Beleidsvisie mkb-financieringsmarkt
Bedrijfslevenbeleid
Brief regering
Nummer: 2019D44094, datum: 2019-11-05, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-32637-386).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M.C.G. Keijzer, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat (Ooit BBB kamerlid)
- SME Envoys Finance. SME access to finance situation in EU Member States. Final Report 2019
- Onderzoek beleidsaanpak MKB-financieringsmarkt
Onderdeel van kamerstukdossier 32637 -386 Bedrijfslevenbeleid.
Onderdeel van zaak 2019Z21161:
- Indiener: M.C.G. Keijzer, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2019-11-07 14:20: Aansluitend aan de stemmingen: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2019-11-12 16:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2019-12-05 13:00: Ondernemen en Bedrijfsfinanciering (Algemeen overleg), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2019-12-11 14:25: Aansluitend aan de stemmingen: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 |
32 637 Bedrijfslevenbeleid
Nr. 386 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 5 november 2019
In deze brief informeer ik uw Kamer, zoals toegezegd in mijn brief van 4 april 20191, over mijn visie op de mkb-financieringsmarkt en de acties die ik zal ondernemen om deze markt beter te laten functioneren. Het doel dat ik voor ogen heb is dat het mkb optimale toegang tot financiering heeft. Deze beleidsvisie is tot stand gekomen naar aanleiding van een analyse van het onderzoeksbureau Dialogic van de mkb-financieringsmarkt2 en het beleid van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) dat betrekking heeft op deze markt. Tevens betrek ik in deze brief het CPB-onderzoek «mkb-financiering in Europees perspectief» en de analyse van de Europese Commissie naar de mkb-financieringsmarkt in de lidstaten (SME Envoy-onderzoek).3
De rapporten laten in essentie zien dat de markt voor mkb-financiering met name voor de doelgroep klein mkb (het hoogste risicosegment) diverse knelpunten kent waar het huidige mkb-financieringsbeleid goed op aangrijpt, maar waar nog aanvullende inzet op mogelijk is. Specifiek voor kredietverlening geldt dat het mkb in Nederland minder financiering verkrijgt dan het Europees gemiddelde, mogelijk als gevolg van een lagere financieringsbehoefte van bedrijven en de markconcentratie op de mkb-financieringsmarkt. Het SME Envoy-onderzoek heb ik samen met de Europese Commissie gecoördineerd, met als doel goede voorbeelden van instrumenten op de mkb-financieringsmarkt in kaart te brengen en te delen. Met het kwantitatieve beeld van Centraal Planbureau (CPB) en de praktische exercitie vanuit het SME Envoy-netwerk, die ik hierbij met uw Kamer deel, heb ik invulling gegeven aan de motie van het lid Graus4, die verzoekt om onderzoek naar hoe de complexiteit en toegankelijkheid van de mkb-financieringsmarkt in Nederland zich verhouden tot die in omringende landen. Op de uitkomsten hiervan zal ik in deze brief nader ingaan. Eerst geef ik een analyse van de stand van de economie en ontwikkelingen van verschillende onderdelen van de mkb-financieringsmarkt aan de hand van genoemde rapporten, gevolgd door een schets van het toekomstbeeld in Europees perspectief en mijn inzet.
Economie in transitie
Economisch gezien staat Nederland er goed voor. De groei van nu biedt echter geen garanties voor de groei van morgen – de eerste tekenen dat de conjunctuur weer minder wordt dienen zich al aan.5 De afgelopen jaren hebben Nederlandse bedrijven zich staande gehouden in een omgeving die onderhevig is aan verschillende transities, zoals digitalisering, globalisering, en op het gebied van duurzaamheid en klimaat. Deze transities staan ook centraal in het missiegedreven innovatiebeleid.6 Onderdeel van deze transities is een versnelling van vernieuwing, disrupties, bedrijfscycli en productcycli. Daarmee nemen ondernemersrisico’s toe. Mkb-ondernemers zullen zich niet alleen staande moeten houden, maar werk moeten maken van een nieuwe manier van groeien, waarin investeren in hun structurele groeivermogen centraal staat.
Het Nederlands Comité voor Ondernemerschap signaleert dat bedrijfsinvesteringen ondanks de hoogconjunctuur niet zijn toegenomen de laatste jaren, terwijl dit het uitgelezen moment is voor bedrijven om te investeren in hun groeivermogen.7 Goed toegankelijke financiering voor mkb-bedrijven, en met name voor startups en scale-ups, is van cruciaal belang voor innovatie en groei van de Nederlandse economie in het licht van bovengenoemde transities.
