35210-B, eindtekst
Wijziging van de begrotingsstaat van het gemeentefonds voor het jaar 2019 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)
Eindtekst
Nummer: 2019D30400, datum: 2019-07-04, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2019Z10313:
- Indiener: K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Medeindiener: M. Snel, staatssecretaris van Financiën
- Volgcommissie: vaste commissie voor Financiën
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2019-06-04 15:50: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2019-06-06 11:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2019-06-11 14:00: Wijziging van de begrotingsstaat van het gemeentefonds voor het jaar 2019 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (35210-B) (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2019-07-04 13:26: Aanvang middagvergadering: Stemmingen (over alle punten van 2 en 3 juli) (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
De Tweede Kamer der Staten- PRIVATE Generaal zendt bijgaand door haar aangenomen wetsvoorstel aan de Eerste Kamer. De Voorzitter, 4 juli 2019 Wijziging van de begrotingsstaat van het gemeentefonds voor het jaar 2019 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de noodzaak is gebleken van een wijziging van de begrotingsstaat van het gemeentefonds voor het jaar 2019; Zo is het, dat Wij, met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: Artikel 1 De begrotingsstaat van het gemeentefonds voor het jaar 2019 wordt gewijzigd, zoals blijkt uit de bij deze wet behorende staat. Artikel 2 De vaststelling van de in artikel 1 bedoelde begrotingsstaat geschiedt in duizenden euro’s. Artikel 3 Het verplichtingenbedrag bedoeld in artikel 5, eerste lid van de Financiële-verhoudingswet (Fvw) ter zake van de algemene uitkeringen en de aanvullende uitkeringen wordt voor het uitkeringsjaar 2019 vastgesteld op € 25.251.552.000. De verplichtingenbedragen bedoeld in artikel 5, tweede lid van de Financiële-verhoudingswet ter zake integratie-uitkeringen en decentralisatie-uitkeringen zijn respectievelijk € 4.433.857.000 en € 1.160.534.000. Artikel 4 Deze wet treedt in werking met ingang van 1 juni van het onderhavige begrotingsjaar. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven op of na de datum van 1 juni, dan treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van dat Staatsblad en werkt zij terug tot en met 1 juni van het onderhavige begrotingsjaar. Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle Ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden. Gegeven De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, De Staatssecretaris van Financiën, De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, De Staatssecretaris van Financiën, Wijziging van de begrotingsstaat van het gemeentefonds (B) voor het jaar 2019 (Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000) Artikel Omschrijving (1) Vastgestelde begroting (2) Mutaties 1e suppletoire begroting Verplichtingen Uitgaven Ontvangsten Verplichtingen Uitgaven Ontvangsten 01 gemeentefonds 30.147.959 30.147.959 30.147.959 702.045 1.011.733 1.011.733 PAGE PAGE 5