[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

SCoPAFF gewasbescherming 21 en 22 oktober

Gewasbeschermingsbeleid

Brief regering

Nummer: 2019D41118, datum: 2019-10-15, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-27858-485).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 27858 -485 Gewasbeschermingsbeleid.

Onderdeel van zaak 2019Z19727:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2019-2020

27 858 Gewasbeschermingsbeleid

Nr. 485 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 oktober 2019

Hierbij informeer ik uw Kamer over de voorgenomen Nederlandse standpunten inzake de onderwerpen die ter stemming worden voorgelegd aan het eerstvolgende Standing Committee on Plants, Animals, Food and Feed (SCoPAFF) over regelgeving voor gewasbescherming. Het overleg vindt plaats op 21 en 22 oktober 2019. De standpunten zijn ambtelijk voorbereid met de Ministeries van IenW, SZW en VWS, op basis van advisering door het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb). Met deze brief geef ik tevens invulling aan mijn toezegging tijdens de begrotingsbehandeling LNV van 10 oktober jl. om uw Kamer te informeren over de herbeoordeling van de werkzame stof mancozeb.

Het SCoPAFF is een permanent comité onder voorzitterschap van de Europese Commissie (EC). Het comité ondersteunt de EC bij de uitvoering van EU- regelgeving waarbij de EC de besluitvormende bevoegdheid heeft. Het SCoPAFF over regelgeving voor gewasbescherming gaat over technisch-wetenschappelijke of procedurele besluiten over de (hernieuwing van) goedkeuring van werkzame stoffen in de EU of de criteria waarlangs ze worden beoordeeld. Conform EU- regelgeving (Verordening EG 1107/2009) betreft het hoofdzakelijk besluiten op basis van de risico's voor mens, dier en milieu, en niet de landbouwkundige noodzaak.

De onderstaande punten staan op de agenda ter (mogelijke) stemming (de zogenaamde B-punten).

De werkzame stof Thiacloprid

Deze werkzame stof wordt toegepast als insecticide en behoort tot de groep van neonicotinoïden. De EC stelt voor de goedkeuring van deze stof niet te hernieuwen vanwege carcinogene en reprotoxische eigenschappen van de stof. Het Ctgb adviseert positief over het voorstel om de goedkeuring van de stof niet te hernieuwen. De Nederlandse delegatie is voornemens in te stemmen met het voorstel van de EC.

De basisstof Vitis vinifera tanninen

Deze werkzame stof die nog niet eerder is goedgekeurd zou toegepast gaan worden als fungicide, en is aangevraagd als basisstof. De EC stelt voor om deze stof niet goed te keuren omdat risico’s voor passanten en omwonenden, inclusief kinderen, niet kunnen worden uitgesloten. Daarnaast is geen informatie beschikbaar voor een milieubeoordeling. Het Ctgb adviseert positief over het voorstel van de EC. De Nederlandse delegatie is voornemens in te stemmen met het voorstel van de EC.

Commissiebesluit voor het niet herhalen van vrijstellingen door Roemenië voor twee middelen op basis van neonicotinoiden

De EC stelt voor dat Roemenië de tijdelijke vrijstelling van twee middelen op basis van neonicotinoiden niet mag herhalen. Naar aanleiding van een landbouwkundige analyse van EFSA concludeert de EC dat er voldoende alternatieven beschikbaar waren voor de tijdelijke vrijstellingen en dat deze daarom niet voldeden aan de voorwaarden uit artikel 53 van Verordening (EC) 1107/2009. De Nederlandse delegatie is voornemens in te stemmen met het voorstel van de EC.

Commissiebesluit voor het niet herhalen van een vrijstelling door Litouwen voor een middel op basis van een neonicotinoide

De EC stelt voor dat Litouwen de tijdelijke vrijstelling van een middel op basis van een neonicotinoide niet mag herhalen. Naar aanleiding van een landbouwkundige analyse van EFSA concludeert de EC dat er voldoende alternatieven beschikbaar waren voor de tijdelijke vrijstelling en dat deze daarom niet voldeed aan de voorwaarden uit artikel 53 van Verordening (EC) 1107/2009. De Nederlandse delegatie is voornemens in te stemmen met het voorstel van de EC.

Tijdelijke verlenging goedkeuringsperiode van 10 werkzame stoffen in verband met herbeoordeling

De EC stelt voor om de goedkeuring van 10 werkzame stoffen tijdelijk te verlengen met één jaar omdat de besluitvorming buiten de schuld van de aanvrager niet tijdig is afgerond. Deze procedure is vastgelegd in verordening EG 1107/2009 (artikel 17). Het Ctgb adviseert positief op het voorstel van de Commissie met uitzondering van de verlenging van goedkeuring van de stof mancozeb.

Het Ctgb schat op basis van de nu ter beschikking staande informatie uit de EU-risicobeoordeling in dat dat voldoende gegevens voorhanden zijn om snel een besluit te kunnen nemen over al dan niet verlengen van de goedkeuring van mancozeb. Het Ctgb adviseert het ministerie om de EC op te roepen zo snel mogelijk te komen met een voorstel, zodat besluitvorming over deze stof kan plaatsvinden vóór de expiratiedatum van de stof op 31 januari 2020. Een tijdelijke verlenging van de goedkeuring is dan niet nodig.

De Nederlandse delegatie is voornemens om in te stemmen met het voorstel van de EC, maar daarbij door middel van een stemverklaring aan te geven dat Nederland niet akkoord gaat met de tijdelijke verlenging van de werkzame stof mancozeb. Tevens zal de Nederlandse delegatie de EC oproepen om de besluitvorming van de stof mancozeb vóór 31 januari 2020 af te ronden. Deze positie van de Nederlandse delegatie is vergelijkbaar met de lijn die Nederland een aantal malen eerder heeft gevolgd bij stemmingen over procedurele verlengingen, op basis van mijn reactie op de motie Ouwehand (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1181).

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten