[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

35123, bijgewerkt t/m nr. 7 (NvW d.d. 26 maart 2019)

Bijgewerkte tekst

Nummer: 2019D13559, datum: 2019-04-03, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2019Z00792:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Bijgewerkt t/m nr. 7 (NvW d.d. 26 maart 2019)





	35 123 	Machtiging tot oprichting van de Nederlandse financierings- en
ontwikkelingsinstelling Invest-NL (Machtigingswet oprichting Invest-NL)







Nr. 2	VOORSTEL VAN WET



	Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins
van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is dat
Nederland beschikt over een nationale financierings- en
ontwikkelingsinstelling;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State
gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden
en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsbepalingen

1. In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

Invest-NL: de naamloze vennootschap Invest-NL N.V., genoemd in artikel
2, eerste lid;

MKB-onderneming: een kleine, middelgrote of micro-onderneming als
bedoeld in de bijlage bij de Aanbeveling 2003/361/EG van de Commissie
van 6 mei 2003 betreffende de definitie van kleine, middelgrote en
micro-onderneming (PbEG 2003, L124);

MKB overstijgende middelgrote onderneming: onderneming als bedoeld in de
 bijlage bij de Aanbeveling 2003/361/EG van de Commissie van 6 mei 2003
betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-onderneming
(PbEG 2003, L124), waarvan de jaaromzet of het jaarlijkse balanstotaal
boven het in die Aanbeveling ten hoogste hierop betrekking hebbende
bedrag ligt en mits er minder dan vijfhonderd personen in die
onderneming werkzaam zijn;

onderneming: iedere eenheid, ongeacht haar rechtsvorm of wijze van
financiering, die economische activiteiten op het gebied van productie
of dienstverlening uitvoert;

Onze Minister: Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat;

overgangsdatum: de datum waarop Invest-NL wordt opgericht;

verschillende activiteiten: enerzijds producten of diensten met
betrekking tot welke aan Invest-NL bij of krachtens deze wet een
bijzonder of uitsluitend recht is verleend of een wettelijke taak is
opgedragen of diensten van algemeen economisch belang waarmee Invest-NL
is belast, en anderzijds elk ander afzonderlijk product met betrekking
tot hetwelk of elke andere afzonderlijke dienst met betrekking tot welke
Invest-NL voor eigen rekening en risico diensten verricht;

voorziening: een samenhangende verzameling van functionarissen,
processen, of (ICT) infrastructuur op het terrein van advisering,
uitvoering of bedrijfsvoering.

2. Een wijziging van Aanbeveling 2003/361/EG van de Commissie van 6 mei
2003 betreffende de definitie van kleine, middelgrote en
micro-onderneming (PbEG 2003, L 124) gaat voor de toepassing van deze
wet gelden met ingang van de dag waarop aan de betrokken wijziging
uitvoering moet zijn gegeven.

Artikel 2 Machtiging, holdingstructuur

1. Onze Minister van Financiën wordt gemachtigd om namens de Staat der
Nederlanden op te richten de naamloze vennootschap Invest-NL N.V..

2. Onze Minister van Financiën wordt gemachtigd om namens de Staat der
Nederlanden deel te nemen in het bij de oprichting van Invest-NL vast te
stellen kapitaal.

3. De machtiging, bedoeld in het eerste lid, omvat tevens het oprichten,
mede-oprichten of doen oprichten van een rechtspersoon waarin Invest-NL
alle aandelen houdt en die als doelstelling heeft het uitvoeren van een
taak als bedoeld in artikel 4, eerste lid of tweede lid.

4. Een bij of krachtens deze wet aan Invest-NL:

a. verleend bijzonder of uitsluitend recht;

b. opgelegde taak;

c. opgelegde dienst van algemeen economisch belang;

wordt geacht eveneens te zijn verleend dan wel te zijn opgelegd aan een
rechtspersoon als bedoeld in het derde lid, wanneer deze rechtspersoon
als doelstelling heeft dat recht, die taak of die dienst uit te oefenen.

	5. Op Invest-NL zijn de artikelen 158, met uitzondering van het
twaalfde lid, tweede volzin, 159 tot en met 161a en 164 van Boek 2 van
het Burgerlijk Wetboek van toepassing.

HOOFDSTUK 2. DOELEN EN TAKEN

Artikel 3 Doelen

Invest-NL heeft tot doel om, indien de markt hierin onvoldoende
voorziet, bij te dragen aan het financieren en realiseren van
maatschappelijke transitieopgaven door ondernemingen en aan het bieden
van toegang tot ondernemingsfinanciering.

Artikel 4 Taken

	1. Invest-NL heeft tot taak:

	a. het direct of indirect ondersteunen van de ontwikkeling van:

1˚. initiatieven of ondernemingen, indien daarmee een bijdrage geleverd
kan worden aan het realiseren van Nederlandse maatschappelijke
transitieopgaven of

	2˚. initiatieven, MKB-ondernemingen of MKB overstijgende middelgrote
ondernemingen die een uitgewerkt voornemen hebben binnen enkele jaren
groei te realiseren, indien daarmee een bijdrage geleverd kan worden aan
de Nederlandse economie, waaronder mede wordt begrepen de economie van
de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba;

	b. het direct of indirect voor eigen rekening en risico verstrekken van
financiering aan:

	1˚. ondernemingen indien daarmee een bijdrage geleverd kan worden aan
het realiseren van Nederlandse maatschappelijke transitieopgaven of

	2˚. MKB-ondernemingen of op groei gerichte MKB overstijgende
middelgrote ondernemingen als bedoeld in onderdeel a, onder 2˚, indien
daarmee een bijdrage geleverd kan worden aan de Nederlandse economie,
waaronder mede wordt begrepen de economie van de openbare lichamen
Bonaire, Sint Eustatius en Saba;

	c. het krachtens een daartoe door Onze Minister die het aangaat in
overeenstemming met Onze Minister van Financiën verstrekt mandaat
uitvoeren van door Onze Minister die het aangaat aangewezen
subsidieregelingen of subsidiebesluiten en daarmee samenhangende
werkzaamheden;

	d. het uitoefenen van een volmacht, indien en voor zover Onze Minister
die het aangaat deze verleent, voor het uitoefenen van bevoegdheden
verbonden aan het aandeelhouderschap van de Staat in vennootschappen;

	e. het aanhouden van aandelenbelangen in ondernemingen die wezenlijk
bijdragen aan de lange termijnontwikkeling van of de internationale
samenwerking ten bate van de Nederlandse economie;

	f. het bij het uitoefenen van de taken, bedoeld onder a tot en met e,
samenwerken met instellingen en organen van instellingen van de Europese
Unie en andere volkenrechtelijke organisaties en ontwikkelings- en
financieringsinstellingen van Nederland en andere landen.

	2. Bij algemene maatregel van bestuur op voordracht van Onze Minister
die het aangaat, na overleg met Onze Minister en Onze Minister van
Financiën, kunnen aan Invest-NL taken worden opgedragen, voor zover
deze verenigbaar zijn met de doelen, genoemd in artikel 3, en kunnen
regels worden gesteld over de vergoeding van de kosten verbonden aan de
uitvoering van deze taken.

	3. Met betrekking tot de taken, bedoeld in het eerste en tweede lid,
kunnen bij algemene maatregel van bestuur op voordracht van Onze
Minister die het aangaat, na overleg met Onze Minister van Financiën,
nadere regels worden gesteld.

	4. Invest-NL en een rechtspersoon als bedoeld in artikel 2, derde lid,
verrichten middellijk of onmiddellijk geen andere activiteiten dan
activiteiten ter uitvoering van de taken, bedoeld in het eerste en
tweede lid, tenzij Onze Minister daarmee heeft ingestemd in
overeenstemming met het gevoelen van de ministerraad. Onze Minister kan
voorschriften en beperkingen verbinden aan een instemming. Instemming
kan worden verleend indien die activiteiten en de uitvoering daarvan:

	a. nauw verwant zijn aan de activiteiten ter uitvoering van de taken,
bedoeld in het eerste en tweede lid;

	b. een goede uitvoering van die taken niet belemmeren of anderszins
bemoeilijken;

	c. mede het algemeen belang dienen; en

	d. worden uitgevoerd met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens
deze wet.

