Reactie EU-commissaris op brief inzake beoordeling technische maisolie
Milieuraad
Brief regering
Nummer: 2019D25581, datum: 2019-06-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-21501-08-778).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S. van Veldhoven-van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat (Ooit D66 kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 21501 08-778 Milieuraad.
Onderdeel van zaak 2019Z12370:
- Indiener: S. van Veldhoven-van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2019-06-19 13:20: Aansluitend aan de Stemmingen: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2019-06-26 10:15: Procedurevergadering commissie voor Infrastructuur en Waterstaat (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2019-07-03 10:15: VSO Milieuraad d.d. 26 juni 2019 (21501-08-774) (Plenair debat (tweeminutendebat)), TK
- 2019-09-11 13:50: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 |
21 501-08 Milieuraad
Nr. 778 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 juni 2019
Overeenkomstig mijn toezegging in de Kamerbrief van 4 april 2019 (Kamerstuk 21 501-08, nr.769) informeer ik uw Kamer over het antwoord van de EU-Commissaris, de heer Cañete, op mijn brief over de gewenste snelle beoordeling van technische maisolie (TCO) door de Europese Commissie.
In zijn antwoord geeft de EU-commissaris aan dat uit de analyse die de Europese Commissie op 9 april 2019 heeft gepubliceerd (COM(2019) 225 final)1 niet is gebleken dat er voldoende wetenschappelijk bewijs beschikbaar is om nieuwe grondstoffen aan de lijsten van bijlage IX toe te voegen. Op deze lijsten staan de grondstoffen voor geavanceerde biobrandstoffen. De volgende herziening van deze bijlage is gepland voor 2021.
De EU-commissaris gaf wel aan dat in het kader van deze herziening over de beoordeling van TCO en ook andere grondstoffen gesproken kan worden met ambtenaren van de Europese Commissie en andere lidstaten. Daarbij is het niet alleen belangrijk om vast te stellen dat een grondstof een afvalstof of een residu is, maar dat de grondstof ook getoetst wordt aan de criteria van artikel 28 lid 6 van de herziene Richtlijn hernieuwbare energie (RED2). Deze criteria zijn: Het voldoen aan de duurzaamheidscriteria van de RED2, geen aanzienlijke verstoring van markten voor (bij)producten, afvalstoffen of residuen, voorkomen negatieve gevolgen voor milieu en biodiversiteit, voldoen aan beginselen circulaire economie en afvalhiërarchie en geen extra vraag naar land. Het rapport dat ik voor TCO had laten opstellen en aan de EU-commissaris had gestuurd, toetst ook aan deze criteria.
In aanloop naar de volgende herziening van de lijsten van bijlage IX in 2021 zal ik bij de Europese Commissie nagaan of er nog zaken in het rapport ontbreken die voor de toetsing van TCO door de Europese Commissie nodig zijn. Indien dat zo is zal ik bezien of die alsnog aangeleverd kunnen worden, zodat de toetsing van TCO snel uitgevoerd kan worden. Daarnaast zal ik samen met de andere lidstaten en de Europese Commissie verkennen welke grondstoffen naast TCO aan de eerder genoemde criteria getoetst dienen te worden. Grondstoffen die aan de criteria voldoen kunnen dan in 2021 op een van de lijsten geplaatst worden. Dit zou ook voor TCO kunnen gelden.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
S. van Veldhoven-van der Meer
https://eur-lex.europa.eu/legal-content/EN/TXT/PDF/?uri=CELEX:52019DC0225&rid=2↩︎