[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over o.a. geannoteerde agenda OJCS-Raad (onderwijs) van 20 februari 2020 (Kamerstuk 21501-34-323)

Raad voor Onderwijs, Jeugd, Cultuur en Sport

Inbreng verslag schriftelijk overleg

Nummer: 2020D05669, datum: 2020-02-11, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2020D05669).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2020Z01796:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


2020D05669 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft aanleiding gezien om vragen en opmerkingen voor te leggen over:

• de brief van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap d.d. 31-01-2020 inzake geannoteerde agenda voor de Onderwijs-, Jeugd-, Cultuur- en Sportraad (OJCS-Raad) voor wat betreft het onderdeel onderwijs (Kamerstuk 21 501-34, nr. 323);

• de brief van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport d.d. 14-01-2020 inzake het verslag van OJCS Raad van 21 en 22 november 2019 (onderdelen Jeugd en Sport) (Kamerstuk 21 501-34, nr. 322).

• de brief van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap d.d. 16-12-2019 inzake het verslag van de OJCS-Raad van 8 en 21 november 2019 (Kamerstuk 21 501-34, nr. 321)

De voorzitter van de commissie,
Tellegen

De adjunct-griffier van de commissie,
Even

I Vragen en opmerkingen uit de fracties

Inbreng van de leden van de VVD-fractie

De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda van de OJCS-Raad. Zij hebben hierover nog enkele vragen en opmerkingen.

In het verslag van een schriftelijk overleg betreffende de Raad voor Concurrentievermogen1 lezen de leden dat de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap voorafgaand aan aankomende OJCS-Raad gesprekken heeft gevoerd met Kroatië over studentmobiliteit en brain circulation, als opvolging op de aangenomen motie van de leden Wiersma en Van der Molen2. Hierin lezen deze leden ook dat de Minister verdere gesprekken zal voeren met andere lidstaten om te inventariseren op welke mate dit probleem ook bij hen speelt en welke oplossingen zij zien op Europees niveau. Kan de Minister uitweiden over deze gesprekken en welke uitkomsten deze hebben gehad? Voornoemde leden vragen welke problemen geïdentificeerd zijn en welke oplossingen zijn aangedragen. Verder vragen deze leden naar de uitkomsten van de discussie over brain circulation tijdens de Raad voor Concurrentievermogen. Deze leden van vragen aan het kabinet op welk termijn naar verwachting het Kroatisch voorzitterschap contact zal zoeken met Nederlandse hoger onderwijsinstellingen en studentorganisaties over studentmobiliteit? Wat kunnen de leden verwachten van dit contact? Hoe zal dit contact invulling krijgen? Wanneer gaat de Minister zelf contact zoeken met counterparts over dit onderwerp? Is dit al gebeurd? Zo ja, wat waren de uitkomsten? Welke stappen worden er genomen?Zo nee, waarom niet?

Voornoemde leden vragen wat het doel is van de Raadswerkgroep Europese leraren en trainers voor de toekomst. Wat was de rol van Nederland binnen deze werkgroep en wat heeft Nederland hier ingebracht?

Deze leden lezen dat er inspanningen worden gedaan ter verbetering van de kwaliteit, kansengelijkheid, inclusiviteit en de relevantie voor de arbeidsmarkt van onderwijs. Hoe gaat de Europese Commissie dit doen? Wat is de Nederlandse positie hierin? Op welke manier gaat de EU hier invloed op uitoefenen? Wat is de positie van Nederland daarop?

Deze leden lezen dat het actieplan digitalisering wordt geactualiseerd. Op welke manier gaat dit gebeuren? Gaat Nederland aandacht besteden aan de minimale norm van cyberveiligheid?

Ook lezen deze leden dat er in het Europees Parlement door de onderzoeksdienst van het Europees Parlement (EPRS) aanbevelingen zijn opgesteld. Hoe bindend zijn deze aanbevelingen?

De aan het woord zijnde leden vragen waarom de toezegging van de Raad om bij te blijven dragen aan de Europese Green Deal geen deel uitmaakte van de conceptraadsresolutie aan de start van het onderhandelingsproces maar later wel is toegevoegd aan de nu voorliggende Raadsresolutie?

Deze leden lezen de drie vragen die het voorzitterschap voorlegt over brain circulation. Wat is de Nederlandse inzet per vraag?

Ook lezen deze leden onder punt drie dat het voorzitterschap wil komen met raadsconclusies op de eerstvolgende OJCS-Raad in mei. Welke zijn dit? Wat is de Nederlandse inzet daarop?

Verder lezen de leden over het informele lunchdebat. Wat gaat hier besproken worden? Welke waarde heeft een dergelijk lunchdebat? Waarom zet Nederland alleen in op duurzaamheidstransitie? Waarom zet Nederland niet ook in op innovatiebeleid, waarbij innovatie grote meerwaarde kan hebben voor het bereiken van de doelen van de Europese Green Deal? Hoe kan de Kamer een informeel lunchdebat controleren, vragen deze leden aan het kabinet.

II Reactie van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap


  1. Kamerstuk 21 501-30, nr. 473.↩︎

  2. Kamerstuk 35 282, nr. 32.↩︎