Schriftelijke antwoorden op vragen gesteld tijdens de eerste termijn van de begrotingsbehandeling Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit 2020 op 9 oktober 2019
Brief regering
Nummer: 2019D40298, datum: 2019-10-10, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (Ooit ChristenUnie kamerlid)
Onderdeel van zaak 2019Z19364:
- Indiener: C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2019-10-10 16:15: Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35300-XIV) (voortzetting) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2019-10-30 11:15: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2019-11-06 14:10: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2019-11-07 14:20: Aansluitend aan de stemmingen: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (š origineel)
Geachte Voorzitter, Hierbij stuur ik uw Kamer de antwoorden op een deel van de vragen die leden van uw Kamer hebben gesteld in de eerste termijn van de behandeling van de begroting van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit voor het jaar 2020. De resterende vragen zal ik beantwoorden tijdens mijn eerste termijn. Carola Schouten Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Bijlage: schriftelijke beantwoording van gestelde vragen in de eerste termijn van de behandeling van de begroting van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit 2020. Hieronder treft uw Kamer de beantwoording van een selectie van de gestelde vragen per woordvoerder. De overige gestelde vragen worden mondeling beantwoord. PVV Graus (PVV) Waarom krijgen mensen die dieren mishandelen slechts een taakstraf en geen levenslang verbod op het houden van dieren? Bij overtreding van het verbod van dierenmishandeling zijn zowel gevangenisstraf, boetes als taakstraffen mogelijk. Ook is op dit moment een houdverbod mogelijk als voorwaarde bij een voorwaardelijke straf van maximaal 10 jaar. De rechter bepaalt welke straf wordt opgelegd. Er is een wetsvoorstel Aanpak dierenmishandeling en dierverwaarlozing in voorbereiding die het mogelijk maakt een houdverbod als zelfstandige maatregel op te leggen. Dit geldt dan ook voor maximaal 10 jaar. Het strafrechtelijke instrumentarium zal bovendien op onderdelen worden verscherpt in dit wetsvoorstel. De strafrechtelijke mogelijkheden bij de vervolging van overtredingen variĆ«ren van een boete, een gevangenisstraf, ontzetting uit het recht om dat beroep uit te oefenen tot de gehele of gedeeltelijke stillegging van de onderneming. De minister van Justitie en Veiligheid (JenV) streeft er naar het wetsvoorstel in het voorjaar van 2020 naar uw Kamer te sturen. Graus (PVV) Kan de minister een beroepsverbod instellen indien sprake is van een arbeidsgerelateerde mishandeling van dieren, bijvoorbeeld bij slachthuizen? Het Openbaar Ministerie (OM) heeft op basis van de Wet Dieren en/of de Wet op Economische Delicten diverse juridische mogelijkheden om te handelen bij overtredingen van specifieke dierenwelzijnsregels. De strafrechtelijke mogelijkheden bij de vervolging van overtredingen variĆ«ren van een boete, gevangenisstraf, ontzetting uit het recht om dat beroep uit te oefenen tot de gehele of gedeeltelijke stillegging van de onderneming. Bovendien zal het strafrechtelijke instrumentarium op onderdelen worden verscherpt in het wetsvoorstel Aanpak dierenmishandeling en dierverwaarlozing. In het Algemeen Overleg (AO) Dierenwelzijn gezelschapsdieren van 3 juli jl. heb ik aangegeven dat de minister van JenV het voortouw heeft bij dit wetsvoorstel. De minister van JenV streeft er naar het wetsvoorstel in het voorjaar van 2020 naar uw Kamer te sturen. Het OM gaat over vervolging indien sprake is van een verdenking van een strafbaar feit en de rechter bepaalt of de verdachte schuldig is en welke straf gevorderd wordt. Een beroepsverbod is een bijzonder zwaarwegende maatregel, die overwogen wordt indien geconcludeerd wordt dat andere maatregelen uitgeput zijn en niet hebben geleid tot herstel van de tekortkomingen. Graus (PVV) Kan de minister meer inzet toezeggen op het gebied van veterinair forensisch onderzoek door het veterinair forensisch team? Het veterinair forensisch team verricht waardevol werk. Het OM bepaalt welke experts ze inzetten voor forensische onderzoek. Dit kan ook via het Nederlands Forensisch Instituut (NFI), in samenwerking met de faculteit diergeneeskunde. Het veterinair forensisch team kan op ad hoc basis door het OM worden ingezet als expert, en krijgt hiervoor een vergoeding. In opdracht van het ministerie van JenV is onderzocht of mogelijk meer inzet van forensisch onderzoek bij dieren nodig is. Eind van het jaar stuurt de minister van JenV het rapport met reactie naar de Tweede Kamer. Graus (PVV) Kan het dierenwelzijnsteam bij de NVWA worden behouden? Tijdens het AO Dierenwelzijn van 3 juli jl. heb ik aan uw Kamer gemeld dat nagedacht wordt over een effectieve vormgeving van de teams bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). Dat zou gevolgen kunnen hebben voor de dierenwelzijnsteams bij de NVWA. Ik heb daarbij aangegeven geen onomkeerbare stappen te zetten voordat ik met uw Kamer gesproken heb over het onderzoek van 2Solve. Dat zal op 15 oktober gebeuren tijdens het AO NVWA. Graus (PVV) Kan er verplichte etikettering komen voor dierlijke producten die ritueel zijn geslacht, tot het verbod op ritueel slachten er is? Op dit moment vormen het convenant en addendum, en de vertaling daarvan in de AMvB, het wettelijke kader. Uw Kamer is eerder geĆÆnformeerd over het separaat en herkenbaar afzetten van vlees van onbedwelmd aangesneden dieren ten opzichte van vlees van dieren dat na reguliere bedwelmde slacht verkregen is (Kamerstuk 31 571, nr. 32). Graus (PVV) Kan er een verbod komen op trofee reizen? En kan de minister ervoor zorgen dat de Leeuw beter wordt beschermd? Hiervoor kan het ministerie contact opnemen met Simone Ekkers. Nederland heeft de import van jachttrofeeĆ«n van iconische soorten, zoals de olifant, leeuw en dergelijke sinds 2016 verboden. Ik vind, met het lid Graus, trofee reizen verwerpelijk. Ik heb geen signalen ontvangen dat dergelijke reizen worden aangeboden in Nederland. Dergelijke reizen worden via het buitenland aangeboden, deze reizen kan ik daarom niet verbieden. In reactie op de motie-Graus (Kamerstuk 28 286, nr. 1049), die ook vraagt om een hogere bescherming van de leeuw binnen CITES, heb ik in mijn brief aan uw Kamer van 2 mei 2019 aangegeven dat ik mij ga inzetten om in EU-verband alle mogelijkheden te benutten met het oog op de volgende CITES-hoofdvergadering (Kamerstuk 31 379, nr. 22). Graus (PVV) Kan er een experticecentrum knaagdieren komen om knaagbranden te voorkomen? Kan dokter Weijman betrokken worden? In Nederland bestaat het Kennis- en Adviescentrum Dierplagen (KAD). Dit centrum fungeert als kenniscentrum voor informatie, advies, opleidingen en onderzoek op het gebied van de preventie en bestrijding van plaagdieren. Dr. Weijman is werkzaam voor het KAD. Het KAD wordt door de partners van het Actieplan brandveilige veestallen 2018 ā 2021 betrokken bij de aanpak gericht op het reduceren van stalbranden en dierlijke slachtoffers. Graus (PVV) Kan de minister de groene boaās voorzien van bewapening? Werkgevers van boaās kunnen een aanvraag doen voor een toekenning van een geweldsmiddel. De procedure voor de aanvraag is geregeld in het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar en de Beleidsregels buitengewoon opsporingsambtenaar. De Minister voor Rechtsbescherming neemt hierover een besluit. Daarnaast komt de bredere problematiek van handhaving in het buitengebied aan de orde in het plan van aanpak 'Verbetering Handhaving Buitengebieden' (Kamerstuk 33 576, nr. 138) dat ik samen met de minister van JenV op 30 oktober 2018 naar de Kamer heb gestuurd. Ik heb uw Kamer toegezegd om begin 2020 over de voortgang hiervan te rapporteren. In dit plan van aanpak is ook aandacht voor de uitrusting van boaās. Graus (PVV) Kan de minister zich inzetten voor Wings for Animals? Kan de minister Wings for Animals helpen bij de bemiddeling van het transport van een tijger van Buenos Aires naar Johannesburg? Zover ik het lid Graus goed begrepen heb, betreft dit een transport van een levende tijger van Buenos Aires naar Johannesburg met Schiphol als tussenstop. Nederland betreft in dit geval een zogenaamd ātransitlandā en daarom heeft het ministerie van LNV geen actieve rol bij dit transport. Het is uiteraard van belang dat de benodigde CITES en veterinaire documenten aangevraagd worden voor aanvang van het transport, in dit geval bij de autoriteiten in ArgentiniĆ«. Ook zullen de IATA-regels voor dierenwelzijn moeten worden nageleefd tijdens het transport. VVD Weverling (VVD) Is de minister bereid om ook met de Federatie Particulier Grondbezit in gesprek te gaan en de Tweede Kamer te laten weten hoeveel hectares zij willen bijdragen? Ja, naast vele andere partijen ben ik ook in gesprek met de Federatie Particulier Grondbezit (FPG) over hun betrokkenheid bij en bijdrage aan de bossenstrategie. Weverling (VVD) Helaas zijn er minder groene boaās beschikbaar en worden er wel veel eisen gesteld aan hun opleiding en uitrusting. Is de minister van mening dat we met elkaar zowel de lusten als de lasten moeten dragen? Hoe denkt de minister dit vorm te geven? De bredere problematiek van handhaving in het buitengebied komt aan de orde in het plan van aanpak 'Verbetering Handhaving Buitengebieden' (Kamerstuk 33 576, nr. 138) dat ik samen met de minister van JenV op 30 oktober 2018 naar uw Kamer heb gestuurd. Ik heb uw Kamer toegezegd om begin 2020 over de voortgang hiervan te rapporteren. In dit plan van aanpak is er aandacht voor de boa-capaciteit, de opleiding van boaās, de uitrusting (communicatie- en geweldsmiddelen) en de samenwerking tussen boaās en politie. Het ministerie van LNV stelt nu al structureel ā¬ 100.000,- subsidie ter beschikking aan particuliere werkgevers ter ondersteuning in de opleidingskosten. Weverling (VVD) Helaas blokkeert het Europees Hof de verdere uitrol van de Crispr-Castechniek waardoor Europa op achterstand wordt gezet. Kan de minister aangeven hoe de huidige lobby verloopt om dit alsnog mogelijk te maken? In de Landbouw en Visserijraad van 14 mei jl. heeft een brede meerderheid van lidstaten mijn inbreng gesteund om nieuwe veredelingstechnieken en de herziening van de ggo-regelgeving in het werkprogramma van de nieuwe Europese Commissie op te nemen. Samen met het Finse voorzitterschap en de andere lidstaten werken we aan de invulling van de opdracht richting de nieuwe Commissie, die naar verwachting in november toe zal treden. Gezien het initiatiefrecht op wetgeving van de Europese Commissie, zijn we grotendeels gebonden aan het verloop van de Europese (politieke) agenda. Ik zet mij samen met de permanente vertegenwoordiging in Brussel en de minister van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) in om het onderwerp op de agenda te houden en verder te brengen. Veel van de andere lidstaten willen ook graag de impasse rond nieuwe veredelingstechnieken breken. Ik bespreek dit dan ook regelmatig in bilaterale gesprekken met andere lidstaten. Het is nu zaak de urgentie vast te houden en te zorgen dat de nieuwe Europese Commissie mandaat krijgt en voortvarend aan het werk gaat. Weverling (VVD) Hoe voorkomen we dat producten die buiten Europa veredeld zijn door middel van Crispr-Cas toch in Europa te koop zijn en daarmee dus een ongelijk speelveld creĆ«ren voor onze markt? Producten die in de EU in handel worden gebracht moeten voldoen aan de vereisten van