Voorstel van de leden Omtzigt (CDA) en Leijten (SP) over stukken m.b.t. de CAF-11-zaak
Brief commissie
Nummer: 2019D24700, datum: 2019-06-12, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: P.H. Omtzigt, Tweede Kamerlid (Nieuw Sociaal Contract)
- Mede ondertekenaar: R.M. Leijten, Tweede Kamerlid (Ooit SP kamerlid)
Onderdeel van zaak 2019Z11970:
- Indiener: P.H. Omtzigt, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: R.M. Leijten, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Financiën
- 2019-06-12 18:00: Voorstel van de leden Omtzigt (CDA) en Leijten (SP) over stukken m.b.t. de CAF-11-zaak (E-mailprocedure), vaste commissie voor Financiën
Preview document (🔗 origineel)
Naar aanleiding van de feitelijke vragenronde over de brief van de staatssecretaris van Financiën ‘Richting een oplossing voor ouders in de CAF-11-zaak’ stellen de leden Omtzigt (CDA) en Leijten (SP) voor de staatssecretaris te verzoeken de volgende aanvullende stukken uiterlijk morgen, donderdag 13 juni 2019 om 18.00 uur, naar de Kamer te sturen:
de twee e-mails met concrete signalen van de GGD uit 2011, zoals vermeld in bovenstaande brief van de staatssecretaris;
de GGD-rapporten uit 2011, 2012 en 2013 over gastouderbureau Dadim;
de opdracht die hij heeft gegeven aan de EDP-auditors om de systemen van Toeslagen te doorzoeken op stukken over het CAF-11 project (zoals aangekondigd in Kamerstukken II, vergaderjaar 2018-2019, 31 066, nr. 434) en de Nota van Bevindingen van het onderzoek (zoals beschreven in Kamerstukken II, vergaderjaar 2018-2019, 31 066, nr. 440) te doen toekomen, zoals al is verzocht aan de staatssecretaris op 7 juni 2019;
de reactie op de brief van de Nationale ombudsman van 24 mei 2019 over het rapport ‘Geen powerplay, maar fair play’, waarop de Nationale ombudsman heeft verzocht uiterlijk op vrijdag 7 juni 2019 te reageren;
de evaluaties die er mede toe hebben bijgedragen dat de staatssecretaris in september vorig jaar voor het eerst tot de conclusie kwam dat er sprake was van een fout in de CAF-11-zaak en later zijn excuses daarvoor aanbood.