[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Inbreng verslag schriftelijk overleg over geannoteerde agenda van de OJCS-Raad (onderwijsdeel) op 8 november 2019 (Kamerstuk 21501-34-317)

Raad voor Onderwijs, Jeugd, Cultuur en Sport

Inbreng verslag schriftelijk overleg

Nummer: 2019D43460, datum: 2019-10-31, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2019Z20568:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (šŸ”— origineel)


21 501-34	Raad voor Onderwijs, Jeugd, Cultuur en Sport

Nr. 			Inbreng verslag van een schriftelijk overleg

Vastgesteld d.d. ā€¦

Binnen de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap hebben
enkele fracties de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen
over:

Geannoteerde agenda van de OJCS-Raad (onderwijsdeel) op 8 november 2019
d.d. 29-10-2019 (Kamerstuk 21501-34-317);

Verslag van de (informele) OJCS-Raad van 16 april en 22 en 23 mei 2019
d.d. 09-07-2019 (Kamerstuk 21501-34-315).  

Bij brief van ... heeft het kabinet deze beantwoord. Vragen en
antwoorden zijn hierna afgedrukt. 

Inhoud

I	Vragen en opmerkingen uit de fracties	

Inbreng van de leden van de CDA-fractie

Inbreng van de leden van de D66-fractie

II	Reactie van het kabinet

 

De voorzitter van de commissie

Tellegen

Adjunct-griffier van de commissie

Bosnjakovic

I	Vragen en opmerkingen uit de fracties

Inbreng van de leden van de CDA-fractie

De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van
de onderhavige brieven en hebben nog enkele vragen. 

Raadresolutie aangaande de Europese Onderwijsruimte 

De leden lezen dat het benadrukken van de waarde van het netwerk van
Europese Universiteiten in de Raadsresolutie in lijn is met de
Nederlandse inzet om met dit instrument de mobiliteit binnen de Europese
Unie meer in balans te brengen. Hierbij is expliciet aangegeven dat
wordt ingezet op deelname uit alle regioā€™s van Europa. Graag willen
deze leden weten wat hiermee precies wordt bedoeld en in hoeverre dit
betekent dat we meer EER-studenten gaan verleiden om naar Nederland te
komen.

Begin oktober werd duidelijk dat Vlaanderen Nederlandse studenten wil
weren. Ook in Nederland leeft, zeker onder instellingen, de behoefte om
meer grip te krijgen op de EER-instroom. De leden willen graag dat het
kabinet tijdens de OJCS-Raad de behoefte om meer grip te krijgen op
EER-studenten agendeert.  

Inbreng van de leden van de D66-fractie 

De leden van de D66-fractie kijken met belangstelling uit naar de
OJCS-Raad van 8 november 2019 en willen het kabinet nog enkele vragen en
suggesties voorleggen. Deze vragen zullen gaan over de EOR, het Europees
Semester, het leven lang leren en de kandidaat Eurocommissaris. 

Europese Onderwijsruimte

De EOR is een mooi initiatief, alle jongeren kunnen profiteren van
optimale onderwijs- en opleidingsmogelijkheden die hun helpen werk te
vinden in heel Europa. De leden zijn van mening dat de EOR het middel is
voor de verdere ontwikkeling van alle Europeanen, van jong tot oud en
van beroeps tot theoretisch geschoold. Een van de instrumenten is het
Erasmus+ kader waarin verdere samenwerking van de onderwijssectoren
binnen Europa zijn opgenomen. Is het kabinet het met de leden eens dat
er op dit moment te weinig Nederlandse studenten gebruik maken van de
mogelijkheden die Erasmus voor hen biedt? Ziet het kabinet mogelijkheden
om meer studenten te stimuleren om meer gebruik te maken van het
programma, met name hbo- en mbo-studenten? Daarop voortbouwend, wordt er
in een andere lidstaat in vergelijking tot Nederland meer gebruik
gemaakt van het Erasmus programma door docenten en mbo-studenten? 

De leden zien dat bij de Raad en de Commissie de ambitie groot is om de
EOR in de nabije toekomst te realiseren. Deze leden ondersteunen de
inzet van het kabinet om deze ambitie mede namens Nederland uit te
dragen. De leden willen van het kabinet weten of de genoemde ambitie om
al in 2025 alle doelen van de EOR te realiseren, haalbaar is. Wat zijn
de grootste uitdagingen om deze doelen te halen? Kan het kabinet
daarnaast een duidelijk overzicht geven van de progressie die wordt
gemaakt met de invoer van de EOR? Ook willen de leden weten gelet op de
wederzijdse erkenning van alle diplomaā€™s in het hoger onderwijs, of
daarnaast ook gekeken wordt naar de kwalificaties in het mbo. De leden
zien dat namelijk niet terugkomen en willen daar aandacht voor hebben. 