Het kabinet onderstreept het belang om het verdienvermogen van Nederland te versterken op de lange termijn. De Minister van EZK onderzoekt samen met de Minister van Financiën hiervoor hoe een investeringsfonds kan worden opgericht, dat toegevoegde waarde heeft ten opzichte van bestaande publieke initiatieven zoals Invest-NL.8 De Minister van EZK komt dit jaar met een brede agenda om het duurzame verdienvermogen op de lange termijn te versterken.
Ontwikkelingen mkb-financiering
Om groei en transitie te realiseren zijn meer investeringen nodig, die veelal een risicovol karakter hebben. Daarom is van belang dat er goede proposities zijn. Het kabinet is in dit verband voorstander van verdere integratie van Europese kapitaalmarkten, waardoor er een grotere pool van (risico)kapitaal beschikbaar komt voor de financiering van investeringen door (mkb-)bedrijven. Hieronder licht ik de ontwikkelingen toe. Vervolgens ga ik in op het beleidsinstrumentarium, knelpunten en acties om eerlijke en toegankelijke financiering voor het mkb te realiseren.
Ontwikkelingen vraagzijde van de mkb financieringsmarkt
Mkb-ondernemers hebben moeite om financieringsmogelijkheden te overzien en af te wegen. Ook al zijn er nieuwe spelers in de markt gekomen, het financieringsaanbod kan meer divers. Dit komt ten goede aan het mkb. Een belangrijke factor om rekening mee te houden is dat een individueel mkb-bedrijf niet zo vaak een financieringsaanvraag doet, waardoor deze bedrijven er in het algemeen weinig ervaring mee hebben. Kennis over het aanvragen van financiering zal daarom vaak beperkt of gedateerd zijn. Specifiek voor de groep startups en scale-ups signaleert TechLeap.NL dat de financieringsmarkt gefragmenteerd is en de beoordeling van aanvragen (vaak met relatief hoog risico) specialistische kennis van investeerders vraagt. Voor de ondernemer zelf is een gebrek aan tijd en financiële middelen ook vaak een beperking voor het vinden van de juiste financiering. De combinatie van deze factoren maakt het voor veel ondernemers moeilijk om een financieringsaanvraag te doen. Dit neemt niet weg dat ondernemers een eigen verantwoordelijkheid hebben om zich goed voor te bereiden op een financieringsaanvraag en om te zorgen dat ondernemingsplannen goed aansluiten op financieringsmogelijkheden («investment readiness»). De rol van adviseurs bij financieringsaanvragen is hierbij van toenemend belang.
Ontwikkelingen risicokapitaal
Met name ondernemers die relatief kleine bedragen risicodragend vermogen zoeken hebben moeite om dit kapitaal te vinden en te verkrijgen. De markt voor lage bedragen aan risicokapitaal ervaart knelpunten en is minder ontwikkeld. Dit is ook een knelpunt omdat bancaire kredietverlening voor startups, scale-ups en bedrijven met weinig onderpand lastiger te verkrijgen is terwijl over het algemeen dergelijk kleine (mkb-)bedrijven vooral afhankelijk zijn van bancair krediet.
Daar is een mismatch tussen het hoge risicoprofiel en het vaak beperkte rendement van de investering. Dit terwijl de vraag naar dit soort kapitaal alsmaar toeneemt, gezien de transitieopgaven en digitalisering van bedrijven.9 De toegang tot risicokapitaal voor startups, scale-ups en innovatieve ondernemingen vraagt om een goed ontwikkelde risicokapitaalmarkt. Een brede basis van financiering door (internationale) investeerders, zoals investeringsbanken en pensioenfondsen is hierbij ook van belang.
Waar het gaat om grotere investeringsbedragen en lagere risicoprofielen in de private equity-sector, zien we dat in de huidige gunstige conjunctuur voldoende aanbod in de markt is. Bij een economische terugval zal het aanbod op deze markt naar verwachting afnemen. Voldoende beschikbaarheid van risicokapitaal voor ondernemers zal ook een positieve invloed hebben op de mogelijkheid om vreemd vermogen aan te trekken.
Een aandachtspunt bij het stimuleren van de beschikbaarheid van risicokapitaal, is dat ondernemers vaak niet bekend zijn met de financieringsvormen die de eigendomsverhoudingen beïnvloeden of deze veelal niet prefereren, terwijl dit bij financiering van innovaties of startupfinanciering wel nodig kan zijn. Het is dan ook van belang dat ondernemers meer kennis verkrijgen om een weloverwogen besluit te kunnen nemen en openstaan voor deze financieringsvormen.