EU-wetgeving, ongeacht of ze in deĀ EU worden ingevoerd of geproduceerd. Producten die tot stand zijn gekomen met CRISPR-Cas vallen door de uitspraak van het Hof onder de ggo-wetgeving, en daardoor onder de relevante markttoelatingsprocedure. De bewijslast of een product wel of niet een ggo is, zit primair bij de marktdeelnemers. Daarbij gelden ook de traceerbaarheidsā en etiketteringsvoorschriften voor toegelaten ggo's. Detectie van gebruikte genetische modificatieprocessen of technieken wordt evenwel steeds moeilijker. Zeker als gewassen zowel via klassieke als via nieuwe veredelingstechnieken tot stand kunnen komen en genetisch niet te onderscheiden zijn. Handhaving is daarmee niet onmogelijk maar wordt wel steeds lastiger en gecompliceerder. Het is belangrijk dat de wetgeving praktisch handhaafbaar is en dat is eens temeer reden voor een Europese discussie over de regelgeving. Weverling (VVD) Wat is de appreciatie van de minister op de aangenomen resolutie in het Europees Parlement waarmee het vastleggen van patenten op natuurlijke eigenschappen van planten niet meer mogelijk is? Deze resolutie is in lijn met de inzet van het kabinet. Uw Kamer ontvangt op zeer korte termijn een brief waarin ik inga op de stand van zaken, inclusief de brief die het Nederlandse kabinet hierover aan het Europees Octrooibureau heeft verzonden. GroenLinks Bromet (GroenLinks) Hoe staat het met de motie waarin gevraagd wordt om een nationaal plan voor de Veenweide? En wat gaat de minister doen om de motie uit te voeren? Ik ben met partijen (overheden, landbouw- en natuurorganisaties) in overleg om de afspraken in het klimaatakkoord vorm te geven. Dit gaat om afspraken over pilots en onderzoek, de impuls veenweide en de optimale mix van maatregelen. Hiervoor heeft het Rijk in het klimaatakkoord in totaal ā¬ 276 miljoen beschikbaar gesteld. De pilots en het onderzoek (hiervoor is ā¬ 76,5 miljoen beschikbaar) is erop gericht inzicht te krijgen in de effectiviteit van verschillende maatregelen om het waterpeil te verhogen en hierdoor de CO2-eq uitstoot te verlagen. Op basis van deze inzichten kan per gebied de optimale mix van maatregelen worden vastgesteld. In het klimaatakkoord heeft het kabinet ā¬ 100miljoen vrijgemaakt voor een impuls in de veenweidegebieden. De achtergrond hiervan dat deze impuls niet alleen ten goede komt aanĀ klimaatdoelen (dwz. CO2-eq reductie), maar ook moet bijdragen aan doelen die bepalend zijn voor een toekomstbestendig veenweide gebied. Specifiek gaat het dan om natuur, landbouw, en landschap. Het uitgangspunt bij de besteding van deze middelen is een gebiedsgerichte aanpak. Provincies kennen de gebieden, en daarmee de factoren die een rol spelen bij de aanpak van een gebied. Ik wil, samen met de provincies, de beschikbare middelen op een zo effectief mogelijke manier inzetten. Daarmee is het de kunst om per gebied de acties zodanig in te zetten, dat er een hefboomwerking voor het hele gebied ontstaat. Met deze middelen wordt ook een bijdrage geleverd aan reductie van de stikstof uitstoot. Met deze afspraken geef ik invulling aan de motie van de leden Krƶger en Schonis. De afspraken zullen door de Regiegroep veenweide bestuurlijk worden bekrachtigd. Ik verwacht dat dit het komend voorjaar zal plaatsvinden. CDA Geurts (CDA) Kan de minister aangeven welk onderzoek er wordt gedaan, door de overheid, naar de waarde van ons voedsel voor onze gezondheid? Ik werk in het domein āDuurzaam en gezond voedselā nauw samen met het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), zowel op regionaal, landelijk als Europees niveau. De afgelopen jaren is via de topsectoren ruim ā¬ 3 miljoen per jaar ingezet ten behoeve van het programma gezonde voeding. Sinds april 2019 is het missiegedreven innovatiebeleid in het kader van de opvolger van het topsectoren beleid, jaarlijks budget beschikbaar voor de missie āgewaardeerd, gezond en veilig voedselā. Consortia van bedrijven en kennisinstellingen kunnen in dat kader publiek-private onderzoeksvoorstellen indienen. Voorts hebben de ministeries van VWS, LNV en Economische Zaken en Klimaat (EZK) in 2018 het Deltaplan Voedingsonderzoek ondertekend. Het Deltaplan wordt gebruikt om de kennishiaten in dit domein concreet te beschrijven en op te pakken. Ook op Europees niveau wordt binnen het huidige kaderprogramma voor onderzoek en innovatie aandacht besteed aan het thema voedselveiligheid en duurzame landbouw. Een voorbeeld van een onderzoek binnen dit thema is het project āTowards healthier and sustainble foodā uit 2018. Hierbij wordt gekeken naar de verduurzaming van de productie en de verwerking van voedsel zowel als naar het effect op de gezondheid van de mens. Verder draagt het ministerie van LNV met andere ministeries circa ā¬ 1,5 miljoen per jaar bij aan het Joint Programming Initiative 'a Healthy Diet for a Healthy Life' (JPI HDHL). Dat heeft als doel om de belangrijke en complexe rol van voeding op de volksgezondheid en de preventie van chronische voedingsgerelateerde ziekten te identificeren. Via dit initiatief werken 26 landen samen. Geurts (CDA) Hoe gaat de minister er voor zorgen dat het vakmanschap ook beloond wordt door bijvoorbeeld een kringloopwijzer? De Commissie Deskundigen Meststoffenwet (CDM) voert een adviestraject uit over een bedrijfsspecifieke verantwoording, op zoān manier dat dit handhaafbaar en uitvoerbaar is. Hierbij wordt ook gekeken naar het gebruik van de kringloopwijzer. Op dit moment wordt door de CDM geanalyseerd wat de effecten hiervan zijn, onder meer op grondgebondenheid, en wordt onderzocht of bij een dergelijke bedrijfsspecifieke verantwoording ook kringloopefficiĆ«ntie kan worden ingebouwd, zoals verzocht met de motie De Groot (Kamerstuk 35000 XIV, nr. 36). Het doel is om tot een bedrijfsspecifiek