Preview document (🔗 origineel)

---

Tweede Kamer der Staten-Generaal	2
Vergaderjaar 2019-2020

21 501-31 Raad voor de Werkgelegenheid, Sociaal Beleid, Volksgezondheid en Consumentenzaken

Nr. 548 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 februari 2020

Hierbij bied ik u de geannoteerde agenda voor de extra EU-Gezondheidsraad van 13 februari aan. Ik ben voornemens deel te nemen aan deze Raad in Brussel.

De Minister voor Medische Zorg,
B.J. Bruins

Geannoteerde agenda extra EU-Gezondheidsraad 13 februari 2020, Brussel

Beleidsdebat en Raadsconclusies: Nieuwe coronavirus, 2019-nCoV

Inhoud

Het Kroatisch voorzitterschap heeft, vanwege de situatie omtrent het nieuwe coronavirus 2019-nCoV, een ad hoc EU-Gezondheidsraad bijeengeroepen. Zoals ik uw Kamer eerder informeerde, wordt in diverse gremia in Europa gesproken over het virus. Inzet van het voorzitterschap van deze Raad is het delen van informatie over de stand van zaken met betrekking tot de uitbraak van het virus door relevante instellingen als het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding (ECDC) en de Europese Commissie. Het voorzitterschap beoogt tevens te stimuleren dat lidstaten onderling informatie delen over de activering en invulling van de crisisstructuur, en de door diverse lidstaten genomen maatregelen aangaande detectie, preventie, voorlichting en communicatie. Inzet van het voorzitterschap is dergelijke maatregelen zoveel mogelijk in lijn met elkaar te brengen conform de International Health Regulations (IHR) van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO). Daarnaast vraagt het voorzitterschap aandacht voor de mogelijke effecten die onvoorziene omstandigheden kunnen hebben op de Europese leveringszekerheid van geneesmiddelen en medische hulpmiddelen. Het voorzitterschap vraagt lidstaten te reflecteren op de vraag hoe leveringszekerheid kan worden vergroot en welke beleidsmaatregelen hiertoe het meest geijkt zijn.

Het voorzitterschap is tevens voornemens om Raadsconclusies met betrekking tot het nieuwe coronavirus 2019-nCoV aan te nemen.

Inzet Nederland

Nederland is alert op het coronavirus en bereidt zich goed voor. We volgen daarbij de op wetenschap gebaseerde adviezen van de WHO en het ECDC. In Europa is het aantal besmette mensen nog steeds heel beperkt, met minder dan 50 gevallen. Tot nu toe zijn in Nederland nog geen besmettingen gevonden.

Maatregelen ten aanzien van de gezondheid zijn uiteindelijk voorbehouden aan de lidstaten. De Europese Commissie kan dus geen eenduidig beleid afdwingen. Wel vind ik het belangrijk dat de Europese Commissie een coördinerende rol op zich neemt in het bij elkaar brengen van experts op het gebied van volksgezondheid en infectieziektebestrijding, om met het ECDC en elkaar in gesprek te gaan over deze uitbraak. Ik vind het belangrijk om meer zekerheid te krijgen over de bron, zodat we op Europees niveau in gesprek kunnen gaan over de mogelijke risico's voor de volksgezondheid.

Ten aanzien van leveringszekerheid van geneesmiddelen zal ik in Europees verband aandacht vragen voor het tegengaan van tekorten. Hierover heb ik uw Kamer eerder geïnformeerd. Het gaat hierbij zowel om mogelijke tekorten van grondstoffen die noodzakelijk zijn voor de productie van geneesmiddelen als om de geneesmiddelen zelf. Ik vind het belangrijk dat Europa hierin gezamenlijk optrekt, om zo te voorkomen dat Europese landen elkaar beconcurreren.

Daarnaast zet ik mij voor de langere termijn in om als Nederland en Europa minder afhankelijk te worden van een beperkt aantal productielocaties in de wereld en om de productie van geneesmiddelen zoveel mogelijk te spreiden. We kijken daarbij ook naar productie in Europa. Deze inzet zal ook onderdeel zijn van mijn acties om te komen tot een EU-geneesmiddelenagenda voor de periode 2020–2024 waarin de activiteiten van lidstaten en de Europese Commissie met betrekking tot betaalbaarheid en beschikbaarheid van geneesmiddelen in een gezonde markt elkaar zoveel mogelijk versterken.

Ook vind ik het belangrijk om in Europa aandacht te vragen voor het gebruik van medische hulpmiddelen zoals beschermende kleding. Zoals het RIVM ook aangeeft, is het belangrijk om in de communicatie richting de samenleving te benadrukken dat beschermende medische hulpmiddelen tot nu toe alleen geadviseerd worden voor medisch personeel. Heldere communicatie helpt onrust te voorkomen binnen de samenleving. Daarnaast zal ik ook in Europa nadrukkelijk aandacht vragen voor het tegengaan van discriminatie en stigmatisering als gevolg van de uitbraak van het nieuwe coronavirus.

Nederland zal zich ervoor inzetten bovenstaande punten ook onderdeel te laten zijn van de genoemde Raadsconclusies.

Indicatie krachtenveld Raad en Europees parlement

Aangezien de ontwikkelingen omtrent het nieuwe coronavirus in alle lidstaten relevant zijn, is de verwachting dat de diverse deelnemers aan de Raad actief zullen bijdragen aan dit debat. Er is geen rol voor het Europees parlement voorzien.