Ontwikkelingen bancaire financiering
Er is al jaren sprake van een lage rente op de bancaire markt als gevolg van een ruim monetair beleid. Tegelijkertijd zijn er ook structurele factoren die bijdragen aan de lage rente, waaronder vergrijzing. Theoretisch zou de groei van de reële economie van de afgelopen jaren ook een groei van de financiële economie inhouden. In Nederland daalt echter sinds 2013, in tegenstelling tot veel andere landen in de Eurozone, het uitstaand kredietvolume van banken aan het mkb gestaag en wordt dit tot op heden niet volledig gecompenseerd door de groei van non-bancaire financieringsvormen. Dit heeft onder andere te maken met de financiële crisis die grote impact heeft gehad op het mkb. De financiële situatie van veel mkb-ondernemingen verslechterde als gevolg hiervan in de periode tussen 2008 en 2013. De verkopen en winstgevendheid namen af en de solvabiliteit van mkb-ondernemingen ging achteruit, doordat veel ondernemingen teveel met schuld waren gefinancierd. Het mkb werd als gevolg van de hogere risico’s moeilijker financierbaar voor kredietverstrekkers. Bovendien is een risico-inschatting voor mkb-ondernemingen lastiger te maken dan voor grote bedrijven, aangezien er in beperktere mate sprake is van continuïteit en track record. Hierdoor zijn mkb-bedrijven in de regel kwetsbaarder dan het grootbedrijf.
De constatering is dat in Nederland relatief veel kredietaanvragen worden afgewezen.10 Afwijzingen van kredietaanvragen horen bij een gezonde markt, omdat (1) ondernemersplannen niet altijd van voldoende kwaliteit en/of haalbaar zijn (2) het mkb minder afhankelijk wordt van schuld en (3) het goed is dat banken nauwkeurig (kunnen) beoordelen aan wie zij geld uitlenen. Echter, dit verklaart niet volledig het hoge percentage afwijzingen van bancaire kredietaanvragen in vergelijking tot andere landen in de Eurozone. Het zou namelijk niet goed zijn als ondernemers ontmoedigd worden bij het vinden en verkrijgen van bankfinanciering.11 Het CPB stelt dat marktconcentratie op de kredietmarkt12, de angst om te worden afgewezen en de concurrentie met het hypotheekproduct aannemelijke verklaringen zijn voor een lagere financieringsbehoefte en een relatief hoog afwijzingspercentage. Alhoewel oorzaak en gevolg niet objectief vast te stellen zijn op basis van de CPB-analyse is het aannemelijk dat genoemde knelpunten bijdragen aan een minder toegankelijke bancaire financieringsmarkt voor het mkb. Banken zouden in dit verband hun rol bij het faciliteren van alternatieve financieringsvormen verder kunnen uitbouwen. Dit in lijn met de financiële steun van banken aan Qredits, hun uitgesproken steun voor kredietunies die nog gevolgd zou kunnen worden door financiële steun (zoals aan Qredits) en de inzet op ontwikkeling stapelfinanciering en doorverwijzing naar andere financiers.
Groei alternatieve financiering
De sterke dominantie van banken op de mkb-financieringsmarkt is de afgelopen jaren enigszins afgenomen door de opkomst van alternatieve financiers. Het landschap bestaat nu uit aanbieders van verschillende alternatieve vormen van financiering.13 Zij bieden diverse soorten financiering aan, zowel risicokapitaal als leningen. Dit betekent niet alleen meer concurrentie, maar ook financiering die beter aansluit bij de preferenties van ondernemers. Het marktaandeel van non-bancaire aanbieders is echter nog zeer beperkt vergeleken met bancaire aanbieders. Veel van deze nieuwe aanbieders opereren momenteel in een ongereguleerde markt. In het belang van ondernemers en een duurzame ontwikkeling van de financieringsmarkt is het belangrijk dat de overheid volgt hoe de markt zich ontwikkelt. Dit geldt overigens niet alleen voor ondernemers. Ook intermediaire partijen, waaronder accountants, hebben veelal onvoldoende zicht op het gehele financieringslandschap, waaronder allerlei nieuwe vormen van financiering, om ondernemers te ondersteunen bij groei- en investeringsplannen.14
De toekomst van de mkb-financieringsmarkt
Een aantal van de hiervoor benoemde ontwikkelingen waren aanleiding om in 2014 het Aanvullend Actieplan MKB-financiering uit te brengen. Langs drie lijnen is ingezet op het versterken van de mkb-financieringsmarkt. Ten eerste werd het aanbod op de markt voor risicodragend vermogen vergroot via een aantal financieringsinstrumenten. Ten tweede werd het aanbod van de mkb-financieringsmarkt verbreed zoals met het stimuleren van crowdfunding, kredietunies en via institutionele beleggers. Ten derde werden acties geformuleerd om de werking van de markt te verbeteren. Deze acties waren gericht op voorlichting, informatievoorziening en marktwerking.
Medio 2018 is het Mkb-actieplan verschenen met acties langs dezelfde lijnen als in 2014 – namelijk intensivering van risicokapitaalinstrumentarium (grotere investeringsfondsen in de Seed en kapitaalstorting aan de Regionale ontwikkelingsmaatschappij in Zeeland), verbetering van de toegang tot financiering (stimuleren financieringstafels) en het stimuleren van alternatieve financiering (ondersteuning Stichting MKB Financiering).
Onderzoeksbureau Dialogic heeft een uitgebreide analyse van de financieringsmarkt verricht om te bezien in hoeverre de beleidsmix van EZK nog passend en effectief is. Daaruit komt een positief beeld naar voren dat het instrumentarium van EZK goed heeft bijgedragen aan de mkb-financieringsmarkt in Nederland. De hoofdconclusie van de analyse van Dialogic is dat het financieringsinstrumentarium (noodzakelijkerwijs) divers is, maar niet alle knelpunten afdekt «Er is sprake is van een breed instrumentarium. De meeste regelingen lijken op zichzelf een legitieme rationale te kennen; ze grijpen aan op reële knelpunten in de markt waarvoor overheidsingrijpen gerechtvaardigd lijkt. Het beleid voor spillovers is relatief rijk (VFF, IK, SEED) die ieder een deel van de financieringsketen/-markt bestrijken. Alleen in de proof-of-concept en preseed fase kent de beleidsmix weinig interventie; daar moeten ondernemers het hebben van regionale initiatieven. Het beleid is minder rijk voor coördinatie en ontwikkeling van vaardigheden.»
Deze knelpunten hebben met name betrekking op een effectieve werking van de mkb-financieringsmarkt, de kwaliteit van de financieringsaanvraag en het toenemende belang van risicokapitaal. Allereerst blijf ik het huidige mkb-financieringsbeleid voortzetten. Daarnaast benoem ik in deze brief acties om de geïdentificeerde knelpunten op te lossen, te verminderen of nader te onderzoeken. Het oplossen van de genoemde knelpunten op de mkb-financieringsmarkt dient zich te verhouden tot andere beleidsdoelen, bijvoorbeeld ten aanzien van de realisatie van de bankenunie en kapitaalmarktunie, monetair beleid en de financiële stabiliteit. Met mijn beleid probeer ik de mkb-financieringsmarkt te stimuleren, maar houd ik ook rekening met deze andere beleidsdoelen.
Europese context
Een breed financieringslandschap is ook belangrijk om Nederlandse ondernemerschapsecosystemen te versterken. Het is belangrijk dat (Nederlandse) bedrijven bij buitenlandse activiteiten voldoende financieringsmogelijkheden in Nederland ter beschikking hebben of nationale activiteiten in het buitenland financieringsmogelijkheden vinden. Zo kan Nederland optimaal profiteren van de allocatie van kennis en kapitaal. De nieuwe Europese Commissie heeft mkb-beleid ook als één van haar speerpunten benoemd waar het SME Envoy-netwerk voeding aan geeft. Eén van de acties is te komen tot een IPO-fonds voor het mkb zodat het Europese mkb gemakkelijker aandelenkapitaal kan aantrekken. Dit is één van de acties die kan worden ondernomen binnen de kapitaalmarktunie, waarover de Minister van Financiën uw Kamer separaat heeft geïnformeerd in zijn reactie op het rapport van de werkgroep NextCMU.15 Binnen Europa is het zaak om de kapitaalmarktunie verder te versterken om diepere en beter geïntegreerde Europese kapitaalmarkten te realiseren. Zo kunnen startups en scale-ups beter worden gefaciliteerd. Voor alternatieve financieringsvormen, zoals crowdfunding, kan harmonisatie helpen bij groei van de financieringsvorm. Ik ben blij dat de nieuwe Europese Commissie financiering van het mkb als een van haar prioriteiten heeft benoemd. Het kabinet pleit er dan ook voor dat in het kader van de Kapitaalmarktunie initiatieven in die richting worden genomen. Verder heeft de Commissie het InvestEU-programma opgezet gericht op versterking van financiering van het mkb.
Ik versterk voorts de positionering van Nederland richting (internationale) investeerders via deelname en mede-organisatie van grote internationale evenementen, zoals de Global Entrepreneurship Summit die begin juni heeft plaatsgevonden. Ook het jaarlijkse evenement CES Unveiled (dit jaar op 17 oktober jl.) is hiervoor belangrijk. Dit zijn evenementen, om netwerken van investeerders, bedrijven en overheid rond innovatie en ondernemerschap aan te jagen rondom thema’s waar Nederland sterk in is. De organisatie hiervan biedt mogelijkheden om netwerken via Nederlands gastheerschap van toekomstige evenementen verder te vergroten. Met de oprichting van Invest-NL wordt bovendien verder gewerkt aan het beter benutten van Europese middelen voor de financiering van mkb-ondernemingen en ondernemingen in de scale-up-fase, bijvoorbeeld in het InvestEU-raamwerk en de instrumenten van de Europese Investeringsbank en het Europees Investeringsfonds.
