Respons op ondersteuningsverzoeken Aruba en Curaçao
Het Nederlands buitenlands beleid ten aanzien van Latijns-Amerika en de Cariben
Brief regering
Nummer: 2019D34499, datum: 2019-09-06, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-29653-58).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.W. Knops, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 29653 -58 Het Nederlands buitenlands beleid ten aanzien van Latijns-Amerika en de Cariben.
Onderdeel van zaak 2019Z16650:
- Indiener: R.W. Knops, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Volgcommissie: vaste commissie voor Defensie
- Volgcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Koninkrijksrelaties
- 2019-09-10 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2019-09-11 09:30: Procedurevergadering commissie Koninkrijksrelaties (Procedurevergadering), vaste commissie voor Koninkrijksrelaties
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 |
29 653 Het Nederlands buitenlands beleid ten aanzien van Latijns-Amerika en de Cariben
Nr. 58 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 6 september 2019
In deze brief ga ik mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken, de Minister van Defensie en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, nader in op enkele toezeggingen en moties in relatie tot het dossier Venezuela. Met deze brief kom ik onder meer tegemoet aan mijn toezegging uit het wetgevingsoverleg van 20 juni jl. om uw Kamer periodiek te informeren over de situatie met betrekking tot migranten uit Venezuela in het Caribisch deel van het Koninkrijk. Ook ga ik in deze brief nader in op de toezeggingen uit mijn brief van 3 juli jl. (Kamerstuk 29 653, nr. 57) en de Kabinetsappreciatie afsprakenlijst IPKO (Kamerstuk 33 845, Z/nr. 35) om de Eerste en Tweede Kamer – mede op verzoek van beide commissies voor Koninkrijksrelaties – na de besluitvorming van het kabinet nader te informeren over de precieze besteding van de bij Voorjaarsnota 2019 gereserveerde middelen voor ondersteuning van Aruba en Curaçao in het kader van de uitdagingen die beide landen ondervinden als gevolg van de situatie in Venezuela. In relatie tot de motie van het lid Drost (Kamerstuk, 29 653, nr. 55) kan ik u tot slot melden dat ik op verzoek van uw Kamer nogmaals bij de Minister-President van Curaçao heb aangedrongen op het belang van individuele toetsing bij personen die vragen om bescherming conform de internationaal geldende regelgeving, alsmede het belang van een goed werkende vreemdelingenketen die conform de voor Curaçao geldende internationale standaarden handelt. Zoals te lezen valt in het ondersteuningsverzoek van Curaçao d.d. 10 januari 2019, is het ook de nadrukkelijke wens van de regering van Curaçao om te voldoen aan de internationale verdragen en regelingen waaraan Curaçao gebonden is. Dit vormde ook de grondslag voor het betreffende ondersteuningsverzoek waar momenteel uitvoering aan gegeven wordt.
Nadere invulling bijstand bij Voorjaarsnota
De Minister van Financiën heeft uw Kamer op 29 mei jl. geïnformeerd over de Voorjaarsnota 2019 (Kamerstuk 35 210, nr. 1) met de daarin opgenomen «reservering Venezuela» van 23,8 miljoen. Dit bedrag is deels geoormerkt voor de respons op de bijstandsverzoeken van Aruba en Curaçao en deels voor maatregelen in het kader van crisisbeheersing in de regio. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is aangewezen als coördinerend ministerie voor de besteding van de middelen. De uitvoering is deels belegd bij de Ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Defensie en Justitie en Veiligheid, alsmede de overheid van Aruba en Curaçao. Vanuit mijn coördinerende verantwoordelijkheid informeer ik uw Kamer namens het kabinet over de besteding van de vrijgestelde middelen.
