Antwoord op vragen van het lid Özutok over gedetineerde asielzoekers in hongerstaking op Curaçao
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2020D07702, datum: 2020-02-21, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20192020-1848).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.W. Knops, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2020Z01152:
- Gericht aan: R.W. Knops, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Indiener: N. Özütok, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
1848
Vragen van het lid Özütok (GroenLinks) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over gedetineerde asielzoekers in hongerstaking op Curaçao (ingezonden 24 januari 2020).
Antwoord van Minister Knops (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen 21 februari 2020). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 1748.
Vraag 1
Kent u het bericht dat een groep van twaalf Venezolaanse asielzoekers die op Curaçao in vreemdelingenbewaring verblijven in hongerstaking zijn gegaan?1 Zo ja, wat is op dit moment hun toestand en weet u of zij de medische zorg krijgen die nodig is?
Antwoord 1
Ik ken het bericht. Het is van belang om te benadrukken dat Curaçao geen asielprocedure kent, maar dat individuen een verzoek tot bescherming kunnen doen, op grond van artikel 3 EVRM. De autoriteiten van Curaçao hebben aangegeven dat de betreffende groep de benodigde medische zorg reeds heeft ontvangen, ook in lijn met de protocollen die Curaçao bij hongerstakingen in de vreemdelingenbewaring hanteert. De autoriteiten van Curaçao hebben mij verzekerd dat de medische toestand van deze personen goed is.
De autoriteiten van Curaçao hebben mij verder laten weten in gesprek te zijn met non-gouvernementele organisaties om voor een aantal van de betreffende personen opvang elders te organiseren. Bij deze gesprekken vormt volgens de autoriteiten van Curaçao medische zorg een belangrijk aandachtspunt.
Vraag 2
Klopt het dat zij al meer dan acht maanden onder barre omstandigheden en soms tussen veroordeelde gedetineerden in het strafgedeelte van de Curaçaose gevangenis zitten? Zo ja, deelt u de mening dat dit in strijd is met internationaal erkende mensenrechten en zo snel mogelijk moet worden aangepakt?
Antwoord 2
Het Ministerie van Justitie van Curaçao heeft het doel gesteld om vreemdelingen zo kort mogelijk in de bewaring te laten verblijven. De autoriteiten van Curaçao hebben mij wel gemeld dat de betreffende personen langer dan 8 maanden in de vreemdelingenbewaring in en bij het SDKK verbleven. De autoriteiten van Curaçao hebben tevens gemeld dat een aantal vrouwen in een apart blok binnen de SDKK zijn ondergebracht. Dit blok is inmiddels door Curaçao aangewezen als een cellenblok voor vreemdelingenbewaring. De autoriteiten van Curaçao hebben mij verzekerd dat deze vrouwen, die een verzoek tot bescherming hebben gedaan of door Curaçao gereed gehouden worden voor terugkeer, niet in contact komen met gedetineerden. De autoriteiten van Curaçao stellen daarnaast dat de mannen die deel uitmaken van de betreffende groep, alleen zijn ondergebracht in de vreemdelingenbewaring bij het SDKK.
Het is aan de autoriteiten en de rechterlijke macht van Curaçao om in eventueel voorkomende gevallen te beoordelen in hoeverre de omstandigheden van vreemdelingen in bewaring op gespannen voet staan met nationale en/of internationale verplichtingen.
Vraag 3
Bent u bereid om de Curaçaose autoriteiten aan te spreken op de omstandigheden waaronder Venezolaanse asielzoekers worden behandeld? En bent u bereid om een concreet hulpaanbod te doen, om te voorkomen dat vluchtelingen onterecht worden gedetineerd en uitgezet? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3
Op verzoek (kenmerk: 2020Z00291) van leden van de vaste commissie Koninkrijksrelaties uit de Tweede Kamer die begin januari 2020 deel uitmaakten van de Nederlandse delegatie bij het IPKO, sprak ik al met de Minister van Justitie van Curaçao over langdurig verblijf in de vreemdelingbewaring bij het SDKK. Hierover heb ik uw Kamer per brief geïnformeerd.2 Het is aan de autoriteiten van Curaçao en aan de rechterlijke macht in Curaçao om te beoordelen in hoeverre vreemdelingen onterecht in vreemdelingenbewaring worden gesteld of terecht worden uitgezet. Nederland levert ondersteuning aan Curaçao bij het optimaliseren van de vreemdelingenketen en bij het verbeteren van materiële en immateriële condities in de vreemdelingenbewaring.