiten, aansprakelijkheid en het dragen van wapens.

Het hebben van de SOFA met de VS betekent niet dat de VS zondermeer en zonder enig overleg het grondgebied van het Caribische deel van het Koninkrijk kunnen betreden. Voor ieder bezoek zal toestemming moeten worden verleend door de betreffende (lokale) autoriteiten. De betreffende autoriteiten van het Caribische deel van het Koninkrijk blijven dus zeggenschap houden over het moment waarop het personeel van de VS hun grondgebied kan betreden.

Uitbreiding van de SOFA tot Curaçao betekent dat Amerikaanse militaire bezoeken, onder de hierboven geschetste voorwaarden, nu ook op Curaçao kunnen plaatsvinden.

4

Kunt u bevestigen dat dit verdrag er niet toe kan leiden dat het Caribische deel van het Koninkrijk door de VS gebruikt wordt als springplank voor militaire agressie richting Venezuela? Graag een toelichting.

Antwoord

Het uitbreidingsverdrag met de VS regelt de uitbreiding van de SOFA tot Curaçao. Deze uitbreiding tot Curaçao betekent niet dat het Koninkrijk instemt met militaire interventie van de VS vanuit Curaçao richting Venezuela. Dergelijke militaire inzet, vanuit welk deel van het Koninkrijk dan ook, vereist separate, expliciete instemming van het Koninkrijk.

Zoals hierboven in de beantwoording bij vraag 3 reeds aangegeven, kunnen de VS niet zonder overleg het grondgebied van het Caribische deel van het Koninkrijk betreden. Voor ieder bezoek zal toestemming moeten worden verleend door de (lokale) autoriteiten die zeggenschap houden over het moment waarop het Amerikaanse defensiepersoneel hun grondgebied kan betreden.

5

Wat is de aanleiding om de Status of Forces Agreement (SOFA) uit te breiden tot Curaçao?

Antwoord

Zie de beantwoording bij vraag 1. De ervaringen opgedaan tijdens orkaan Irma, de trainingsmogelijkheden op Curaçao en de economische voordelen voor Curaçao hebben een rol gespeeld. Zie ook het antwoord op vraag 25. Voor het Koninkrijk en de VS zijn daarnaast scheepsbezoeken van de VS waardevol. Zonder de SOFA zijn op Curaçao nu enkel scheepsbezoeken mogelijk voor onderhoudsdoeleinden.

6

Wat voegt Curaçao toe aan de Amerikaanse faciliteiten die het al elders in het Caribische deel van het Koninkrijk der Nederlanden beschikbaar heeft? Kunt u dat toelichten?

Antwoord

Er verandert niets aan de faciliteiten die de VS reeds in het Caribische deel van het Koninkrijk hebben. De huidige locaties die de VS hebben, betreffen de Forward Operating Locations in het kader van het Verdrag inzake samenwerking tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de regering van de Verenigde Staten van Amerika betreffende toegang tot en gebruik van faciliteiten in de Nederlandse Antillen en Aruba voor drugsbestrijding vanuit de lucht, gedaan te Oranjestad, op 2 maart 2000 (Trb. 2000, nr. 34; hierna: «het FOL-verdrag»). De SOFA biedt de mogelijkheid om op Curaçao trainingen en oefeningen, zoals bijvoorbeeld duikoefeningen, uit te voeren, naast eventueel andere overeen te komen activiteiten (zie de beantwoording onder vraag 10).

7

Wat zijn de concrete plannen voor 2019 en 2020 met betrekking tot Amerikaanse scheepsbezoeken?

Antwoord

Omdat de SOFA momenteel niet van toepassing is op Curaçao, zijn er geen scheepsbezoeken gepland voor 2019 en 2020. Indien de SOFA van kracht wordt, zullen de VS nagaan in hoeverre Curaçao kan dienen als mogelijke locatie voor scheepsbezoeken.

8

Wat zijn de concrete plannen voor 2019 en 2020 met betrekking tot Amerikaanse trainingsdoeleinden op Curaçao? Betreft dit ook oefeningen voor marineschepen en mariniers? Wat zijn in dit opzicht de geografische grenzen?

