KNAW briefadvies Neerlandistiek en het plan van aanpak van het Nationaal Platform voor de Talen
Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid
Brief regering
Nummer: 2019D43303, datum: 2019-10-30, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-31288-791).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: I.K. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (Ooit D66 kamerlid)
- Talen centraal. Naar een Deltaplan voor de universitaire talenstudies
- Nederlands verdient meer. Hoe de aantrekkelijkheid van de studie te vergroten
Onderdeel van kamerstukdossier 31288 -791 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid.
Onderdeel van zaak 2019Z20710:
- Indiener: I.K. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2019-11-05 15:40: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2019-11-07 10:15: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2021-01-28 10:00: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2021-02-03 13:45: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 |
31 288 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid
Nr. 791 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 oktober 2019
Hierbij bied ik u het KNAW briefadvies Neerlandistiek en het plan van aanpak voor de universitaire talenstudies aan van het Nationaal Platform voor de Talen. Beide documenten treft u als bijlage bij deze brief aan1.
In de afgelopen tien jaar is het aantal bachelor- en masterafgestudeerden in de moderne vreemde talen in het wetenschappelijk onderwijs fors gedaald. De sterkste daling (60% in de periode 2008–2018) is waarneembaar bij de bacheloropleiding Nederlandse Taal en Cultuur. Deze tendens draagt mogelijk bij aan het tekort van leraren in de schooltalen2 in het voortgezet onderwijs.
Het belang van de Neerlandistiek staat voor mij buiten kijf, dit geldt zowel voor de studie Nederlands als voor onderzoek naar de Nederlandse taal en cultuur. Het is belangrijk dat dit in voldoende omvang blijft bestaan. Daarom heb ik de KNAW gevraagd om een advies uit te brengen met daarin een analyse van de situatie en mogelijke oplossingsrichtingen gericht op het vergroten van het aantal studenten dat (delen van) een wetenschappelijke opleiding Nederlands volgt of een opleiding volgt die hier significante raakvlakken mee heeft, zodat het aantal Neerlandici toeneemt.
Daarnaast is de afgelopen jaren door diverse partijen actie ondernomen om de geesteswetenschappen, waar de (moderne) vreemde talen onderdeel van zijn, aantrekkelijker te maken. Zo zijn in het kader van het sectorplan Duurzame Geesteswetenschappen landelijke en facultaire projecten en programma’s opgestart. Het Regieorgaan Geesteswetenschappen is destijds ingesteld om op deze projecten en programma’s toe te zien. Sinds 2017 is het Regieorgaan omgezet naar het Programmabureau Duurzame Geesteswetenschappen. Het programmabureau beheert, monitort en rapporteert over de instellingsoverschrijdende projecten en programma’s uit het sectorplan tot en met 2024. Eén van deze projecten is de oprichting van het Nationaal Platform voor de Talen in 2018. Dit platform is door de faculteiten Geesteswetenschappen ingericht om te werken aan een gezamenlijk plan van aanpak om de toestroom van studenten bij de talenopleidingen te vergroten.
Ik ben blij met het briefadvies van de KNAW en het plan van aanpak van het Nationaal Platform voor de Talen. In de adviezen worden uiteenlopende aanbevelingen gedaan. De aanbevelingen die betrekking hebben op (de samenwerking met) het voortgezet onderwijs en universitaire lerarenopleidingen zijn behoorlijk concreet uitgewerkt, en op sommige punten is zelfs al actie ondernomen. Ik deel het belang van de actualisatie van de inhoud van het Nederlands en de moderne vreemde talen in het voortgezet onderwijs. Hieraan wordt momenteel gewerkt in het kader van de curriculumherziening waarover uw Kamer binnenkort wordt geïnformeerd. Tegelijkertijd zijn er nog belangrijke stappen te zetten bij de universitaire talenopleidingen zelf. Over de inspanningen die daar nodig zijn, wil ik verder in gesprek met de universiteiten met een faculteit Geesteswetenschappen. In het eerste kwartaal van 2020 kunt u mijn beleidsreactie op de adviezen van de KNAW en het Nationaal Platform voor de Talen tegemoet zien.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
I.K. van Engelshoven