	5. Onze Minister kan een besluit tot instemming als bedoeld in het
vierde lid intrekken of wijzigen, indien niet meer wordt voldaan aan de
voorwaarden voor het geven van die instemming of aan de voorschriften of
beperkingen die aan die instemming verbonden zijn.

Artikel 5 Handelingen

	1. Bij de uitoefening van de taken, bedoeld in artikel 4, eerste lid,
kan Invest-NL:

	a. voor de taak, bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel a,
privaatrechtelijke rechtshandelingen en feitelijke werkzaamheden
verrichten ten bate van overheden en de markt;

	b. voor de taken, bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdelen b en f,
voor eigen rekening en risico risicodragend vermogen en overig kapitaal
verschaffen;

	c. voor de taken, bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel c,
bestuursrechtelijke en privaatrechtelijke rechtshandelingen verrichten
namens Onze Minister die het aangaat;

	d. voor de taak, bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel d, de
bevoegdheden verbonden aan het aandeelhouderschap van de Staat in
vennootschappen uitoefenen in overeenstemming met de daartoe door Onze
Minister die het aangaat verleende volmacht en de daaraan verbonden
voorschriften en beperkingen;

	e. voor de taak, bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel e, alle
rechtshandelingen en feitelijke handelingen verrichten die verband
houden met het desbetreffende aandeelhouderschap;

	f. voor de taak, bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel f,
rechtshandelingen en feitelijke handelingen verrichten met het oog op
deelname aan financieringsfaciliteiten en financieringsprogramma’s van
instellingen of organen van instellingen van Europese Unie en andere
volkenrechtelijke organisaties en van ontwikkelings- en
financieringsinstellingen van Nederland en van andere landen alsmede
samenwerkingsverbanden aan te gaan met:

	1˚. een financiële instelling van de Europese Unie;

	2˚. een ontwikkelingsbank als bedoeld in artikel 2, onderdeel 3, van
Verordening (EU) 2015/1017 van het Europees Parlement en de Raad van 25
juni 2015 betreffende het Europees Fonds voor strategische
investeringen, de Europese investeringsadvieshub en het Europese
investeringsprojectenportaal en tot wijziging van de Verordeningen (EU)
nr. 1291/2013 en (EU) nr. 1316/2013 — het Europees Fonds voor
strategische investeringen (Pb-EU 2015, L 169). 

	2. Invest-NL is geen bestuursorgaan in de zin van de Algemene wet
bestuursrecht en is niet met openbaar gezag bekleed in de zin van enige
andere wet bij het verrichten van activiteiten en handelingen ter
uitvoering van de taken, bedoeld in artikel 4, eerste en tweede lid, of
bij het uitvoeren van een activiteit als bedoeld in artikel 4, vierde
lid.

HOOFDSTUK 3. UITOEFENING AANDEELHOUDERSCHAP STAAT

Artikel 6 Uitoefening aandeelhouderschap

	1. Het aandeelhouderschap van de Staat in Invest-NL wordt uitgeoefend
door Onze Minister van Financiën.

	2. Onze Minister van Financiën oefent in overeenstemming met Onze
Minister het stemrecht uit ten aanzien van de bevoegdheden van de
algemene vergadering van Invest-NL ten aanzien van de onderwerpen die op
grond van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek dwingendrechtelijk aan de
algemene vergadering van aandeelhouders toekomen.

HOOFDSTUK 4. VOORWAARDEN VOOR TAAKUITOEFENING

§ 1. Beginselen van financieel beheer

Artikel 7 Gescheiden boekhouding ten aanzien van de te onderscheiden
taken

1. Indien Invest-NL of een rechtspersoon als bedoeld in artikel 2, derde
lid, verschillende activiteiten verricht, worden gelden die zijn
ontvangen voor te verrichten of uitgevoerde activiteiten voor rekening
en risico van de Staat uitsluitend en uiterlijk binnen een door Onze
Minister vastgestelde termijn voor het daarvoor bestemde doel aangewend
of aan de Staat uitgekeerd.

