35218 Advies Afdeling advisering Raad van State inzake wijziging van de Bekendmakingswet en andere wetten in verband met de elektronische publicatie van algemene bekendmakingen, mededelingen en kennisgevingen (Wet elektronische publicaties)
Wijziging van de Bekendmakingswet en andere wetten in verband met de elektronische publicatie van algemene bekendmakingen, mededelingen en kennisgevingen (Wet elektronische publicaties)
Advies Afdeling advisering Raad van State
Nummer: 2019D23826, datum: 2019-06-06, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: Th.C. de Graaf, vicepresident van de Raad van State
Onderdeel van zaak 2019Z11571:
- Indiener: R.W. Knops, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2019-06-11 16:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2019-06-20 11:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2019-07-09 14:00: Wijziging van de Bekendmakingswet en andere wetten in verband met de elektronische publicatie van algemene bekendmakingen, mededelingen en kennisgevingen (Wet elektronische publicaties) (35218) (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2019-11-14 11:30: Procedurevergadering vaste commissie voor Binnenlandse Zaken (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2019-11-19 15:30: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2019-12-03 17:25: Wet elektronische publicaties (35218) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2019-12-10 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
- 2019-12-12 11:30: Procedurevergadering vaste commissie voor Binnenlandse Zaken (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
Preview document (🔗 origineel)
No.W04.18.0386/I 's-Gravenhage, 20 maart 2019
...................................................................................
Bij Kabinetsmissive van 17 december 2018, no.2018002342, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet tot wijziging van de Bekendmakingswet en enige andere wetten in verband met de elektronische publicatie van algemene bekendmakingen, mededelingen en kennisgevingen (Wet elektronische publicaties), met memorie van toelichting.
De Afdeling advisering van de Raad van State heeft geen inhoudelijke
opmerkingen bij het voorstel.
De Afdeling verwijst naar de bij dit advies behorende redactionele
bijlage.
De Afdeling adviseert het voorstel bij de Tweede Kamer der
Staten-Generaal in te dienen.
Gelet op artikel 26, zesde lid jo vijfde lid, van de Wet op de Raad van
State, is de Afdeling van oordeel dat openbaarmaking van dit advies
achterwege kan blijven.
De vice-president van de Raad van State,
Redactionele bijlage bij het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State betreffende no.W04.18.0386/I
Nu met het voorstel vrijwel alle artikelen van de Bekendmakingswet worden gewijzigd en er in andere wetgeving nauwelijks naar de Bekendmakingswet wordt verwezen, de bestaande Bekendmakingswet intrekken en deze opnieuw vaststellen (zie ook Aanwijzing 6.2 van de Aanwijzingen voor de regelgeving), waarmee tevens een doorlopende nummering van de artikelen kan worden bewerkstelligd.
Indien het wetsvoorstel uitsluitend strekt tot wijziging van bestaande regelingen (zoals nu het geval is) het voorstel indelen in artikelen met Romeinse cijfers (zie Aanwijzing 6.6 van de Aanwijzingen voor de regelgeving).
Het overgangsrecht dat is opgenomen in hoofdstuk 1onder Q (de intrekking van artikel 10c op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip) niet opnemen in dit hoofdstuk, maar in hoofdstuk 10 dat ziet op de overgangs- en slotbepalingen.
In de toelichting ingaan op de vraag waarom de verplichte elektronische publicatie niet van toepassing wordt op de publicaties die verzorgd worden door de bestuurscolleges van de openbare lichamen (voorgesteld artikel 2, vierde en negende lid).