verantwoordingsinstrument te komen dat uitvoerbaar en handhaafbaar is en waarmee kringloopefficiĆ«ntie bij boeren wordt gestimuleerd. Ik zul uw Kamer op de hoogte houden van de voortgang. Geurts (CDA) Het is nodig dat we in het handelsbeleid beter het behoud van onze standaarden borgen. Wil de minister samen met de minister voor handel hier een zeer hoge prioriteit van maken? Ik ben het met het lid Geurts eens dat we in het handelsbeleid onze moeten standaarden borgen. Daarom ben ik hier ook over in gesprek met de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (BHOS). Geurts (CDA) Wanneer verwacht de minister dat het fonds voor jonge boeren, de wetgeving voor de aanpak van oneerlijke handelspraktijken en de wetgeving om de positie van de boeren in de keten te versterken in werking gaan treden? De nieuwe regeling gaat op 1 januari 2020 open, vanaf dan kunnen de banken en boeren gebruik van deze regeling maken. Allereerst ga ik in op het bedrijfsovernamefonds jonge boeren, wat in samenwerking met NAJK tot stand is gekomen. Het totale budget hiervoor is ā¬ 75 miljoen. In nauw overleg met betrokken partijen is ervoor gekozen om van het totale beschikbare budget ā¬ 64 miljoen te gebruiken om een nieuwe module Vermogensversterkend krediet (VVK) in de borgstellingregeling MKB-landbouwkredieten op te nemen. Op 4 september jl. is de wijzigingsregeling ten behoeve van het Vermogensversterkend krediet in de Staatscourant gepubliceerd. De resterende ā¬ 11 miljoen is bestemd voor het opzetten van een opleidings- en coachingstraject. Binnen dit traject wordt deze maand een call uitgezet voor de ontwikkeling en inrichting van een programma duurzame bedrijfsovername. In het kader van de versterking van de positie van de boer in de keten zijn in de zomer twee wetsvoorstellen voor internetconsultatie aangeboden: het wetsvoorstel oneerlijke handelspraktijken in de landbouw- en voedselvoorzieningsketen, en het voorstel tot wijziging Mededingingswet in verband met uitzonderingen landbouw en visserij. De consultatie is afgesloten en op dit moment worden de reacties op beide voorstellen geanalyseerd en worden de voorstellen zo nodig aangepast. Het streven is de voorstellen in het eerste kwartaal van 2020 naar uw Kamer te zenden (na diverse toetsen en behandeling door de Raad van State). Geurts (CDA) Hoe staat het met de uitvoering van mijn motie over snelle detectiesystemen? De Kamer vroeg bij de begroting voor 2020 te komen met voorstellen en aan te geven hoe we boeren hierbij gaan ondersteunen. Zoals aangegeven tijdens het AO Dieren in de veehouderij van 11 september jl. zal het onderzoek naar in de praktijk toepasbare snelle detectiesystemen in december afgerond zijn. De resultaten van dit rapport worden besproken met de partners uit het Actieplan stalbranden en daarbij zal besproken worden wat nodig is om boeren te ondersteunen bij het implementeren ervan. In mijn brief over de verdere aanpak van stalbranden die ik in december naar de uw Kamer zal sturen zal ik hierop verder ingaan. Geurts (CDA) Wanneer krijgen de boeren duidelijkheid met betrekking tot fosfaatrechten? De grote hoeveelheid bezwaarschriften in het kader van het fosfaatrechtenstelsel dient zorgvuldig te worden beoordeeld. Ondanks dat er nog steeds nieuwe bezwaarschriften binnenkomen daalt het aantal zaken dat nog open staat wel. Ook heeft het kabinet extra middelen ter beschikking gesteld om beroepzaken zo snel mogelijk af te handelen, zonder daarbij de zorgvuldigheid uit het oog te verliezen. Het CBb hanteert hiertoe sinds begin dit jaar een projectmatige aanpak, waarbij vergelijkbare zaken zo veel mogelijk gezamenlijk worden opgepakt. Geurts (CDA) Krijgt het mogelijk maken van boer-boer contracten een plek in de herbezinning van het mestbeleid? In de herbezinning op het mestbeleid bekijk ik hoe het mestbeleid bij kan dragen aan het realiseren van kringlooplandbouw. Onderdeel hiervan is het sluiten van de voer-mestkringloop en daarbij horen ook mesttransporten van boer tot boer, op korte afstanden tussen bedrijven die vaak al lange tijd intensief samenwerken. Ik verken tegen welke problemen dergelijke samenwerkingsverbanden aanlopen en op welke manier ik gewenste samenwerkingsverbanden kan stimuleren. Belangrijke kaders hierbij zijn een goede handhaafbaarheid en het verminderen van regeldruk, zowel bij ondernemer als overheid. Geurts (CDA) Wil de minister de verantwoordelijkheid van de zorgplicht van wild opnemen in de wet (n.a.v. artikel over wildopvanger uit Delft die op de rand van faillissement zou staan)? De Wet natuurbescherming bepaalt in art. 1.11 dat een ieder voldoende zorg in acht neemt voor in het wild levende dieren. De kosten voor de opvang van door Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) of NVWA inbeslaggenomen wilde dieren worden betaald door het ministerie van LNV. Opvang van overige wilde dieren geschiedt onder verantwoordelijkheid van de gemeenten. Von Martels (CDA) Is er goed contact met de minister van Economische Zaken over de stabiele aanvoer van CO2 aan de tuinbouw uit de industrie? Ik ben in overleg met de minister van EZK om ook in de toekomst stabiele aanvoer van CO2 naar de glastuinbouw te garanderen. Von Martels (CDA) Klopt het dat de milieudruk toeneemt omdat neonicotioiden niet langer gebruikt mogen worden? Is dit toenemende probleem voldoende in beeld? Er zijn gewasbeschermingsmiddelen die niet langer gebruikt mogen worden vanwege onaanvaardbare risicoās voor mens, dier of milieu. Bij de neonicotinoĆÆden bleek dat met name ten aanzien van de gezondheid van bijen. Dat de neonicotinoĆÆden niet langer gebruikt mogen worden in open teelten kan er toe leiden dat andere middelen meer gebruikt worden. Voor elk middel geldt echter dat deze alleen toegepast mag worden als deze veilig is voor