In de afgelopen periode is in goede samenwerking met Aruba en Curaçao hard gewerkt aan de verdere vormgeving van de samenwerking en ondersteuning. Daarbij zijn verschillende uitgangspunten in acht genomen. Zo dient de te leveren ondersteuning direct gerelateerd te zijn aan problematiek die voortkomt uit de situatie in Venezuela. Tevens is met voorrang gekeken naar maatregelen die een duurzaam en structureel effect beogen te bewerkstelligen. Tot slot kunnen met incidentele middelen geen structurele taken worden gefinancierd. Dit betekent dat eventuele structurele kosten die voortvloeien uit de geleverde bijstand, waaronder exploitatiekosten en personeelskosten, gedekt moeten zijn door het land zelf. Bij de uitwerking van de ondersteuningspakketten voor Aruba en Curaçao zijn de prioriteiten van de landen leidend geweest. Hierbij zijn ook de uitdagingen meegenomen uit het meest recente verzoek om ondersteuning van de regering van Aruba d.d. 26 mei 2019. Dit heeft er mijns inziens toe geleid dat er momenteel een samenhangend pakket aan ondersteuningsmaatregelen ligt waar het komend jaar in gezamenlijkheid verder uitvoering aan gegeven kan worden.
De aanvullende post «reservering Venezuela» is opgedeeld in de volgende posten. Daarbij geldt dat de totale geboden ondersteuning onder de streep evenredig is verdeeld over Aruba en Curaçao.
Maritieme grenzen | € 2,2 miljoen |
Crisisbeheersing | € 10,7 miljoen |
Optimaliseren vreemdelingenketen | € 7,2 miljoen |
Vreemdelingenbewaring Curaçao | € 2 miljoen |
Diverse bijstandsprojecten Aruba | € 1,7 miljoen |
€ 23,8 miljoen |
Maritieme grenzen
In mijn brief van 21 mei 2019 (Kamerstuk 29 653, nr. 56) heb ik uw Kamer gemeld dat Defensie in reactie op het ondersteuningsverzoek van Curaçao extra ondersteuning aan de Kustwacht heeft geleverd, onder meer door de inzet van de Curaçaose en Arubaanse militie ter aanvulling van de Kustwachters in de bootteams. Daarmee is bijna 24/7 een bootteam beschikbaar op de steunpunten van Curaçao en Aruba. Tegelijkertijd is geconcludeerd dat aanvullende maatregelen wenselijk zijn om zogenoemde blind spots in het huidige detectiesysteem aan te pakken. Deze blind spots zijn het gevolg van een verouderde walradarcapaciteit, onvoldoende mogelijkheden voor patrouilles vanaf Bonaire en een gebrek aan permanent cameratoezicht. Het dichten van de blind spots is urgent gezien de problemen waarmee Aruba, Curaçao en Bonaire geconfronteerd worden. Deze problemen zijn verwoord in de bijstandsverzoeken van Aruba (d.d. 1 februari 2019), Curaçao (d.d. 10 januari 2019) en in een brief van de gezaghebber van Bonaire aan de Minister van Defensie van 13 juni 2018.
De volgende maatregelen zullen worden getroffen om de blind spots te dichten.
Versneld aanschaffen mobiele walradars
Mobiele walradars zorgen voor een betere dekking en helpen bij het realiseren van een vroegtijdige detectie. De radars zullen worden ingezet ter aanvulling van de vaste walradars.
Inrichten van een camerasysteem
Om de landsdiensten op Aruba en Curaçao zicht te bieden op de aanlandingsplaatsen van Venezolaanse migranten zal er een dag- en nachtcamerasysteem geïnstalleerd worden wat vanuit het Joint Rescue Coordination Center (JRCC) bediend zal worden.
Aanschaffen van drones
Om meer inzicht in de omgeving aan de diensten te bieden is er in de aanschaf van drones voorzien. De drones zullen de diensten helpen bij het snel opstellen van een omgevingsbeeld.
Botensteiger Bonaire
Momenteel kunnen Metal Sharks die in het Caribisch gebied worden ingezet als interceptiemiddel niet in Bonaire aanmeren. Er zal een nieuwe botenstijger worden aangelegd die deze mogelijkheid wel biedt.
Crisisbeheersing
De ramp die zich na orkanen Irma en Maria heeft voltrokken in het Caribisch gebied, heeft laten zien dat het van belang is dat het Koninkrijk voorbereid is op diverse crisisscenario’s. Het kabinet trekt daarom extra middelen uit voor maatregelen met het oog op crisisbeheersing binnen het Koninkrijk.
