Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over o.a. de geannoteerde agenda Energieraad op 4 december 2019 (Kamerstuk 21501-33, nr. 783)
Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2019D47654, datum: 2019-11-22, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2019D47654).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: L.I. Diks, voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (Ooit GL kamerlid)
- Mede ondertekenaar: L.N. Kruithof, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2019Z21650:
- Indiener: E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2019-11-13 14:50: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2019-11-22 12:00: Energieraad (formeel) 4 december 2019 (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2019-11-26 16:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2021-01-20 10:15: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
2019D47654 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
De vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat heeft een aantal vragen en opmerkingen aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat voorgelegd over de geannoteerde agenda voor de Energieraad (formeel) op 4 december 2019 (Kamerstuk 21 501-33, nr. 783), het verslag van de Energieraad van 24 september 2019 (Kamerstuk 21 501-33, nr. 779) en het verslag van een schriftelijk overleg over de geannoteerde agenda van de Energieraad van 24 september 2019 (Kamerstuk 21 501-33, nr. 777).
De vragen en opmerkingen zijn op 22 november 2019 aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat voorgelegd.
De voorzitter van de commissie,
Diks
De adjunct-griffier van de commissie,
Kruithof
Inhoudsopgave | Blz. | |
I | Vragen en opmerkingen vanuit de fracties | 2 |
II | Antwoord / Reactie van de Minister | 6 |
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda voor de Energieraad op 4 december 2019. Deze leden hebben nog vragen en opmerkingen.
De leden van de VVD-fractie delen de kansen in het gebruik van waterstof. Deze leden willen weten of er meer landen zijn die kansen zien in het gebruik van waterstof. Zij willen voorts graag weten hoeveel geld er verdiend kan worden aan waterstof als koploper. Kan de Minister aangeven hoe ver landen buiten de Europese Unie (EU) op dit moment zijn met de uitrol van waterstof? Tevens vragen zij wat de rol van de EU is op het gebied van slimme sectorintegratie. Op welke manier wordt hier in Europees verband op samengewerkt? Kan de Minister ook toelichten welke belemmeringen in regelgeving moeten worden weggenomen om slimme sectorintegratie te versnellen?
De leden van de VVD-fractie zijn benieuwd op welke punten de energieprioriteiten van de Commissie-Von der Leyen overeenkomen met de ambities in het Klimaatakkoord. Deze leden willen graag weten welke punten in de energieprioriteiten een kans zijn voor de Nederlandse ambities. Zij zijn voorts belangstellend naar de mogelijke tegenstrijdige belangen. Zij willen graag weten wat de Minister gaat doen om het belang van Nederland zo goed mogelijk te verdedigen in het realiseren van energieambities.
De leden van de VVD-fractie hebben daarnaast vragen over het investeringsplan van de Europese Commissie. Hoe beoordeelt de Minister dit investeringsplan? Deze leden willen weten of de Minister de mening van deze leden deelt dat het geld uit het investeringsplan naar plannen moet gaan met de meeste toegevoegde waarde waarbij doelmatigheid voorop staat. Kan de Minister toezeggen dat geografische spreiding voor het investeringsplan geen doel op zich is, maar dat moet worden gekeken naar waar het meeste rendement uit investeringen kan worden gehaald? Deelt de Minister de mening dat Europese Klimaatgelden doelmatig moeten worden besteed en dat ophoging van budget van de Europese Investeringsbank voor Klimaatprojecten geen doel op zich mag zijn?
De leden van de VVD-fractie zijn benieuwd wanneer het definitieve Nederlandse Nationaal Energie- en Klimaatplan (INEK) wordt verwacht. Deze leden lezen dat de Nederlandse bijdrage aan de Europese 2030-doelstellingen licht zijn gewijzigd voor hernieuwbare energie (van een bandbreedte tussen de 27–35% naar tenminste 27%. Kan de Minister toelichten wat de verklaring voor deze wijziging is? Kan de Minister ook toelichten hoe men is gekomen tot een doelstelling van ten minste 27%? Op basis waarvan is dit percentage gekozen?
De leden van de VVD-fractie zouden graag willen weten wat de stand van zaken is met betrekking tot het overleg over het transitcontract. Ook lezen deze leden dat met name Oost-Europese landen zich zorgen maken over de mogelijke gevolgen van het onverhoopt wegvallen van de transit voor de leveringszekerheid. Kan de Minister toelichten wat het back-up scenario voor Nederland is als de transit onverhoopt wegvalt? Hoe wordt ervoor gezorgd dat er in dat geval geen gevaren zijn voor de leveringszekerheid in Nederland? Wordt hier een stresstest voor uitgevoerd?
De leden van de VVD-fractie vragen of de Minister kan toelichten op welke onderwerpen hij verwacht dat het Kroatische voorzitterschap zich zal richten.
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben ervan kennisgenomen dat de Clauscentrale ook elektriciteit zal leveren aan België. Deze leden vragen de Minister of hij gedurende de Energieraad, of en marge ervan, zal spreken over het Europese energiesysteem en de uitdaging voor welk land de CO2-uitstoot toegerekend zal worden.