2. Invest-NL en een rechtspersoon als bedoeld in artikel 2, derde lid,
houden een zodanige administratie bij dat:

a. de registratie van de baten en lasten van de verschillende
activiteiten gescheiden zijn;

b. alle baten en lasten, op grond van consequent toegepaste en objectief
te rechtvaardigen beginselen inzake kostenallocatie en
kostprijsadministratie, correct worden toegerekend;

c. de beginselen volgens welke de administratie wordt gevoerd, duidelijk
zijn vastgelegd.

3. Invest-NL en een rechtspersoon als bedoeld in artikel 2, derde lid,
bewaren de in het tweede lid, onderdelen a, b en c, bedoelde gegevens
gedurende tien jaar, gerekend vanaf het einde van het boekjaar waarop de
gegevens betrekking hebben.

4. Onze Minister kan in geval van overtreding van het eerste, tweede of
derde lid een last onder bestuursdwang opleggen aan Invest-NL of een
rechtspersoon als bedoeld in artikel 2, derde lid.

§ 2. Mededinging en staatssteun

Artikel 8 Additioneel aan de markt

	1. Invest-NL en een rechtspersoon als bedoeld in artikel 2, derde lid,
onthouden zich van uit een oogpunt van goede marktwerking ongewenste
mededinging met ondernemingen.

	2. Op voordracht van Onze Minister kunnen bij algemene maatregel van
bestuur vanuit het oogpunt van goede marktwerking als bedoeld in het
eerste lid regels worden gesteld voor de uitvoering van activiteiten
door Invest-NL of een rechtspersoon als bedoeld in artikel 2, derde lid,
met inbegrip van regels die het uitvoeren van bepaalde activiteiten
verbieden of beperken.

Artikel 9 Financiering openbare lichamen

	Op straffe van nietigheid van de desbetreffende rechtshandeling
verschaft Invest-NL, noch een rechtspersoon als bedoeld in artikel 2,
derde lid, financiering aan Nederlandse openbare lichamen, tenzij Onze
Minister van Financiën, in overleg met Onze Minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties, hiervan ontheffing verleent.

Artikel 10 Mededingingsklacht

	1. Ondernemingen hebben het recht een mededingingsklacht over de
nakoming van artikel 8, eerste lid, in te dienen bij activiteiten,
anders dan die krachtens mandaat, volmacht of machtiging van Onze
Minister die het aangaat worden verricht, van Invest-NL of van een
rechtspersoon als bedoeld in artikel 2, derde lid.

	2. Een mededingingsklacht als bedoeld in het eerste lid wordt ingediend
bij Invest-NL.

	3. Invest-NL voorziet in een adequate klachtafhandelingsprocedure, die
in ieder geval duidelijk kenbaar en eenvoudig toegankelijk is op de
website van Invest-NL.

	4. Na ontvangst van een mededingingsklacht doet Invest-NL hiervan
binnen twee weken na de datum van ontvangst melding aan Onze Minister.

	5. Aan het eind van elk kwartaal doet Invest-NL verslag over de status
van de afhandeling van een ingediende mededingingsklacht aan Onze
Minister.

Artikel 11 Gevolg schending additionaliteitsbeginsel

	1. Indien Invest-NL, al dan niet naar aanleiding van een
mededingingsklacht als bedoeld in artikel 10, vaststelt dat een
werkzaamheid ter uitvoering van een taak als bedoeld in artikel 4,
eerste lid, onderdeel b of f, leidt tot uit een oogpunt van goede
marktwerking ongewenste mededinging met ondernemingen, wordt de
uitoefening van de desbetreffende activiteit zo snel als mogelijk, maar
in ieder geval binnen een jaar, beëindigd.