Inzet EZK voor een toekomstbestendige mkb-financieringsmarkt
Naast de hoofdconclusie dat de beleidsmix passend is, identificeren de onderzoekers van Dialogic en CPB een aantal aandachtspunten en knelpunten die vragen om het verleggen van beleidsaccenten en/of het doen van nader onderzoek. Hieronder presenteer ik een aantal acties die aanvullend zijn op mijn huidige beleid en zullen bijdragen aan het doel de toegankelijkheid van financiering voor ondernemers met goede ondernemersplannen te verbeteren. Het SME Envoy-onderzoek heeft hiervoor waardevolle input gegeven en wordt volgend jaar gecontinueerd.
Ik zie dat vanwege gebrek aan kennis en tijd, in combinatie met hoge zoekkosten, ondernemers problemen hebben zich goed te presenteren bij financiers, om vervolgens succesvol financiering aan te trekken. De afgelopen jaren heb ik hier beleid op gevoerd en in 2018 heb ik met het Mkb-actieplan reeds een aantal acties gestart om ondernemers te helpen in hun zoektocht naar financiering, bijvoorbeeld door introductie van financieringstafels en ondersteuning van de Stichting MKB Financiering. Daarnaast zal ik aanvullende acties oppakken:
1. Het versterken van kennis en vaardigheden van ondernemers om een goede financieringsaanvraag te kunnen doen
Hiervoor zal ik een (digitale) tool laten ontwikkelen door de Kamer van Koophandel en onder de aandacht brengen bij ondernemers. Deze tool zal ook informatie over vreemd vermogen versus risicokapitaal bevatten. Tevens kunnen ondernemerschapsvaardigheden, waaronder vaardigheden op het gebied van financiering, verbeterd worden via bijvoorbeeld een programma als O2LAB, dat zich richt op het stimuleren van ondernemerschapsonderwijs.
2. Het versterken van investment readiness van ondernemingen
Hiertoe zal ik de bestaande, voornamelijk regionale programma’s in kaart brengen en bezien of en hoe verdere actie van de rijksoverheid nodig is, al dan niet via een beleidsexperiment en aan de hand van regionale ervaringen. Daarnaast wil ik via voorlichting ondernemers informeren over de kansen die extern eigen vermogen hen kan bieden, zodat zij dit in hun zoektocht naar financiering als een serieus alternatief meewegen.
3. Het verstevigen van de intermediaire adviesmarkt
In lijn met het NEMACC-onderzoek16 en Dialogic-rapport is het van belang dat de mkb-accountant kan groeien in diepgang, analyse en advies. De Stichting MKB-financiering heeft met stakeholders het initiatief genomen om deze markt te versterken. Ik steun waar mogelijk en wenselijk het initiatief van de branche om te komen tot een keurmerk/branchevereniging van financieringsadviseurs.
Vergroten inzicht in overheidsinstrumenten
Bekendheid van de financieringsinstrumenten bij ondernemers is geen doel op zich. Wel is het belangrijk dat inzicht en kennis aanwezig is bij de betrokken partijen, zoals de Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (ROM’s), de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl), de Kamer van Koophandel (KvK) en zodra het is opgericht ook Invest-NL, om goede voorlichting te kunnen geven aan ondernemers. Ik ga met deze partijen hierover in gesprek en betrek hierin de mogelijkheden voor digitale toepassingen, evenals de KvK Gids voor bedrijfsfinanciering en de Financieringsdesk. Dit in lijn met de motie van de leden Wörsdörfer (VVD) en Amhaouch (CDA)17 die verzoekt om in gesprek te gaan met relevante partijen over afstemming en doorverwijzing naar de verschillende overheidsloketten. De samenwerking tussen Rijk en regio in het kader van valorisatie en de inrichting van de Fastlane voor startups en scale-ups bij RVO.nl betrek ik hier ook in.
