[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Eindtekst Wet maatregelen middenhuur (35036)

Wijziging van de Huisvestingswet 2014 ter verduidelijking van woonruimteverdeling van middenhuurwoningen en van de Woningwet ter vereenvoudiging van de goedkeuringsprocedure voor werkzaamheden die niet behoren tot diensten van algemeen economisch belang (Wet maatregelen middenhuur)

Eindtekst

Nummer: 2019D15321, datum: 2019-04-02, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2018Z16360:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


De Tweede Kamer der Staten- PRIVATE  

Generaal zendt bijgaand door

haar aangenomen wetsvoorstel

aan de Eerste Kamer.

De Voorzitter,

2 april 2019		



	Wijziging van de Huisvestingswet 2014 ter verduidelijking van
woonruimteverdeling van middenhuurwoningen en van de Woningwet ter
vereenvoudiging van de goedkeuringsprocedure voor werkzaamheden die niet
behoren tot diensten van algemeen economisch belang (Wet maatregelen
middenhuur)







GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET



	Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins
van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het wenselijk is voor het
stimuleren van investeringen in woningen met een middenhuur de
goedkeuringsprocedure voor toegelaten instellingen inzake werkzaamheden
die niet behoren tot diensten van algemeen economisch belang te
vereenvoudigen en te verduidelijken dat de toewijzing van woningen met
een middenhuur kan plaatsvinden op basis van de Huisvestingswet 2014;

Zo is het dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord,
en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en
verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Huisvestingswet 2014 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 2, eerste en tweede lid, wordt “schaarste aan goedkope
woonruimte” telkens vervangen door “schaarste aan woonruimte”.

B

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd: 

1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt “goedkope woonruimte”
vervangen door “woonruimte”.

2. In het tweede lid wordt “voor verkoop bestemde goedkope
woonruimte” vervangen door “voor verkoop bestemde woonruimte”

C

In artikel 7, eerste lid, wordt “categorieën goedkope woonruimte”
vervangen door “categorieën woonruimte”.

ARTIKEL II

	De Woningwet wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 21c, tweede lid, wordt “een bij algemene maatregel van
bestuur te bepalen percentage van de overeenkomstig de artikelen 17 en
18 van de Wet waardering onroerende zaken aan de onroerende zaken en hun
onroerende en infrastructurele aanhorigheden van de toegelaten
instelling toegekende waarde, vastgesteld overeenkomstig artikel 22,
eerste lid, van die wet” vervangen door “een bij algemene maatregel
van bestuur te bepalen percentage van de overeenkomstig artikel 35,
tweede lid, bepaalde actuele waarde van de onroerende zaken en hun
onroerende en infrastructurele aanhorigheden van de toegelaten
instelling”.

B

	Artikel 44c komt te luiden:

Artikel 44c

	1. Voorgenomen werkzaamheden van een toegelaten instelling of
samenwerkingsvennootschap met betrekking tot het doen bouwen of
verwerven van woongelegenheden of aanhorigheden als bedoeld in artikel
45, tweede lid, onderdeel a, of van gebouwen of aanhorigheden als
bedoeld in artikel 45, tweede lid, onderdeel g, die niet behoren tot
diensten van algemeen economisch belang zijn, behoudens in bij algemene
maatregel van bestuur bepaalde gevallen, aan goedkeuring van Onze
Minister onderworpen. De toegelaten instelling doet hiertoe een verzoek
bij Onze Minister.

	2. Onze Minister onthoudt zijn goedkeuring aan het verzoek, bedoeld in
het eerste lid, in ieder geval, indien naar zijn oordeel:

	a. de voorgenomen werkzaamheden niet noodzakelijk zijn ter uitvoering
van het volkshuisvestingsbeleid van de gemeente waarin deze
werkzaamheden zullen plaatsvinden;

	b. niet is nagegaan welke anderen dan toegelaten instellingen of
samenwerkingsvennootschappen de voorgenomen werkzaamheden wensen te
verrichten; of

	c. de toegelaten instelling of samenwerkingsvennootschap onvoldoende
vermogen beschikbaar heeft om de verplichtingen die volgen uit de
werkzaamheden te kunnen opvangen.

	3. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels
worden gesteld over welke bescheiden bij het verzoek, bedoeld in het
eerste lid, worden overgelegd, de wijze waarop deze bescheiden worden
overlegd en de gronden waarop Onze Minister zijn goedkeuring aan het
verzoek kan onthouden.

Ba

	Na artikel 44c wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 44d

	1. Indien een toegelaten instelling of samenwerkingsvennootschap die
grond in eeuwigdurende erfpacht heeft van de gemeente, de bestemming van
die grond wil wijzigen in bestemd voor huurwoningen met een
aanvangshuurprijs van ten minste het bedrag, bedoeld in artikel 13,
eerste lid, onder a, van de Wet op de huurtoeslag, en ten hoogste een in
een gemeentelijke verordening bepaalde, jaarlijks te indexeren
aanvangshuurprijs, kan de gemeente aan de toestemming, bedoeld in
artikel 89 lid 2 van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek, niet de
voorwaarde verbinden dat de canon wordt verhoogd. Een andersluidend
beding in de akte van vestiging is vernietigbaar. 

	2. Indien een toegelaten instelling of samenwerkingsvennootschap als
gevolg van toepassing van het eerste lid een financieel voordeel heeft
ten opzichte van andere marktpartijen, komt dit voordeel ten goede aan
de uitvoering van de diensten van algemeen economisch belang, die aan
haar of de samenwerkingsvennootschap zijn opgedragen. Bij algemene
maatregel van bestuur worden nadere voorschriften gegeven over de wijze
waarop dit voordeel wordt bepaald.  

C

	In artikel 53, vierde lid, onderdeel d, wordt “een bij algemene
maatregel van bestuur te bepalen percentage van de overeenkomstig de
artikelen 17 en 18 van de Wet waardering onroerende zaken aan de
onroerende zaken en hun onroerende en infrastructurele aanhorigheden van
die toegelaten instelling toegekende waarde, vastgesteld overeenkomstig
artikel 22, eerste lid, van die wet” vervangen door “een bij
algemene maatregel van bestuur te bepalen percentage van de
overeenkomstig artikel 35, tweede lid, bepaalde actuele waarde van de
onroerende zaken en hun onroerende en infrastructurele aanhorigheden van
de toegelaten instelling”.

ARTIKEL IIA

	Na artikel 8f van de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte wordt een
artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 8g

	De huurcommissie kan de verhuurderbijdrage invorderen bij dwangbevel.

ARTIKEL III

De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk
besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of
onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen, dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en
dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

 

 

 PAGE    

 PAGE   2