TNO-rapport Aanknopingspunten voor differentiatie in risico's van werkzaamheden met asbest ten behoeve van beheersregimes
Problematiek rondom asbest
Brief regering
Nummer: 2019D39588, datum: 2019-10-07, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-25834-164).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: T. van Ark, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 25834 -164 Problematiek rondom asbest.
Onderdeel van zaak 2019Z19003:
- Indiener: T. van Ark, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2019-10-09 14:45: Aansluitend: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2019-10-17 11:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2020-02-20 10:00: Gezond en veilig werken (Algemeen overleg), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2020-02-20 13:45: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 |
25 834 Problematiek rondom asbest
Nr. 164 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 oktober 2019
Hierbij stuur ik uw Kamer ter informatie het adviesrapport «Aanknopingspunten voor differentiatie in risico’s van werkzaamheden met asbest ten behoeve van beheersregimes»,1 dat ik op 5 september jl. van TNO heb ontvangen.
Dit adviesrapport maakt onderdeel uit van de uitwerking van de beleidsreactie die ik u op 28 september vorig jaar heb toegezonden2. Eén van de acht lijnen uit deze beleidsreactie is het borgen van deskundigheid bij complexe werkzaamheden, waarbij ik heb aangekondigd om certificatievereisten niet langer te verbinden aan de risicoklasse, maar aan de complexiteit en mate van geavanceerdheid van de saneringswerkzaamheden. Tevens geeft deze lijn invulling aan de motie van het lid Aartsen c.s.3 die verzocht te komen tot meer differentiatie in risicoklassen en daarbij onderzoek van TNO te betrekken.
Ter voorbereiding op deze wijziging, heeft TNO advies uitgebracht om een beeld te krijgen bij welke type toepassingen deskundigheid in de vorm van certificatie nodig is en voor welke toepassingen niet. Dit advies kan worden gezien als een tussenstap om uiteindelijk te komen tot wijziging van de regelgeving. Bovendien zijn enkele andere vervolgstappen voorgenomen voordat een wijziging in de regelgeving tot stand kan komen. Zo wordt een aantal onafhankelijke wetenschappers gevraagd het advies van TNO te reviewen en wordt het rapport besproken met belanghebbenden. Vervolgens zal ik een besluit nemen over de differentiatie en dit vervatten in een voorstel voor wijziging van de regelgeving. Dit doorloopt vervolgens de gebruikelijke procedure, waaronder een internetconsultatie.
In het najaar zal ik u nader informeren over de voortgang van dit proces. Daarbij zal ik ook dieper ingaan op de inhoud van het TNO-rapport en de te zetten vervolgstappen.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
T. van Ark