mens, dier en milieu. Dat het intrekken van de ene toelating leidt tot gebruik van andere, nog wel toegelaten middelen heb ik zeker in beeld, maar de bewering dat alternatieven leiden tot meer milieudruk, kan ik niet bevestigen. Een toename in het gebruik van toegelaten middelen, die dus veilig zijn voor mens, dier en milieu, kan in ieder geval nooit een reden zijn om de intrekking van een toelating vanwege onaanvaardbare risicoās, zoals bij de neonicotinoĆÆden het geval is, te heroverwegen. Von Martels (CDA) Zouden er niet eerst alternatieven op de markt moeten zijn voordat ingegrepen wordt in het bestaande middelenpakket? Idealiter zijn alternatieve gewasbeschermingsmiddelen, het liefst niet-chemische alternatieven, reeds beschikbaar als middelen van de markt moeten worden genomen vanwege risicoās voor mens, dier en milieu. In de praktijk is dit niet altijd het geval, maar dat mag er niet toe leiden dat daardoor de veiligheid voor mens, dier of milieu in het geding komt. Juist deze toenemende urgentie om tot alternatieven te komen, is een belangrijke reden dat ik werk aan de Toekomstvisie Gewasbescherming 2030, met de nadruk op weerbare planten en teeltsystemen. Von Martels (CDA) Zijn er voldoende financiĆ«le middelen beschikbaar voor kennis en overdracht van de verduurzaming van gewasbeschermingsmiddelen? Is de minister bereid om te kijken of hier extra middelen voor ingezet kunnen worden? Ik stel middelen beschikbaar voor onderzoek naar de verduurzaming van de gewasbescherming. Het gaat bijvoorbeeld om beleidsondersteunend onderzoek zoals de Kennisimpuls Groene Gewasbescherming en Bestuivers, de Proeftuin Precisielandbouw en onderzoek via de Topsectoren. Dat zal in de komende periode ook zo blijven. Of er extra middelen nodig zijn, zal duidelijk worden in het uitvoeringsprogramma voor realisatie van de Toekomstvisie Gewasbescherming 2030. Ik zal uw Kamer hier binnenkort nader over informeren. Von Martels (CDA) Heeft de minister al plannen om kennis te gaan maken met de nieuwe Eurocommissarissen SinkeviÄius op visserij en Wojciechowski op landbouw? Ja, gesprekken met de nieuwe Commissarissen zullen worden ingepland nadat zij in hun nieuwe rol zijn bevestigd. SP Futselaar (SP) Kunnen we de OVV vragen om te onderzoeken hoe de NVWA haar veiligheidstaak goed kan uitoefenen? Heeft de NVWA voldoende capaciteit? Ik heb uw Kamer naar aanleiding van het stopzetten van Inspect geĆÆnformeerd over het feit dat ik een brede herbezinning van de grondoorzaken bij de NVWA laat uitvoeren. Onderdeel van deze brede herbezinning is een onderzoek naar de verhouding tussen taken en middelen bij de NVWA. Dit onderzoek kan uw Kamer binnen afzienbare tijd tegemoet zien. D66 De Groot (D66) Wat is er gebeurd met de motie waarin is gevraagd naar een indicator voor kringloopefficiĆ«ntie op bedrijfsniveau? De Commissie Deskundigen Meststoffenwet (CDM) voert een adviestraject uit over een bedrijfsspecifieke verantwoording, op zoān manier dat dit handhaafbaar en uitvoerbaar is. Hierbij wordt ook gekeken naar het gebruik van de kringloopwijzer. Op dit moment wordt door de CDM geanalyseerd wat de effecten hiervan zijn, onder meer op grondgebondenheid, en wordt onderzocht of bij een dergelijke bedrijfsspecifieke verantwoording ook kringloopefficiĆ«ntie kan worden ingebouwd, zoals verzocht met de motie De Groot (Kamerstuk 35000 XIV, nr. 36). Het doel is om tot een bedrijfsspecifiek verantwoordingsinstrument te komen dat uitvoerbaar en handhaafbaar is en waarmee kringloopefficiĆ«ntie bij boeren wordt gestimuleerd. Ik zul uw Kamer op de hoogte houden van de voortgang. De Groot (D66) De minister moet regie voeren op gezamenlijkheid en duidelijkheid is hiervoor nodig. Kan de minister duidelijk maken wat kringlooplandbouw is op de punten voer, mest en bodem In het Realisatieplan Visie LNV āOp weg met nieuw perspectiefā heb ik de verschillende aspecten van kringlooplandbouw uitgewerkt. Voor de voer-mestkringloop heb ik daarin aangegeven dat deze meer gesloten moet worden door te werken aan het hergebruik, efficiĆ«nter of anders gebruiken van voerders en meststoffen. Via samenwerking kunnen reststromen beter benut worden, waarbij onder andere het gebruik van voedselresten als veevoer kan toenemen. Het toepassen van dierlijke mest staat voor mij voorop. T.a.v. de bodem geef ik in het realisatieplan aan dat kringlooplandbouw zorgt voor een gezond en goed functionerend bodem- en watersysteem, waarin op een volhoudbare manier wordt omgegaan met grondstoffen en nutriĆ«nten. De Groot (D66) Kan de minister in haar periode voorkomen dan de teruggang van koraal in Caribisch Nederland onomkeerbaar wordt? Is de 600.000 euro die hiervoor op de begroting staat structureel of incidenteel? Als onderdeel van het Natuurbeleidsplan voor de periode 2020-2024, dat uw Kamer volgens een eerdere toezegging in november ontvangt, stel ik een koraalactieplan op. Mijn inzet is om met dit koraalactieplan de teruggang van koraal te stoppen en herstel mogelijk te maken. Het natuurbeleidsplan zal eind november aan de Kamer wordt aangeboden. De ā¬ 600.000,- op de begroting voor natuur in Caribisch Nederland zijn structureel. De Groot (D66) Kan de minister reageren op voorstel om met een kwaliteitssysteem te komen voor supermarkten, een zogenaamde groene stip? Zo kunnen supermarkten echt een bijdrage leveren aan de kringlooplandbouw. Het voorstel voor een zogenaamde groene stip lijkt mij te grofmazig voor een toepassing in de praktijk, omdat er veel aspecten zijn waarop een supermarkt beoordeeld zou kunnen worden. Een benadering met Kritische Prestatie Indicatoren ligt meer voor de hand. Met de supermarkten ben ik in gesprek om afspraken te maken over hun bijdrage aan kringlooplandbouw. Dit gaat ook over het ontwikkelen en toepassen van een gezamenlijke