[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Reactie op het verzoek van het lid De Groot, gedaan tijdens de Regeling van Werkzaamheden van 2 oktober 2018, over het bericht ‘Vleeskwekers zijn steeds verder, maar de weg naar het schap is nog lang’ (Nos.nl, 26 september 2018)

Voedingsbeleid

Brief regering

Nummer: 2019D18105, datum: 2019-04-30, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-31532-229).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 31532 -229 Voedingsbeleid.

Onderdeel van zaak 2019Z08877:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2018-2019

31 532 Voedingsbeleid

Nr. 229 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 april 2019

Tijdens de regeling van werkzaamheden van 2 oktober jl. is door uw Kamer gevraagd om een reactie op de hoorzitting over kweekvlees en om de rol die kweekvlees kan spelen in de eiwittransitie (Handelingen II 2018/19, nr. 7, item 7). Met deze brief geef ik invulling aan uw verzoek door de ontwikkelingen op dit thema weer te geven en u te informeren over het standpunt van het kabinet. Hiermee geef ik ook invulling aan uw verzoek om deze brief in april 2019 naar uw Kamer te zenden.

Recente activiteit

Sinds de aanvraag van het eerste kweekvleespatent in 1999 zijn de technologische ontwikkelingen en economische activiteiten rond kweekvlees toegenomen en komt marktintroductie dichterbij. Wereldwijd wordt op groeiende schaal geïnvesteerd in bedrijven die actief werken aan ontwikkeling en productie van kweekvlees.

In de Verenigde Staten (VS), Israël en Japan nemen investeringen in onderzoek en economische activiteiten toe. Zo wordt in de VS sinds 2014 geïnvesteerd in meerdere kweekvleesbedrijven, bijvoorbeeld door Tyson Foods, de grootste vleesverwerker in de VS. In Israël werken minimaal vier bedrijven aan een marktintroductie. Alle hebben private investeringen opgehaald, waaronder een investering van de grote Duitse pluimveevleesverwerker PHW. In 2017 is er een handelsovereenkomst tussen China en Israël gesloten van $ 300 miljoen, waar kweekvlees een belangrijk onderdeel van is.

In Nederland groeide de aandacht voor kweekvlees begin 2018, vanwege het aanbieden van de eerste kweekvleesproducten in Nederland door het Amerikaanse voedingsmiddelenbedrijf Just. Eind 2017 ontvingen de Ministeries van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) een verzoek van Just om per 2018 kweekvlees op de markt te brengen in Nederland. Vanuit VWS is duidelijk gecommuniceerd dat kweekvlees een Novel Food betreft en dat elke onderneming die een kweekvleesproduct op de markt wenst te brengen, een Novel Food-aanvraag bij de European Food Safety Authority dient in te dienen in het kader van de voedselveiligheid. Voordat een dergelijke aanvraag positief is afgerond, is het voor bedrijven niet mogelijk om een kweekvleesproduct binnen de Europese Unie (EU) op de markt te brengen.

Op dit moment werken, voor zover bij mij bekend, twee Nederlandse ondernemingen aan het ontwikkelen van een product dat als «kweekvlees» geclassificeerd kan worden. Het Maastrichtse Mosa Meat is het eerste Nederlandse bedrijf dat zich richt op kweekvleesproductie. In maart 2018 maakte zij bekend € 7,5 miljoen opgehaald te hebben. Met deze investering verwacht Mosa Meat in 2021 hun eerste kweekvleesproduct op de markt te kunnen brengen. Het Leidse Meatable is sinds begin 2018 actief op het gebied van kweekvleesproductie. Dit bedrijf maakte in oktober 2018 bekend een investering van $ 3,5 miljoen opgehaald te hebben.

Hoorzitting Tweede Kamer

In reactie op de hoorzitting die uw Kamer op 26 september jl. heeft georganiseerd constateer ik dat verdere ontwikkeling en mogelijke markttoegang van kweekvlees afhankelijk is van diverse aspecten die daar aan de orde kwamen. Voor mij staat voorop dat kweekvlees in het kader van de voedselveiligheid alleen op de markt kan komen wanneer een producent een Novel Food-aanvraag heeft ingediend en deze succesvol is doorlopen.

In potentie kan de ontwikkeling van kweekvlees een alternatief zijn voor vlees en daarmee een bijdrage leveren aan de transitie naar andere duurzame eiwitten. Kweekvlees kan ook ten goede komen aan het dierenwelzijn en studies laten zien dat gebruik van kweekvlees een reductie in uitstoot van broeikasgassen, energiegebruik, watergebruik en landgebruik kan opleveren. Deze potentiële voordelen kunnen bijdragen aan groei van maatschappelijk draagvlak.

Het is mijn uitgangspunt om een gezonde balans tussen dierlijke en plantaardige eiwitten na te streven en consumenten meer bewust te maken van het belang van goed, gezond voedsel en de plaats van dierlijke en plantaardige eiwitten daarin (zie ook mijn reactie op het RLI-advies, Kamerstuk 31 532, nr. 217). Alternatieve eiwitbronnen, zoals noten, paddenstoelen, peulvruchten, wieren, algen, schimmels en insecten kunnen ook een duurzaam alternatief zijn voor vlees. De rol die kweekvlees kan spelen in de verduurzaming van het voedselbeleid is afhankelijk van verdere ontwikkeling van de technologie.

Op technologisch gebied moeten nog flinke stappen genomen worden voordat verantwoorde productie een feit is, vooral in de opschaling van de productie. Voor een gedragen introductie van kweekvlees zijn ook maatschappelijke en ethische aspecten van belang. Zo bleek uit de hoorzitting dat het vinden van een geschikt plantaardig medium om de cellen te doen groeien een relevant discussiepunt is. Daarnaast is het nog onduidelijk wat de Nederlandse consument van kweekvlees vindt. Onderzoek rond kweekvlees is tot op heden beperkt en nader onderzoek betreffende marktintroductie en ontwikkeling kan tot een beter inzicht leiden. Ik blijf volgen wat de verdere ontwikkelingen zijn rond kweekvlees.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten