De Gedragscode Zon op Land
Schriftelijke vragen
Nummer: 2019D47668, datum: 2019-11-22, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2019Z23005).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.K. Dik-Faber, Tweede Kamerlid (Ooit ChristenUnie kamerlid)
- Mede ondertekenaar: L. van Raan, Tweede Kamerlid (Ooit PvdD kamerlid)
- Mede ondertekenaar: M.F. Sienot, Tweede Kamerlid (Ooit D66 kamerlid)
- Mede ondertekenaar: A.H. (Agnes) Mulder, Tweede Kamerlid (Ooit CDA kamerlid)
- Mede ondertekenaar: T.M.T. van der Lee, Tweede Kamerlid (GroenLinks-PvdA)
Onderdeel van zaak 2019Z23005:
- Gericht aan: E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
- Gericht aan: C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat
- Gericht aan: I.K. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Gericht aan: C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Gericht aan: S. van Veldhoven-van der Meer, minister voor Milieu en Wonen
- Indiener: R.K. Dik-Faber, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: A.H. (Agnes) Mulder, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: M.F. Sienot, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: T.M.T. van der Lee, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: L. van Raan, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2019Z23005
Vragen van de leden Dik-Faber (ChristenUnie), Sienot (D66), Agnes Mulder (CDA), Van der Lee (GroenLinks) en Van Raan (PvdD) aan de Ministers van Economische Zaken en Klimaat, voor Milieu en Wonen, van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en van Infrastructuur en Waterstaat over de Gedragscode Zon op Land (ingezonden 22 november 2019).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van de «gedragscode zon op land» die op 13 november 2019 is aangeboden aan leden van de vaste Kamercommissies voor Economische Zaken en Klimaat en Binnenlandse Zaken?1
Vraag 2
Hoe beoordeelt u het feit dat een brede coalitie van organisaties de gedragscode voor zon op land heeft opgesteld en ondertekend?
Vraag 3
Deelt u de mening dat de code bijdraagt aan de belangen van cultureel erfgoed, landschap, natuur, omwonenden en grondeigenaren? Zo ja, waarom?
Vraag 4
In hoeverre sluit de gedragscode aan bij de uitvoering van de moties-Dik-Faber c.s. (Kamerstukken 32 813, nr. 204 en 34 682, nr. 20) over de zonneladder, en daarmee bij de uitgangspunten voor de Regionale Energiestrategie (RES) en de Nationale Omgevingsvisie (NOVI)? Kunt u uw antwoord toelichten?
Vraag 5
Hoe beoordeelt u het feit dat beschermde natuurgebieden (Natura2000-gebieden, Nationale Parken en reeds ingerichte Natuurnetwerk Nederland gebieden) met deze code in principe worden uitgesloten als inpassingslocatie voor zon op land?
Vraag 6
Bent u bereid om bevoegde gezagen zoals gemeenten en provincies te wijzen op het belang om de code te gebruiken bij het vaststellen van beleid voor zon op land (locatiekeuze, de eisen aan vormgeving, participatie omwonenden) en het opstellen van de RES'en?
Vraag 7
Bent u bereid om de inpassingsplannen voor de RES'en die in de aankomende tijd gemaakt worden, mede te beoordelen aan de hand van deze gedragscode?
Vraag 8
Bent u bereid om de overheden die rijksgronden aanbesteden (Rijkswaterstaat en Rijksvastgoedbedrijf) voor zonneprojecten mee te geven dat de gedragscode leidend dient te zijn bij de locatiekeuze en bij de beoordeling van biedingen door ontwikkelaars?
Vraag 9
Bent u bereid de uitgangspunten van de gedragscode mee te nemen in het ruimtelijke en stimuleringsbeleid voor zon op land? Zo nee, waarom niet?
Vraag 10
Heeft u kennisgenomen van het rapport «Zorg voor het Landschap» dat het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) heeft gepubliceerd?2
Vraag 11
Deelt u de conclusie in het rapport dat de zorg voor het landschap nog onvoldoende is gewaarborgd in het huidige omgevingsbeleid om de ruimtelijke opgave in goed afgestemde en maatschappelijk breedgedragen banen te leiden?
Vraag 12
Bent u bereid om de aanbevelingen in het rapport (het waarborgen van landschappelijke waarden in bestaande en nieuwe regelgeving, het leggen van een verband tussen de opgaven voor landbouw, klimaat en energie en meervoudig ruimtegebruik, het beter regelen van de verschillende claims op de ruimte en het aanwijzen van waardevolle landschappen) op te volgen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 13
Deelt u de conclusie van het PBL dat mede vanwege de groeiende weerstand van lokale bewoners tegen de komst van grote zonneparken, het raadzaam is dat er eisen worden gesteld aan landschappelijke inpassing, meervoudig ruimtegebruik en maatschappelijke meerwaarde? Komt de gedragscode voor zon op land volgens u hier voldoende aan tegemoet? Kunt u uw antwoord toelichten?