Verslag van een werkbezoek van de vaste commissie voor Defensie aan HPMV NAVO in Brussel op 31 maart en 1 april 2019
Verslag van een werkbezoek van een delegatie uit de vaste commissie voor Defensie aan HPMV NAVO in Brussel
Verslag van een werkbezoek
Nummer: 2019D32953, datum: 2019-08-22, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 4
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35265-1).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A. (Aukje) de Vries, voorzitter van de vaste commissie voor Defensie (VVD)
- Mede ondertekenaar: F.H. Mittendorff, adjunct-griffier
Onderdeel van kamerstukdossier 35265 -1 Verslag van een werkbezoek van een delegatie uit de vaste commissie voor Defensie aan HPMV NAVO in Brussel.
Onderdeel van zaak 2019Z15917:
- Indiener: A. (Aukje) de Vries, voorzitter van de vaste commissie voor Defensie
- Medeindiener: F.H. Mittendorff, adjunct-griffier
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Defensie
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 |
35 265 Verslag van een werkbezoek van een delegatie uit de vaste commissie voor Defensie aan HPMV NAVO in Brussel
Nr. 1 VERSLAG VAN EEN WERKBEZOEK
Vastgesteld 22 augustus 2019
Op zondag 31 maart en maandag 1 april 2019 heeft een delegatie van de vaste commissie voor Defensie een werkbezoek gebracht aan het Hoofd Permanent Militaire Vertegenwoordiging (HPMV) en de Nederlandse ambassadeur bij de NAVO in Brussel. Doel van dit werkbezoek was zicht te krijgen op de Nederlandse inzet bij de NAVO. Besproken is hoe Nederland bijdraagt aan de realisering van de doelstellingen van de NAVO (Defense Investment Pledge). Ook het Militair Strategisch Concept, de NAVO-Commandostructuur, het Readiness Initiative en militaire samenwerking tussen de NAVO en EU kwamen aan de orde.
De delegatie bestond uit de leden Aukje de Vries (delegatieleider, VVD), Bosman (VVD), De Roon (PVV) en Bruins Slot (CDA). De delegatie werd ambtelijk ondersteund door de adjunct-griffier van de commissie, de heer Mittendorff.
De delegatie brengt als volgt verslag uit van dit werkbezoek.
Het programma startte met een gesprek op de residentie van de Nederlandse ambassadeur bij de NAVO, mevrouw Gerards, waarbij tevens HPMV NAVO viceadmiraal Bekkering en enkele van zijn medewerkers aanwezig waren. De verschillende facetten van de werkzaamheden van HPMV NAVO, de verhoudingen met PV NAVO en de wijze waarop HPMV en de Nederlandse ambassadeur bij de NAVO binnen de NAVO opereren kwamen aan de orde. Voorts zijn de krachtenvelden binnen de NAVO en de actuele dossiers binnen de NAVO toegelicht.
De gesprekken werden vervolgd op de PV NAVO, in het NAVO hoofdkwartier te Brussel. Gestart werd met een uiteenzetting van de actuele ontwikkelingen binnen de NAVO. Met name werd benadrukt dat «space» een nieuw domein van defensie-ontwikkeling is, naast de bestaande domeinen land, zee, lucht en special operational forces. Space bevindt zich als beleidsdomein in de beginfase van ontwikkeling.
Vervolgens werd ingegaan op het onderwerp lastenverdeling (burden sharing), de actuele stand van zaken en vooruitgang bij de hoogte van de bijdragen van de lidstaten aan de NAVO tot de NAVO-norm (2% van het BBP). In de komende vier jaar moet er een verbeteringsslag worden gemaakt. Tevens werd gesproken over gereedheid (readiness). Opgemerkt werd dat de Nederlandse krijgsmacht zich in een proces bevindt van omvorming naar gereedheid.
Het volgende onderwerp betrof operationele planning. Toegelicht werd dat op dit terrein drie kernactiviteiten worden ontplooid, te weten collectieve verdediging, crisis management en «Projecting stability», een concept dat is geïntroduceerd op de NAVO Top in Warschau in 2016 en dat uitgaat van het idee dat NAVO veiliger is als haar buurlanden stabieler zijn. De NAVO kan hieraan bijdragen door bijvoorbeeld trainingsprogramma’s aan die landen aan te bieden.
Het gesprek werd afgesloten met het onderwerp «common funded capability development», gezamenlijk gefinancierde ontwikkeling van defensiecapaciteiten. Hier spelen vragen als:
– tot op welke hoogte ondersteunt het proces van ontwikkelen en goedkeuren van verwerving de tijdige levering van capaciteiten in overeenstemming met NAVO-behoeften,
– in hoeverre beheert NAVO gezamenlijk gefinancierde capaciteitsbehoeften efficiënt en effectief,
– tot op welke hoogte garandeert het beheer door NAVO een proces waarin NAVO op transparante wijze ter verantwoording kan worden geroepen.
HPMV meldde in dit verband dat de inzet voor een nieuw besluitvormingsproces de verwerving van capaciteiten aanmerkelijk zal vereenvoudigen en verkorten ten opzichte van het oude model.
De voorzitter van de commissie,
Aukje de Vries
De adjunct-griffier van de commissie,
Mittendorff