Het bericht ‘Verscherpte aanpak klanten van jeugdprostitutie door politie en OM’
Schriftelijke vragen
Nummer: 2019D15565, datum: 2019-04-12, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2019Z07608).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A. Kuik, Tweede Kamerlid (Ooit CDA kamerlid)
- Mede ondertekenaar: G.J.M. Segers, Tweede Kamerlid (Ooit ChristenUnie kamerlid)
Onderdeel van zaak 2019Z07608:
- Gericht aan: M.G.J. Harbers, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
- Indiener: A. Kuik, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: G.J.M. Segers, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2019Z07608
Vragen van de leden Kuik (CDA) en Segers (ChristenUnie) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over het bericht «Verscherpte aanpak klanten van jeugdprostitutie door politie en OM» (ingezonden 12 april 2019).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht van het openbaar ministerie (OM) van 10 april 2019 «Verscherpte aanpak klanten van jeugdprostitutie door politie en OM »?1
Vraag 2
Deelt u de grote zorgen van de politie en het OM over het grote aantal minderjarige slachtoffers van seksuele uitbuiting? In hoeverre is deze groep de laatste jaren gegroeid? Bent u van mening dat wij inmiddels meer zicht krijgen op deze groep dan de schatting van de Nationaal Rapporteur uit 2017 waarin duidelijk werd dat 89% van deze groep onzichtbaar blijft?2
Vraag 3
Hoeveel klanten zijn de afgelopen jaren onder artikel 248b Sr vervolgd?
Vraag 4
Kunt u aangeven in hoeverre deze zaken leiden tot een veroordeling dan wel een sepot? Kunt u tevens aangeven wat hierbij de gemiddelde strafmaat is en in hoeverre deze afwijkt van de strafmaat van één dag cel c.q. een taakstraf welke destijds in de Valkenburgse zedenzaak tot aan de Hoge Raad is opgelegd?
Vraag 5
Kunt u aangeven op welke wijze uw programma «Samen tegen Mensenhandel» bijdraagt aan een meer effectieve bestrijding van de vraagkant van mensenhandel en of u tevens nog andere maatregelen overweegt om dit te versterken aangezien, volgens het bericht, veel klanten aangeven niet op de hoogte te zijn van het feit dat het slachtoffer minderjarig was? Kunt u verder aangeven hoe vaak door klanten een verplichte melding is gedaan bij vermoedens van jeugdprostitutie?
Vraag 6
Is bij u bekend hoe vaak de politie en het OM gebruik zal gaan maken van de mogelijkheden onder de Wet Computercriminaliteit III om klanten en daders middels (virtuele) lokprofielen in de kraag te vatten? Kunt u aangeven in hoeverre zij hierin getraind zijn/worden? Bent u, zo nodig, bereid te voorzien in extra training?
Vraag 7
Kunt u voorts aangeven hoe andere landen binnen de Europese Unie, met name de landen met een vergelijkbaar rechtssysteem, omgaan met de vervolging van klanten die seks kopen van minderjarigen en de vervolging hiervan?