Verlaging gaswinning Groningenveld gasjaar 2019-2020
Gaswinning
Brief regering
Nummer: 2020D10705, datum: 2020-03-16, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-33529-738).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
- Brief aan de Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V. over tijdelijke maatregel Groningen gasveld gasjaar 2019-2020
- Brief van de Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V. over tijdelijke maatregel Groningenveld gasjaar 2019-2020
- Brief van de Gasunie Transport Services B.V.over aangepaste graaddagenvergelijking gasjaar 2019/2020
- Brief van het Staatstoezicht op de Mijnen over beoordeling gevolgen aanpassing graaddagenformule gasjaar 2019-2020 op de veiligheid van de gaswinning in Groningen
Onderdeel van kamerstukdossier 33529 -738 Gaswinning.
Onderdeel van zaak 2020Z05157:
- Indiener: E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2020-03-18 12:00: Mijnbouw/Groningen (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2020-03-26 10:15: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2020-05-18 16:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2021-04-14 14:10: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 |
33 529 Gaswinning
Nr. 738 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 maart 2020
De gaswinning uit het Groningenveld gaat dit gasjaar verder omlaag. De gaswinning kan verlaagd worden van 11,8 miljard Nm3 naar 10,7 miljard Nm3 in een gemiddeld jaar. Als gevolg van de zachte winter is de verwachting dat het uiteindelijke winningsniveau uitkomt op ongeveer 10 miljard Nm3. Deze uitkomst bevestigt de inzet van het kabinet om voortdurend te blijven zoeken naar mogelijkheden om de gaswinning te verlagen.
Op 10 september 2019 (Kamerstuk 33 529, nr. 678) heb ik uw Kamer geïnformeerd over de maatregelen om de gaswinning te verlagen tot onder het geadviseerde niveau van Staatstoezicht op de Mijnen (SodM). Eén van de maatregelen betrof een optimale benutting van de stikstofcapaciteit. Tot op heden werkt de benutting van de stikstof dusdanig goed dat er meer is ingezet dan door Gasunie Transport Services (GTS) was verwacht. Hiermee kan een besparing op de Groningenproductie worden gerealiseerd van 0,6 miljard Nm3. Aanvullend is door de verruiming van het werkgasvolume in gasopslag Norg eenmalig 0,5 miljard Nm3 extra laagcalorisch gas beschikbaar. Gezamenlijk levert dit een besparing op van 1,1 miljard Nm3.
Om deze verlaging te realiseren leg ik aan de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) een tijdelijke maatregel op, waarmee de winning uit het Groningenveld met de genoemde 1,1 miljard Nm3 wordt beperkt. Op 20 februari heeft GTS mij een aangepaste graaddagenformule gestuurd, op basis waarvan wordt bepaald welke hoeveelheid NAM dient te winnen. NAM heeft bevestigd dat de verlaging van de winning uitvoerbaar is en SodM heeft positief geadviseerd over dit besluit. De tijdelijke maatregel, de adviezen van GTS en SodM en de bevestiging van NAM heb ik bijgevoegd bij deze brief1.
Op dit moment werk ik aan een nieuw vaststellingsbesluit waarin ik het winningsniveau voor komend gasjaar 2020–2021 vastleg. Volgens GTS is volgend gasjaar nog 9,3 miljard Nm3 nodig in een gemiddeld jaar. Het nemen van een tijdelijke maatregel heeft geen invloed op het winningsniveau voor komend gasjaar. Voor 1 oktober 2020 zal ik een nieuw vaststellingsbesluit nemen. Voor de zomer zal ik het ontwerpvaststellingsbesluit met uw Kamer delen.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
E.D. Wiebes
Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl↩︎