Lijst van vragen over het Jaarverslag 2018 van de Homogene Groep Internationale Samenwerking (HGIS) (Kamerstuk 34776-4)

Homogene Groep Internationale samenwerking 2018 (HGIS-nota 2018)

Lijst van vragen

Nummer: 2019D21504, datum: 2019-05-23, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2019D21504).

Gerelateerde personen:

Eerste ondertekenaar: P.A. (Pia) Dijkstra, voorzitter van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken (Ooit D66 kamerlid)
Mede ondertekenaar: T.J.E. van Toor, griffier

Onderdeel van zaak 2019Z09568:

Indiener: S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken
Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken

Onderdeel van activiteiten:

2019-05-16 12:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
2019-05-22 13:30: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
2019-05-23 14:00: Jaarverslag 2018 van de Homogene Groep Internationale Samenwerking (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
2019-06-06 16:00: Verantwoordingsstukken 2018 ministerie Buitenlandse Zaken (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
2020-09-02 13:45: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK

Preview document (🔗 origineel)

2019D21504 LIJST VAN VRAGEN

De vaste commissie voor Buitenlandse Zaken heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken over het Jaarverslag 2018 van de Homogene Groep Internationale Samenwerking (Kamerstuk 34 776, nr. 4).

De voorzitter van de commissie,
Pia Dijkstra

De griffier van de commissie,
Van Toor

Nr	Vraag

1	Kunnen «geheime» uitgaven Official Development Assistance (ODA)-toerekenbaar zijn?
2	Wie beoordeelt of een uitgave ODA-toerekenbaar is? Welke handleiding wordt hierbij gebruikt? En hoe wordt gegarandeerd dat Nederland hierin niet strenger toetst dan een andere lidstaat van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO)?
3	Waarom steunt Nederland de oproepen van diverse OESO-landen om ook hulp aan middeninkomenslanden ODA-toerekenbaar te maken doorgaans niet?
4	Zijn er ook inspanningen verricht in het kader van privatesectorontwikkeling die niet in het kader van de Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDG)»s stonden? Zo ja, welke?
5	Hoe betrekt Nederland de eigen private sector bij het oplossen van maatschappelijke uitdagingen in ontwikkelingslanden? Welke partners worden en zijn hierbij gekozen?
6	Vindt het kabinet het van belang dat ook de defensie-industrie competitief kan zijn? Zo ja, waarom wordt deze dan uitgesloten van diverse financieringsinstrumenten?
7	Kunt u uitgebreider toelichten hoe het «digitaal platform in ontwikkeling» eruit moet komen te zien?
8	In welke landen was het Dutch Good Growth Fund (DGGF) actief in 2018?
9	Kan het bevorderen van investeringen in of het verzekeren van (de export van) de defensie-industrie in principe maatschappelijk verantwoord zijn? Waarom wel of niet? En denkt het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat hier hetzelfde over als het Ministerie van Buitenlandse Zaken?
10	Welke bedrijven die in 2018 een exportkredietverzekering kregen via Atradius DSB, komen, vanwege de FMO-uitsluitingslijst, per definitie niet in aanmerking voor financiering via bijvoorbeeld het Dutch Trade and Investment Fund (DTIF)?
11	Hoeveel waterschapsbestuurders zijn in het kader van de Blue Deal afgereisd naar een ontwikkelingsland?
12	Waarom zetten Europese landen als Nederland hun bijdrage aan de Asian Infrastructure Investment Bank niet in voor het ontwikkelen van een Europees alternatief voor het Belt and Road Initiative (BRI)?
13	Welk deel van de in 2018 gedane ODA-uitgaven was verdragsrechtelijk verplicht (en dus niet zozeer juridisch verplicht, maar verplicht op basis van een verdrag waar Nederland partij bij is)?
14	Welk percentage van de ODA-uitgaven is gedaan in de «focusregio’s» van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking? Welk percentage is derhalve ten goede gekomen aan activiteiten in of met betrekking tot landen die geen deel uitmaken van de focusregio’s? Kunt u dit inzichtelijk maken in de vorm van een tabel?
15	Hanteert het kabinet nu wel of geen focuslanden?
16	Wat betekent het focuslandenbeleid in praktijk in vergelijking met het beleid ten aanzien van niet-focuslanden? Hoe kan de Kamer hierop afrekenen?
17	Wat valt er onder diversen, waar een mutatie in de uitgaven van –106,1 miljoen euro plaatsvindt, in de bijlage Verticale toelichting betreffende de HGIS-nota?
18	Hoe kan de instroomraming van asielzoekers van 30.000 naar 37.000 leiden tot een overheveling van 42 miljoen euro van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking naar de begroting van Justitie en Veiligheid?
19	Op welke wijze is de 94,2 miljoen euro voor asiel op de HGIS-nota ingezet? Welk deel hiervan is juridisch dan wel bestuurlijk verplicht?
20	Met welk doel mogen middelen vanuit ODA voor asiel worden ingezet?
21	Op welke wijze zijn de overgehevelde middelen van 30 miljoen euro vanuit het Budget Internationale Veiligheid (BIV) naar Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking ingezet?
22	Op welke wijze zijn de overgehevelde middelen van 59,5 miljoen euro vanuit het BIV naar Defensie ingezet?
23	Op welke wijze is de naar beneden bijgestelde afdracht aan het Europees Ontwikkelingsfonds (EOF) voor 2018 met 15 miljoen euro elders ingezet? Is dit binnen de begroting Buitenlande Handel en Ontwikkelingssamenwerking gebeurd?
24	Waarom is een Wereldbankbijdrage (154,4 mln.) die gepland was voor 2019 in 2018 betaald?
25	Waarom is de aflossing door het Ministerie van Justitie en Veiligheid van de egalisatieschuld, de schuld bij het Rijksvastgoedbedrijf, niet tot betaling gekomen in 2018? Wanneer vindt deze wel plaats?