[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over o.a. de tweede voortgangsrapportage stelselherziening van het programma rechtsbijstand (Kamerstuk 31753-190)

Rechtsbijstand

Inbreng verslag schriftelijk overleg

Nummer: 2020D14756, datum: 2020-04-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2020D14756).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2019Z25824:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


2020D14756 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

De vaste commissie voor Justitie en Veiligheid heeft een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd over de brief Tweede voortgangsrapportage stelselherziening van het programma rechtsbijstand (Kamerstuk 31 753, nr. 190), de brief Externe validatie aannames bij doorrekening contourenbrief (Kamerstuk 31 753, nr. 194), de brief Maatregelen aanpak coronavirus in justitiële inrichtingen (Kamerstukken 24 587 en 25 295, nr. 763), de brief Vervolgmaatregelen aanpak coronavirus (Kamerstukken 35 300 VI en 25 295, nr. 14), de brief Stand van zaken coronamaatregelen tenuitvoerlegging straffen en maatregelen (Kamerstukken 24 587 en 25 295, nr. 765), de brief Reactie op verzoek commissie over het bericht dat in het NRC verscheen op 13 januari 2020 getiteld «Achmea werd voorgetrokken bij omstreden proef met rechtshulp» (Kamerstuk 31 753, nr. 193), de brief Financiële maatregelen Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) ten behoeve van de continuïteit van forensische zorg (Kamerstukken 33 628 en 25 295, nr. 74), de brief Stand van zaken coronamaatregelen Rechtspraak en Openbaar Ministerie (Kamerstukken 29 279 en 25 295, nr. 581), de brief Reactie op verzoek commissie over de brief van de actiegroep registertolken en -vertalers over coronamaatregelen (Kamerstuk 29 936, nr. 48), de brief Afschrift brief aan NOvA inzake extra steunmaatregelen voor sociaal advocatuur (Kamerstuk 31 753, nr. 195) en de brief Reactie op verzoek commissie over de situaties voor medewerkers en justitiabelen die zijn ontstaan als gevolg van de coronacrisis (Kamerstuk 24 587, nr. 767).

De voorzitter van de commissie,
Van Meenen

De adjunct-griffier van de commissie,
Schoor

Inhoudsopgave Blz.
I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties 2
1. Algemeen 2
2. Gesubsidieerde rechtsbijstand 3
3. Afschrift brief aan NOvA inzake extra steunmaatregelen voor sociaal advocatuur (2020Z06726) 12
4. Reactie op verzoek commissie over de brief van de actiegroep registertolken en -vertalers over coronamaatregelen (2020Z06652) 14
5. Corona gerelateerde maatregelen in het gevangeniswezen 15
5.1. Maatregelen aanpak coronavirus in justitiële inrichtingen (Kamerstukken 24 587 en 25 295, nr. 763) en Stand van zaken coronamaatregelen tenuitvoerlegging straffen en maatregelen (Kamerstukken 24 587 en 25 295, nr. 765) 15
5.2. Overig 18
6. Corona gerelateerde maatregelen in de Rechtspraak 23
6.1. Stand van zaken coronamaatregelen Rechtspraak en Openbaar Ministerie (Kamerstukken 29 279 en 25 295, nr. 581) 23
6.2. Overig 24
II. Reactie van de bewindspersonen 25

I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

1. Algemeen

De leden van de VVD-fractie danken u voor uw inzet om de verschillende brieven met betrekking tot gesubsidieerde rechtsbijstand en corona gerelateerde maatregelen in het gevangeniswezen en de Rechtspraak naar de Kamer te sturen. Wel hebben zij nog enkele vragen.

De leden van de PVV-fractie hebben enkele vragen.

De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de stukken geagendeerd voor het schriftelijk overleg over gesubsidieerde rechtsbijstand en corona gerelateerde maatregelen in het gevangeniswezen en de Rechtspraak. Zij hebben daarover nog enkele vragen.

De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de toegezonden Kamerbrieven. Zij zullen enkele vragen stellen over de gevolgen van het coronavirus voor de sociale advocatuur en de stelselherziening rechtsbijstand. Daarna zullen zij enkele vragen stellen over de coronamaatregelen in het gevangeniswezen en de gevolgen voor tolken- en vertalers. Voorts hebben zij een vraag over het voornemen van de Rechtspraak om meer zaken te gaan behandelen.

De leden van de GroenLinks-fractie hebben enkele vragen.

De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van de agenda voor het schriftelijke overleg. Daarover hebben zij verschillende vragen en opmerkingen. Zij zullen eerst uitgebreid ingaan op de voorgenomen stelselherziening gesubsidieerde rechtsbijstand. Vervolgens zullen zij de pilot met Achmea en het Juridisch Loket behandelen. Als laatste zullen zij uitgebreid ingaan op de gevolgen van de coronacrisis voor de Rechtspraak, sociaal advocatuur, tolken en vertalers en het gevangeniswezen.

De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de stukken die op de agenda van dit schriftelijk overleg staan. Zij hebben enkele vragen.

De leden van de ChristenUnie-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de brieven waarin maatregelen zijn aangekondigd voor de advocatuur, de justitiële inrichtingen, de Rechtspraak, openbaar ministerie (OM), en de tolken en vertalers in verband met de uitbraak van het coronavirus. De genoemde leden hebben behoefte aan het stellen van een aantal vragen naar aanleiding van deze brieven en signalen die zij hebben ontvangen vanuit de betreffende sectoren uit de maatschappij.

De leden van de SGP-fractie hebben enkele vragen.

2. Gesubsidieerde rechtsbijstand

De leden van de VVD-fractie danken de Minister voor Rechtsbescherming voor de update over de stand van zaken met betrekking tot het initiatief van BrandMR. Vanuit de praktijk zijn er echter signalen dat de Nederlandse Orde van Advocaten (hierna: NOvA) geen contact heeft opgenomen met zowel BrandMR als de Autoriteit Consument & Markt over de aanpassing van artikel 5.11 uit de Verordening op de advocatuur (hierna: VODA). Tevens lijkt het verzoek van BrandMR om hun advocaten in te zetten voor een gratis Corona-hulplijn te zijn afgewezen. Dat staat wat de aan het woord zijnde leden betreft op gespannen voet met het toegankelijker maken van het recht. Kunt u hierop ingaan? Kunt u nogmaals in contact treden met de NOvA? Wat voornoemde leden betreft is een snelle aanpassing van de regels van de VODA van belang voor innovatie in de advocatuur. Deelt u deze inschatting?

De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de tweede voortgangsrapportage betreffende de looptijd van het programma rechtsbijstand. Zij vragen allereerst of u van mening bent dat uw programma vertraging oploopt door de coronacrisis. Kunnen de pilots doorgang vinden? Welke invloed heeft de extra druk op de sociaaladvocatuur door deze crisis op de stelselherziening?

Deze leden benadrukken, zoals zij eerder hebben gedaan, dat zij de tijdelijke aanvullende vergoeding voor de jaren 2020 en 2021 voor sociaaladvocaten verwelkomen. Maar daarmee is het structurele probleem niet opgelost. Een mogelijk verhoogde vergoeding zal, indien de plannen de gewenste resultaten behalen, nog niet direct na deze overbruggingsperiode waarvoor de tijdelijke aanvullende vergoeding is bedoeld, op het gewenste niveau zijn. Hoe kijkt u hier tegenaan? Hoe heeft de instroom van het aantal zaken zich ontwikkeld, sinds u gestart bent met uw programma?

Intussen blijkt uit onderzoek van Significant dat een aantal belangrijke eerdere aannames ongunstiger uitvallen. De kosten van de rechtshulppakketten zijn bijvoorbeeld hoger dan geschat en daarnaast wordt verwacht dat een verschuiving naar deze rechtshulppakketten in mindere mate zal optreden dan gedacht. In de voortgangsrapportage staat dat u zich nu gaat bezinnen en u schrijft dat de opgave tot modernisering binnen de budgettaire kaders «groot» zal zijn. De aan het woord zijnde leden vinden deze bezinning op zijn plaats. Het is van groot belang dat mensen met een kleine portemonnee de weg naar de rechter kunnen blijven vinden mocht dat nodig zijn, en er ruimte komt voor een hogere vergoeding voor sociaaladvocaten. Zij wachten de midtermreview, die in de zomer van 2020 volgt, af.

Verder merken de leden van de D66-fractie op dat Significant aanbeveelt om specifiek op een aantal terreinen pilots te starten om daarmee data te verzamelen of de aanpak effect kan sorteren. Een voorbeeld is de inzet van «andere» professionals binnen de rechtshulppakketten, niet zijnde advocaten (bestuursrecht, familierecht). Bent u dit van plan?

Voornoemde leden hebben kennisgenomen van de doelgroepenanalyse ten behoeve van de versterking van de eerste lijn. Zij lezen hierin bijvoorbeeld dat niet- tot zeer beperkt zelfredzamen niet zelfstandig de weg naar hulp weet te vinden, en zij «in feite behoefte hebben aan hulpverlening die hén vindt, in plaats van andersom. Zij zijn vooral geholpen met een proactieve hulpverlening en het vroeg signaleren van problemen om escalatie (juridisering) te voorkomen.» Dat zijn belangrijke conclusies. In de voortgangsrapportage wordt er niet verder op ingegaan hoe u deze conclusies nu gebruikt. Kunt u dit toelichten?

Ook lezen deze leden dat het de ambitie is om voor mensen met een juridisch probleem in het hele land eenzelfde aanbod en kwaliteit van dienstverlening te kunnen garanderen. Er is een eerste ontwerp van een laagdrempelige voorziening voor rechtshulp. Wanneer wordt gestart met het daadwerkelijk implementeren daarvan? Zijn er inmiddels «koplopersgemeenten» geselecteerd om te starten met de pilots tot laagdrempelige toegang? Kan dit, ondanks het coronavirus, doorgang vinden? Hoe ver is het plan van aanpak gevorderd dat moet leiden tot betere online informatie en een nationale online omgeving? Kunt u de Kamer over dit plan informeren? Staat dit plan los van de verbetering van de site van het Juridisch Loket? Deze leden kunnen zich voorstellen dat tijdens de coronacrisis online dienstverlening bijvoorbeeld via chat of videobellen zeer nuttig kan zijn. Is dit mogelijk? Zo nee, wanneer wordt dit mogelijk?

Verder hebben de leden van de D66-fractie een aantal vragen over het minder juridiseren van de relatie tussen burger en overheid, de tweede hoofdmaatregel van het programma rechtsbijstand. Hiertoe wordt het Besluit proceskosten bestuursrecht gewijzigd en wordt een «aanjager» aangesteld. Ook wordt het procedeergedrag van de overheid in kaart gebracht. De lijst met bestuursorganen die vaak partij zijn als de rechtzoekende met een toevoeging procedeert wordt aangevoerd door de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) en de Raad voor de Kinderbescherming, twee taakorganisaties binnen het Ministerie van J&V. Als gevolg hiervan voert de secretaris-generaal van het Ministerie van J&V een gesprek met deze organisaties. Heeft dit gesprek inmiddels plaatsgevonden? Verwacht u dat zo’n gesprek veel effect zal sorteren? Bent u bereid hier verdere maatregelen te nemen? Wanneer verwacht u het Besluit Proceskosten aan de Kamer te sturen?

Verder schrijft u hierover dat u eraan hecht om op te merken dat bestuursorganen «zich vaak al veel moeite getroosten om het aantal juridische procedures te reduceren.» Wat bedoelt u hiermee? Verwacht u niet veel resultaat meer van deze tweede hoofdmaatregel van uw programma? Deze leden zijn ook benieuwd naar de stand van de uitvoering van de motie Groothuizen c.s. (Kamerstuk 31 753, nr. 170) om per verantwoordelijk departement de gevolgen van beleidskeuzes in nieuwe of te wijzigen regelgeving voor de financieringsbehoefte van het stelsel vanaf 2002 te evalueren en de Kamer hierover te informeren. Wanneer kan de Kamer de uitvoering van deze motie verwachten?

De leden van de D66-fractie merken op dat het lid Groothuizen in het algemeen overleg van 7 november 2019 over gesubsidieerde rechtsbijstand, in het kader van de overheid als veroorzaker van onnodige procedures, heeft gevraagd of er niet ook in het strafrecht winst te behalen valt in het verminderen van onnodige procedures. De Minister voor Rechtsbescherming zegde toe hier «serieus naar te gaan kijken» en er in zijn voortgangsrapportage op terug te komen. Hetzelfde geldt voor de toezegging over het werken met controlegroepen bij de pilots. Voornoemde leden kunnen dit echter niet terugvinden in de brief. Kunt u hierover alsnog de Kamer informeren?

De leden van de D66-fractie lezen verder dat, ter verbetering van de kwaliteit in de tweede lijn, er sinds 1 januari 2020 10 miljoen euro beschikbaar is om 10 tot 30 pilots uit te voeren om ervaring op te doen met nieuwe manieren van werken in de tweede lijn. Hoeveel partijen hebben zich met een voorstel gemeld? Wanneer zullen de eerste pilots van start gaan?

Daarnaast willen deze leden graag weten wat u van plan bent te doen om de instroom van nieuwe sociaal advocaten te verhogen. Tijdens voornoemd algemeen overleg stelde u dat de geringe aanwas van jonge mensen die zich melden voor een opleiding tot sociaal advocaat u zorgen baarde. In de huidige omstandigheden wordt dit probleem des te meer prangend. U zou in gesprek gaan met de NOvA. Wat is de uitkomst hiervan?

De leden van de D66-fractie lezen dat u bezig bent met de uitvoering van het voornemen om de eigen bijdrage door de overheid te laten innen. Deze leden zijn benieuwd naar de stand van zaken. Kunt u aangeven wanneer u verwacht dat dit daadwerkelijk gaat gebeuren?

De leden van de GroenLinks-fractie vragen hoe u terugkijkt op de gang van zaken van het experiment om verzekeraars voortaan in te schakelen bij gesubsidieerde rechtsbijstand? Onderschrijft u de conclusie dat de feiten zijn aangepast, zodat niet hoefde te worden aanbesteed en dat verzekeraar Achmea in ieder geval niet als enige uitvoerende partij in aanmerking had mogen komen voor de uitvoering van deze proef? Deelt u de mening dat de Kamer preciezer en uitgebreider geïnformeerd en betrokken had moeten worden bij de vormgeving van dit experiment?

De aan het woord zijnde leden benadrukken het grote belang van snelle duidelijkheid over de voorgenomen stelselherziening. Dit klemt met de huidige coronacrisis eens te meer. Kunt u aangeven wanneer u de gewenste duidelijkheid kan geven? Bent u bereid om, in navolging van één van de aanbevelingen van de Commissie Van der Meer, een periodieke herijking/evaluatie van het vergoedingensysteem conform het voorstel van de Commissie Van der Meer, in te voeren?

Daarnaast vragen deze leden naar structurelere oplossingen in de stelselherziening, zoals bijvoorbeeld verandering van het puntensysteem. Voornoemde leden vonden en vinden het essentieel dat niet alleen gekeken wordt naar kostenbesparingen, maar ook waar grote knelpunten zitten die niet op te lossen zijn met efficiencywinst.

De leden van de GroenLinks-fractie vragen voorts naar de voortgang van de uitvoering van de toezegging dat u er bij andere Ministers op aan zou dringen dat in toekomstige wetsvoorstellen duidelijk gemaakt zou worden wat de verwachte impact op de Rechtspraak en advocatuur zou zijn, bijvoorbeeld door het gebruik van wettelijke open normen in de rechtsgang.

Voorts vragen deze leden naar het terugdringen van procedures door de overheden zelf. Is bijvoorbeeld een afname waar te nemen in de zaken waarvoor de landsadvocaat wordt ingezet en in de gevallen waarin de IND hoger beroep instelt?

De leden van de SP-fractie zijn sinds het bekendmaken van de stelselherziening rechtsbijstand kritisch geweest op verschillende onderdelen van dat stelsel. Ook nu het in het nieuwste onderzoek een «modernisering» wordt genoemd in plaats van een «stelselherziening». Deze leden hebben vanaf het begin gepleit voor het opsplitsen van de plannen. Hieronder gaan zij dan ook in op de verschillende onderdelen die individueel behandeld zouden kunnen en moeten worden. De opvatting van de aan het woord zijnde leden om de onderdelen op te splitsen is door de recente Doorrekening modernisering stelsel rechtsbijstand alleen nog maar versterkt.

Om maar te beginnen met het versterken van de triage. Werk bijvoorbeeld de nulde- en eerstelijns juridische hulp goed uit. Bijvoorbeeld in Huizen van het Recht, een initiatief van de SP. De doorrekening die u recent naar de Kamer stuurde, illustreert dat een sterke nulde- en eerstelijn zelfs maar in zeer beperkte mate kan leiden tot afname in de tweedelijns hulp. Door een laagdrempelige eerstelijnshulp kan de instroom zelfs toenemen waardoor ook de tweedelijns hulp een hogere instroom ervaart. Dat is natuurlijk precies wat deze leden hopen te bereiken met de Huizen van het Recht. Te veel mensen zoeken nu geen juridisch hulp omdat ze dat niet kunnen betalen of hun rechten niet begrijpen.

Wat betekent dit voor uw plannen? Uw aanname in uw contourenbrief dat er 10% minder verzoeken zijn tot tweedelijns hulp is ontkracht. Alleen binnen het bestuursrecht kan het aantal flink afnemen, zo blijkt nu. Daarmee komt de algemene doelstelling om het stelsel 30% efficiënter te laten werken in gevaar en daarmee dus ook de vergoedingen aan sociaal advocaten. Hoe ziet u dit? Graag een uitgebreide reactie.

Daarnaast nog een aanvullende vraag over de nuldelijns hulp, de informatievoorziening. Hoe wordt daarbij rekening gehouden met analfabeten en digibeten? De voortgangsrapportage creëert juist onduidelijkheid over deze groep. Voor deze groepen zijn fysieke loketten noodzakelijk. Kunnen deze leden verwachten dat er in de toekomst meer Huizen van het Recht of locaties van het Juridisch Loket komen? De voortgangsrapportage is daarover hoopvol.

Het tweede onderdeel van de stelselwijziging waar u de steun van de leden van de SP-fractie heeft is het terugdringen van het aantal bestuurszaken. Deze leden roepen al jaren richting de overheid en het bestuur: pak eens wat vaker de telefoon en ga bij burgers of bedrijven langs. De noodzaak tot goede communicatie en vertrouwen in de burger is namelijk meervoudig aangetoond. Een recente casus in de gemeente Enschede legde bijvoorbeeld het procedeergedrag van de overheid open en bloot. Een ambtenaar liet een sociaal rechercheur extra onderzoek doen naar een burger om het onderzoek rendabel te maken. Dit is optimum-marktdenken en verwerpelijk gedrag. Hierover zijn schriftelijke vragen gesteld (2020Z04238) en deze leden kijken uit naar de beantwoording daarvan.

Ook de rijksoverheid maakt zich hier schuldig aan onnodig procedeergedrag. Vorig jaar nog vroegen deze leden aandacht voor de toename van de inzet van de landsadvocaat. Deze moest onder andere ingezet worden tegen burgers in Groningen die hun rechten opeisten. En tot op vandaag de dag gaat de beerput rondom de belastingtoeslagen steeds verder open. Er is een zogenaamd «bonnenquotum» gekomen vanuit de top. Ambtenaren moesten daarbij bepaalde targets halen wat betreft het aantal fraudes dat ze blootlegden. Of er daadwerkelijk sprake was van fraude was schijnbaar van secundair belang.

Het ouderwets communiceren met burgers wordt helaas nu pas uitgevonden onder de noemer «Passend Contact met de Overheid». Dit had al die tijd de standaard wijze van handelen moeten zijn. Hoe zinvol is een programma als «Passend Contact met de Overheid», terwijl bovenstaande voorbeelden de huidige cultuur weergeven? Zou een cultuurverandering binnen het ambtenarenapparaat niet veel zinvoller en effectiever zijn? Bent u bereid te onderzoeken welke bezuinigingen er zouden optreden als de overheid minder zou procederen?

Op dit moment dreigt u vooral met het hanteren van een proceskostenvergoeding. Daarmee wordt gekozen voor een financiële prikkel om het aantal bestuurszaken terug te brengen. Maar de doorrekening trekt deze conclusies in twijfel. Hoe waardeert u de uitkomsten van het onderzoek? Welke conclusies verbindt u daaraan? Bent u bereid om een verkennend onderzoek naar andere alternatieven te laten doen om het aantal bestuurszaken terug te dringen, zoals een cultuurverandering? Welke gevolgen heeft deze doorrekening op het wetsvoorstel wat reeds in consultatie is geweest? Graag een uitgebreide reactie op dit punt.

Het derde onderdeel van de stelselherziening betreft de eigen bijdrage. De leden van de SP-fractie merken op dat de eigen bijdrage in de stelselherzieningen drie uitdagingen kent. Zo zou 10% van de eigen bijdrage niet te innen zijn bij rechtsbijstandsbehoeftigden. Op dit moment wordt dit vaak nog kwijtgescholden door de sociaal advocaten op basis van solidariteit.

Ten tweede blijkt uit de doorrekening dat 20% tot 30% van de eigen bijdragen door een deurwaarder ingevorderd zal moeten worden. Daarmee zouden mensen die al in de juridische problemen zitten, in nog een juridische procedure gestort worden. Onwenselijk vanuit het standpunt van deze leden. Hoe ziet u dit? Acht u het wenselijk om deze 20% tot 30% van de rechtsbijstandsbehoeftigden in een incassozaak te storten? Verwacht u dat deze mensen die de eigen bijdrage al niet kunnen betalen dan niet nog verder in de schulden worden gestort? Zo ja, waarom en zo nee, waarom niet?

Een derde uitdaging blijkt de elasticiteit van de eigen bijdrage. De doorrekening becijferde dat als de griffierechten met 10% worden verhoogd het aantal aanvragen voor rechtsbijstand in deze zaken met 3,6% zal dalen. Kan worden gesteld dat het andersom ook het geval is? Bent u bereid om deze cijfers als aanleiding te nemen om de eigen bijdrage voor gesubsidieerde rechtsbijstand juist generiek te verlagen om zo de toegang tot het recht laagdrempeliger te maken? Of in ieder geval af te zien van een verhoging? Graag een uitgebreide reactie.

De aan het woord zijnde leden zijn het met de Vereniging Sociale Advocatuur Nederland (VSAN) eens dat het weliswaar mogelijk is dat de inning van de eigen bijdrage door de overheid efficiencywinst voor advocaten oplevert, maar om de advocaten meer te laten verdienen over de ruggen van de rechtzoekenden door de toegang tot het recht te beperken, is natuurlijk niet de manier om het doel te bewerkstelligen dat advocaten een redelijke vergoeding krijgen. Als bijzondere bijstand niet meer mogelijk is, betekent dit dan dat een rechtzoekende met een inkomen op het niveau van het sociaal minimum straks de keuze heeft: of een maand lang geen boodschappen kunnen doen, of rechtsbijstand? Dat kan toch onmogelijk de bedoeling zijn?

Het laatste aspect van de stelselherziening, en wat de leden van de SP-fractie betreft het meest omstreden, zijn de rechtshulppakketten. De leden zien dat maatwerk over boord wordt gegooid in ruil voor marktwerking en concurrentie. Deelt u de mening dat afgelopen jaren de marktwerking in de jeugdzorg, de thuiszorg en bij de deurwaarders juist heeft aangetoond dat er eerder sprake zal zijn van marktfalen? Waarom hoopt u dan toch dat het voor de rechtsbijstand wel zal werken en waarop is die hoop gebaseerd? De doorberekening is op dit punt in de ogen van voornoemde leden toch wel zeer kritisch.

In augustus 2019 werden de rechtshulppakketten al eens nader bekeken. Toen al bleek dat er risico’s zitten aan de marktwerking, ongeacht het gekozen scenario. Schaalvergroting zal namelijk leiden tot de volgende risico’s. Schaalvergroting zal de kwaliteit van de rechtshulp juist onder druk zetten, in tegenstelling tot wat in de contourenbrief werd aangekondigd. Deze druk zou specifiek kunnen gaan leiden tot uitholling van de sociaal advocatuur. Daarnaast leidt het tot een grote afstand tussen de afnemers en de aanbieders van rechtshulppakketten. Waar rechtsbijstandsbehoeftigden nu persoonlijk en kleinschalig worden begeleid, lopen zij straks het risico te verdwalen bij grote rechtsbijstandsverleners. Ook de vrije advocatenkeuze is niet gewaarborgd. Concurrentie zal nauwelijks optreden als afnemers de verschillen tussen advocaten op kwaliteit niet kunnen zien en juist de continuïteit van expertise komt in gevaar. De kritiek was toen al niet mis, maar heeft met deze doorrekening aan kracht gewonnen.

Op de bovenstaande bestaande kritieken op de rechtshulppakketten komt nu aanvullende kritiek. Want simpel gezegd bent u van plan om een deel van het werk van sociaal advocaten door paralegals te laten doen tegen een goedkoper tarief zodat u de overige sociaal advocaten die nog wel nodig zijn wel voldoende kan betalen. Wat de leden van de SP-fractie betreft zet deze doorrekening hier definitief een punt achter. In deze doorrekening is kritisch bekeken welke beroepen anders dan advocaten in aanmerking komen voor het bieden van kwalitatieve rechtsbijstand. Er werd uitgekomen bij fiscalisten, orthopedagogen en juristen die geen advocaat zijn. Veel van die beroepsbeoefenaars zijn net als advocaten wetenschappelijk opgeleid. In de verschillende rechtsgebieden blijven de rechtshulpverleners dus hoogopgeleid en hun salariskosten zullen dan vergelijkbaar zijn met die van sociaal advocaten. Het werk van sociaal advocaten naar paralegals sturen tegen een lager salaris blijkt nauwelijks mogelijk of in ieder geval onvoldoende om 30% te bezuinigen op rechtsbijstand. U heeft daarmee het werk van sociaal advocaten verschrikkelijk onderschat en deze analyse toont maar weer eens aan hoe erg de sociaal advocaten een hogere beloning verdienen. De aan het woord zijnde leden pleiten daar al jaren voor. Zij merken wel op dat de doorrekening, waarop bovenstaande uitkomsten zijn gebaseerd, op basis van een extreem kleine onderzoeksgroep (N <10) is geënt.

Desondanks zijn de leden van de SP-fractie erg benieuwd naar uw reactie op de uitkomsten. Na een waarschuwende quickscan van de rechtshulppakketten en een vernietigende doorrekening kunnen de plannen nu onmogelijk in zijn originele vorm worden voortgezet. Hoe ziet u dit? Hoe waardeert u nu het werk van sociaal advocaten? Staat u nog altijd positief tegenover de gedachte van marktwerking in de gesubsidieerde rechtsbijstand? Hoe schat u nu de gevolgen in voor de kwaliteit van de rechtsbijstand? Hoe gaat u de uitholling van de sociaal advocatuur voorkomen? Hoe gaat u juist de vrije advocatenkeuze waarborgen? Hoe ziet u de concurrentie op kwaliteit voor u? Hoe denkt u dat deze verschillen richting de afnemers gecommuniceerd kunnen worden? Vreest u ook dat de concurrentie juist op de prijs zal plaatsvinden met negatieve gevolgen voor de kwaliteit? Welke gevolgen gaan de rechtshulppakketten nu eigenlijk hebben voor de expertise van rechtsbijstandsverleners, neemt die toe of af? Nu blijkt dat het werk van sociaal advocaten niet door andere beroepen kan worden gedaan tegen lagere salarissen, bent u nu alsnog bereid om de vergoedingen voor sociaal advocaten te verhogen?

In het verlengde daarvan hebben de leden van de SP-fractie ook nog de volgende vragen over de sociaal advocatuur. In reactie op de brief van de Vereniging Advocatenbelangen (VA) schrijft u (Aanhangsel van de Handelingen II, vergaderjaar 2019–2020, nr. 1905) dat het uitsluitend verhogen van de vergoedingen van de sociaal advocaten geen oplossingen biedt voor de problemen geconstateerd door de bovenstaande commissies. Maar dit is toch precies wat de commissies Van der Meer in het eerste scenario beschreef? Deelt u de mening dat het dus wel degelijk een optie is om alleen de vergoedingen te verhogen om het systeem te behouden in tegenstelling tot wat u eerder schreef? Bent u bereid om over te gaan tot extra vergoedingen voor de sociaal advocatuur? Zo ja, waarom en zo nee, waarom niet? Ga u het verzoek van de NOvA inwilligen in hun brief van 9 april om een onafhankelijke commissie in te stellen die het vergoedingsstelsel zal evalueren? Zo ja, waarom en zo nee, waarom niet? Graag een uitgebreide reactie hieromtrent.

De aan het woord zijnde leden lezen dat een laatste voorgenomen onderdeel van de stelselherziening en bezuiniging algemene efficiëntie zou moeten zijn. Dit zou 5% van de kosten moeten besparen. Dit getal moet na de doorrekening ook worden bijgesteld. Volgens de doorrekening zal er over de rechtsgebieden heen bekeken slechts 2,5% bezuinigd kunnen worden. Op civiel recht ziet het positiever uit. Daar zou 20% tot 30% goedkoper gewerkt kunnen worden, mits er gebruikt gaat worden van het clusteren van rechtszaken zoals de verzekeraar wensen. Dat is een flinke kanttekening. Hoe ziet u die optie? Kan deze wens van verzekeraars verder worden toegelicht? Wat zijn daar de gevolgen van? Graag een uitgebreide reactie dienaangaande.

Concluderend zijn de leden van de SP-fractie voorstander van het aanpakken van procedeergedrag door de overheid en het versterken van de juridische hulp «aan de voorkant». De andere onderdelen van de stelselherziening kunnen niet op hun steun rekenen. Naar mate er meer theoretisch onderzoek wordt gedaan neemt die kritiek toe. Deze leden roepen u nadrukkelijk op: knip de stelselherziening op in onderdelen, zodat de rechtsbijstand snel verbeterd kan worden. Sociaal advocaten stoppen er mee en dat moeten worden voorkomen. Afgelopen tijd zagen zij in de media dat verschillende sociaal advocaten ermee zijn gestopt. Hierdoor gaat veel kwaliteit voorgoed verloren en dat is doodzonde. Erkent u dat? Helaas is er geen totaalbeeld. Bent u bereid door de Raad voor Rechtsbijstand (RvR) expliciet bij te laten houden hoeveel sociaal advocaten actief zijn, op welke rechtsgebieden zij actief zijn en of ze daarnaast nog in de commerciële advocatuur actief zijn, voor welk deel en dit in ieder geval in de jaarlijkse rapportage van de RvR mee te nemen? Vooral nu de coronacrisis de Rechtspraak treft blijken sociaal advocaten kwetsbaar. De NOvA sprak begin maart, dus nog vóór de coronacrisis, al van «collectieve uitputtingsverschijnselen». Samenvattend in één vraag: Wat zijn uw plannen met de gesubsidieerde rechtsbijstand, al het bovenstaande in overweging genomen?

Pilot consumentenzaken door Achmea

De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van het plan om de stelselherziening niet alleen op theorie te baseren maar ook in de praktijk te laten testen aan de hand van pilots. Zelfs het SP-initiatief Huizen van het Recht kan daarbij bruikbare data op gaan leveren. Maar de inmiddels beruchte pilot met Consumentenzaken door LegalGuard ondermijnt het vertrouwen in die aanpak. Inmiddels zijn er door bovengenoemde leden zeven keer schriftelijke vragen over gesteld. Hierover hebben zij nog vragen.

Op 13 januari 2020 publiceerde het NRC dat Achmea is voorgetrokken bij de eerste pilot. Die conclusie wordt getrokken omdat er extern juridisch advies is ingewonnen om onder de publieke aanbesteding uit te komen. De RvR werd namelijk geadviseerd om de pilot aan te besteden of om het aantal zaken zo te beperken en daarmee de pilot aan Achmea te gunnen. Het laatste geschiedde. Terwijl publieke aanbesteding juist het voortrekken van commerciële partijen moet voorkomen.

Ook andere pijnlijke feiten liggen inmiddels op tafel. Niet alleen het Ministerie van J&V en de RvR, maar ook Achmea is ingeschakeld om één van die sets Kamervragen te beantwoorden. Kunt u aangeven hoe vaak zoiets voorkomt? Was u daarvan op de hoogte? Gegevens van duizenden burgers zijn gedeeld met Achmea blijkt uit het nieuwsartikel van januari jl. Is dit correct? Wat is de aard van die gegevens? Was dit anoniem? Hebben de personen wiens gegevens het betreft daarvoor expliciet toestemming gegeven? Waarom is hiervoor gekozen? Is hier overleg over geweest met de Autoriteit Persoonsgegevens? Zo ja, waarom en zo nee, waarom niet? Deelt u de mening dat de overheid uiterst voorzichtig en terughoudend om moet gaan met gegevens van burgers en in het bijzonder als deze verstrekt worden aan derde, commerciële partijen?

Natuurlijk was er het filmpje. U gaat op werkbezoek en laat dit groots uitmeten, ook via overheidskanalen. Kunt u nu niet gewoon erkennen dat het achteraf niet zo verstandig was om het filmpje ook door Achmea te laten verspreiden? Deelt u de mening dat het verstandiger was om meer terughoudend te zijn? Heeft u hieruit lessen getrokken?

De leden van de SP-fractie zijn benieuwd naar de evaluatie van de pilot en hebben daarover alvast enkele vragen. Slechts dertien zaken zijn behandeld. U gaf eerder aan niet te kunnen verklaren waarom consumenten voor een advocaat kozen en niet voor de pilot. Gaat de evaluatie daar wel op in? Wanneer kunnen deze leden die evaluatie van de pilot verwachten? Welke wetenschappelijke waarde hecht u aan dertien casussen? Wat betekent dat voor de representativiteit van de kwalitatieve data?

Juridisch Loket

De leden van de SP-fractie willen nadere vragen stellen over het Juridische Loket. Deze organisatie gaat namelijk een sleutelrol spelen in de voorgenomen stelselherziening. Maar ook op dit moment al speelt het Juridisch Loket een grote rol voor mensen die juridische hulp nodig hebben.

Eind 2019 bleek er helaas sprake van allerlei spanningen binnen de organisatie. Hierover zijn eerder al schriftelijk Kamervragen gesteld. In de beantwoording van de Kamervragen (Aanhangsel van de Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 1900) gaf u aan vertrouwen te hebben in het onderzoek dat intern is uitgevoerd en dat u de spanningen als een interne kwestie beschouwd. U spreekt ook vertrouwen uit in de Raad van Toezicht. Bent u ervan op de hoogte dat ook juist die Raad van Toezicht onderwerp van kritiek is? Heeft u de situatie wel goed ingeschat? Hoe waardeert u de dubbelrol die de Nationale ombudsman heeft als toezichthouder in de Raad van Toezicht van het Juridisch Loket? Deelt u de mening dat deze dubbelrol kan leiden tot belangenverstrengeling of in ieder geval de perceptie van belangenverstrengeling? Daarnaast zou de Ombudsman nog tien nevenfuncties hebben. Is dit wel een wenselijke situatie? Bent u met al het bovenstaande in uw achterhoofd nog steeds van mening dat u blind kunt vertrouwen op een goede uitkomst? Kunt u hier uitgebreid op ingaan?

Dan hebben de leden nog enkele vragen over het functioneren van het Juridisch Loket tijdens de coronacrisis. De crisis in de gezondheidszorg en de economie, ten gevolge van de uitbreken van COVID-19, leiden tot verstrekkende problemen in de maatschappij. Dat leidt tot veel extra juridische vragen. Het is begrijpelijk dat de fysieke locaties tijdelijk gesloten zijn vanwege het coronavirus. En daarmee ligt het in de rede dat er veel meer behoefte is aan informatie op de site van het Juridisch Loket waar al wordt gewaarschuwd voor langere wachttijden aan de telefoon. Wordt er actie ondernomen om die wachttijden terug te dringen? De telefoonkosten per minuut zouden zijn verlaagd. Wat is daarvoor de reden? Waarom kan dat nu plotseling wel, juist nu er zo veel mensen bellen? Wordt dit achteraf geëvalueerd om te kijken of dit na de crisis gewoon vol te houden is, dat zou toch altijd beter zijn? Wat betekent dit budgettair om de telefoonkosten blijvend te verlagen? Is de functie van het Juridisch Loket gewaarborgd? Is er voldoende personeel nu er waarschijnlijk meer mensen contact zoeken? Graag een uitgebreide reactie.

De leden van de SP-fractie vragen waarom het Juridisch Loket niet onder de reikwijdte van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) valt. Is dat correct? Waarom is dat? Acht u dat wenselijk? Bent u bereid om Wob-procedures bij het Juridisch Loket mogelijk te maken?

Als laatste horen deze leden graag hoe concreet de plannen zijn met het Juridisch Loket. Een fijnmaziger netwerk van locaties en een goede informatievoorziening kan een belangrijke functie vervullen voor alle mensen met juridische problemen. Graag een toelichting hierop. Waar en wanneer zullen er vestigingen bij komen?

De leden van de PvdA-fractie delen het doel om onnodige escalatie van juridische problemen te voorkomen. Daartoe wil het kabinet de rechtzoekende en zijn probleem centraal stellen. Deze leden delen dit uitgangspunt. Echter blijkt de praktijk al sinds jaren hardnekkig te zijn, namelijk dat een zeer groot deel van degenen die hun recht gaan zoeken dat moeten doen omdat zij een meningsverschil met diverse overheidsinstellingen hebben. In hoeverre dragen het vroegtijdig contact met een burger opnemen door een overheidsinstelling, een beslissing uitleggen of via de telefoon ingaan op bezwaren van een burger op een beslissing daadwerkelijk bij aan het voorkomen van verdere juridisering van conflicten? Kunt u in dit verband ook ingaan op de werkwijze van bezwaarschriftencommissies bij lagere overheden? Is daar onderzoek naar gedaan? Zo ja, welk onderzoek was dat en wat kwam daaruit? Zo nee, bent u bereid dit onderzoek te laten houden?

De aan het woord zijnde leden vragen in hoeverre de voorgenomen Wijziging Besluit proceskosten bestuursrecht, op grond waarvan de overheid in voorkomende gevallen een verhoging van de proceskostenvergoeding aan de burger moet betalen, daadwerkelijk tot minder zaken voor de bestuursrechter zal leiden? In hoeverre draagt een dergelijke vorm van sanctioneren van overheden bij aan een blijvende gedragsverandering en het tussen de oren krijgen dat de burger centraal staat? Wat doet u nog meer om onnodig procedeergedrag door de overheid te verminderen?

De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de aanstelling van een «aanjager» die bij de overheid het aantal onnodige procedures snel en effectief moet gaan terugdringen. Wat zijn de concrete en afrekenbare doelen die daarbij gelden? Komen die in het interdepartementaal plan van aanpak en zal het tegemoet komen aan de motie Kuiken c.s. (Kamerstuk 31 753, nr. 168) om te komen met een plan van aanpak met afrekenbare doelen? Wanneer worden, mede gezien de relatief korte tijd dat de aanjager actief is, die doelen bekend?

Voornoemde leden hebben met belangstelling kennisgenomen van uw brief (Kamerstuk 31 753, nr. 194) en het daarbij behorende rapport van Significant. Het valt deze leden met name op dat een belangrijke uitkomst van de validatie is dat een verschuiving van een advocaat naar goedkopere alternatieve rechtshulppakketten in mindere mate zal optreden dan eerder ingeschat. Bovendien blijken de kosten van deze rechtshulppakketten hoger te worden dan van tevoren werd ingeschat. Welke consequenties trekt u uit deze conclusies? Ware het niet beter om te stoppen met plannen voor deze alternatieve rechtshulppakketten? Zo nee, waarom niet?

De leden van de PvdA-fractie hebben kennisgenomen van de vraag van de NOvA, mede naar aanleiding van de uitkomsten van het onderzoek van Significant en het eerdere onderzoek van de Commissie Van der Meer, om binnenkort een beoordeling te laten plaatsvinden van opgetreden onevenwichtigheden in de tijdsbesteding van advocaten. Gaat u deze aanbeveling van de Commissie Van der Meer en de wens van de NOvA honoreren door eind 2020 over te gaan tot de instelling van een onafhankelijke commissie die het vergoedingenstelsel de komende jaren zal evalueren? Zo nee, waarom niet?

De aan het woord zijnde leden hebben kennisgenomen van het standpunt van de VSAN. De VSAN is van mening dat het innen van de eigen bijdrage door de RvR, in plaats van door de advocaat, ertoe dreigt te leiden dat rechtszoekenden van de rechtsbijstand worden weggehouden. De VSAN wijst daarbij onder andere op een jaarlijkse verhoging van de eigen bijdrage en wijst er tevens op dat in een nieuw stelsel dit een percentage moet worden van de kosten van de rechtsbijstand. Naar de mening van de VSAN maakt dit de toegang tot het recht onbetaalbaar. De VSAN is daarom van mening dat de inning eigen bijdrage maatwerk is, hetgeen beter aan de advocaat overgelaten kan worden omdat die volledig en integraal zicht heeft op de (financiële) situatie van een rechtszoekende. Kunt u hierop ingaan?

De leden van de ChristenUnie-fractie hebben met interesse uw brief (Kamerstuk 31 753, nr. 194) gelezen. Daarin staat dat de aannames anders uitpakken dan verwacht en dat dit leidt tot een bezinning van de zijde van het kabinet op de consequenties voor de rechtshulppakketten. De komende maanden worden nieuwe doorrekeningen gedaan. De aan het woord zijnde leden vragen welke consequenties dit heeft voor het tijdpad van de stelselherziening en vragen het tijdpad te schetsen. Daarnaast vragen deze leden of u van plan bent om over te gaan tot de instelling van een onafhankelijke commissie die het vergoedingenstelsel de komende jaren zal evalueren.

3. brief Afschrift brief aan NOvA inzake extra steunmaatregelen voor sociaal advocatuur (2020Z06726)

De leden van de CDA-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de reactie van de Minister voor Rechtsbescherming op de brief van de Nederlandse orde van advocaten. Deze leden vragen in hoeverre de advocatuur een beroep kan doen op de algemene maatregelen voor ondernemers (Tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor werkbehoud (NOW) en de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo))?

De leden van de D66-fractie spreken hun zorgen uit over de kritieke situatie waarin advocaten zich op dit moment bevinden. Het Advocatenblad meldt dat een kwart van alle advocatenkantoren in hun bestaan worden bedreigd.1 Met name kleine kantoren hebben het moeilijk, die juist vaak werkzaam zijn in het stelsel van gefinancierde rechtsbijstand. Ook nu moeten mensen met een kleine beurs toegang hebben tot het recht. Voor de advocatuur is een drietal steunmaatregelen tot stand gekomen, maar dit lijkt slechts te voldoen voor de korte termijn. Deelt u de mening dat voorkomen moet worden dat (sociaal) advocaten noodgedwongen moeten stoppen? Hierover zijn reeds schriftelijke vragen gesteld.2 Deze leden hopen hier zo snel mogelijk antwoord op te ontvangen. Zij vragen nogmaals specifiek welke financiële ruimte het dalend aantal toevoegingen biedt voor het treffen van noodvoorzieningen, bijvoorbeeld in de vorm van een noodfonds voor sociaal advocaten.

De leden van de GroenLinks-fractie nemen met grote zorg kennis van de noodkreten van de NOvA. Een kwart van alle advocatenkantoren dreigt volgens een recente enquête van het Advocatenblad onder de huidige omstandigheden failliet te gaan. Deelt u de mening dat toegang tot het recht voor iedereen gewaarborgd moeten blijven, ook en misschien wel juist in tijden van crisis? Sociaal advocaten luiden de noodklok. De tekorten waren al groot en nu komt deze crisis daar nog eens overheen. Voor de korte termijn zijn al een aantal maatregelen genomen. Kunt u toezeggen dat u alles in het werk zal stellen om sociaal advocaten door deze crisis heen te helpen? Het kabinet laat terecht daadkracht zien in het ondersteunen van ondernemers. Kunnen deze leden dezelfde daadkracht verwachten ten aanzien van het ondersteunen van sociaal advocaten, de ruggengraat van onze rechtsstaat? Bent u kort en goed bereid om samen met de NOvA aanvullende steunmaatregelen voor de sociale advocatuur zoals een noodfonds en uitbreiding van de voorschotregeling te nemen? Zo nee, waarom niet?

De leden van de SP-fractie, GroenLinks-fractie en de PvdA-fractie vragen gezamenlijk specifiek aandacht voor de moeilijke positie van sociaal advocaten en tolken en vertalers. De rechtspleging staat al geruime tijd onder druk, daarover zijn reeds veel debatten gevoerd. De coronacrisis zorgt ervoor dat deze druk nog groter wordt, met name voor professionals die het in hun beroep toch al financieel erg zwaar hadden, zoals bijvoorbeeld sociaal advocaten en de gerechtstolken en -vertalers, waarvan al vaak is erkend dat ze feitelijk onderbetaald worden en dat daar iets aan moet gebeuren. Nu er door de coronacrisis enige tijd fors minder zaken worden behandeld, bestaat het risico dat advocatenkantoren failliet gaan en tolken en vertalers noodgedwongen iets anders gaan doen. Dat zou een hele slechte zaak zijn voor de rechtspleging; advocaten, tolken en vertalers zijn hard nodig voor de rechtsbescherming en een kwalitatief hoogstaande rechtsgang. De bestaande regelingen voor ondernemers en ZZP’ers zijn niet goed toegesneden op deze groepen, zoals in brandbrieven van de NOvA en van de Actiegroep van de Registertolken en -vertalers is onderbouwd.

Erkent u dat deze beroepen van bijzonder groot belang zijn voor de rechtspleging? Erkent u ook dat het risico bestaat dat sociaal advocaten, tolken en vertalers er mee zullen stoppen, en dat dit een zeer slechte zaak zou zijn omdat we deze professionals hard nodig hebben? Klopt het dat het budget dat is gereserveerd om advocaten, tolken en vertalers te betalen niet wordt uitgeput als er minder zaken zijn, en klopt ook de veronderstelling dat dit nooit allemaal «ingehaald» zal kunnen worden in korte tijd? Bent u daarom bereid een redelijk inkomen voor deze zelfstandigen te garanderen, door nu met spoed voor te stellen dat sociaal advocaten, registertolken en -vertalers krijgen doorbetaald, vanuit het budget dat daarvoor bestemd was, bijvoorbeeld door te kijken naar gemiddeldes die in eerdere maanden door hen zijn verdiend? Zo nee, waarom niet?

Daarnaast hebben de leden van de SP-fractie enkele specifieke vragen over de sociaal advocatuur. Inmiddels is duidelijk dat verschillende rechtszaken geen doorgang zullen vinden de komende tijd en dat andere rechtszaken op andere wijze zullen worden gevoerd, bijvoorbeeld schriftelijk of digitaal. Dit heeft organisatorische en financiële consequenties. Een kwart van de advocatenkantoren dreigt om te vallen. De Minister voor Rechtsbescherming heeft inmiddels in overleg met verschillende ketenpartners maatregelen aangekondigd. Bent u ervan overtuigd dat dit voldoende is om faillissementen te voorkomen? Waaruit blijkt dat? Klopt het dat er twee maatregelen in het leven zijn geroepen om sociaal advocaten voorschotten te geven op vergoedingen, namelijk op basis van de uren over 2019 en eerdere of tussentijdse uitbetaling van bewerkelijke zaken? Betekent dit dat zodra de noodmaatregelen in verband met het coronavirus zijn opgeheven zij minder inkomen zullen hebben dan onder normale omstandigheden omdat ze al een deel van de vergoedingen voorgeschoten hebben gekregen? Hoe kijkt u naar het voorstel van de NOvA om een compensatieregeling vergelijkbaar met tandartsen en fysiotherapeuten in het leven te roepen? Klopt het dat advocatenkantoren ook aanspraak kunnen maken op de NOW? Hoe waardeert u dit alles? Kunt u beloven continu in nauw contact te blijven staan met de NOvA en de VA? Graag een uitgebreide reactie op dit punt.

De aan het woord zijnde leden maken zich grote zorgen over de sociaal advocaten die nu vertrekken uit het stelsel. Vaak zijn dit ook grote namen en gerenommeerde kantoren, die zich al jaren inzetten voor de doelgroep en die de afgelopen tijd fors geïnvesteerd hebben in kwaliteit, maar het misschien wel juist daardoor nu moeilijk hebben gekregen. Herkent u dit? Bent u bereid dit te onderzoeken? De veronderstelling is immers niet vreemd dat advocaten en kantoren die overal op hebben moeten bezuinigen om het hoofd boven water te houden minder goed in staat zijn de kwaliteit te blijven leveren die we zo graag zouden willen. Graag ook een reactie hierop.

De leden van de ChristenUnie-fractie constateren dat in het kader van de gevolgen van de uitbraak van het coronavirus voor de sociale advocatuur een aantal steunmaatregelen tot stand zijn gekomen voor de korte termijn, waaronder een voorschotregeling van 50%, een zittingstoeslag voor een schriftelijke zitting en eerdere of tussentijdse uitbetaling van extra uren. Deze leden ontvangen signalen van sociaal advocaten dat, nu de noodmaatregelen langer duren, aanvullende steunmaatregelen wenselijk zijn, daar zij geen financiële ruimte hebben om tegenslagen op te kunnen vangen. De aan het woord zijnde leden constateren dat de sociale advocatuur zich ook voor de uitbraak van het coronavirus al in een benarde positie bevond, en vrezen dat de crisis een groot aantal van hen de das om zal doen. Voornoemde leden hechten eraan dat het van groot belang is dat advocaten deelnemen aan het stelsel van gesubsidieerde rechtsbijstand en dat de overheid ook in moeilijke tijden verantwoordelijkheid draagt om de toegang tot het recht en de rechter te waarborgen. Zij vragen u de inrichting van een noodfonds en uitbreiding van de voorschotregeling in overweging te nemen, zoals door de NOvA is voorgesteld. Kunt u de Kamer informeren over de uitkomst van de gesprekken die deze maand hierover plaatsvinden met de NOvA en de RvR?

Ten aanzien van de sociale advocatuur vragen de leden van de SGP-fractie of er nog aanvullende maatregelen nodig zijn nu de maatregelen langer duren en dit grote gevolgen kan hebben voor de praktijk van sociaal advocaten.

4. Reactie op verzoek commissie over de brief van de actiegroep registertolken en -vertalers over coronamaatregelen (2020Z06652)

De leden van de D66-fractie zijn verheugd dat het beroep van tolken- en vertalers is toegevoegd aan de Tegemoetkoming Ondernemers Getroffen Sectoren COVID-19 (TOGS-regeling). In de brief staat voorts: «Daarnaast zal ik bovengenoemde brief onder de aandacht brengen van mijn collega’s van Economische Zaken en Klimaat en Financiën, met het verzoek deze vanuit hun verantwoordelijkheid voor de maatregelen ter tegemoetkoming aan ondernemers in getroffen sectoren verder te bezien.» Kunt u over de uitkomsten hiervan de Kamer informeren? Kunt u daarbij tevens ingaan op het standpunt van tolken en vertalers dat zij zelden zullen voldoen aan het 24-uren criterium en daarom niet in aanmerking komen voor veel noodmaatregelen?

De leden van de SP-fractie hebben enkele specifieke vragen over de tolken en vertalers. De meesten werken als ZZP’ers. In de brief geeft de Minister van Justitie en Veiligheid aan dat tolken en vertalers zijn toegevoegd aan de TOGS-regeling. Dat lijkt goed nieuws. Deze leden merken echter op dat één van die voorwaarden is dat de ondernemer een vestiging heeft anders dan het privéadres. Klopt het dat veel van de tolken en vertalers niet aan deze eis kunnen voldoen, omdat zij vrijwel allemaal vanuit huis werken? Kan de groep tolken en vertalers die als ZZP’er werken via de Tozo financiële bijstand krijgen? Klopt het dat voor de Tozo een ureneis geldt van 23,5 uur? Klopt het dat veel van de tolken en vertalers niet aan die eis kunnen voldoen? Realiseert u zich dat? Klopt het dan dat veel tolken en vertalers buiten de boot van de TOGS-regeling en Tozo vallen en dus in feite een gat in hun inkomen zien dat niet wordt gecompenseerd, zoals de TOGS-regeling en de Tozo beogen?

De leden van de SP-fractie willen nog kort ingaan op de beantwoording van schriftelijke Kamervragen over het stakingsrecht van tolken en vertalers (2020Z04105). De voorgenoemde leden lezen dat tolken en vertalers het recht hebben om te staken zolang zij geen opdrachten annuleren en geen nieuwe opdrachten aangaan. Deelt u dat dit vrij beperkt is? Hoe is dit voor andere ZZP’ers geregeld? Waarom treedt het OM niet solidair op met de tolken en vertalers, van wie ze regelmatig afhankelijk zijn? Erkent u dat ook een feitelijk schrijven een dreigend effect kan hebben? Heeft u zich tot op heden nog gehouden aan de wens van de Kamer om geen onomkeerbare stappen te zetten richting het Programma Tolken in de Toekomst?

De leden van de ChristenUnie-fractie stellen met instemming vast dat de beroepsgroep registertolken en -vertalers is toegevoegd aan de TOGS-regeling.

5. Corona gerelateerde maatregelen in het gevangeniswezen

5.1. Maatregelen aanpak coronavirus in justitiële inrichtingen (Kamerstukken 24 587 en 25 295, nr. 763) en Stand van zaken coronamaatregelen tenuitvoerlegging straffen en maatregelen (Kamerstukken 24 587 en 25 295, nr. 765)

De leden van de PVV-fractie lezen dat van een beperkte groep gedetineerden de detentie zo snel als mogelijk voorlopig wordt geschorst. Om hoeveel gedetineerden gaat het? Kan worden aangegeven voor welke delicten deze personen zijn veroordeeld?

De leden van de CDA-fractie begrijpen dat de instroom van twee groepen gedetineerden beperkt is door de thans geldende maatregelen omtrent het coronavirus. Zo worden er geen personen opgeroepen die de tenuitvoerlegging van hun vonnis op dit moment in vrijheid afwachten. Ten tweede worden er geen personen in vervangende hechtenis genomen voor een niet betaalde geldboete of het niet willen uitvoeren van een taakstraf. Hoewel de leden van de CDA-fractie begrip hebben voor deze maatregelen, vragen zij voor hoelang deze maatregelen vooralsnog van kracht zijn? Verwacht u capaciteitsproblemen als al deze straffen straks min of meer tegelijkertijd ten uitvoer moeten worden gebracht?

De aan het woord zijnde leden constateren dat de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) vanwege de Corona-uitbraak al het bezoek heeft opgeschort en dat er ter compensatie meer telefooncontact en waar mogelijk skype-contact wordt toegestaan. Deze leden willen graag weten of skype of andere vormen van beeldbellen op dit moment inderdaad op veel plekken mogelijk is en/of er nog belemmeringen zijn.

Voornoemde leden lezen dat alle verloven zijn opgeschort en de straffen van de gedetineerden in de zeer beperkt beveiligde inrichtingen zijn geschorst. Na de noodmaatregelen zal de detentie weer worden hervat. Deze leden vernemen graag of dat voor alle gedetineerden gaat gelden en vragen of er mogelijk rekening zal worden gehouden met de tijd die een gedetineerde geheel buiten de inrichting heeft verbleven. Voorts vragen zij of in alle gevallen vervangende hechtenis niet wordt opgelegd.

De leden van de D66-fractie vernemen graag of er meer besmettingen zijn (geweest) in penitentiaire inrichtingen in Nederland na de meldingen in Kamerstukken 24 587 en 25 295, nr. 765? Hoe is hierop gereageerd en gehandeld?

In de brief is te lezen dat gedetineerden met corona-klachten worden geïsoleerd in hun cel. In de rest van Nederland geldt dat men 1,5 meter afstand van elkaar dient te houden. Deze leden zijn van mening dat het zeer lastig is om binnen het gevangeniswezen altijd die 1,5 meter afstand te bewaren. Deelt u deze mening? Op welke wijze worden penitentiair inrichtingswerkers (PIW’ers) beschermd tegen mogelijke besmetting?

Daarnaast vernemen deze leden dat het verblijf in detentie van een beperkte groep gedetineerden (die in een zeer beperkt beveiligde inrichting (zbbi) verbleven, in de laatste fase van hun periode in detentie) tijdelijk kan worden geschorst. Klopt het dat dit echter per penitentiaire inrichting kan verschillen? Is hiervoor uniform landelijk beleid?

De aan het woord zijnde leden vinden het problematisch dat stappen van detentiefasering op dit moment zijn stopgezet, zoals plaatsingen in een zbbi. Deze leden begrijpen dit vanuit het oogpunt van het stoppen van verspreiding van het virus, maar zijn tevens van mening dat voorkomen dient te worden dat grote groepen gedetineerden nu voor langere tijd niet werken aan hun terugkeer in de maatschappij. Deelt u deze mening? Hoe gaat u zich ervoor inzetten dat gedetineerden kunnen blijven werken aan terugkeer?

De leden van de GroenLinks-fractie stellen zich voor dat maatregelen die in het gevangeniswezen zijn getroffen naar aanleiding van het coronavirus zeer ingrijpend zijn voor zowel het gevangenispersoneel als voor gedetineerden en hun familiekring, die momenteel onder zwaardere omstandigheden hun werk dienen te vervullen. Kunt u de huidige situatie in het gevangeniswezen schetsen: hoeveel besmettingen, ziekteverzuim personeel, inzet extra personeel ter bestrijding verhoogde werkdruk, beschikbaarheid beschermende middelen, toegang tot medische zorg in het algemeen en coronatests in het bijzonder, stand van zaken terugdringing toepassing meerpersoonscelgebruik e.d.? Deze leden vragen of de door het RIVM voorgeschreven maatregelen adequaat zijn uit te voeren in detentievoorzieningen. U stelt dat het maximale wordt gedaan, maar de vraag is natuurlijk of dat ook voldoende is om besmettingsrisico’s in het gevangeniswezen te beheersen. Daarnaast stelt u dat de maatregelen op begrip onder gedetineerden kunnen rekenen. Kunt u aangeven of dat nog steeds zo is en hoe monitort u de toestand in de afzonderlijke inrichtingen?

De aan het woord zijnde leden vragen voorts hoe wordt omgesprongen met minderjarige gedetineerden? Zijn er maatregelen genomen om het risico op verspreiding ook in Justitiële Jeugdinrichtingen (JJI) te verkleinen? Zijn groepen verkleind? Worden er ook kinderen naar huis gestuurd in deze omstandigheden? Zo ja, welke voorzieningen worden voor die kinderen, die vaak uit kwetsbare milieus komen, getroffen? Mogen jeugdige gevangenen nog wel bezocht worden of is dat ook ingeperkt?

De leden van de PvdA-fractie vragen of alle penitentiaire instellingen in staat zijn de noodzakelijke maatregelen te treffen om de gezondheid van de gedetineerden en personeel om besmetting met corona te voorkomen? Zo ja, waar blijkt dat uit? Kunt u de laatste stand van zaken van besmettingen in deze instellingen aan de Kamer verstrekken? Zo nee, welke instellingen niet en welke gevolgen verbindt u hieraan?

De aan het woord zijnde leden hebben begrepen dat, nadat dat aanvankelijk nog wel was toegestaan, inmiddels ook jongeren in een JJI geen bezoek meer mogen ontvangen. Dat is gedaan omdat het op 1,5m afstand houden van en naar de bezoekruimtes vaak niet mogelijk is. Hoewel de aan het woord zijnde leden uiteraard begrip hebben voor dergelijke praktische problemen, komt het hen voor dat met name bij jongeren het niet langer kunnen ontvangen van bezoek bijzonder schrijnend kan zijn, zelfs al worden de mogelijkheden voor beeldbellen uitgebreid. Is er gezocht naar andere oplossingen in plaats van het stopzetten van bezoek? Bijvoorbeeld door jongeren die er gezien hun delict of restant van de straf voor in aanmerking komen met een enkelband naar huis te laten gaan? Zo ja, waar is aan gedacht en waarom is er niet voor gekozen? Zo nee, waarom niet?

Acht u het met het oog op de gezondheid mogelijk om voor gedetineerden in de laatste fase van hun detentie, als zij in een vergevorderd stadium van detentiefasering zijn, tijdelijk alternatieven voor detentie zoals een enkelband toe te staan? Zo ja, waar denkt u aan? Zo nee, waarom niet?

De leden van de ChristenUnie-fractie hebben in het licht van bescherming van gedetineerden en bewaarders tegen besmetting met het coronavirus begrip voor de maatregelen die zijn getroffen om geen bezoek meer toe te laten in gevangenissen, minder sociale activiteiten toe te staan en meer verblijf in de cel. Zij zien echter ook dat deze maatregelen zeer ingrijpend zijn, en dat gedetineerden geen fysiek contact hebben met hun advocaat. Deze leden vragen u om faciliteiten voor veilig contact, telefonisch en fysiek, tussen gedetineerden en hun advocaat mogelijk te maken. Tevens vragen voornoemde leden of voor minderjarigen het bezoek van familieleden hersteld kan worden, met inachtneming van de voorzorgsmaatregelen om besmetting te voorkomen. Is het mogelijk om maatwerk toe te passen, waarbij rekening kan worden gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de gedetineerden en hun perspectief op veilig in de maatschappij te re-integreren?

De leden van de SGP-fractie vinden het een goede zaak dat er maatregelen genomen zijn om te voorkomen dat er in JJI’s uitbraken van het coronavirus zullen komen. Zij vragen of het aantal mensen op meerpersoonscellen nog verder omlaag kan om zoveel mogelijk te voorkomen dat mensen elkaar besmetten. Zijn er concrete handelingsplannen voor wat er moet gebeuren als er binnen de detentie onder streng regime een uitbraak van corona zou zijn? Wat betekent dit voor de betrokkenen? Is er wel voldoende bescherming mogelijk? Of hebben zij op dit moment geen enkele bewegingsvrijheid meer binnen hun instelling?

Nu gedetineerden in veel gevallen minder of geen mogelijkheden hebben voor contact en bezoek, vragen de aan het woord zijnde leden in hoeverre u ook overweegt om meer in te zetten op contacten met vrijwilligers en pastorale begeleiding, juist nu ook voor gedetineerden de situatie veel zorgen en/of eenzaamheid geeft.

Ook zijn er gedetineerden geïsoleerd vanwege verschijnselen van corona. Kan worden aangegeven in hoeverre er voor hen wel voldoende medische zorg en begeleiding beschikbaar is? Heeft het personeel intussen wel voldoende beschermingsmiddelen? Zo nee, wat is het voornemen om dit alsnog te bereiken?

Gedetineerden uit zeer beperkt beveiligde inrichtingen krijgen langdurig verlof. Betekent dit dat er nu geen enkele gedetineerde meer onder dit regime valt en in een zbbi geplaatst is? Wat betekenen de elektronische maatregelen concreet voor de personen die het betreft? Op welke manier zijn er sanctiemogelijkheden als iemand zich aan deze maatregelen zou onttrekken?

Verder vragen deze leden in hoeverre de beperking van de mogelijkheden voor detentiefasering nog gevolgen heeft voor de re-integratie, met name voor die groepen gedetineerden die dicht tegen hun (definitieve) vrijlating zitten. Wordt er wel door alle penitentiaire instellingen op eenzelfde manier gehandeld ten aanzien van detentiefasering binnen de gegeven omstandigheden?

Met name ten aanzien van personen die voor kortere straffen vastzitten zullen er mogelijk consequenties zijn ten aanzien van hun werk of woning waar zij op basis van verwachtingen op grond van de normale regels afspraken hebben gemaakt met werkgever of verhuurder die zij nu wellicht niet na kunnen komen. Hoe wordt voorkomen dat gedetineerden – na afloop van hun straf of na afloop van de maatregelen – zonder enige vorm van re-integratie op straat komen? Worden hiervoor nog aanvullende maatregelen overwogen om te komen tot een zo goed mogelijke terugkeer in de maatschappij?

Voorts vragen deze leden ten aanzien van bezoek aan jeugdigen in hoeverre er mogelijkheden zijn om binnen de RIVM-maatregelen toch bezoek door ouders of andere direct betrokkenen mogelijk te maken.

5.2 Overig

Met betrekking tot de maatregelen in justitiële inrichtingen vragen de leden van de VVD-fractie naar de mogelijkheid voor verdachten en gedetineerden om te skypen. Op 30 maart jl. bleek dat een verdachte in het bezit van kinderporno en het verheerlijken van kindermisbruik via skype contact had gehad met een andere gelijkgestemde.3 Het is goed te lezen dat u met maatregelen hiertegen komt en dat dit voor betreffende verdachte een skypeverbod heeft opgeleverd. Kunt u ingaan op wat die maatregelen inhouden?

De leden van de PVV-fractie lezen dat de rechter onlangs heeft besloten dat een verdachte die lid zou zijn van een vermeende liquidatiebende, naar huis mag tot de volgende zitting in verband met het gevaar voor besmetting met het coronavirus van deze persoon in de gevangenis.4 Deze leden vinden dit een zeer onwenselijke beslissing. Hoe denkt u hierover? Is deze persoon vluchtgevaarlijk? Hoeveel verdachten van zeden en geweldsmisdrijven zijn er nog meer in vrijheid gesteld vanwege de coronamaatregelen?

De leden van de PVV-fractie vragen of het klopt dat er regelmatig TBS’ers, soms met 12 personen, maar in elk geval met meer dan drie personen, binnen het terrein van de TBS-kliniek bij elkaar zitten. Zo nee, waarom niet? Zo ja, bent u bereid hier een einde aan te maken en ervoor te zorgen dat directeuren van TBS-klinieken de corona-regels strikt handhaven? Zo nee, waarom niet?

Hoeveel gedetineerden waren er betrokken bij de opstand in de penitentiaire inrichting in Lelystad afgelopen week?5 Zijn de betreffende gedetineerden hiervoor gestraft? Zo ja, welke straffen zijn opgelegd? Zo nee, waarom niet? Is er in andere penitentiaire inrichtingen ook sprake geweest van een opstand?

Klopt het dat medewerkers in gevangenissen geen beschermingsmateriaal zoals mondkapjes krijgen?6 Zo nee, waarom niet? Bent u in dat geval bereid dit alsnog te regelen?

Is voor zover u weet gevangenispersoneel besmet geraakt met het coronavirus?

De leden van de CDA-fractie vragen of u wilt ingaan op de oproep van een groep werknemers binnen DJI die stellen dat vanwege het opschorten van bezoek ook minder drugs de instellingen in wordt gesmokkeld en dat dit tot spanningen leidt. Kunt u de toezegging doen dat u niet zal instemmen met enige vorm van verstrekking van drugs aan gedetineerden om ze rustig te houden? Zo nee, waarom niet?

De aan het woord zijnde leden signaleren dat er in de penitentiaire inrichting in Lelystad veel onrust is, waar zelfs rellen zijn uitgebroken, terwijl gedetineerden in de penitentiaire inrichting in Zaanstad juist hebben verzocht om nuttig werk te kunnen doen ten dienste van de samenleving, zoals het inpakken van hand sanitizers en mondkapjes. Kunt u het verschil in sfeer in de (en ook andere) penitentiaire inrichtingen verklaren?

De leden van de CDA-fractie vragen of u meer licht kunt schijnen op de mooie actie van In-Made, te weten het produceren van mondkapjes. Slaagt de DJI er inmiddels daadwerkelijk in om mondkapjes te maken en zijn ze al geschikt om ook in de zorg te kunnen worden gebruikt?

Voornoemde leden vragen op welke wijze zorg wordt verleend aan gedetineerden, tbs-gestelden en piw’ers die besmet zijn met het coronavirus. Ook vragen zij hoe wordt voorkomen dat er verdere besmetting binnen de DJI plaats zal vinden. Aan de zijde van de DJI bestaat de begrijpelijke wens om zo min mogelijk vervoersbewegingen met gedetineerden uit te hoeven voeren, bijvoorbeeld naar en van rechtbanken. Hoe verhoudt zich dit tot de wens om juist weer zo snel mogelijk waar mogelijk strafzittingen op te pakken? Wordt er nagedacht over het testen van gedetineerden?

De leden van de D66-fractie hebben signalen ontvangen dat de maatregelen onrust veroorzaken in de penitentiaire inrichtingen. Met personeel dat kampt met onderbezetting en ziekte, lijkt dat een zeer lastige situatie te veroorzaken. Herkent u zich in dit beeld? Welke rol speelt de verslavingsproblematiek hier?

Deze leden merken op dat als gevolg van de getroffen maatregelen gedetineerden verder zijn beperkt in hun vrijheid. Zij verblijven bijna de gehele dag op hun cel, zonder verdere afleiding. Dit zorgt voor onrust in de inrichting, maar kan ook zorgen voor uitbreiding van persoonlijke problemen. De aan het woord zijnde leden vragen of er op deze wijze nog mogelijkheden zijn tot voorbereiding op re-integratie? Hoe wordt dit gewaarborgd?

De aan het woord zijnde leden krijgen nog steeds signalen dat advocaten die in het Justitieel Complex Schiphol een ontmoeting hebben met een cliënt in het kader van grensdetentie wordt verboden beschermende maatregelen te nemen, zoals het dragen van een mondkapje en/of handschoenen. Deze leden kunnen dat niet goed volgen, gelet op het legitieme belang om jezelf te beschermen en eventuele verdere verspreiding van het virus te voorkomen. Bent u bereid dit beleid aan te passen?

De leden van de GroenLinks-fractie merken opdat zowel de Minister(s) als de Kamer een anonieme brief ontving over de onmogelijkheid om de RIVM-voorschriften na te leven en over de inhumane effecten van de getroffen maatregelen. Het ontbreekt aan de ruimte om de 1,5 meter-maatregel na te leven. Het weigeren van bezoek en verlof trekken een zware wissel op de gedetineerden. Het dreigende isolement als bij een gedetineerde ziekteverschijnselen worden geconstateerd, leidt ertoe dat gedetineerden geen medische hulp vragen in gevallen waarin dat wel nodig zou zijn. Dagprogramma’s worden aangepast, waardoor gedetineerden vaker en langer «op cel» zitten. Het ontbreekt aan adequate beschermende maatregelen zoals mondkapjes. De aanvoer en het gebruik van drugs is ontregeld, met alle gevolgen van dien: spanningen nemen toe, gedetineerden zoeken naar alternatieven en zijn bereid zich daarvoor verder in de schulden te steken. In de penitentiaire inrichting in Lelystad hebben de huidige omstandigheden al geleid tot een groot (gewelds)incident. Herkent u dit beeld en zo ja, ziet u mogelijkheden om deze oplopende spanningen te verminderen? Zijn er nog meer incidenten geweest? Welke maatregelen neemt u zich voor om het besmettingsgevaar te beperken? Komen er beschermende middelen voorhanden voor het gevangenispersoneel en voor de gedetineerden? Zet u zich ervoor in dat medewerkers van penitentiaire instellingen (vaker) getest kunnen worden? Is het mogelijk om gedetineerden met corona-symptomen, nog meer dan nu al gebeurt, te scheiden van andere gedetineerden? Klopt het dat celgenoten van besmette gedetineerden niet standaard in quarantaine gaan en dat zij bijvoorbeeld kunnen blijven luchten met andere gedetineerden? Zou het niet verstandig zijn als ook zij, analoog aan huisgenoten van besmette personen elders in de samenleving, in quarantaine zouden gaan? Wat gebeurt er als gedetineerden ziek worden en medische zorg niet in de inrichting kan worden geboden? Welke hulp kan worden geboden aan verslaafden? Bent u bereid méér communicatiemogelijkheden en -momenten toe te staan? Kunt u de uitkomsten van het onderzoek naar de incidenten in de penitentiaire inrichting in Lelystad zo snel als mogelijk is naar de Kamer sturen?

Voornoemde leden vragen hoe wordt gewaarborgd dat het met een enkelband naar huis sturen van gedetineerden op een veilige manier kan plaatsvinden? Deze leden stellen zich voor dat dit een enorme wissel op het thuisfront trekt, iemand met een enkelband op de bank en dat klemt temeer nu iedereen thuis moet blijven. Welke criteria gelden daarvoor? Kunt u aangeven welke bijzondere maatregelen er verder gelden?Hoe zit het met de tenuitvoerlegging van straffen en maatregelen? Worden taakstraffen nog uitgevoerd, bijvoorbeeld als dat in de buitenlucht plaatsvindt?

De leden van de SP-fractie maken van deze gelegenheid gebruik om hun waardering en dank uit te spreken voor al het personeel binnen de DJI dat zich inzet om de Nederlandse samenleving veilig te houden, ook, of juist, in deze zeer moeilijke tijden. Deze leden gebruiken deze mogelijkheid echter ook om hun zorgen uit te spreken over de situatie in het gevangeniswezen. Het personeel in het gevangeniswezen is onmisbaar en hun werk is essentieel voor een veilige samenleving. Voor gedetineerden en patiënten heeft de staat een zorgplicht. Het steekt daarom extra dat de voornoemde leden veel signalen krijgen dat het personeel zijn werk niet veilig kan doen en gedetineerden en patiënten zich niet veilig voelen. Erkent u dat het houden van 1,5 meter afstand in veel of vrijwel alle inrichtingen en klinieken niet goed mogelijk is, zeker niet in smalle gangen en al helemaal niet in meerpersoonscellen, maar eigenlijk in allerlei denkbare en voorkomende situaties binnen de muren? Ook zijn er geen of onvoldoende beschermingsmiddelen, en wordt het personeel, ook als een partner ziek thuis zit, niet getest en moet men gewoon komen werken. Dat is niet alleen gevaarlijk voor het personeel, maar ook voor de gedetineerden. Kunt u garanderen dat het personeel van alle DJI-inrichtingen, dus ook die in de lichtere regimes van zbbi, te allen tijde van voldoende beschermingsmiddelen is voorzien en dat zij, wanneer zij contact hebben met gedetineerden, altijd handschoenen en mondkapjes kunnen dragen? Zo nee, waarom niet en bent u bereid dit alsnog zo snel mogelijk te regelen? Bent u tevens bereid al het gevangenispersoneel preventief te testen op het coronavirus?

Klopt het dat bij contactmomenten tussen personeel en gedetineerden, bijvoorbeeld bij het insluiten en het uitdelen van medicatie, voedsel en post er niet altijd beschermingsmiddelen voor handen zijn voor het personeel? Zo ja, waarom is dit er niet?

Wanneer is wel beschermende kleding beschikbaar, en in hoeverre wordt dit nu snel uitgebreid? Klopt het dat de DJI schorten heeft ingekocht voor het personeel, maar dat de sluiting van deze schorten aan de voorkant zit in plaats van aan de achterkant, wat leidt tot minder bescherming? Zo ja, is de DJI zelf verantwoordelijk voor de inkoop of wordt dit uitbesteed? Als dit is uitbesteed, aan wie dan?

Wat wordt er aan gedaan om juist nu gedetineerden beter te begeleiden bij de behandeling van hun drugsverslaving, nu de spanningen lijken toe te nemen in detentie? Kennelijk zijn er minder smokkelmogelijkheden dan voorheen, ook vernemen de leden van de SP-fractie dat de controles erg onder druk staan. Graag een reactie hierop.

De leden van de SP-fractie constateren dat in de afgelopen weken enkele gedetineerden in verschillende instellingen, zoals penitentiaire inrichtingen, TBS-klinieken, en personeelsleden besmet zijn geraakt. Had dat voorkomen kunnen worden als personeel te allen tijde beschermingsmiddelen had gedragen en getest was op het coronavirus? Zo ja, waarom is dit niet gebeurd? Zo nee, waarom niet? Verder vragen de aan het woord zijnde leden hoe groot de capaciteit is van het gevangenisziekenhuis te Scheveningen. Hoeveel gedetineerden met (ernstige) coronaklachten kunnen in het gevangenisziekenhuis worden opgevangen? Wat gebeurt er als de maximale capaciteit in dit ziekenhuis bereikt is? Heeft het personeel in het gevangenisziekenhuis voldoende beschermingsmiddelen? Is al het personeel, dus niet alleen het personeel in het gevangenisziekenhuis, maar ook in de «normale» inrichting, dat in aanraking is geweest met besmette gedetineerden, getest op het coronavirus? Zo nee, waarom niet? Wordt dat alsnog gedaan? Wat is hier de richtlijn?

Voornoemde leden vragen of het klopt dat er op dit moment geen enkele gedetineerde doorgefaseerd wordt van het huis van bewaring naar de gevangenis of naar een halfopen setting? Hoe worden zij daarover geïnformeerd, en wat betekent dit voor hun detentiefasering en einddatum?

Klopt het dat gedetineerden zijn overgeplaatst en ook nog worden overgeplaatst naar andere inrichtingen terwijl nog niet zeker is of ze een besmettingsgevaar vormen? Worden zij tussen andere gedetineerden geplaatst die juist apart van andere afdelingen worden gehouden om besmetting te voorkomen? Wat maakt deze overplaatsingen juist nu absoluut noodzakelijk? Klopt het dat patiënten vanuit de Oostvaarderskliniek in de isoleercel van het Pieter Baan Centrum geplaatst (kunnen) worden? Zo ja, wat rechtvaardigt een dergelijk besluit?

Klopt het dat op dit moment per inrichting verschilt of detentiefasering mogelijk is? Zo ja, waarom? Hoe gaat u zorgdragen voor een goede re-integratie in de maatschappij voor die gedetineerden die juist nu aan hun detentiefasering zouden beginnen maar dat nu, omwille van de door u genomen maatregelen, niet kunnen?

De leden van de SP-fractie zijn ook benieuwd naar de situatie na de corona-maatregelen. Wat zijn bijvoorbeeld de gevolgen voor gedetineerden die nu in detentiefasering zitten of juist niet naar detentiefasering kunnen vanwege de maatregelen? Wat gebeurt er zowel in zbbi als in Penitentiair Programma (Elektronische Controle) wanneer eerder goedgekeurde arbeidsplaatsen niet meer beschikbaar zijn ten gevolge van de economische gevolgen van het coronavirus en de verplichte 26 uur werktijd/vrijwilligerswerk niet meer kan worden uitgevoerd? Wanneer komt hierover duidelijkheid en hoe worden de gedetineerden hierover geïnformeerd? Voornoemde leden krijgen namelijk veel signalen dat veel gedetineerden niet goed weten waar ze aan toe zijn. Dit leidt ook weer tot onrust. Graag een reactie hierop.

De aan het woord zijn leden constateren dat in de penitentiaire inrichting in Lelystad gedetineerden in opstand zijn gekomen. Ook in andere inrichtingen broeit het. Zou dit te maken kunnen hebben met een gebrek aan duidelijkheid over de duur van de maatregelen en een gebrek aan afleiding (geen werk, geen sport), omdat er geen of minder dagactiviteiten zijn? Wat gaat u hieraan doen? Als al het personeel getest wordt op het coronavirus en voorzien wordt van beschermende kleding, dan moet het leven binnen de gevangenissen toch snel terug naar «zo normaal mogelijk» kunnen? Zo ja, bent u bereid dit zo spoedig mogelijk te regelen om verdere onrusten in de gevangenissen te voorkomen?

Klopt het dat gedetineerden die tot een risicogroep behoren en daarom weigeren aan de arbeid mee te doen, daarvoor gestraft worden door teruggeplaatst te worden in het basisregime? Zo ja, waarom? Vindt u dat eerlijk en ook wenselijk?

De leden van de SP-fractie vragen ook aandacht voor de situatie in de TBS-klinieken. In deze klinieken werkt ook zorgpersoneel, maar deze leden horen dat personeel in de TBS-klinieken niet wordt getest op het coronavirus. Klopt dit? Zo nee, sinds wanneer wordt personeel van de TBS-klinieken getest? Zo ja, bent u bereid dit alsnog zo spoedig mogelijk in gang te zetten? Worden in TBS-klinieken op afdelingen waar positief geteste patiënten verblijven ook andere patiënten en medewerkers van die afdeling getest? Zo nee, waarom niet?

Voornoemde leden hebben enkele vragen over de situatie in het Pieter Baan Centrum. Deze leden horen verontrustende geluiden vanuit het Pieter Baan Centrum over de kwaliteit van de zorg en het niet naleven van de richtlijnen van de RIVM inzake het coronavirus. Zo zou het bijvoorbeeld onmogelijk zijn om altijd 1,5 meter afstand te bewaren, vinden overdrachten tussen groepsleiding nog steeds plaats met te veel mensen in een te kleine ruimte en kan er onvoldoende worden schoongemaakt. Bent u van deze, en andere, signalen op de hoogte? Zo ja, welke maatregelen treft u om de zorgen van het personeel in het Pieter Baan Centrum weg te nemen?

De leden van de SP-fractie lezen in de brief Reactie op verzoek commissie over de situaties voor medewerkers en justitiabelen die zijn ontstaan als gevolg van de coronacrisis (2020Z06735), in reactie op de alarmerende brief van medewerkers van DJI: «Eerst wil ik aangeven dat ik het van belang acht dat medewerkers wanneer zij zich zorgen maken over de corona-aanpak, dat kunnen aankaarten bij hun leidinggevende. Op deze wijze kan samen worden gezocht naar een oplossing. Ook in deze tijd staan directie van de inrichting en de leiding van DJI open om te zoeken naar een juiste manier van werken met elkaar.»

Bedoelt u hiermee nu te zeggen dat deze medewerkers deze alarmerende brief niet hadden moeten schrijven? De aan het woord zijnde leden vinden het juist erg belangrijk dat dit soort informatie de volksvertegenwoordiging bereikt. Bovendien heeft ook het gevangenispersoneel vrijheid van meningsuiting, het is al erg genoeg dat medewerkers van de DJI vaak zo bezorgd zijn en anoniem willen blijven.

Afrondend en samenvattend stellen de leden van de SP-fractie voor:

– Stop nu, in ieder geval tijdelijk, met de inzet van meerpersoonscellen. Afstand houden is op dat oppervlak onmogelijk en de oplopende spanningen zijn slecht voor personeel en gedetineerden;

– Volg alle richtlijnen en handhaaf dus de 1,5 meter afstand. Werk, waar dat niet kan, met beschermingsmateriaal. In het belang van personeel en gedetineerden/patiënten.

– Maak tests voor alle medewerkers beschikbaar;

– Informeer gedetineerden beter over redenen van maatregelen en de exacte gevolgen, ook voor detentiefasering en einddatum;

– Kijk naar alternatieven voor vrijheidsontneming bij wie dat verantwoord is, en voor kwetsbare mensen in het bijzonder.

Graag een uitgebreide reactie hierop.

De leden van de PvdA-fractie hebben kennisgenomen van de maatregelen ten aanzien van gedetineerden. De aan woord zijnde leden delen de mening dat de richtlijnen van het RIVM ook, of juist, in de DJI-instellingen moeten worden nageleefd. Naar aangenomen mag worden gelden deze richtlijnen ook voor Tbs-klinieken. In dit kader vragen deze leden om een reactie op het bericht in de Telegraaf van 6 april jl., waarin gesteld wordt dat in de FPK Oostvaarderskliniek de RIVM-richtlijnen niet nageleefd zouden worden.

Met het oog op het in acht nemen van de voorgeschreven maatregelen vragen deze leden in hoeverre er is of wordt nagedacht over alternatieven voor vrijheidsontneming. Zo ja, aan welke groepen van gedetineerden kan worden gedacht en welke alternatieven zijn er? Zo nee, waarom niet?

De leden van de ChristenUnie-fractie hebben kennisgenomen van de maatregelen die zijn genomen in het gevangeniswezen in verband met de uitbraak van het coronavirus. Zij vragen of u wilt reflecteren op de aanbevelingen die zijn gedaan in de verklaring van het Committee for the Prevention of Torture van de Raad van Europa d.d. 20 Maart 2020 en of u bereid bent aanvullende maatregelen te treffen.

De leden van de SGP-fractie merken op dat de maatregelen voor het personeel ook grote druk betekenen. Kunt u aangeven hoe de stand van zaken ten aanzien van de personeelsbezetting en ten aanzien van de incidenten nu is? Betekenen de maatregelen dat gedetineerden geen bezoek mogen ontvangen nog een toename van het afreageren op personeel? Is het risico aanwezig dat personeel dat van buiten komt zelf een bron van besmetting is voor gedetineerden? Hoe wordt dit voorkomen?

Bent u bekend met de kritiek uit de verschillende sectoren dat penitentiaire instellingen onvoldoende beschermingsmaatregelen zouden (kunnen) nemen? Herkent u zich in deze kritiek? Kan worden aangegeven om welk deel van de instellingen het gaat en wat de concrete problemen in de praktijk inhouden? Wat gaat u doen om tegemoet te komen aan deze kritiek?

6. Corona gerelateerde maatregelen in de Rechtspraak

6.1 Stand van zaken coronamaatregelen Rechtspraak en Openbaar Ministerie (Kamerstukken 29 279 en 25 295, nr. 581)

De leden van de VVD-fractie lezen in de brief dat de Ministers van Justitie en Veiligheid en voor Rechtsbescherming aangeven dat de Rechtspraak alles in het werk heeft gesteld om 9 april jl. alle gerechten veilig mailen te kunnen aanbieden, zodat door advocaten zaaksgebonden veilig met de Rechtspraak kan worden gecommuniceerd. Is dit gelukt?

De leden van de CDA-fractie begrijpen uit de brief dat strafzaken doorgang kunnen vinden met ondersteuning van audio(-visuele) middelen. De rechter(s), de griffier en de officier van justitie zijn zoveel mogelijk fysiek in de zittingszaal aanwezig. Advocaten mogen ook aanwezig zijn, tenzij zijzelf aangeven via telehoorvoorzieningen aan de zitting te willen deelnemen. De aan het woord zijnde leden vragen u of het equality of arms principe daarbij zoveel mogelijk gewaarborgd wordt. Lukt dit ook feitelijk in de praktijk?

Voornoemde leden lezen dat de Rechtspraak alles in het werk stelt om per 9 april 2020 veilig mailen voor partijen bij alle gerechten te kunnen aanbieden. Is, gezien het verstrijken van deze datum, deze datum gehaald?

De leden van de CDA-fractie vragen in hoeverre de Rechtspraak inclusief alle daarbij betrokken essentiële organisaties onderdeel zijn van de vitale infrastructuur van ons land? In de brief geeft u aan dat de Rechtspraak een vitaal onderdeel is van onze rechtsstaat en ook in crisistijd moet blijven functioneren, maar op de website van de NCTV staat de Rechtspraak en daartoe relevante organisaties niet genoemd als vitaal proces noch als vitale functie. De aan het woord zijnde leden vragen dit toe te lichten. Kunnen rechters en officieren van justitie bijvoorbeeld hun kinderen onderbrengen bij de kinderopvang of op school, als daar vanuit hun werkzaamheden reden voor is?

6.2 Overig

De leden van de CDA-fractie zien met lede ogen aan hoe rechtszaken – begrijpelijkerwijs – onder de dreiging van het coronavirus geen doorgang kunnen vinden. Kunt u op hoofdlijnen per rechtsgebied een beeld schetsen in hoeverre zaken en zittingen geen doorgang kunnen vinden? Deelt u de waarneming van deze leden dat vooral zaken waarbij het direct contact tussen de rechter en de justitiabele(n) noodzakelijk is, bijvoorbeeld in het familie- en jeugdrecht en het strafrecht, hieronder te lijden hebben? Deelt u het beeld van de voorzitter van het College van Procureurs-Generaal, gegeven in het programma Op1 (dd. 10 april 2020), dat wekelijks een achterstand van zo’n 5.000 tot 6.000 strafzaken ontstaat?

De aan het woord zijnde leden vragen op welke wijze door de Rechtspraak en het OM geanticipeerd wordt op het beperken van de achterstand in strafzaken dan wel – zodra die gelegenheid zich weer voordoet – het wegwerken van de achterstand? Bent u bereid daarvoor op hoofdlijnen een tijdelijk plan (scenario’s) te ontwikkelen en deze voor het einde van de maand april met de Kamer te delen? Bent u bereid daarbij «out of the box-oplossingen» op te nemen, zoals het plannen van zittingen in avond- en weekenduren, het in overleg of op voorspraak van de advocatuur meer benutten van de strafbeschikking, het benoemen van rechters boven de leeftijd van 70 jaar tot rechter-plaatsvervangers, het email-betekenen van dagvaardingen dan wel op andere wijze bekend maken van dagvaardingen, het tijdelijk loslaten van professionele standaarden, het meer dan thans het geval is (in eerste aanleg) toelaten van unus-rechtspraak, het toekennen aan rechters van meer bevoegdheden om bij verhindering van één der procespartijen de zitting toch doorgang te laten vinden en andere tijdelijke maatregelen?

De leden van de CDA-fractie vragen hoe u omgaat met de bekostigingssystemen van instanties binnen de strafrechtketen die product gefinancierd zijn, zoals de Rechtspraak en het OM maar ook vele andere organisaties onder de J&V-paraplu? Deelt u de opvatting van deze leden dat deze organisaties in deze bijzondere tijd expliciete helderheid moeten hebben over hun financiële continuïteit die juist vanwege een terugloop aan instroom onder druk kan komen te staan? Wilt u met dezelfde spirit en intentie (blijven) kijken naar de financiering van de (sociale) advocatuur?

De leden van de D66-fractie zijn ingenomen met het besluit van de Rechtspraak om meer zaken te gaan behandelen. Kunt u aangeven in hoeverre de Rechtspraak hierdoor, in vergelijking met de situatie van voor de coronacrisis, weer operationeel is en wat het verwachtte effect is op de hierboven geschetste problemen van (sociaal) advocaten en tolken?

De leden van de GroenLinks-fractie willen hun grote waardering uitspreken voor iedereen die bij de rechtspleging is betrokkenen. Dankzij hen kan de rechtsgang onder deze buitengewone omstandigheden min of meer en met alle mitsen en maren blijven functioneren. Deze leden hebben er begrip voor dat onder de huidige buitengewone omstandigheden nagenoeg alles anders is geworden en de nodige flexibiliteit vraagt qua beleidsvorming en -uitvoering. Het roept bij de aan woord zijnde leden de vraag op hoe het justitiële afwegingskader voor noodzakelijke crisisbeslissingen er onder deze omstandigheden uitziet. Kunt u hierover een korte uiteenzetting geven? Als gevolg van de coronacrisis zijn de mogelijkheden die parlementariërs hebben om hun controlerende taak uit te oefenen immers beperkter dan onder normale omstandigheden. Kunt u aangeven hoe u borgt dat de principes van de democratische rechtsstaat ook in deze crisistijd overeind blijven? Hoe zijn beslissingen ten aanzien van het opschorten van rechtszittingen bijvoorbeeld tot stand gekomen? Op welke regelgeving zijn deze beslissingen gebaseerd? Wie heeft daartoe welke beslissing genomen? Kunnen we leren hoe andere (Europese) regeringen en parlementen op dit moment omgaan met de beperktere mogelijkheden voor democratische controle? Heeft u kennis kunnen nemen van de briefing «Justice for All and the Public Health Emergency»? Hebben de kernboodschappen uit dit rapport op enigerlei wijze een rol gespeeld in de besluitvorming over crisismaatregelen?

De leden van de GroenLinks-fractie hebben op zich begrip voor de aangepaste werkwijzen bij de gerechten. Tegelijkertijd zien deze leden grote problemen ontstaan in de afdoening van rechtszaken met alle gevolgen voor alle betrokkenen. Wat vindt u van de oproep van de Nederlandse Vereniging van Strafrechtadvocaten in het Advocatenblad, ondersteund door de NOvA, van begin april jl. om rechtbanken en gerechtshoven (beperkt) te heropenen? Zo nee, hoe denkt u de ontstane achterstanden op termijn weg te werken?

De aan het woord zijnde leden stellen vast dat sprake is van een lagere instroom van zaken tijdens deze crisis. Heeft de Rechtspraak beeld bij wat er nu niet wordt aangebracht? Welke teruggang in instroom wordt gesignaleerd en op wat voor soort zaken? Kunt u schetsen wat de maatschappelijke impact is van het zo goed als sluiten van de rechtbanken? Welke criteria worden gehanteerd bij de triage welke zaken doorgaan en welke niet? Hoe ziet het er in de nabije toekomst uit? Welke zaken worden weer opgepakt? Welke criteria gelden hiervoor? Wat betekent de dalende instroom voor de financiering op langere termijn?

De leden van de SP-fractie constateren dat er veel onduidelijkheid is ontstaan over de Rechtspraak tijdens de coronacrisis. Dat is spijtig gezien het cruciaal belang van de derde staatsmacht voor de maatschappij. Het was naar de mening van deze leden ook niet goed uit te leggen, dat de schoenwinkel op de hoek en de meubelboulevard open zijn, maar de Rechtspraak nagenoeg gesloten was.

Inmiddels is er meer duidelijkheid en worden er weer meer zaken behandeld, en dat is ook wel noodzakelijk. Toch hebben voornoemde leden nog enkele vragen. Blijft u er samen met de Raad voor de rechtspraak (RvdR) en andere ketenpartners voor zorgen dat er voor alle betrokkenen duidelijkheid is en blijft over de activiteiten van de Rechtspraak? Worden de betrokkenen actief geïnformeerd, bijvoorbeeld met updates per mail? Bent u van plan ook de Kamer hierover duidelijk en tijdig te informeren? Welke uitgangspunten worden er gehanteerd bij de beslissingen over de activiteiten van de Rechtspraak? In hoeverre heeft u hierin een doorslaggevende stem, of bepaalt de Rechtspraak dit zelf?

Op vrijdag 10 april zei de heer Van der Burg in het programma Op1 dat de Rechtspraak in de toekomst ook ’s avonds en in de weekenden zal moeten gaan werken om de achterstanden in het strafrecht weg te kunnen werken. Wordt dit scenario serieus bekeken? Ook door andere ketenpartners?

II. Reactie van de bewindspersonen


  1. Advocatenblad, 9 april 2020, https://www.advocatenblad.nl/2020/04/09/corona-bedreigt-kwart-kantoren-in-hun-bestaan/.↩︎

  2. Vragen van het lid Groothuizen (D66) aan de Ministers voor Rechtsbescherming en van Justitie en Veiligheid over de gevolgen van het Corona-virus voor de (sociale) advocatuur (ingezonden 31 maart 2020), 2020Z05850.↩︎

  3. De Telegraaf, 30 maart 2020, https://www.telegraaf.nl/nieuws/1077255415/skypeverbod-voor-pedoseksueel-in-cel.↩︎

  4. De Telegraaf, 7 april 2020, https://www.telegraaf.nl/nieuws/2096730199/verdachte-in-zaak-amsterdamse-moordbende-voorlopig-op-vrije-voeten?utm_source=mail&utm_medium=email&utm_campaign=email.↩︎

  5. AD, 12 april 2020, https://www.ad.nl/binnenland/pepperspray-ingezet-bij-protest-in-gevangenis-lelystad-door-coronamaatregelen~a5f13ff4/.↩︎

  6. AD, 10 april 2020, https://www.ad.nl/politiek/bajesmedewerkers-verstrek-softdrugs-aan-gedetineerden-vanwege-coronacrisis~adb8e3fd/.↩︎