Inzet beschikbaarheid risicokapitaal
De risicokapitaalmarkt zal gebaat zijn met een responsief instrumentarium, zo blijkt uit de analyse van Dialogic. Bovendien blijkt dat mkb’ers met het hoogste risicoprofiel extra stimulering nodig hebben. Zoals reeds eerder genoemd in deze brief, is het kabinetsbeleid gericht op het beschikbaar komen van risicokapitaal de afgelopen jaren geïntensiveerd (denk daarbij aan de Vroege Fase Financiering, SEED, SEED BA-faciliteit, ROM’s, Invest-NL, DVI, Co-investeringsfonds). Blijvende inzet hierop is daarbij zeer van belang. Deze instrumenten zijn een aantal jaar geleden opgenomen in het Toekomstfonds. Dit biedt de nodige flexibiliteit om met de verschillende instrumenten in te kunnen blijven spelen op behoeften op de financieringsmarkt. Daarnaast zal ik de volgende acties oppakken:
4. Verkennen EZK-steun bij opzet nieuwe ROM’s
De provincies Utrecht en Flevoland hebben de oprichting van ROM’s in hun regio opgenomen in hun recente coalitieakkoorden. Momenteel wordt EZK-betrokkenheid bij deze initiatieven verkend, waarbij EZK in de vormgeving zoveel mogelijk aan wil sluiten bij de behoefte van de regio. De ROM’s leveren via hun participatiefondsen een belangrijke bijdrage aan de beschikbaarheid van risicokapitaal voor het innovatieve mkb.
5. Verkenning opties stimuleren risicokapitaal
Ik zal, in het licht van initiatieven in omringende landen om risicokapitaal te stimuleren, breed verkennen of er nog aanvullende acties mogelijk zijn om in de vroege fase financiering te stimuleren.18 Gelet op de rol en impact van TechLeap.NL bij het versterken van het ecosysteem voor startups en scale-ups zal ik hen bij de uitwerking hiervan betrekken.19 Ik zal de Tweede Kamer voor de zomer van 2020 over de uitkomsten informeren.
Via het initiatief Fastlane werkt RVO.nl in een pilot aan het verbeteren van de dienstverlening aan bedrijven die op zoek zijn naar overheidsfinanciering. Hierin zal RVO.nl proactief zoeken naar startups en scale-ups, die potentie hebben om internationale markten te gaan bedienen. Bedrijven worden gescout middels data-analyse, via het organiseren van bijeenkomsten op de hubs en interne doorverwijzing. De groeikans van de scale-up wordt als basis genomen en vervolgens wordt gekeken hoe betere dienstverlening rond financieringsinstrumenten vanuit de overheid deze groei kan ondersteunen en versnellen.
6. Gesprek met pensioenfondsen en andere institutionele beleggers
Ik zal me blijven inzetten om het aanbod van risicokapitaal in de gehele markt, van vroege fase tot aan groei en consolidatie, nog verder te verbeteren door de betrokkenheid te vergroten van financiers die niet of nog weinig actief zijn in deze markt, zoals pensioenfondsen en andere institutionele beleggers. Ik ga hierover nog dit jaar met hen in gesprek en zal ze daarbij tevens wijzen op de kansen die Invest-NL biedt voor co-financiering bij de opzet van nieuwe instrumenten.
Tijdens de behandeling van de Machtigingswet oprichting Invest-NL in de Tweede Kamer is toegezegd om onderzoek te doen naar de haalbaarheid en de marktappreciatie van het in de markt zetten van het Dutch Venture Initiative (DVI) (Handelingen II 2018/19, nr. 82, item 16). Huidige inzichten geven aan dat de haalbaarheid mede wordt bepaald door de voorwaarden waaronder het naar de markt kan worden gebracht. De definitieve voorwaarden moeten nog worden opgesteld. Daarbij valt te denken aan: waarborgen beleidsdoelstellingen, goedkeuringen van onder andere het bestuur en de andere aandeelhouders in DVI en de toezichthouder, acceptabele financiële condities, geen risico’s met bijvoorbeeld het EU-staatssteunkader en belastingregimes. Dit jaar nog zal ik de Tweede Kamer een voorstel sturen onder welke uitgewerkte voorwaarden het naar de markt brengen succesvol kan worden geacht. Daarna kunnen eventueel concrete vervolgstappen worden gezet.
Inzet op kredietverleningsmarkt
Uit het onderzoek van Dialogic en het CPB blijkt dat de markt voor mkb-financiering nog steeds een aantal knelpunten kent waardoor het mkb minder toegang heeft tot financiering. Het gaat dan om (1) de mogelijke marktconcentratie bij bancaire financiering, en (2) relatief beperkte omvang van de niet-bancaire financieringsmarkt. Verder concludeert het onderzoek van Dialogic dat er nader onderzoek nodig is naar de mate van bescherming van (kleine) ondernemers bij het aangaan van financiering. Om inzicht te verwerven in karakteristieken van de financieringsmarkt, met name de aanbodzijde van vreemd vermogen, is het nuttig deze periodiek te monitoren. Dit zorgt voor verdere verbreding en professionalisering van de markt.
