Motie van de leden Sneller en Den Boer over de benoemingsprocedures voor de belangrijkste democratische instituties
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2020
Motie
Nummer: 2019D43400, datum: 2019-10-31, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35300-VII-25).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.C. Sneller, Tweede Kamerlid (D66)
- Mede ondertekenaar: M.G.W. den Boer, Tweede Kamerlid (Ooit D66 kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 35300 VII-25 Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2020.
Onderdeel van zaak 2019Z20770:
- Indiener: J.C. Sneller, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: M.G.W. den Boer, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2019-10-31 10:16: Begroting Binnenlandse Zaken (35300-VII) (voortzetting) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2019-11-05 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 |
35 300 VII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2020
Nr. 25 MOTIE VAN DE LEDEN SNELLER EN DEN BOER
Voorgesteld 31 oktober 2019
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat het voor de toekomstbestendigheid van de democratische rechtsstaat essentieel is om adequate checks-and-balances te waarborgen in benoemingsprocedures voor democratische instituties, zoals de Hoge Colleges van Staat, planbureaus, adviescolleges en zbo's;
overwegende dat de formele rol van de Tweede Kamer in deze benoemingsprocedures een significant onderdeel van die checks is, terwijl die op dit moment vaak te summier en bovendien weinig consistent tussen verschillende instituties is;
verzoekt de regering om de benoemingsprocedures voor de belangrijkste democratische instituties te herzien, zodat de rol van de Tweede Kamer daarin groter wordt naarmate, ten eerste, de betrokkenheid van de Kamer bij het functioneren van de organisatie en, ten tweede, het belang van de onafhankelijkheid van de organisatie in kwestie groter zijn,
en gaat over tot de orde van de dag.
Sneller
Den Boer