[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van het lid Rog over de voorgenomen verhuizing van SLO naar Amersfoort

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2019D43535, datum: 2019-11-01, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20192020-603).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2019Z18126:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2019-2020 Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

603

Vragen van het lid Rog (CDA) aan de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media over het bericht «Expertisecentrum SLO wil Enschede verlaten voor Amersfoort» (ingezonden 26 september 2019).

Antwoord van Minister Slob (Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media) (ontvangen 1 november 2019).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het bericht «Expertisecentrum SLO wil Enschede verlaten voor Amersfoort»?1

Antwoord 1

Ja, ik heb kennisgenomen van het bericht over de voorgenomen verhuizing van de Stichting Leerplan Ontwikkeling (SLO) naar Amersfoort.

Vraag 2

Kunt u, omdat u op eerdere vragen over een mogelijk vertrek van SLO2 uit Enschede antwoordde dat een verhuizing «nauwelijks tot geen effect heeft op de directe of indirecte werkgelegenheid in de regio Twente», aangeven hoeveel directe en indirecte werkgelegenheid er concreet verloren gaat in de regio als SLO daadwerkelijk zou vertrekken uit Enschede?

Antwoord 2

Op dit moment hebben 97 medewerkers een arbeidsovereenkomst voor bepaalde of onbepaalde tijd bij SLO. Het effect op de directe werkgelegenheid in de regio Twente is nihil. SLO heeft alle medewerkers baanzekerheid geboden. Het effect op de indirecte werkgelegenheid is vanwege de kleine en beperkte personele omvang minimaal.

Vraag 3

Waarom heeft u zich niet, net als uw voorganger, bereid getoond een dringend appel te doen op de directie van SLO om het voorgenomen besluit over herhuisvesting te heroverwegen, mede omdat dit kabinet meermaals heeft bevestigd waarde te hechten aan «spreiding van door het Rijk gefinancierde diensten»?

Antwoord 3

SLO is sinds de wet SLOA (2013) een privaatrechtelijke rechtspersoon met wettelijke taken. De bestuurder van SLO gaat over haar eigen organisatie en huishouden. De organisatie heeft zich de afgelopen jaren ontwikkeld naar een open expert centrum, dat intensief en integraal samenwerkt met docenten, scholen en stakeholders uit het hele land. Het is aan de bestuurder, om in overleg met het personeel vast te stellen welke huisvesting, het meest bijdraagt aan een effectieve en efficiënte uitvoering van de wettelijke taken en de werkwijze. Ik kan en wil hier niet op ingrijpen.

Vraag 4

Als SLO daadwerkelijk uit Enschede zou vertrekken, gaat het kabinet zich dan inspannen om vervangende werkgelegenheid van door het Rijk gefinancierde diensten te realiseren in de regio Enschede?

Antwoord 4

Zoals op eerdere vragen van uw kamer over dit onderwerp al is geantwoord, is er sinds de start in 1975 van de spreiding van door het Rijk gefinancierde instellingen, een groot aantal veranderingen opgetreden.3 De belangrijkste verandering is in het kader van de bovenstaande vraag, dat er op dit moment in heel Nederland sprake is van een groeiende werkgelegenheid. Ook voor de regio Twente is er een groeiend arbeidsmarkperspectief. Deze ontwikkelingen, gecombineerd met het minimale effect van de verhuizing op de indirecte werkgelegenheid in de regio, maakt dat een inspanning voor vervangende werkgelegenheid niet aan de orde is.


  1. Tubantia, 13 september 2019↩︎

  2. SLO: Stichting Leerplanontwikkeling↩︎

  3. Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2014–2015, nrs. 3306, 3117, 2558 en Aanhangsel handelingen vergaderjaar 2018–2019, nr. 2050↩︎