	2. Indien Onze Minister ambtshalve constateert dat sprake is van uit
een oogpunt van goede marktwerking ongewenste mededinging met
ondernemingen, kan hij Invest-NL of een rechtspersoon als bedoeld in
artikel 2, derde lid, een aanwijzing geven dat de uitvoering van de
desbetreffende activiteit zo snel als mogelijk, maar in ieder geval
binnen een jaar wordt beëindigd.

	3. Indien de termijn, bedoeld in het eerste of tweede lid, verstrijkt
zonder dat de activiteit is beëindigd, kan Onze Minister namens en op
kosten van Invest-NL er zowel door het verrichten van publiekrechtelijke
of privaatrechtelijke rechtshandelingen als door het verrichten van
feitelijke handelingen in voorzien dat alsnog wordt voldaan aan de
rechtsplicht, bedoeld in het eerste of tweede lid.

Artikel 12 Verbod verstrekken ongeoorloofde staatssteun

	1. Invest-NL en een rechtspersoon als bedoeld in artikel 2, derde lid,
verstrekken voor eigen rekening en risico geen ongeoorloofde staatssteun
en voeren subsidieregelingen of subsidiebesluiten en daarmee
samenhangende werkzaamheden uit in overeenstemming met de toepasselijke
regels inzake staatssteun.

	2. Indien niet is uitgesloten dat voor eigen rekening en risico
staatssteun wordt verstrekt:

	a. neemt Invest-NL of een rechtspersoon als bedoeld in artikel 2, derde
lid, voor zover een vrijstelling van de meldplicht van artikel 108,
derde lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie
van toepassing is ingevolge een verordening of besluit op grond van
artikel 108, vierde lid, van het Verdrag betreffende de werking van de
Europese Unie, de eisen van die verordening of dat besluit in acht en
verzoekt Onze Minister om, voor zover van toepassing, zorg te dragen
voor de verslaglegging zoals voorzien in die verordening of dat besluit;

	b. verzoekt Invest-NL of een rechtspersoon als bedoeld in artikel 2,
derde lid, voor zover geen vrijstelling van de meldplicht van artikel
108, derde lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese
Unie van toepassing is, Onze Minister om zorg te dragen voor de
aanmelding van de voorgenomen steunmaatregel overeenkomstig artikel 108,
derde lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie;

	c. verstrekt Invest-NL of een rechtspersoon als bedoeld in artikel 2,
derde lid, alle benodigde informatie aan Onze Minister om de
verslaglegging of aanmelding, bedoeld in de onderdelen a en b, op
effectieve wijze te kunnen verrichten. 

	3. Onze Minister informeert Invest-NL of een rechtspersoon als bedoeld
in artikel 2, derde lid, over de verslaglegging of aanmelding.

§ 3. Bedrijfsvoering

Artikel 13 Mogelijkheid tot het verplichten van Invest-NL om gebruik te
maken van middelen en know-how Rijksoverheid

	1. Onze Minister die het aangaat kan besluiten dat Invest-NL of een
rechtspersoon als bedoeld in artikel 2, derde lid, bij het uitoefenen
van de taak, bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel c, gebruik
maakt van een voorziening die in stand wordt gehouden door de Staat der
Nederlanden en die wordt ingezet ten behoeve van de uitvoering van de
taak van de Staat der Nederlanden.

	2. Voor het gebruik van de voorziening, bedoeld in het eerste lid, is
geen vergoeding of bijdrage verschuldigd.

Artikel 14 Verplichting tot aanhouden archief en verplichting tot
overdragen aan Rijksarchief na 20 jaar

	1. Bij het uitoefenen van de taken, bedoeld in artikel 4, eerste lid,
onderdelen a en c, is de Archiefwet 1995 van overeenkomstige toepassing
op het beheer van en het toezicht op de archiefbescheiden verbonden aan
deze taken die bij Invest-NL, of een rechtspersoon als bedoeld in
artikel 2, derde lid, berusten.