Via onder andere de Borgstelling MKB-Kredieten (BMKB) en Qredits (microfinanciering) zorg ik dat financiering voor kleine en startende ondernemers beschikbaar is. Om het financieringsaanbod van het mkb te verbreden heeft EZK «fundinggarantie» op fondsen met private investeringen gericht op (achtergestelde) leningen en factoring beschikbaar gesteld. Om kwaliteit en transparantie van de sector voor alternatieve financiering als geheel te stimuleren ondersteun ik daarnaast de Stichting MKB Financiering, die recent een gedragscode heeft ontwikkeld waar verschillende aanbieders bij zijn aangesloten. Met de Financieringsmonitor breng ik in kaart wat de financieringsbehoefte van het mkb is. Daarnaast zal ik de volgende acties oppakken:
7. Monitoren markt mkb-financiering
In afstemming met het Ministerie van Financiën, Autoriteit Financiële Markten (AFM), De Nederlandse Bank (DNB) en Autoriteit Consument en Markt (ACM) zal ik -aanvullend op de financieringsmonitor die de financieringsbehoefte van het mkb in kaart brengt- een marktmonitor opzetten en zo jaarlijks de ontwikkelingen op de bancaire en non-bancaire markt voor mkb-financiering monitoren. Zo zal ik kennis over deze markt (nieuwe spelers) actueel houden en daarmee een vinger aan de pols kunnen houden, zodat ik bijvoorbeeld tijdig signalen kan ontvangen over of specifieke doelgroepen extra aandacht vragen. Deze monitor zal ik met relevante partijen bespreken. In het onderzoek is ook aandacht geweest voor de bescherming van (kleine) ondernemers. De onderzoekers concluderen dat er meer onderzoek nodig is om hierover conclusies te kunnen trekken. Zoals ik reeds heb aangegeven in antwoord op vragen van de leden Sneller en Sjoerdsma20 zal de Minister van Financiën de omvang in kaart brengen van de problematiek die ontstaat voor mkb’ers en zzp’ers als gevolg van mogelijke excessen in voorwaarden van niet-bancaire kredieten en bezien op welke wijze deze excessen kunnen worden tegengegaan.21 Ik zal vervolgens jaarlijks de gehanteerde voorwaarden van zowel bancaire als niet-bancaire mkb-financiers monitoren als een van de onderdelen van de marktmonitor.
8. Verdere stimulering van de alternatieve sector
Verschillende alternatieve financiers kunnen reeds gebruik maken van het bestaande financieringsinstrumentarium zoals de BMKB. Voor andere instrumenten, zoals de SEED-regeling, worden specifieke tenders gehouden voor specifieke sectoren en/of doelgroepen en de voor hen geschikte financiers. De komst van Invest-NL zal de mogelijkheden voor risicodragende financiering voor mkb-ondernemingen en ondernemingen in de scale-up-fase, vooral in de transitiedomeinen waarop Invest-NL zich zal richten, vergroten.
9. Verbetering kredietinformatie
In samenwerking met De Nederlandsche Bank en het Ministerie van Financiën zal ik een onderzoek uitvoeren naar het nut en de mogelijkheid om een kredietregister te ontwikkelen waar karakteristieken van leningen en leners kunnen worden geregistreerd en onder voorwaarden worden gedeeld. Dit onderzoek zal eind 2019 starten. Doel is om inzicht te verwerven in de mogelijke functies, opzet en kosten van een kredietregister en daarbij van voorbeelden uit het buitenland te leren, evenals van de reeds gestandaardiseerde rapportage van kredietgegevens door banken aan de ECB (Anacredit). Een kredietregister kan bijdragen aan een verbeterde toegang van nieuwe kredietverleners tot de markt voor mkb-kredieten en aan een verbeterde toegang van mkb’ers tot krediet. Daarnaast kan een kredietregister de beoordelingskosten van financiers en mogelijk de rente die wordt doorberekend aan de mkb’er verlagen. Ook het gebruik van Standard Business Reporting als standaard van financiële verslaggeving voor verbetering van de kredietinformatie wordt in deze actie betrokken.
Handhaven verruimingen BMKB
Als een ondernemer een tekort aan zekerheden heeft, kan bij de aanvraag van financiering door de bank of geaccrediteerde andere financier een beroep gedaan worden op de BMKB. Deze borgstelling dekt het tekort aan zekerheden bij de ondernemer, ook voor de investeringen in immateriële activa. De Financieringsmonitor 2018 laat zien dat micro- en kleinbedrijven minder succesvol zijn in hun financieringsaanvraag. Om de kredietverlening aan deze groep te blijven ondersteunen zal ik de verruimingen in de BMKB (ingesteld tijdens de crisisperiode) voortzetten tot medio 2022 en geef daarmee uitvoering aan de motie Wörsdörfer (VVD) «handhaven verruimingen BMKB» (Kamerstuk 35 200 XIII, nr. 13). De verruimingen zouden in 2019 aflopen, maar worden verlengd tot na de volgende evaluatie van de BMKB (medio 2022), hierin worden ook de verruimingen geëvalueerd. Dankzij de verruimingen kunnen bestaande bedrijven met een kredietbehoefte tot € 266.667 een overheidsborgstelling ontvangen van 67,5% in plaats van 45%. Daarnaast blijft de komende jaren het verhoogde maximum van het BMKB-krediet van € 1,5 miljoen (voorheen € 1 miljoen) gehandhaafd.
