Het eindvonnis in zaaknummer UTR 18/3505
Schriftelijke vragen
Nummer: 2019D35449, datum: 2019-09-12, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2019Z17083).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.M. Paternotte, Tweede Kamerlid (D66)
- Mede ondertekenaar: W.P.H.J. Peters, Tweede Kamerlid (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2019Z17083:
- Gericht aan: W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Indiener: J.M. Paternotte, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: W.P.H.J. Peters, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2019Z17083
Vragen van het leden Paternotte (D66) en Peters (CDA) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het eindvonnis in zaaknummer UTR 18/3505 (ingezonden 12 september 2019).
Vraag 1
Bent u bekend met het eindvonnis van de rechtbank Midden-Nederland in de zaak UTR 18/3505 waarin een Turkse vluchtelinge bezwaar maakte tegen het niet verstrekt krijgen van eenzelfde lening die openstaat voor andere vluchtelingen?
Vraag 2
Bent u het eens met de stelling dat het wenselijk is dat nieuwkomers uit Turkije zo snel mogelijk deelnemen aan de maatschappij en de Nederlandse taal leren? Zo nee, waarom niet?
Vraag 3
Hoe beoordeelt u het vernietigen van de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep in de zaak ECLI:NL:CRVB:2011:BR4959 ten aanzien van de toepasbaarheid van het associatierecht EU-Turkije op migranten met een vluchtelingenstatus?
Vraag 4
Deelt u de mening dat het wenselijk is om in aanloop naar de implementatie van de motie Paternotte/Heerma het inburgeringstraject en de bijbehorende DUO-lening open te stellen voor Turkse nieuwkomers met een vluchtelingenstatus?1 Zo ja, bent u bereid naar aanleiding van deze uitspraak dat ook te gaan doen?
Vraag 5
Is er meer te melden over het onderzoek naar het op individueel niveau inburgeringsplichtig maken van Turkse asielmigranten, waarover u eerder heeft aangegeven hoopvol te zijn wat betreft de juridische mogelijkheden daartoe zoals geschetst in de motie Paternotte/Heerma?2