Optimaliseren vreemdelingenketen
In aanvulling op de reeds toegezegde ondersteuning op het terrein van de vreemdelingenketen waarover ik uw Kamer bij brief van 21 mei jl. heb geïnformeerd, is het Ministerie van Justitie en Veiligheid in nauw overleg met Aruba en Curaçao gekomen tot een samenhangend pakket aan ondersteuningsmaatregelen gericht op de verdere versterking en optimalisering van de vreemdelingenketen en -processen van beide landen. De middelen die het kabinet hiervoor heeft vrijgemaakt vallen in te delen in vier categorieën.
Infrastructureel
Op Aruba worden de faciliteiten van de vreemdelingenbewaring op Guarda Nos Costa verbeterd, zodat migranten bij het vliegveld kunnen worden opgevangen in het kader van een eventuele asielaanvraag of uit het oogpunt van veiligheid, openbare orde en volksgezondheid. Op Curaçao wordt onder meer gekeken naar de mogelijkheid van het inrichten van tijdelijke opvang voor kwetsbare groepen.
Opleidingen en trainingen
Voor zowel Aruba als Curaçao zullen er meerdere cursussen, opleidingen en trainingen worden aangeboden. Het aanbod is toegespitst op de individuele behoeftes van de beide landen. De trainingen en opleidingen zullen onder andere worden verzorgd door personeel van de IND en de KMar.
Technische bijstand
Om achterstanden weg te werken zal er aanvullende technische bijstand worden geleverd aan de beide landen door onder meer juristen, IND medewerkers, DT&V medewerkers, vertalers en beleidsmedewerkers.
Materieel &ICT
Op zowel Aruba als Curaçao zal er geïnvesteerd worden in materieel. Dit materieel bevat onder andere transportmiddelen, communicatiemiddelen en ICT-aanpassingen. Zo wordt onder meer ingezet op de bevordering van (digitale) informatie-uitwisseling tussen de vreemdelingenketenpartners, het versterken van automatiseringssystemen en het ICT-netwerk.
Vreemdelingenbewaring Curaçao
Ik heb uw Kamer reeds geïnformeerd over de bijstand die Nederland in 2018 aan Curaçao heeft geleverd ten behoeve van de vreemdelingenbewaring ter waarde van € 132.000. Deze bijstand zag toe op de verbouwing en verbetering van het mannenblok in de vreemdelingenbewaring van het Sentro di Detenshon i Korekshon Kòrsou (SDKK). Op dit moment worden vrouwelijke vreemdelingen wegens gebrek aan adequate faciliteiten niet altijd in bewaring gesteld in de voor hen bestemde faciliteiten, maar in de reguliere detentiefaciliteiten van het SDKK. Curaçao heeft Nederland daarom verzocht om aanvullende bijstand te leveren op het terrein van vreemdelingenbewaring. In dit kader heeft Nederland 2 miljoen euro beschikbaar gesteld voor de realisatie van de uitbreiding van de vreemdelingenbewaring bij het SDKK. De focus bij de verbouwing en uitbreiding wordt gelegd op het verbeteren van de materiele randvoorwaarden voor het regime van vreemdelingenbewaring in lijn met de voorschriften van het Committee for the Prevention of Torture (CPT). Dit draagt bij aan de verwezenlijking van een acceptabele levensstandaard voor de vreemdelingen die in bewaring gesteld zijn. De Dienst Justitiële Inrichtingen en het Rijksvastgoedbedrijf zullen expertise bieden en adviserende werkzaamheden verrichten, voorafgaand aan en tijdens de fase van implementatie.
Diverse bijstandsprojecten Aruba
Op 26 mei jl. heeft de Minister-President van Aruba aan Nederland om additionele bijstand verzocht. Dit verzoek is gedaan gelet op de effecten van de migratie afkomstig uit het buurland Venezuela en de impact daarvan op de vreemdelingenketenen daarmee samenhangende sectoren als onderwijs en gezondheidszorg. In dat kader heeft Nederland bijstand toegezegd op vijf terreinen.