Onderzoek zekerhedenpraktijk bij mkb-financiering
Zekerheden vormen een belangrijk onderdeel van een financiering van het mkb doordat het een soort «verzekering» is voor financiers voor het geval het bedrijf de financiering niet kan terug betalen. Zoals is geantwoord door de Minister van Financiën op de vragen van de leden Sneller, Groothuizen en Sjoerdsma (allen D66) over dit onderwerp22, is het noodzakelijk om een onderzoek te verrichten naar de wijze waarop de Nederlandse financieringspraktijk nu werkt om te beoordelen of het wenselijk is beleidsvoornemens op dit terrein te ontwikkelen, in welke richting dan ook. In het genoemde antwoord is de bereidheid uitgesproken om een opdracht tot een onderzoek daarnaar te geven, waarbij tevens, mede gelet op de op 18 juni door Uw Kamer aangenomen motie van de leden Wörsdörfer (VVD) en Sneller (D66) (Kamerstuk 35 200 XIII, nr. 12), de zekerheidsstelling bij mkb-financiering aan de orde zal komen. Met dit onderzoek zal worden gestart in het najaar van 2019 en het zal gereed zijn in het 2e kwartaal 2020.
In opdracht van mij heeft Dialogic een breed onderzoek gedaan naar de mkb-financieringsmarkt. Met de nieuwe marktmonitor en de reeds bestaande Financieringsmonitor blijf ik de ontwikkelingen volgen. Ik informeer u over de voortgang van het mkb-financieringsbeleid inclusief bovenstaande acties in de voortgangsrapportage van het mkb-actieplan die in juni 2020 naar uw Kamer wordt gestuurd.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,
M.C.G. Keijzer
Kamerstuk 32 637, nr. 344.↩︎
Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.↩︎
Zie in de bijlage het sme-envoy/Europese Commissie onderzoek Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl en Aanhangsel Handelingen II 2018/19, nr. 3711.↩︎
Kamerstuk 31 311, nr. 203.↩︎
MEV, 2020, 17 september 2019, bijlage bij Kamerstuk 35 300, nr. 2.↩︎
Hierin wil ik de koppeling maken tussen de opkomst van nieuwe sleuteltechnologieën en maatschappelijke uitdagingen op bijvoorbeeld het gebied van zorg en energie en klimaat, en het verdienvermogen van Nederland.↩︎
Jaarbericht, Staat van het mkb, 2019 (Kamerstuk 32 637, nr. 382).↩︎
De Machtigingswet voor de oprichting van Invest-NL (Kamerstuk 35 123) ligt op dit moment voor behandeling in de Eerste Kamer.↩︎
Jaarbericht «Staat van het MKB 2018», p. 40 (Kamerstuk 32 637, nr. 332).↩︎
Safecijfers en CPB-onderzoek.↩︎
Ter illustratie; de investeringsquote (verhouding tussen investeringen in vaste activa en het BBP) is niet toegenomen ondanks de positieve economische conjunctuur: Jaarbericht Staat van het mkb, 2019; cijfers Eurostat en CPB onderzoek.↩︎
CPB: Marktmacht van banken: door hoge marktconcentratie is er wellicht weinig concurrentie in Nederland. De relatief hoge rentes zijn hiervoor een aanwijzing.↩︎
CBS Financieringsmonitor 2018.↩︎
NEMACC-onderzoek «Financiering in het mkb en de rol van de mkb-accountant, maart 2019.↩︎
Kamerstuk 22 112, nr. 2829.↩︎
NEMACC is het kenniscentrum voor de mkb-accountant van de NBA en de Erasmus Universiteit Rotterdam.↩︎
Kamerstuk 32 637, nr. 364.↩︎
Het kabinet kiest hierbij niet voor een fiscale regeling, omdat deze gepaard zal gaan met hoge kosten als deze een brede toepassing kent of problematisch is in de uitvoering als deze wordt beperkt tot een kleine doelgroep.↩︎
Kamerstuk 32 637, nr. 374.↩︎
Aanhangsel Handelingen II 2018/19, nr. 3285↩︎
Kamerstuk 32 545, nr. 90.↩︎
Aanhangsel Handelingen II 2018/19, nr. 3731.↩︎