	2. Bij ontbinding van Invest-NL of een rechtspersoon als bedoeld in
artikel 2, derde lid, die als doel heeft het uitvoeren van een taak als
bedoeld in artikel 4, eerste of tweede lid, wordt het beheer van en de
zorg voor de archiefbescheiden van de ontbonden rechtspersoon
overgedragen aan Onze Minister die het aangaat.

	3. Onze Minister die het aangaat is belast met het toezicht op de
naleving van beheer van de archiefbescheiden, bedoeld in het eerste lid,
overeenkomstig de Archiefwet 1995.

HOOFDSTUK 5. GELDMIDDELEN

Artikel 15 Ontwikkelactiviteiten

	1. Onze Minister kan aan Invest-NL of een rechtspersoon als bedoeld in
artikel 2, derde lid, die als doel heeft het uitvoeren van de taak,
bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel a, op aanvraag een subsidie
verstrekken voor de kosten verbonden aan het uitvoeren van de taak,
genoemd in artikel 4, eerste lid, onderdeel a.

	2. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur of bij regeling van
Onze Minister kunnen criteria voor verstrekking van de subsidie, bedoeld
in het eerste lid, worden vastgesteld alsmede regels met betrekking tot:

	a. het bedrag van de subsidie en besluitvorming daarover;

	b. de aanvraag van een subsidie en besluitvorming daarover;

	c. de voorwaarden waaronder de subsidie wordt verleend;

	d. de verplichtingen voor de subsidie-ontvanger;

	e. de vaststelling van de subsidie;

	f. intrekking en wijziging van de subsidieverlening of -vaststelling;

	g. de betaling van de subsidie en het verlenen van voorschotten;

	h. het verslag over doeltreffendheid en de effecten van de subsidie in
de praktijk, bedoeld in artikel 4:24 van de Algemene wet bestuursrecht.

	3. Onze Minister kan Invest-NL of een rechtspersoon als bedoeld in
artikel 2, derde lid, die als doelstelling heeft het uitvoeren van de
taak, bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel a, aanwijzingen geven
in het belang van een goede vervulling van de taak, genoemd in artikel
4, eerste lid, onderdeel a.

	4. Invest-NL of een rechtspersoon als bedoeld in artikel 2, derde lid,
die als doelstelling heeft het uitvoeren van de taak, bedoeld in artikel
4, eerste lid, onderdeel a, volgt de aanwijzingen, bedoeld in het derde
lid, van Onze Minister op.

	5. Indien Invest-NL of een rechtspersoon als bedoeld in artikel 2,
derde lid, die als doelstelling heeft het uitvoeren van de taak, genoemd
in artikel 4, eerste lid, onderdeel a, in grove mate nalatig is bij het
vervullen van de taak, bedoeld in artikel 4, eerste  lid, onderdeel a,
kan Onze Minister een last onder bestuursdwang opleggen of een ander
tijdelijk die taak laten vervullen.

Artikel 16 Onkostenvergoeding voor dienstverlening aan Onze Minister die
het aangaat voor wat betreft ten uitvoerlegging regelingen

1. Onze Minister die het aangaat vergoedt de kosten die Invest-NL of een
rechtspersoon als bedoeld in artikel 2, derde lid, maakt bij het
uitvoeren van de taak, bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel c,
voor zover geen sprake is van verplicht gebruik van voorzieningen die in
stand worden gehouden door de Staat der Nederlanden als bedoeld in
artikel 13. 

	2. Onze Minister die het aangaat stelt de tarieven en de hoogte vast
van de in rekening te brengen kosten, bedoeld in het eerste lid.

HOOFDSTUK 6. EVALUATIE

Artikel 17 Evaluatie

	1. Onze Minister zendt in overeenstemming met Onze Minister van
Financiën binnen drie jaar na de inwerkingtreding van deze wet aan de
Staten-Generaal een verslag over de effecten van deze wet in de
praktijk.

	2. Onverminderd het eerste lid, zendt Onze Minister in overeenstemming
met Onze Minister van Financiën tenminste eenmaal in de zeven jaar aan
de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid, doelmatigheid
en de effecten van deze wet in de praktijk.

