Motie van het lid Van den Hul c.s. over bestaande antimisbruikbepalingen binnen belastingverdragen evalueren
Vaststelling van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2020
Motie
Nummer: 2019D48736, datum: 2019-11-28, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35300-XVII-40).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: K.A.E. van den Hul, Tweede Kamerlid (Ooit PvdA kamerlid)
- Mede ondertekenaar: M.Ö. Alkaya, Tweede Kamerlid (Ooit SP kamerlid)
- Mede ondertekenaar: E. Ouwehand, Tweede Kamerlid (PvdD)
Onderdeel van kamerstukdossier 35300 XVII-40 Vaststelling van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2020.
Onderdeel van zaak 2019Z23539:
- Indiener: K.A.E. van den Hul, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: M.Ö. Alkaya, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: E. Ouwehand, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2019-11-28 10:16: Begroting BuHa-OS (35300-XVII) (voortzetting) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2019-12-03 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 |
35 300 XVII Vaststelling van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2020
Nr. 40 MOTIE VAN HET LID VAN DEN HUL C.S.
Voorgesteld 28 november 2019
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat lage- en middeninkomenslanden sterk afhankelijk zijn en recht hebben op belastinginkomsten van bedrijven die winst maken binnen hun landsgrenzen;
constaterende dat in Nederland geregistreerde bedrijven tezamen sinds kort de op één na grootste investeerder op het Afrikaanse continent vormen;
constaterende dat het CPB stelt dat Nederland nog altijd fungeert als doorstroomland, wat ertoe leidt dat landen elders belastinginkomsten mislopen;
verzoekt de regering, de bestaande antimisbruikbepalingen binnen belastingverdragen te evalueren, en daarbij inzichtelijk te maken welk effect deze bepalingen hebben op het tegengaan van belastingontwijking;
verzoekt de regering, de Kamer voortaan jaarlijks te informeren over hoe vaak en met welke vervolgstappen er een beroep wordt gedaan op antimisbruikbepalingen binnen belastingverdragen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van den Hul
Alkaya
Ouwehand