set van Kritische Prestatie Indicatoren. U ontvangt over de uitkomst van de gesprekken binnenkort een brief. ChristenUnie Dik-Faber (ChristenUnie) Wat is gebeurd met aangenomen motie Dik-Faber over het schrappen van esthetische eisen in handelsnormen? Welke Europese medestanders heeft de minister? Zoals ik uw Kamer op 3 juli jl. heb geĆÆnformeerd (Kamerstuk 35 000 XIV, nr. 95) vraag ik de Europese Commissie, in het kader van de lopende evaluatie van de handelsnormen in alle sectoren, om voor bepaalde producten de eisen ten aanzien van vorm, kleurafwijkingen en schil voor klasse II te verruimen. De Europese Commissie is in 2017 een evaluatie naar de handelsnormen gestart en is nu in een fase van publieke consultatie. De Commissie geeft aan eind 2019 met de uitkomst van de evaluatie te komen. Dit proces is dus gaande. Ik heb uw Kamer ook meegegeven dat het van belang is te zoeken naar medestanders in de internationale UNECE werkgroep over voedselverspilling, zodat de specifieke handelsnormen van de EU zoveel mogelijk worden gestroomlijnd met de internationale handelsnormen van de UNECE. Om de boodschap kracht bij te zetten wil Nederland het rapport van de Wageningen University & Research (WUR) over de cosmetische eisen inbrengen voor de bijeenkomst van deze werkgroep in november. Dik-Faber (ChristenUnie) Het wetsvoorstel duurzaamheidsinitiatieven maakt het mogelijk dat boeren meer dan nu met elkaar kunnen samenwerken, om sterker te staan tegenover grote inkooporganisaties. Biedt dit wetsvoorstel ook ruimte voor samenwerking in de keten? Het wetsvoorstel ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven maakt het mogelijk dat maatschappelijke initiatieven, waaronder die vanuit de landbouw, worden omgezet in publieke regelgeving. Daarvoor kunnen alle partijen ideeĆ«n voor duurzaamheidsregels aandragen. Die regels gaan vervolgens, als het verzoek wordt overgenomen, voor iedereen gelden. Het wetsvoorstel is er niet voor bedoeld om problemen tussen boeren en grote inkooporganisaties aan te pakken of om samenwerking in de keten te faciliteren. Daarvoor heb ik andere plannen. In de eerste plaats bereid ik een wetsvoorstel voor over het aanpakken van oneerlijke handelspraktijken in de landbouw- en voedselvoorzieningsketen. In de tweede plaats heeft de staatssecretaris van EZK ook deze zomer een wetsvoorstel tot wijziging van de Mededingingswet in verband met uitzonderingen voor landbouw en visserij in consultatie gebracht. Op basis van dat wetsvoorstel wordt duidelijk gemaakt welke afspraken zijn toegelaten. Beide wetsvoorstellen zijn in de zomer voor internetconsultatie aangeboden. Op dit moment worden de reacties geanalyseerd en worden de voorstellen zo nodig aangepast. Het streven is de voorstellen in het eerste kwartaal van 2020 naar uw Kamer te zenden (na diverse toetsen en behandeling door de Raad van State). Dik-Faber (ChristenUnie) Wil de minister ook dat het onderzoek mineralenconcentraat maximaal wordt opgeschaald? Net zoals het lid Dik-Faber wil ik dat hoogwaardige meststoffen uit dierlijke mest, zoals mineralenconcentraat, kunnen worden ingezet ter vervanging van kunstmest. Dat zou een forse impuls geven aan dergelijke producten en ik deel dus die ambitie. Dit vergt een aanpassing in Europese regelgeving (de Nitraatrichtlijn). Vooruitlopend daarop en ter onderbouwing daarvan worden in Nederland pilotprojecten uitgevoerd, met instemming van de Europese Commissie. De pilot voor mineralenconcentraat is vastgelegd in het zesde Actieprogramma Nitraatrichtlijn en de eisen voor mineralenconcentraat zijn opgenomen in de uitvoeringsregeling meststoffenwet. De ruimte die voor deze pilot beschikbaar is, wordt volledig benut. Het is van belang dat de kennis die in deze pilots wordt opgedaan, wordt gebruikt in het onderzoek dat wordt uitgevoerd door het Joint Research Centre van de Europese Commissie. Op basis van dit onderzoek zal de Europese Commissie richtsnoeren vaststellen om daarmee randvoorwaarden te stellen aan welke hoogwaardige bemestingsproducten ingezet kunnen worden binnen de plaatsingsruimte voor kunstmest. Mijn inzet in Brussel is erop gericht dit zo snel mogelijk voor elkaar te krijgen. In kader van het klimaatakkoord zijn middelen beschikbaar voor mestverwerkingsinstallaties. Deze middelen wil ik inzetten om mestverwerking voor de productie van hoogwaardige meststoffen te stimuleren. PvdD Ouwehand (PvdD) Erkent de minister dat het niet eerlijk is om boeren in NL eisen te stellen, terwijl dankzij het Mercosur verdrag andere landen andere dierenwelzijnseisen hebben? Wil de minister stoppen met het Mercosur verdrag? Tijdens de onderhandelingen heeft Nederland binnen de EU gepleit om meer markttoegang voor eieren en eiproducten, varkensvlees en pluimveevlees voorwaardelijk te maken aan de voor deze producten geldende EU-normen voor dierenwelzijn, of daaraan gelijkwaardig. Op dit moment zijn de tarieflijsten nog niet gepubliceerd, dus weten we nog niet in hoeverre de Nederlandse inzet in het eindresultaat terug te vinden zal zijn. Zoals eerder aangegeven zal het kabinet op basis van de daartoe benodigde documenten, inclusief het Sustainability Impact Assessment, zijn standpunt bepalen. Ouwehand (PvdD) Is de minister bereid om een verbod te stellen op megastallen? Klopt het dat als je het aantal dieren niet maximeert per bedrijf dat het aantal grote bedrijven toeneemt? Er is een tendens dat het aantal grote bedrijven toeneemt. Dit zullen in veel gevallen bedrijven zijn met meerdere locaties omdat het omgevingsbeleid grenzen stelt aan de omvang van stallen op een locatie (omvang van bouwblokken). Voor de nieuwbouw, renovatie en de grootte van stallen zijn de vigerende wettelijke kaders van het ruimtelijk ordenings-, milieu- en natuurbeleid van toepassing, waarvoor de