De leden van de D66-fractie vragen de Minister hoe hij de klimaat- en energieplannen van de Europese Commissie beoordeelt en waar hij aansluiting of versterking ziet op het Nederlands klimaat- en energiebeleid.
De leden van de D66-fractie vragen de Minister wat de ontwikkelingen zijn binnen lidstaten wat betreft beleid tot sluiten van kolencentrales en op welke wijze dit de doelstelling van de Nederlandse wet verbod op kolen.
De leden van de D66-fractie stellen dat Nederland goede kansen heeft om groene waterstofhub van Europa te worden. Op welke wijze wordt dit door de Minister geadresseerd in Europees perspectief en op welke wijze zet Nederland zich in om de kans van slagen van groene waterstofontwikkeling in Nederland en in Europa te vergroten?
De leden van de D66-fractie hebben in de World Energy Outlook 2019 van het International Energy Agency (IEA) gelezen dat windenergie op zee een vlucht gaat nemen. Hoe zet Nederland zich in om de kansen, op het gebied van financiering en infrastructuur, van windenergie met andere (omliggende) landen te verzilveren?
De leden van de D66-fractie vragen op welke wijze de Minister het beleid ten aanzien van het Europese Emissions Trading System (ETS) en de prijs op CO2-uitstoot in de hele Unie versterkt. Deze leden vragen tevens hoe de Minister het belang van een Europees CO2-reductiedoel van 55% beklemtoont bij de nieuwe Europese Commissie, als wel de wenselijkheid van een stevigere prijs op CO2-uitstoot in het ETS-systeem?
De leden van de D66-fractie maken zich zorgen over de beschikbaarheid van schaarse metalen voor accu’s en zonnepanelen. Op welke wijze zal de Minister de nieuwe Europese Commissie recycling van noodzakelijke maar schaarse materialen waarborgen in de Europese markt? Ziet de Minister kansen om met de nieuwe Europese Commissie de recycling van schaarse metalen voor elektrische auto’s en accu’s hoger op de agenda te zetten, mogelijk met bijbehorende strengere normering middels een aanscherping van de Ecodesign richtlijn? Zie ook motie-Jetten-Wassenberg (Kamerstuk 32 813, nr. 209).
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-fractie
De leden van de GroenLinks-fractie vinden het zorgelijk dat met de huidige INEK’s de EU-brede 2030-doelstellingen voor hernieuwbare energie en energie-efficiëntie niet in zicht zijn. Kan de Minister toelichten welke lidstaten moeite hebben met het halen van hun doel? Klopt het dat in de afgelopen maanden er geen enkele vooruitgang is geboekt rondom de INEK’s en het onduidelijk is hoe de gaten worden gedicht? Kan de Minister dit uitgebreid toelichten? Wat is de stand van zaken rondom het verscherpen van het CO2-reductiedoel van de EU naar 55%? Geven andere lidstaten ook in hun INEK’s aan hoe ze, zoals in Nederland conform de motie-Van der Lee (Kamerstuk 30 175, nr. 271) moet gebeuren, fiscale prikkels afbouwen die het klimaatdoel tegenwerken? Op welk moment zal de Kamer de definitieve Nederlandse INEK ontvangen?
De leden van de GroenLinks-fractie hebben vernomen dat het Finse voorzitterschap de INEK’s oorspronkelijk niet wilde bespreken, klopt dit? Waarom wilde het Finse voorzitterschap dit niet? Kan de Minister zich ervoor inzetten dat het Finse voorzitterschap enthousiast wordt gemaakt voor de bespreking van de INEK’s en er voldoende tijd wordt vrijgemaakt om de INEKs te bespreken? Kan de Minister alles op alles zetten op het vinden van concrete afspraken, voor garanties dat de gaten gedicht worden en dat iedere lidstaat een goede bijdrage levert?
De leden van de GroenLinks-fractie begrijpen dat het onduidelijk is wat er na 31 december 2019 met de uiteindelijke INEK’s gebeurd en de wetgeving daar niet expliciet over is. Kan de Minister ervoor zorgdragen dat er wederom een analyse per plan komt, een analyse van de Europese Commissie van alle plannen gezamenlijk en dat deze analyses weer publiekelijk worden gemaakt?
De leden van de GroenLinks-fractie hebben met interesse gelezen dat in de Duitse klimaatplannen er CO2-beprijzing wordt ingevoerd voor non-ETS sectoren. Een dergelijke CO2-prijs is complex. Is de Minister bereid om te onderzoeken of een dergelijke CO2-prijs ook in Nederland kan worden ingevoerd? Zijn er pentalaterale besprekingen over een CO2-prijs gaande met de buurlanden van Nederland? Zijn er andere effectieve maatregelen in het Duitse klimaatplan die eventueel zouden kunnen worden overgenomen door Nederland?
