Motie van het lid Van Raan over de vier criteria voor het verminderen van de CO2-uitstoot flexibeler hanteren
Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2019 (Incidentele suppletoire begroting inzake Urgenda)
Motie
Nummer: 2019D48593, datum: 2019-11-27, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35235-5).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: L. van Raan, Tweede Kamerlid (Ooit PvdD kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 35235 -5 Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2019 (Incidentele suppletoire begroting inzake Urgenda).
Onderdeel van zaak 2019Z23462:
- Indiener: L. van Raan, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2019-11-27 18:00: Gezamenlijke behandeling van de Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII), het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII), het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (XIII) en het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) voor het jaar 2019) (35 234 t/m 237) (Wetgevingsoverleg), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2019-12-03 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 |
35 235 Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2019 (Incidentele suppletoire begroting inzake Urgenda)
Nr. 5 MOTIE VAN HET LID VAN RAAN
Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 27 november 2019
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat Nederland de CO2-uitstoot in 2020 minimaal met 25% moet verminderen ten opzichte van 1990;
constaterende dat het kabinet bij het nemen van maatregelen ten dienste van dit doel vier criteria hanteert;
constaterende dat deze criteria in strijd zijn met de uitspraak van het gerechtshof in de klimaatzaak van Urgenda;
constaterende dat deze door het kabinet gehanteerde vier criteria het leveren van een uiterste inspanning om het 2020-doel te halen, zoals de Kamer verzoekt middels de aangenomen motie-Thieme (35 300, nr. 28), in de weg staan;
verzoekt de regering, deze criteria flexibeler te hanteren, zeker waar ze het realiseren van het vonnis in de weg staan,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Raan