decentrale overheden het bevoegd gezag zijn. Ik zie dat decentrale overheden daar hun verantwoordelijkheden ook in nemen. Ouwehand (PvdD) Wil de minister een maximum stellen aan het aantal dieren dat op een bedrijf mag worden gehouden om zo kleine boeren te beschermen en in het kader van dierenwelzijn en te bekijken wat de natuur en het milieu aan kan? Elke ondernemer moet, ongeacht de omvang van zijn bedrijf, voldoen aan de wettelijke eisen ten aanzien van dierwelzijn, ruimtelijke ordening, milieu en natuur. Voor grotere bedrijven gelden er strengere milieueisen voor stallen. Zowel kleine als grote veehouderijen produceren voor onderscheidende marktconcepten met toegevoegde waarde voor dierwelzijn en milieu. Alle bedrijven die in de buurt liggen van een Natura 2000-gebied en een stikstofdepositie veroorzaken moeten een vergunning hebben in het kader van de Wet natuurbescherming. Dat geldt voor kleine en grote bedrijven. Ouwehand (PvdD) Hoeveel varkensbedrijven hadden we in 2005 en hoeveel zijn dat er inmiddels? En hoeveel varkens er in 2005 waren en hoeveel dat er inmiddels zijn? Het aantal varkensbedrijven in 2005 is: 9.686 (bron CBS statline) Het aantal gehouden varkens op varkensbedrijven in 2005 is: 11.311.558 (bron CBS statline) Het aantal varkensbedrijven in 2018 is: 4.135 (bron CBS statline) Het aantal gehouden varkens op varkensbedrijven in 2018 is: 12.390.672 (bron CBS statline) De cijfers voor het aantal varkensbedrijven en het aantal varkens op dit moment (2019) zijn nog niet beschikbaar. Ouwehand (PvdD) Waarom stelt de minister niet het voorzorgsbeginsel in met betrekking tot landbouwgif en afstandsnormen? De meerderheid van de Kamer heeft hier om gevraagd wegens zorgen voor omwonenden. Het moet radicaal anders, dat is dit niet. Het voorzorgsbeginsel is leidend in het toelatingsbeleid voor het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen. Alleen middelen die op basis van een grondige beoordeling veilig kunnen worden toegepast voor mens, dier en milieu, worden goedgekeurd. Ik heb uw Kamer recent geĆÆnformeerd over de mogelijkheden met betrekking tot afstandsnormen en spuitvrije of teeltvrije zones en mijn inzet op dit vraagstuk (Kamerbrief van 7 oktober jl.). Ik verwacht uw Kamer hier, zoals toegezegd, op korte termijn nader over te kunnen informeren naar aanleiding van de gesprekken in de provincie Drenthe. Ouwehand (PvdD) Erkent de minister dat nu een half verhaal wordt verteld, boeren produceren voor ons voedsel maar een groot deel van de productie is bestemd voor de export? Het is geen half verhaal. Nederlandse boeren en de hele Nederlandse agrarische sector werken hard voor ons voedsel. Het feit dat een belangrijk deel van de agrarische productie wordt geĆ«xporteerd, vooral naar de ons omringende landen, doet daar niets aan af. Het laat zien dat de kwaliteit en betrouwbaarheid van de Nederlandse landbouw internationaal wordt erkend. Ouwehand (PvdD) Couperen van biggenstaarten is al verboden, waarom geeft de minister dan aan dat dit op vrijwillige basis in 2030 moet zijn volbracht? Waarom heeft de sector nu nog 5 jaar de tijd gekregen om biggensterfte terug te brengen terwijl de sterfte is gestegen? Om het staartcouperen uit te faseren, is het noodzakelijk dat de oorzaken van staartbijten, zoals huisvesting die niet voldoet aan de behoeftes van varkens, verveling, voeding en stalklimaat, aangepakt worden. Dit vraagt in veel gevallen een fundamentele aanpassing van de bedrijfsvoering en de nodige investeringen. De huidige Europese regelgeving stuurt hier onvoldoende op, zodat in bijna heel Europa het staartcouperen nog gangbare praktijk is. Ik wil dat het Europese verbod op routinematig couperen ook daadwerkelijk leidt tot minder couperen. Met de sector heb ik een einddatum vastgesteld in 2030. Door die duidelijkheid nu te bieden, zorg ik ervoor dat de varkenshouder hier al de komende jaren bij investeringen rekening mee kan houden en ervaring kan opdoen met het houden van varkens met intacte staarten door geleidelijk aan meer tomen met biggen te houden waar niet gecoupeerd wordt. Hierdoor kan het couperen stapsgewijs afgebouwd worden. Om te zorgen dat er de komende jaren stappen kunnen en worden gezet, gebeurt het volgende: Vanaf dit najaar is een verkorte risicobeoordeling voor alle varkenshouders verplicht in het private kwaliteitssysteem. Hiermee krijgt de varkenshouder inzicht in de risicofactoren en kan daarop sturen; Er is nu in Nederland geen markt om de extra kosten om te stoppen met staartcouperen terug te verdienen. Ik ga met marktpartijen in gesprek over de verwaarding hiervan; Met mijn Deense en Duitse collega werk ik samen om de uitvoering van de Europese regelgeving op dit punt effectiever te maken; Ik stimuleer de gewenste ontwikkeling ook via de eerder genoemde subsidie voor integraal duurzame stallen; Ik monitor jaarlijks de voortgang. Wassenberg (PvdD) Onderschrijft de minister de RdA die zegt dat bestrijding van muskusratten diervriendelijker moet? Ik ben van mening dat bestrijding van soorten die schade toebrengen op een zo diervriendelijk mogelijke manier moet gebeuren. De waterschappen zijn conform de Waterwet verantwoordelijk voor het beheer van waterkeringen, waaronder de bestrijding van muskusratten. In 2019 heeft de Unie van Waterschappen besloten dat de waterschappen aan de slag gaan met een landelijk aanpak om de bestrijding effectiever en diervriendelijker te maken. Wassenberg (PvdD) Waterschappen zijn niet verplicht dieren te doden, maar wel om lijden te verminderen dit is een EU-wet. Kan minister hierop reageren? Het is aan de waterschappen om te bepalen of zij dieren doden ter bescherming van dijken. Als dieren gedood moeten worden, bepaalt de Wet natuurbescherming dat een ieder die een in het wild levend dier doodt of vangt