9

Zullen deze oefeningen samen met Nederlandse militairen worden uitgevoerd? Zo ja, met welke eenheden?

Antwoord op vraag 8 en 9

Zowel in 2019 als in 2020 is een bilaterale uitwisseling tussen mariniers van de VS en die van het Koninkrijk gepland. Deze uitwisseling zal op Aruba en Curaçao plaatsvinden. Marineschepen van de VS zullen hier niet aan deelnemen.

10

Wat wordt verstaan onder «gezamenlijk overeengekomen activiteiten»? Kunt u dat toelichten?

Antwoord

Onder deze activiteiten wordt verstaan activiteiten die de VS en het Koninkrijk in onderling overleg afstemmen, alvorens deze kunnen plaatsvinden. In dit kader kan met name worden gedacht aan vlootbezoeken, trainingen, oefeningen en hulpverlening in het kader van bijvoorbeeld natuurrampen.

11

Wat houdt het begrip «medegelding» in dat door Curaçao is verkregen? Komt u tegemoet aan medegelding en zo ja op welke wijze?

Antwoord

Medegelding betekent dat de SOFA ook voor Curaçao zal gelden. Er is gevolg gegeven aan de wens van Curaçao tot medegelding door de procedures in gang te zetten voor het tot stand brengen en het goedkeuren van het uitbreidingsverdrag. Zie ook de beantwoording onder vraag 1.

12

Op welke wijze heeft de regering van Curaçao u geïnformeerd over de afkeuring die de Staten op 20/21 februari 2019 hebben uitgesproken over het beleid van de Minister van Buitenlandse Zaken van Nederland met betrekking tot het verlenen van toestemming van de VS voor het humanitaire knooppunt? Wat betekent dat voor het standpunt van Curaçao over de SOFA?

Zie: https://www.knipselkrant-curacao.com/pa-stechi-cartoons-blok-houdt-zich-van-de-domme/

Antwoord

Zoals ook aan uw Kamer gemeld is in de brief (Aanhangsel Handelingen II 2018/19, nr. 1610) is het besluit tot voldoen aan het verzoek van de VS en interim-president Guaidó ten aanzien van het gebruik van Curaçao als humanitaire hub samen genomen met de regering van Curaçao. Alle stappen zijn in nauw overleg tussen de Nederlandse regering en de regering van Curaçao genomen. Nederland begrijpt de zorgen die leefden bij het parlement en de Curaçaose bevolking. Het is daarom belangrijk te benadrukken dat het hier om de opslag en doorvoer van humanitaire goederen als voedsel en medicijnen gaat, en dat het een civiele humanitaire operatie betreft. Ook heeft Nederland vanaf het begin steeds bedongen dat de hulp niet wordt geforceerd. Er zal de komende tijd intensief contact blijven met de regering van Curaçao.Het standpunt van Curaçao ten aanzien van de SOFA is ongewijzigd. Zie ook de beantwoording onder vraag 25.

13

Wat is de definitie van «rampenbestrijding» waarin de SOFA voorziet in de samenwerking met Nederland? Op welke wijze voorziet u de inzet van Nederland daarbij? Gaat het daarbij om civiele of militaire diensten?

Antwoord

De SOFA omvat geen definitie van «rampenbestrijding». Bij rampenbestrijding moet worden gedacht aan de definitie die in de Wet veiligheidsregio’s wordt gegeven: «het geheel van maatregelen en voorzieningen, met inbegrip van de voorbereiding daarop, die door de bevoegde (lokale) autoriteiten moeten worden getroffen met het oog op een ramp, het voorkomen van een ramp en het beperken van de gevolgen van een ramp». De VS zouden bij de uitvoering van deze maatregelen en voorzieningen in voorkomend geval om ondersteuning kunnen worden verzocht. In dit kader zou bijvoorbeeld een beroep kunnen worden gedaan op VS defensiepersoneel-(militair en civiel) dat reeds in het kader van een andere activiteit aanwezig is in het Caribische deel van het Koninkrijk.