Onderwijs
Als gevolg van de toestroom van Venezolaanse migranten door de crisis in Venezuela is het aantal kinderen die niet (direct) kunnen instromen in het Arubaans onderwijs relatief hoog. De taalbarrière enerzijds en de beperkte beschikbare plekken voor migranten anderzijds zorgt voor de nodige uitdagingen. Nederland zal in dit kader een bijdrage leveren aan het Arubaanse Ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Duurzame Ontwikkeling ten behoeve van bijscholing van onderwijspersoneel, de aanschaf van lesmateriaal en een bijdrage aan de zorgstructuur om kinderen met sociaalemotionele problemen bij te staan.
Opvang kwetsbare groepen
Aruba heeft aangegeven graag extra middelen toe te willen kennen aan de opvang van kwetsbare personen. Het kabinet onderschrijft het belang van deze doelstelling en maakt daarom een subsidie van 255.000 euro beschikbaar voor de door Aruba aangedragen stichting Fundacion pa Hende Muher den Dificultad (FHMD), die opvang en capaciteit voor beschermd wonen biedt aan slachtoffers van onder andere mensenhandel, mensensmokkel en huiselijk geweld. Hiermee kan FHMD de huidige opvangcapaciteit uitbreiden met circa 30 extra plekken.
Inventarisatie irreguliere circuit op Aruba
Door irreguliere migratie werkt een relatief groot aantal Venezolanen in de informele sector, hetgeen betekent dat zij zonder een geldige verblijfs- en werkvergunning werken. Dit circuit brengt met zich mee dat personen vaak werkzaam zijn onder omstandigheden die niet toegestaan zijn volgens de Arubaanse arbeidswetgeving. Om het beleid ten opzichte van de arbeidsmarkt verder te verbeteren en te verfijnen, als ook de kansen voor asielzoekers op de arbeidsmarkt beter in te schatten, wil Aruba een databank opzetten waar alle informatie van de arbeidsmarkt wordt verzameld. Nederland zal onder andere een bijdrage leveren om de benodigde software voor de database in te kopen, alsmede technische bijstand in te huren voor de aanpassing van de hiervoor benodigde wet- en regelgeving.
Rechtshandhaving
Het criminaliteitsbeeld op Aruba wordt volgens de Arubaanse autoriteiten negatief beïnvloed door mensen die de termijnen van hun maximale verblijfsduur hebben overschreden en opgaan in de illegaliteit. Door de toegenomen migratie en daarmee gepaard gaande criminaliteit kampt Aruba met een tekort aan voldoende politiecellen. Met het oog op de openbare orde en veiligheid, levert Nederland een bijdrage om de materialen en de realisatie van tien tweepersoons politiecellen en renovatie van cellen (KIA) te bekostigen. Tevens wordt een bijdrage geleverd aan de bestrijding van mensenhandel en mensensmokkel en de versterking van de rechtshandhavingsketen.
Gezondheidszorg
Net als Curaçao heeft ook Aruba zorgen over de mogelijke gevolgen van de Venezolaanse migratie op de volksgezondheid, waaronder de verhoogde kans op infectieziektes. De (her)introductie van ziekten die via vaccinaties te voorkomen zijn beginnen in Venezuela weer steeds vaker op te duiken. Dit heeft te maken met de verslechterde sociaaleconomische situatie en de verslechtering van het Venezolaans vaccinatieprogramma specifiek en het gezondheidsstelstel ter bestrijding van infectieziekten in het algemeen. Met extra fondsen voor het vaccinatieprogramma op Aruba en Curaçao voor irreguliere (Venezolaanse) migranten kan getracht worden de vaccinatiegraad onder deze kwetsbare groep te verhogen. Het kabinet heeft in het belang van de volksgezondheid besloten om – net als voor Curaçao – 31.000 euro beschikbaar te stellen voor de bestrijding van infectieziekten. Het gaat daarbij om middelen voor de aanschaf van vaccinaties tegen onder andere DTKP, Mazelen, Rode Hond en de Bof (MMR) t.w.v. 25.000 euro. Tevens wordt 6.000 euro beschikbaar gesteld voor een voorlichtingscampagne om de beoogde doelgroep te kunnen bereiken.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties,
R.W. Knops