[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

De stijgende reserves bij samenwerkingsverbanden

Schriftelijke vragen

Nummer: 2019D40553, datum: 2019-10-11, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2019Z19484).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2019Z19484:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2019-2020 Vragen gesteld door de leden der Kamer

2019Z19484

Vragen van het lid Westerveld (GroenLinks) aan de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media over de stijgende reserves bij samenwerkingsverbanden (ingezonden 11 oktober 2019).

Vraag 1

Kent u het bericht «Samenwerkingsverbanden zien reserves verder groeien»?1

Vraag 2

Klopt het dat het eigen vermogen van samenwerkingsverbanden in 2018 opnieuw is toegenomen, namelijk van 240 naar 260 miljoen euro?

Vraag 3

Deelt u de mening dat samenwerkingsverbanden relatief lage financiële risico’s lopen en dat middelen voor het passend onderwijs naar de klas moeten?

Vraag 4

Wat is volgens u, gemiddeld genomen, een acceptabele ratio voor liquiditeit current ratio en solvabiliteit (inclusief voorzieningen) die een samenwerkingsverband nodig heeft om te kunnen functioneren?

Vraag 5

Waarom houden samenwerkingsverbanden hoge reserves aan en blijft er sinds de invoering van passend onderwijs geld bij de samenwerkingsverbanden zelf hangen?

Vraag 6

Wat is de laatste stand van zaken met betrekking tot het onderzoek naar de reserves bij samenwerkingsverbanden van de Inspectie van het Onderwijs?

Vraag 7

Wat gebeurt er als een samenwerkingsverband in dit onderzoek geen goede verklaring heeft voor de hoogte van de reserves?

Vraag 8

Welke aanvullende maatregelen kunt u nemen om de reserves bij samenwerkingsverbanden terug te dringen?

Vraag 9

Houdt de Inspectie van het Onderwijs in haar onderzoek naar de reserves bij samenwerkingsverbanden ook rekening met de financiële positie van schoolbesturen die participeren in de samenwerkingsverbanden? Zo ja, neemt de Inspectie van het Onderwijs dan ook de financiële vaste activa van schoolbesturen mee in haar beoordeling en hoe doet de Inspectie van het Onderwijs dit?


  1. https://www.aob.nl/nieuws/samenwerkingsverbanden-zien-reserves-verder-groeien/↩︎