14

Hoeveel Amerikaanse militairen verwacht u dat in 2019 en 2020 in Curaçao gestationeerd zullen worden en voor hun werk gebruik zullen maken van deze SOFA?

Antwoord

Momenteel zijn er 28 militairen en 53 contractanten die op de Forward Operating Location (hierna: «FOL-locatie») op Curaçao werkzaam zijn en die als zodanig onder het FOL-verdrag vallen. Er zijn momenteel twee militairen werkzaam zijn bij de Consulaat-generaal op Curaçao, maar ook zij vallen onder een aparte regeling, namelijk onder de bevoegdheid van de Chief of Mission en hebben dan ook een aparte status. Omdat dit VS-personeel onder andere regelingen valt, zullen de genoemde aantallen niet wijzigen wanneer de SOFA van kracht wordt.

Als de SOFA van kracht wordt, zal al het verdere VS-personeel dat een uniform draagt onder de SOFA vallen. Dat personeel zal overigens niet permanent gestationeerd worden; het personeel zal er enkel zijn voor de duur van een activiteit zoals gespecificeerd in de SOFA of nader overeengekomen.

15

Zijn er militaire of civiele faciliteiten die in het kader van de Forward Operating Locations (FOL) gebruikt kunnen worden in het kader van deze SOFA? Zo ja welke? Zo nee, welke installaties en/of voorzieningen worden nieuw geplaatst?

Antwoord

In het FOL-verdrag is vastgelegd dat de luchthavens en faciliteiten uitsluitend in verband met drugsbestrijdingstaken kunnen worden gebruikt. Zie hiervoor artikel II van het FOL-verdrag. Een verdragswijziging zou nodig zijn om dat gebruik uit te breiden tot andere doeleinden.

Er worden op Curaçao geen nieuwe installaties en/of voorzieningen geplaatst.

16

Welk telecommunicatiesysteem zullen de VS gebruiken (Zie artikel XII, lid 1)?

Antwoord

De FOL-locatie op Curaçao maakt gebruik van lokale DigiCel-mobiele telefonie en van computer- en communicatiesystemen die onderdeel zijn van het netwerk van het Amerikaanse Ministerie van Defensie. Naar verwachting zal dit niet anders zijn wanneer de SOFA op Curaçao van toepassing wordt.

17

Waarom wordt het radiosysteem kosteloos aan de VS ter beschikking gesteld?

Antwoord

Er wordt geen systeem ter beschikking gesteld. De SOFA stelt dat de VS gebruik mogen maken van hun eigen communicatiesystemen en hierbij de ether vrij van kosten mogen gebruiken. Er is geen noodzaak hiervoor kosten te berekenen, nog los van het feit dat dit voor een kortstondige oefening lastig uit te voeren is. Er is overigens onderscheid tussen het militaire radiospectrum en civiel spectrum, waarbij het gebruikelijk is dat bij militaire partners het gebruik van dit spectrum in diensten wordt verrekend. Nederlandse militairen die oefenen in de VS maken ook gebruik van het (militaire) radiospectrum aldaar.

18

Waarom zijn luchtvaartuigen en vaartuigen van de VS gevrijwaard van toegang tot en inspecties aan boord? Worden Nederlandse en/of Curaçaose autoriteiten ingelicht over de bewapening en/of bemanning van deze luchtvaartuigen en vaartuigen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord

In het kader van het sluiten van statusverdragen is dit een standaardbepaling, en internationaal is het gebruikelijk dat marineschepen en staatsvliegtuigen vrij zijn van inspectie door de ontvangende autoriteiten. De bevoegde autoriteiten worden ingelicht over de bewapening en/of bemanning van deze luchtvaartuigen en vaartuigen. Deze vrijwaring geldt dus ook voor Nederlandse marineschepen en staatsvliegtuigen die op grond van een statusverdrag in het buitenland zijn.

19

Waarom worden geen havengelden, loodskosten, lichtergeld of liggeld gevraagd? Kunt u uw antwoord toelichten?

20

Waarom worden geen kosten voor navigatie, overvlucht, het gebruik van terminals of soortgelijke heffingen of landings- of parkeerkosten in rekening gebracht? Kunt u dat toelichten?

