[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Maandrapportage CBR maart 2020

Maatregelen verkeersveiligheid

Brief regering

Nummer: 2020D15286, datum: 2020-04-21, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-29398-820).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 29398 -820 Maatregelen verkeersveiligheid.

Onderdeel van zaak 2020Z07170:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2019-2020

29 398 Maatregelen verkeersveiligheid

Nr. 820 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 21 april 2020

Zoals toegezegd in het debat over het CBR op 11 september 2019 (Handelingen II 2018/19, nr. 107, item 12) ontvangt u hierbij de maandelijkse rapportage van het CBR over de divisies Rijgeschiktheid Medisch en Klantenservice over de maand maart1. De rapportage laat zien hoe het CBR afgelopen maand heeft gepresteerd vergeleken met het base case scenario van de prognose die u op 10 september 2019 heeft ontvangen (Kamerstuk 29 398, nr. 743).

Met inachtneming van de maatregelen tegen de verdere verspreiding van het coronavirus gaan de werkzaamheden rond medische beoordelingen bij het CBR zoveel als mogelijk door. Het aantal verlopen rijbewijzen is in maart gedaald ten opzichte van februari. Als gevolg van de corona maatregelen kunnen mensen echter vrijwel geen medische keuringen door artsen en specialisten laten doen. Dit heeft tot gevolg dat het CBR in die gevallen geen eindbesluit kan nemen en de verwachting is dat het aantal verlopen rijbewijzen daarmee de komende maand zal oplopen. U bent op vrijdag 17 april jongstleden geïnformeerd over hoe het kabinet omgaat met de rijbewijzen die op dit moment verlopen (Kamerstukken 29 398 en 25 295, nr. 819).

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga


  1. Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl↩︎