Pauzeren invorderingsmaatregelen rijnvarenden met een werkgever in Luxemburg
Socialeverzekeringspositie van grensarbeiders
Brief regering
Nummer: 2020D12362, datum: 2020-04-01, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-26834-47).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.A. Vijlbrief, staatssecretaris van Financiën
Onderdeel van kamerstukdossier 26834 -47 Socialeverzekeringspositie van grensarbeiders.
Onderdeel van zaak 2020Z05907:
- Indiener: J.A. Vijlbrief, staatssecretaris van Financiën
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Financiën
- 2020-04-07 13:05: Procedurevergadering Financiën (Procedurevergadering), vaste commissie voor Financiën
- 2020-04-22 23:26: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2020-06-23 16:30: Belastingdienst (Algemeen overleg), vaste commissie voor Financiën
- 2021-02-04 13:45: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 |
26 834 Socialeverzekeringspositie van grensarbeiders
Nr. 47 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 april 2020
Tijdens het algemeen overleg over de fiscale en sociale zekerheidspositie van grensarbeiders van 5 maart jongstleden heeft uw Kamer aandacht gevraagd voor rijnvarenden (Kamerstuk 26 834, nr. 48). Het gaat hierbij om in Nederland woonachtige rijnvarenden, die – naar is gebleken – onder het Nederlands sociale zekerheidsstelsel vallen en problemen ervaren bij het terugvorderen van eerder ten onrechte in Luxemburg betaalde premies. Deze rijnvarenden hebben veelal in hun aangifte inkomstenbelasting om vrijstelling voor de premie volksverzekeringen verzocht met als reden dat zij in het buitenland verzekerd zijn. In reactie op het verzoek in de aangifte heeft de Belastingdienst telkens een brief gestuurd waarin duidelijk is aangegeven dat de betreffende rijnvarende in Nederland voor de volksverzekeringen verzekerd is en in Nederland daarvoor premie moet betalen. Als de aanslag onherroepelijk vast staat, vaak na bezwaar- en beroepsprocedures, gaat de Belastingdienst over tot inning van de in Nederland verschuldigde premies. De rijnvarenden worden daarom, vaak na jaren procederen, geconfronteerd met bedragen die in totaliteit hoog kunnen zijn. Deze rijnvarenden ervaren tegelijkertijd problemen bij de terugvordering van de in Luxemburg ten onrechte betaalde premies. De combinatie van deze twee factoren kan tot financiële moeilijkheden leiden en daarover kan ik uw Kamer, mede namens de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW), op dit moment als volgt informeren.
Zoals de Minister van SZW en ik uw Kamer met onze brief van 17 december 2019 hebben laten weten (Kamerstuk 35 110, nr. 14), zullen wij, samen met de Belastingdienst en de SVB, op korte termijn in overleg treden met de Luxemburgse autoriteiten om een beter beeld te krijgen van de eventuele mogelijkheden tot premierestitutie of tot premieverrekening in individuele gevallen. Tijdens het algemeen overleg heeft de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid uw Kamer gemeld dat bilaterale besprekingen gepland waren voor 21 april. Door de recent aangescherpte maatregelen om het coronavirus onder controle te krijgen, zetten wij nu in op schriftelijk en telefonisch overleg. Wij zullen uw Kamer, zo spoedig mogelijk, maar in ieder geval vóór het zomerreces, over de voortgang informeren.
Verder heeft de Minister van SZW op verzoek van het lid Lodders (VVD), daarin gesteund door de leden Van Weyenberg (D66) en Omtzigt (CDA), toegezegd om op korte termijn met mij te verkennen of het mogelijk is om de invordering door de Belastingdienst tijdelijk stop te zetten.
Ik kan uw Kamer hierover het volgende melden:
Het identificeren van de groep rijnvarenden die zich in de bovengenoemde situatie bevindt, is grotendeels afhankelijk van informatie die rijnvarenden zelf bij hun aangifte inkomstenbelasting invoeren. Desalniettemin heb ik deze groep inmiddels grotendeels in beeld.
Op mijn verzoek heeft de Belastingdienst per 16 maart maatregelen genomen om tot nader bericht bij deze groep tijdelijk geen invorderingsmaatregelen te treffen. Voor een deel van hen, waarvan bekend is dat zij op dit moment te maken hebben met invorderingsmaatregelen, is de invordering reeds gepauzeerd. Voor de overige rijnvarenden wordt dit nog uitgezocht en zullen eventuele invorderingsmaatregelen eveneens worden gepauzeerd. Het treffen van invorderingsmaatregelen zou namelijk vooruitlopen op de uitkomsten van het overleg met Luxemburg.
Het kan voorkomen dat niet iedere rijnvarende, die zich in de eerder genoemde situatie bevindt, in beeld is. In het geval de Belastingdienst, voor deze situatie specifiek de Ontvanger, toch invorderingsmaatregelen aankondigt, doe ik een beroep op de rijnvarende om zijn of haar specifieke situatie op dat moment onder zijn aandacht te brengen. De Ontvangers hebben instructies gekregen om ook in die situaties dan vooralsnog niet tot invordering over te gaan.
De Staatssecretaris van Financiën,
J.A. Vijlbrief