Antwoord op vraag 19 en 20

Vliegtuigen en schepen die in gebruik zijn bij of exclusief worden gebruikt ten behoeve van de VS zijn vrijgesteld van kosten voor het landen en parkeren op het terrein van de luchthaven, voor havenliggelden en -loodsgelden. Deze vrijstellingen gelden echter alleen op terreinen die eigendom zijn van de lokale overheden of op de terreinen die door deze overheden worden beheerd. Verder zijn de voertuigen vrijgesteld van tolgelden en de vliegtuigen van overvliegheffingen. Dergelijke vrijstellingen worden vaker overeengekomen in statusverdragen. Ook hier geldt dat het Koninkrijk, onder die statusverdragen, in het buitenland is gevrijwaard van deze kosten.

21

Is er een vergoeding die Nederland en/of Curaçao ontvangt/ontvangen van de VS voor de diensten die in het kader van de SOFA worden geleverd? Zo ja, wat bedraagt die vergoeding? Zo nee, waarom niet?

Antwoord

Er is geen specifieke geldelijke vergoeding gerelateerd aan de gelding van de SOFA. Het VS-personeel is bij overeengekomen oefeningen vrijgesteld van bepaalde douane-en belastingverplichtingen, hun vergunningen en rijbewijzen worden als geldend beschouwd en het is hen toegestaan dat zij in uniform hun werk uitvoeren. Het is overigens gebruikelijk dat landen onderling in het kader van militaire oefeningen dergelijke zaken in diensten met elkaar verrekenen. Zie daarvoor ook de beantwoording op vraag 17 over radiosystemen.

22

Waarom doet het Koninkrijk afstand van zijn recht tot uitoefenen van strafrechtelijk rechtsmacht over personeel van de VS?

Antwoord

Het is gebruikelijk om in statusverdragen bepalingen op te nemen inzake rechtsmacht. De onderhandelingen over dit onderwerp verliepen bij de onderhandelingen over de SOFA destijds moeizaam. De Koninkrijksdelegatie stelde zich tijdens die onderhandelingen steeds op het standpunt dat de regels die voor de verdeling van rechtsmacht in het Europese deel van het Koninkrijk van toepassing zijn op door personeel van de VS gepleegde strafbare feiten, in beginsel ook zouden moeten gelden voor vergelijkbare activiteiten in het Caribische deel van het Koninkrijk, en heeft daaraan vastgehouden. De overeengekomen regeling voorziet in een systeem waaruit voortvloeit in welke gevallen de bevoegde autoriteiten van het Caribische deel van het Koninkrijk bevoegd zijn om tot strafvervolging over te gaan, en in welke gevallen strafvervolging wordt overgelaten aan de Amerikaanse autoriteiten.

23

Bent u alsnog bereid het advies van de Raad van State aan de Kamer te sturen?

Antwoord

Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State van het Koninkrijk is als bijlage bij deze brief gevoegd1.

24

Wat is de reden dat Curaçao niet deel uitmaakte van de Overeenkomst zoals die in oktober 2012 te Washington tot stand is gekomen, in tegenstelling tot Aruba, Sint Maarten en het Caribische deel van Nederland?

Antwoord

De toenmalige regering van Curaçao zag de noodzaak van de SOFA niet in en wenste geen medegelding bij het verdrag.

25

Wat is de reden dat Curaçao in 2018 besloot zich alsnog bij de Overeenkomst te willen aansluiten? Speelde de verslechterende relatie tussen de VS en Venezuela hierbij een rol?

Antwoord

De eenjarige SOFA’s met de VS, die van 2005 tot en met de datum van inwerkingtreding van het meerjarige SOFA (mei 2013), golden, hebben altijd voor Curaçao (en daarvoor de Nederlandse Antillen) gegolden. Commandant der Zeemacht in het Caribisch Gebied (CZMCARIB) gaf in aanloop van maart 2018 aan dat de trainingsfaciliteiten op Curaçao meer mogelijkheden bieden dan die op Aruba en Sint Maarten. Daarnaast hebben de bestedingen die gepaard zijn gegaan met de vlootbezoeken en trainingen, waarbij bijvoorbeeld goederen werden ingeslagen, of het VS-personeel geld besteedde op Curaçao, tot extra inkomsten geleid voor de economie van Curaçao.

