Kabinetsreactie op de uitspraak Hoge Raad cassatieberoep Urgenda
Kabinetsaanpak Klimaatbeleid
Brief regering
Nummer: 2019D53514, datum: 2019-12-20, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-32813-442).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
Onderdeel van kamerstukdossier 32813 -442 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid.
Onderdeel van zaak 2019Z26076:
- Indiener: E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2020-01-15 14:35: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2020-01-21 16:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2020-01-22 13:55: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 |
32 813 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid
Nr. 442 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 december 2019
Vandaag heeft de Hoge Raad arrest gewezen in het cassatieberoep van de Staat in de procedure tussen Stichting Urgenda en de Staat. Het kabinet heeft kennis genomen van het feit dat de Hoge Raad het arrest van het gerechtshof Den Haag in stand laat. Het reductiebevel dat de rechtbank Den Haag aan de Staat heeft opgelegd is hiermee onherroepelijk geworden. Gegeven het bredere belang van het arrest zal het kabinet dit zorgvuldig bestuderen en in de tweede helft van januari met een reactie komen.
Zoals het kabinet eerder heeft aangegeven blijft het sturen op 25% broeikasgas-reductie per eind 2020. Daarom heeft het kabinet in juni 2019 een ambitieus pakket aan maatregelen aangekondigd om het vonnis uit te voeren. In aanvulling daarop zijn begin november 2019 nog meer aanvullende maatregelen aangekondigd naar aanleiding van de raming uit de Klimaat- en Energieverkenning 2019. Daarnaast heeft het kabinet diverse maatregelen aangekondigd om de stikstofproblematiek aan te pakken, die ook een bijdrage leveren aan het uitvoeren van het Urgenda-vonnis. Het kabinet blijft werken aan maatregelen gericht op zowel broeikasgas- als stikstofreductie. Conform de motie van het lid Van der Lee1 en Van Raan2, zal het kabinet de Kamer hierover regelmatig informeren, waarmee ik ook voldoe aan het verzoek van het lid Van Raan van 3 december jl. om aan te geven hoe het kabinet uitvoering geeft aan deze motie (Handelingen II 2019/20, nr. 31, stemming incidentele supplementaire begroting EZK 2019 inzake urgenda.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
E.D. Wiebes
Kamerstuk 35 236 nr. 7: verzoekt de regering, voor 1 april 2020 een aanvullend pakket te presenteren met maatregelen die bijdragen aan het behalen van dit klimaatdoel↩︎
Kamerstuk 35 235 nr. 6: verzoekt de regering, het risico te minimaliseren dat de ondergrens van minimaal 25% CO2-reductie in 2020 gemist zou worden,↩︎