Preview document (🔗 origineel)

---

Tweede Kamer der Staten-Generaal	2
Vergaderjaar 2019-2020

24 587 Justitiële Inrichtingen

Nr. 759 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 januari 2020

De vaste commissie voor Justitie en Veiligheid heeft mij verzocht om een reactie op een brief van de heer Van L. uit Vught. In zijn brief verzoekt de heer Van L. om een verhoging en indexatie van het arbeidsloon voor gedetineerden. Daar refereert hij aan een eerdere brief aan uw commissie waarin hij heeft gesteld dat het arbeidsloon gedetineerden 3-jaarlijks dient te worden geïndexeerd. Met deze brief ga ik in op het verzoek van de commissie.

Arbeidsloon

Voor hun arbeid ontvangen gedetineerden een basisuurloon. Dit is geregeld en vastgelegd in de regeling «Arbeidsloon gedetineerden». Deze regeling is gebaseerd op artikel 47, vijfde lid van de Penitentiaire beginselenwet. Het loon bedraagt € 0,76 per uur.

De directeur kan aan een gedetineerde een toeslag van maximaal 100% van dit basisuurloon toekennen als:

– de gedetineerde op andere tijden arbeid verricht dan waartoe hij op grond van het voor hem geldende dagprogramma gehouden is of;

– de gedetineerde bijzondere werkzaamheden verricht of;

– het niveau van de arbeid hoger is.

Dit biedt naar mijn oordeel voor de directeur van een inrichting voldoende ruimte om in die gevallen waar een hoger arbeidsloon gepast is, dit ook toe te kennen.

Indexatie

In de regeling, noch in de Penitentiaire beginselenwet is een bepaling opgenomen waarin een verplichte (driejaarlijkse) vorm van indexatie is geregeld.

Gelet op het bovenstaande acht ik het op dit moment niet nodig om, zoals de heer Van L. vraagt, met terugwerkende kracht over te gaan tot een loonsverhoging en/of indexatie van het huidige loon.

De Minister voor Rechtsbescherming,
S. Dekker