De wenselijkheid van gelding van de SOFA werd benadrukt door orkaan Irma. Dat de SOFA niet geldt voor Curaçao bemoeilijkte de inzet van Amerikaanse militairen, vanuit Curaçao, ten behoeve van Amerikaanse burgers die op Sint Maarten aanwezig waren.

De verslechterende relatie tussen de VS en Venezuela speelde dus geen rol bij het besluit van de regering van Curaçao om alsnog medegelding bij de SOFA met de VS te wensen.

26

Hoeveel werknemers van de Amerikaanse strijdkrachten en het Amerikaanse Ministerie van Defensie zijn permanent aanwezig in het Caribische deel van het Koninkrijk?

Antwoord

Anders dan diegenen die in het kader van het FOL-verdrag (zie antwoord op vraag 14) en bij het Consulaat-generaal gevestigd op Curaçao aanwezig zijn, zijn er geen Amerikaanse strijdkrachten permanent aanwezig in het Caribische deel van het Koninkrijk.

27

Hoe vaak vinden militaire oefeningen plaats in het Caribische deel van het Koninkrijk waar Amerikaans defensiepersoneel bij betrokken is? Wanneer vindt de eerstvolgende oefening plaats?

Antwoord

Zie de beantwoording onder vraag 8.

28

Wat is het huidige beleid van Nederland in het kader van de humanitaire actie van de door zichzelf uitgeroepen president Juan Guaidó? Is het juist dat alle hulp via Curaçao moet verlopen en dat plannen om Bonaire daarbij te gebruiken in tweede instantie zijn opgegeven? Wat zijn de plannen met betrekking tot Aruba en de Bovenwindse eilanden?

Bron: https://curacao.nu/hulpgoederen-nog-steeds-niet-weg/

Antwoord

De humanitaire noden in Venezuela zijn ernstig. De noodlijdende Venezolaanse bevolking heeft behoefte aan onder meer voedsel en medicijnen. Het Koninkrijk steunt de respons financieel, via diverse (humanitaire) organisaties. Het afgelopen jaar gaf Nederland EUR 4 mln. via IOM, EUR 0,5 mln. via UNHCR, en 0,6 mln. via het internationale Rode Kruis. Nederland helpt ook dit jaar met bijdragen van meer dan EUR 1 miljoen aan de Rode Kruis-beweging voor hulp aan Venezolanen in en rondom Venezuela, en een hulpprogramma van Dutch Relief Alliance van EUR 4 mln. waarmee Venezolanen in nood worden geholpen in Colombia. De Dutch Relief Alliance zal ook activiteiten gaan ondernemen in Venezuela wanneer de situatie dit toelaat.

Daarnaast hebben Nederland en Curaçao besloten, zoals eerder aan uw Kamer vermeld in brief met (Aanhangsel Handelingen II 2018/19, nr. 1610) om een knooppunt voor humanitaire hulp te faciliteren op Curaçao. Het kabinet wil hiermee bereiken dat de hulp de bevolking in Venezuela snel kan bereiken zodra het Maduro-bewind hier de noodzakelijke ruimte voor geeft. Ten aanzien van Aruba en Bonaire bestaan er vooralsnog geen plannen.

29

Is de overeenkomst die wordt genoemd in een persartikel d.d. 25 februari dezelfde als de SOFA waarover deze vragenronde gaat? Zo nee, wat is het verschil? Kunt u het nieuwe verdrag of de nieuwe tekst van het verdrag naar de Kamer sturen? Blijft de SOFA in dat geval van kracht? Zo nee, wat verandert?

Bron: https://koninkrijksrelaties.nu/2019/02/25/voorwaarden-voor-gebruik-van-curacao-door-amerika-als-hub-voor-hulp-aan-venezuela-worden-in-verdrag-vastgelegd/

Antwoord

Het verdrag ter uitbreiding van de SOFA tot Curaçao betreft niet het verdrag dat in het persartikel wordt genoemd. De SOFA regelt de status van Amerikaans defensiepersoneel dat tijdelijk aanwezig is op het grondgebied van het Caribische deel van het Koninkrijk in het kader van scheepsbezoeken, training, opleiding en overige activiteiten.