De leden van de GroenLinks-fractie hebben de volgende vragen en opmerkingen over de leveringszekerheid van gas. Deze leden merken op dat de Europese gasafhankelijkheid van Rusland is gestegen en dat er nog grote uitdagingen zijn om de gasdiversificatie van EU-lidstaten op orde te brengen. Zij vinden het risicovol dat de onderhandelingen tussen Oekraïne en Rusland onder toezicht van de Europese Commissie in een impasse zijn beland. Zij merken op dat er eind november weer een overleg staat ingepland, en vragen of er al meer bekend is over de uitkomsten van deze gesprekken. Daarbij vragen zij de Minister te reflecteren op de mogelijke scenario’s die er ontstaan als de impasse niet wordt opgelost. Kunnen deze worden toegelicht?
De leden van de GroenLinks-fractie vragen de Minister wat deze kwestie betreft met name in te gaan op de leveringszekerheid van gas voor Oekraïne en de rol van de Europese Unie hierin. Is de Minister het met deze leden eens dat de energieveiligheid van Oekraïne ernstig gevaar loopt bij het mogelijk opnieuw misgaan van de onderhandelingen tussen Rusland en Oekraïne, zeker omdat nu nog een groot aandeel van gas door Nord Stream via Oekraïne loopt? Hoe gaat de beoogde verdeling van gastoevoer door Nord Stream en Nord Stream 2 er in de toekomst uitzien? Hoe is de Europese Unie vervolgens voorbereid op de geopolitieke consequenties van Nord Stream 2? Hoe beoordeelt de Minister in dit kader het nieuwe voorstel van Duitsland voor de implementatie van de recent gewijzigde Gasrichtlijn? Zorgt deze implementatie ervoor dat er nadere eisen, zoals geformuleerd in de recent gewijzigde Gasrichtlijn (toegang van derden, tariefregulering, ontvlechting van de eigendom en transparantie), worden gesteld aan Nord Stream 2? Hoe makkelijk kan Duitsland een uitzondering van de recent gewijzigde Gasrichtlijn vragen op basis van deze implementatie?
De leden van de GroenLinks-fractie vragen ook hoe het zit met de bevordering van gasdiversificatie van met name zuidelijke en oostelijke Europese Lidstaten, aangezien de Minister heeft aangegeven dat de verschillen tussen goed functionerende en minder goed functionerende gashandelsplaatsen toenemen1? Zijn er vooruitzichten op verbetering hiervan, met name op het punt van het instellen van een transparant prijsmechanisme? Hoe biedt Nederland en de EU hier ondersteuning aan? Gaat de Minister inzetten op het belang van gasdiversificatie van kwetsbare EU- lidstaten? Deze leden merken namelijk met zorg op dat Hongarije van plan is via Turkish Stream meer Russisch gas te importeren2, en nog steeds slechts afhankelijk is van een gasbron. Hoe kijkt de Minister aan tegen deze kwestie, heeft hij hier in bilateraal en multilateraal contact over met Hongarije?
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie
De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van voorliggende agenda. Deze leden stellen hierbij de volgende vragen.
De leden van de SP-fractie zien zeker voordelen van het koppelen van verschillende sectoren om de energietransitie te versnellen dan wel bestaande belemmeringen weg te nemen. Wel waarschuwen deze leden dat dit niet noodzakelijkwijs betekent dat er naar een verdergaande Europese energiemarkt moet worden toegewerkt. Dit kan prima door de lidstaten zelf, bi- en/of multilateraal, worden vormgegeven. Zij vragen op welke wijze Nederland meer gaat inzetten op het vergroten van de mogelijkheden van opslag van energie. Hier worden te weinig en te langzaam de benodigde stappen in gezet, vrezen deze leden.
De leden van de SP-fractie vragen de Minister toe te lichten waaruit hernieuwbaar gas bestaat. Wat is de herkomst en samenstelling?
De leden van de SP-fractie vinden het teleurstellend dat het voorstel om technische eisen aan banden te stellen blijkbaar een brug te ver is voor veel lidstaten. Juist zo’n simpele maatregel kan in een Europese automarkt effect hebben. Deze leden begrijpen niet dat zelfs het stellen van vrij eenvoudige technische eisen op zo’n grote weerstand kan stuiten.
De leden van de SP-fractie wijzen erop dat het zaak is echt te verduurzamen, in plaats van afhankelijk te worden van gas van buiten de EU. De zorgen over leveringszekerheid onderstreept dit nog eens. Welke stappen neemt Nederland om de afhankelijkheid van gas niet alleen in Nederland, maar in de gehele EU op zo snel mogelijke termijn naar nul te krijgen?
De leden van de SP-fractie uiten hun zorgen over het feit dat de EU-doelstellingen niet gehaald lijken te worden. Dat de INEK’s onvoldoende blijken, is zeer zorgwekkend. Is in beeld wat de lidstaten gaan doen om ervoor te zorgen dat de klimaatdoelen wel worden gehaald? Hoe en op welke termijn worden de INEK’s aangescherpt en aangevuld? Wat zijn de consequenties voor de lidstaten waarbij de INEK onvoldoende blijkt? Deze leden willen nu ook van de Minister weten hoe het kabinet alsnog denkt te gaan voldoen aan de doelen, nu blijkt dat het Klimaatakkoord onvoldoende zal zijn.