voorkomt dat het dier onnodig lijdt (art. 3.24). Wassenberg (PvdD) Zijn beheersplannen van waterschappen getoetst aan Europese regels? De Europese richtlijnen zijn geĆÆmplementeerd in nationale wetgeving. De beheersplannen van de waterschappen zijn in overeenstemming met de in ons land van kracht zijnde wetten en regels. Hiertoe is door de Unie van Waterschappen de Handreiking Europees recht voor Waterschappen opgesteld. Wassenberg (PvdD) Wat kost bestrijding de landelijke uitroeiing muskusrat? Is dit geld niet beter te besteden? De waterschappen zijn conform de Waterwet verantwoordelijk voor het beheer van waterkeringen, waaronder de bestrijding van muskusratten en besteden hieraan jaarlijks circa ā¬ 33 miljoen. Op het tweede deel van uw vraag kan ik niet ingaan omdat deze gelden niet vallen onder de LNV-begroting. Wassenberg (PvdD) Is slecht onderhoud niet de grootse dreiging vormen voor dijken? En moeten we niet inzetten op beter onderhoud aan dijken? Het ministerie van IenW en de waterschappen zijn verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van dijken. Ik verwijs uw Kamer daarom naar de minister van IenW. Wassenberg (PvdD) Kan de minister reageren op voorstel om meer politie terug te laten komen in het buitengebied? De signalen over onveiligheid in het buitengebied, waaronder natuurgebieden, zijn bekend en een uiting van maatschappelijke problemen zoals drugscriminaliteit en agressie jegens toezichthouders. De specifieke vraag echter of meer politie moet terugkeren in het buitengebied, behoort tot het domein van de minister van JenV. Wel heb ik samen met de minister van JenV het initiatief genomen tot het plan van aanpak 'Verbetering toezicht en handhaving buitengebied', dat op 30 oktober 2018 naar uw Kamer is gestuurd (Kamerstuk 33 576, nr. 138). In dit plan, waarbij naast de beide ministeries ook terreinbeheerders, provincies, politie en het openbaar ministerie betrokken zijn, wordt over de hele breedte van de veiligheidsketen bekeken op welke wijze de handhaving en het toezicht in het buitengebied kan worden verbeterd. In dat kader wordt onder andere een betere samenwerking tussen terreinbeherende organisaties (en hun buitengewone opsporingsambtenaren), politie en het openbaar ministerie beoogd. Ik heb uw Kamer toegezegd om begin 2020 samen met de minister van JenV over de voortgang te rapporteren. Wassenberg (PvdD) Kan minister toelichten waarom de mogelijkheid voor een levenslang houdverbod van dieren bij voorbaat van de hand gewezen wordt? Bij overtreding van het verbod van dierenmishandeling zijn zowel gevangenisstraf, boetes als taakstraffen mogelijk. Ook is op dit moment een houdverbod mogelijk als voorwaarde bij een voorwaardelijke straf van maximaal 10 jaar. De rechter bepaalt welke straf wordt opgelegd. Er is een wetsvoorstel Aanpak dierenmishandeling en dierverwaarlozing in voorbereiding die het mogelijk maakt een houdverbod als zelfstandige maatregel op te leggen. Dit geldt dan ook voor maximaal 10 jaar. Bovendien zal het strafrechtelijke instrumentarium op onderdelen worden verscherpt in dit wetsvoorstel. De strafrechtelijke mogelijkheden bij de vervolging van overtredingen variĆ«ren van een boete, gevangenisstraf, ontzetting uit het recht om dat beroep uit te oefenen tot de gehele of gedeeltelijke stillegging van de onderneming. De minister van JenV streeft er naar het wetsvoorstel in het voorjaar van 2020 naar uw Kamer te sturen. Wassenberg (PvdD) Wanneer verwacht de minister de wet houdverbod naar de Kamer te kunnen sturen? Dit wetsvoorstel ligt bij de minister van JenV, maar ik ben daar uiteraard bij betrokken. Op dit moment worden de reacties op de internetconsultatie verwerkt en dat kost tijd. De minister van JenV streeft er naar het wetsvoorstel in het voorjaar van 2020 naar uw Kamer te sturen, waarna het behandeld kan worden. SGP Stoffer (SGP) Blijft het kabinet positief over Mercosur en CETA? Met betrekking tot Mercosur, zoals eerder aangegeven zal het Kabinet op basis van de daartoe benodigde documenten inclusief het Sustainability Impact Assessment, zijn standpunt bepalen. Nederland heeft het CETA-akkoord in oktober 2016 ondertekend. Het Kabinet heeft de goedkeuringswet bij uw Kamer ingediend ter ratificatie. Het handelsdeel van het akkoord is al in september 2017 voorlopig in werking getreden. Stoffer (SGP) Kan de LNV-begroting op 1 miljard euro gehouden worden zoals volgend jaar het geval is met het tijdelijk budget voor klimaat- en veehouderijmaatregelen? Kan dit bijvoorbeeld gefinancierd worden vanuit bijvoorbeeld een verhoging van de vliegbelasting? Op de begroting staat een aantal investeringen opgenomen met een incidenteel karakter, waardoor het budget per jaar kan fluctueren. Het kabinet weegt goed af of de investeringen tijdelijk of structureel dienen te zijn. Zo kennen veel van de klimaatinvesteringen een doorloop tot en met 2030. Het boven de ā¬ 1 miljard houden van de begroting is geen doel op zich. De gesuggereerde dekking valt bovendien buiten het domein van de LNV-begroting. Directie Bestuurlijke en Politieke Zaken Ons kenmerk BPZ / DOCPROPERTY "documentId" \* MERGEFORMAT 19238479 Pagina PAGE \* MERGEFORMAT 18 van SECTIONPAGES \* MERGEFORMAT 18 Directie Bestuurlijke en Politieke Zaken Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401 2500 EK Den Haag Overheidsidentificatienr 00000001858272854000 T 070 379 8911 (algemeen) F 070 378 6011 (algemeen) www.rijksoverheid.nl/lnv Ons kenmerk BPZ / DOCPROPERTY "documentId" \* MERGEFORMAT 19238479 Bijlage(n) 1 > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Datum 10 oktober 2019 Betreft Beantwoording vragen gesteld tijdens de begrotingsbehandeling Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit 2020 Pagina PAGE \* MERGEFORMAT 1 van SECTIONPAGES \* MERGEFORMAT 18