Het verdrag waarover op dit moment onderhandeld wordt, is exclusief bedoeld om Amerikaanse humanitaire hulpverlening aan de Venezolaanse bevolking te regelen en zou bepalingen uit het FOL-verdrag met betrekking tot privileges en immuniteiten van toepassing verklaren op VS-personeel dat aanwezig zal zijn op Curaçao in het kader van de humanitaire hulpverlening aan de bevolking van Venezuela. Het gaat bij dit laatste verdrag alleen om het civiele Amerikaanse personeel dat ingezet wordt voor de hulpverlening, terwijl de SOFA betrekking heeft op militair en civiel defensiepersoneel.

Een verdragstekst waarover onderhandelingen worden gevoerd kan nog niet openbaar gemaakt worden. Uiteraard zal het eventuele verdrag, zodra het gesloten is, in het Tractatenblad worden bekendgemaakt, en zal het parlement onmiddellijk op de hoogte worden gesteld (conform artikel 13 van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen).

De SOFA zou naast het eventuele andere verdrag bestaan.

30

Hoe lang is het verdrag geldig waaraan nu gewerkt wordt met Curaçao? Is het juist dat de VS gaan betalen voor gebruik van de hub? Kunt u aangeven hoeveel dat zal zijn? Is het tevens juist dat dit verdrag expliciet geen militaire doeleinden kent? Zo nee, wat is de inhoud?

Bron: https://koninkrijksrelaties.nu/2019/02/25/voorwaarden-voor-gebruik-van-curacao-door-amerika-als-hub-voor-hulp-aan-venezuela-worden-in-verdrag-vastgelegd/

Antwoord

Het nieuwe verdrag zal gelden voor de duur van de humanitaire hulp dan wel voor hoogstens een jaar. Het verdrag zal op grond van artikel 7, onderdeel c, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen, onmiddellijk in werking kunnen treden. De kosten van het gebruik van de hub zijn onderwerp van onderhandelingen. Het verdrag is expliciet beperkt tot humanitaire doeleinden, en daarmee zijn militaire doeleinden uitgesloten.

Doel van het verdrag is om de humanitaire goederen zo snel mogelijk, en op verantwoorde wijze, bij de noodlijdende Venezolaanse bevolking terecht te laten komen wanneer de situatie in Venezuela dit toelaat. Het is op dit moment nog niet mogelijk om hulp op verantwoorde wijze van Curaçao naar Venezuela te vervoeren. De operationalisering van de hub hangt zodoende samen met de ontwikkelingen in Venezuela; instemming van het effectieve gezag is een voorwaarde voor levering van hulp vanuit Curaçao. De autoriteiten in Venezuela stemmen op dit moment niet in met levering van hulp.

In overleg met de VS worden momenteel de precieze modaliteiten verder uitgewerkt en dit proces vraagt zorgvuldigheid. Over de essentie van deze afspraken kan gezegd worden dat het humanitaire karakter van de hub en de civiele aard van de operatie voorop staan. Het is daarbij de inzet dat de bevolking van Curaçao zo weinig mogelijk hinder zal ondervinden.

31

Als er inmiddels een nieuwe aangepaste tekst van de SOFA is, wat is dan de rol van de overige Nederlands-Caribische delen bij de operatie voor het verstrekken van hulp aan Venezuela, dan wel politieke druk op de regering van Maduro? Kunt u dat toelichten?

Antwoord

Het verdrag dat ter goedkeuring voorligt regelt de uitbreiding tot Curaçao van de SOFA met de VS die al voor de andere Caribische delen van het Koninkrijk geldt. En die SOFA wordt niet gewijzigd. Het eventueel nieuw te sluiten verdrag betreft alleen Curaçao. Op dit moment is geen rol voorzien voor de overige Caribische delen van het Koninkrijk bij deze humanitaire hulpoperatie.


  1. Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.↩︎