Europese universiteiten 

Tijdens de sociale top in Gotenburg van 2017 is afgesproken dat er
Europese Universiteiten zullen worden gecreƫerd binnen het EOR kader.
De leden zijn van mening dat het van cruciaal belang is dat
universiteiten meer samenwerken. Het heeft potentie om de inclusiviteit
voor alle studenten te verbeteren, bij te dragen aan de krapte op de
arbeidersmarkt en op termijn voor economische groei te zorgen.
Uiteindelijk moet het doel zijn om samen te werken in het Europese hoger
onderwijs, samen naar Ć©Ć©n Europees academisch krachtenveld. Waarin er
gelijke kansen zijn voor iedereen, uit alle lidstaten. 

De leden constateren dat de eerste fase van de pilot 17 allianties heeft
gevormd bestaande uit 114 instituties in 24 lidstaten. De leden willen
graag van het kabinet weten wat de vertegenwoordiging van Nederlandse
instellingen in deze fase is. Daarnaast willen zij weten op welke wijze
de universiteiten worden geselecteerd om deel te nemen aan de
ā€˜Europese universiteitenā€™. Hoeveel Nederlandse universiteiten kunnen
daarnaast naar verwachting deelnemen aan de ā€˜Europese
universiteitenā€™, zo vragen de leden.

Europees Semester 

De leden constateren dat de Raad aanbevelingen heeft gedaan aan
Nederland in het kader van het Europees Semester. Er moet meer worden
geĆÆnvesteerd in vaardigheden, onderwijs en opleiding om de toegang tot
de arbeidsmarkt te verbeteren van mensen aan de rand van de
arbeidsmarkt. De leden willen weten wat de vervolgstappen zullen zijn om
invulling te geven aan deze aanbeveling. Is het kabinet het met de leden
eens dat investeren in het onderwijs door de EU van cruciaal belang is
om de toegang tot de arbeidsmarkt en het innovatievermogen binnen Europa
te blijven vergroten, zo vragen deze leden.

Leven lang leren (ontwikkelen)

De leden hebben kennisgenomen van de Raadsconclusies over de
sleutelpositie van het leven lang leren. De leden willen het belang
benadrukken wat dit programma kan betekenen voor de groei van mensen van
alle leeftijden. Dit programma heeft het potentieel om een brede toegang
tot het volwassenonderwijs te bewerkstelligen. Ook zal het de
ontwikkelingsmogelijkheden voor leraren en andere werknemers in het
onderwijs bevorderen. Mensen houden kansen op de arbeidersmarkt als ze
hun leven lang kunnen ontwikkelen. Ook zonder startkwalificatie moet dit
in heel Europa mogelijk zijn. In de brief van de minister van 10 oktober
jl. is het Nederlandse leven lang ontwikkelen programma toegelicht. De
leden willen van het kabinet weten hoe het Nederlandse programma
aansluit tot het Europese programma. De leden willen weten hoe het
kabinet invulling gaat geven aan het verzoek om lidstaten (niet alleen
de commissie) aan te sporen het leven lang leren programma uit te
dragen.

Kandidaat-Eurocommissaris 

Tot slot hebben de leden kennisgenomen van de nieuwe
kandidaat-Eurocommissaris Mariya Gabriel op het dossier van Innovatie en
Jeugd. De leden begrijpen dat dit nog om een kandidatuur gaat en het nog
niet zeker is of het definitief de nieuwe Eurocommissaris wordt. Deze
leden vragen een appreciatie van de Mission Letter. Past de richting bij
het kabinetsbeleid op onderwijs? Waarop moet de Eurocommissaris zich,
volgens het kabinet, het meest op focussen als ze het Europees met
daarin het Nederlands belang moet vertegenwoordigen? Eenheid in
verscheidenheid, samenwerking en gelijke kansen moeten, volgens de
leden, de belangrijkste prioriteiten van het Europese onderwijsbeleid
worden en blijven. 

II  	Reactie van het kabinet

 EER: Europese Economische Ruimte

 EOR: Europese Onderwijsruimte

 Kamerstuk 30 012, nr. 122