Gewijzigde motie van het lid Westerveld c.s. over een uitgebreide evaluatie van het leenstelsel (t.v.v. 31288-729)
Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid
Motie (gewijzigd/nader)
Nummer: 2019D24061, datum: 2019-06-11, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-31288-739).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E.M. Westerveld, Tweede Kamerlid (GroenLinks-PvdA)
- Mede ondertekenaar: F.W. Futselaar, Tweede Kamerlid (Ooit SP kamerlid)
- Mede ondertekenaar: K.A.E. van den Hul, Tweede Kamerlid (Ooit PvdA kamerlid)
- Mede ondertekenaar: H.J. Beertema, Tweede Kamerlid (Ooit PVV kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 31288 -739 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid.
Onderdeel van zaak 2019Z11678:
- Indiener: E.M. Westerveld, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: H.J. Beertema, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: F.W. Futselaar, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: K.A.E. van den Hul, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2019-06-11 15:05: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 |
31 288 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid
Nr. 739 GEWIJZIGDE MOTIE VAN HET LID WESTERVELD C.S. TER VERVANGING VAN DIE GEDRUKT ONDER NR. 729
Voorgesteld 11 juni 2019
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat bij invoering van het leenstelsel is afgesproken dat de toegankelijkheid blijft gewaarborgd en de opbrengsten ten goede zouden komen aan toegankelijkheid, doorstroom en kwaliteit;
overwegende dat studenten zouden mogen meebeslissen over de opbrengsten;
constaterende dat er zorgen zijn over de toegankelijkheid van het hoger onderwijs, met name onder eerstegeneratiestudenten, studenten met een migratieachtergrond en studenten met een functiebeperking;
constaterende dat de Algemene Rekenkamer concludeert dat het niet waarschijnlijk is dat de beloofde voorinvesteringen volledig hebben plaatsgevonden en dat de beloofde inspraak van studenten onvoldoende is gewaarborgd;
overwegende dat hiermee de bovengenoemde voorwaarden onvoldoende zijn nagekomen;
verzoekt de regering, het leenstelsel uitgebreid te laten evalueren door bijvoorbeeld de WRR;
verzoekt de regering tevens, onafhankelijk te laten onderzoeken welke studiefinancieringsstelsels er mogelijk zijn zonder of met een kleinere leencomponent;
verzoekt de regering, tot slot de Kamer daarover te rapporteren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Westerveld
Futselaar
Van den Hul
Beertema