Amendement van het lid Van Meenen over het vervallen van de mogelijkheid tot het stellen van doorstroomvoorwaarden
Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs en de Wet voortgezet onderwijs BES in verband met het faciliteren van een gelijke kans op doorstroom van leerlingen met een diploma voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs in de theoretische of gemengde leerweg naar het hoger algemeen voortgezet onderwijs (Wet gelijke kans op doorstroom vmbo-havo)
Amendement
Nummer: 2020D06538, datum: 2020-02-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35195-13).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: P.H. van Meenen, Tweede Kamerlid (Ooit D66 kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 35195 -13 Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs en de Wet voortgezet onderwijs BES in verband met het faciliteren van een gelijke kans op doorstroom van leerlingen met een diploma voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs in de theoretische of gemengde leerweg naar het hoger algemeen voortgezet onderwijs (Wet gelijke kans op doorstroom vmbo-havo).
Onderdeel van zaak 2020Z03104:
- Indiener: P.H. van Meenen, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 |
35 195 Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs en de Wet voortgezet onderwijs BES in verband met het faciliteren van een gelijke kans op doorstroom naar het hoger algemeen voortgezet onderwijs en het voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (Wet gelijke kans op doorstroom naar havo en vwo)
Nr. 13 AMENDEMENT VAN HET LID VAN MEENEN
Ontvangen 17 februari 2020
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel I, onderdeel B, vervallen in artikel 27a het tweede lid alsmede de aanduiding «1.» voor het eerste lid.
II
In artikel II, onderdeel B, vervallen in artikel 64a het tweede lid alsmede de aanduiding «1.» voor het eerste lid.
Toelichting
Dit amendement regelt dat er geen AMvB komt die nadere voorwaarden stelt aan doorstroom naar een volgend niveau na het eindexamen. Hierdoor wordt de overgang van vmbo naar havo en van havo naar vwo drempelloos. De indiener hecht veel waarde aan het bevorderen van kansengelijkheid en wil de uiteindelijke keuze om door te leren leggen bij de leerling. De school krijgt door dit amendement de verantwoordelijkheid om een studeerbaar programma te maken voor de leerlingen die instromen in het voorexamenjaar. Dit is een tussenstap totdat de onderwijsprogramma’s dusdanig op elkaar aan sluiten dat een leerling soepel kan doorstromen.
Van Meenen