HOOFDSTUK 7. OVERGANGSBEPALINGEN

Artikel 18 Overgang lening EIF co-investment vehicle voortkomend uit
subsidie

1. Op de overgangsdatum gaan rechten en verplichtingen die voor de Staat
voortvloeien uit de uitvoeringsovereenkomsten van 20 juni 2017 behorend
bij het besluit tot verlening van een subsidie in de vorm van een
renteloze lening voor het project “Dutch State EIF-NPI Co-investment
scheme” van 17 juli 2017, kenmerk DGBI-O /17112125) onder algemene
titel over op Invest-NL.

2. Invest-NL zal binnen 30 werkdagen vanaf de overgangsdatum het
volledige bedrag aan de Staat voldoen, dat de Staat op verzoek aan het
Europees Investeringsfonds reeds ter beschikking heeft gesteld
overeenkomstig het recht op tussentijdse betaling neergelegd in de
uitvoeringsovereenkomsten van 20 juni 2017.

Artikel 19 Overgang DVI en DVI II

1. Op de overgangsdatum gaan de aandelen van Oost NL N.V. in Dutch
Venture Initiative S.A. SICAR en in Dutch Venture Initiative II S.A.
SICAR en de daaraan verbonden rechten en verplichtingen onder algemene
titel over op Invest-NL.

2. Op de overgangsdatum gaan onder algemene titel over op Invest-NL de
rechten en verplichtingen die rusten op Oost NL N.V. op grond van:

a. de leningsovereenkomst van 31 december 2012 behorend bij het besluit
tot verlening van een subsidie van 19 december 2012, kenmerk
DGBI-O/12377073;

b. de leningsovereenkomst behorend bij het besluit tot verlening van een
subsidie van 23 december 2015, kenmerk DGBI-O/15170396.

Artikel 20 Overgang garantie ondernemingsfinanciering energietransitie
financieringsfaciliteit (ETTF)

Rechten en verplichtingen die voor de Staat voortvloeien uit een met
haar gesloten garantstellingsovereenkomst naar het model in bijlage
3.13a.1 van de Regeling nationale EZ-subsidies en daaronder vallende
garantstellingen als bedoeld in artikel 3.13a.2 van die regeling gaan op
het tijdstip van inwerkingtreding van dit artikel onder algemene titel
over op Invest-NL.

Artikel 21 Overgang roerende zaken en vermogensrechten

	De roerende zaken en vermogensrechten welke aan de tijdelijke afdeling
van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, Invest-NL in opbouw,
worden toegerekend gaan op de overgangsdatum onder algemene titel over
op Invest-NL zonder dat daarvoor een akte of betekening nodig is.

Artikel 22 Archiefbescheiden

	De archiefbescheiden die betrekking hebben op de taak, bedoeld in
artikel 4, eerste lid, onderdeel c, worden, voor zover deze niet zijn
overgebracht naar een archiefbewaarplaats, op de overgangsdatum voor een
tijdvak van ten hoogste twintig jaar ter beschikking gesteld aan
Invest-NL.

HOOFSTUK 8. SLOTBEPALINGEN

Artikel 23 Conservatoir beslag

Verlof tot het leggen van conservatoir beslag, bedoeld in artikel 700,
eerste lid, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering ten laste
van Invest-NL of een rechtspersoon als bedoeld in artikel 2, derde lid,
die als doel heeft het uitvoeren van een taak als bedoeld in artikel 4,
eerste lid, onderdeel c, kan slechts worden verleend nadat degene ten
laste van wie het verlof wordt verzocht in de gelegenheid is gesteld om
te worden gehoord, tenzij het beslag uitsluitend op zaken betrekking
heeft.

Artikel 24 Inwerkingtreding

	Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen
tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan
verschillend kan worden vastgesteld.

Artikel 25 Citeertitel

	Deze wet wordt aangehaald als: Machtigingswet oprichting Invest-NL.

	Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en
dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Economische Zaken en Klimaat,

De Minister van Financiën,

 

 

 PAGE    

 PAGE   9