Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over geannoteerde agenda videoconferentie informele Raad voor Concurrentievermogen op 15 mei 2020
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2020D18154, datum: 2020-05-12, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2020D18154).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: F. Azarkan, Tweede Kamerlid (Ooit DENK kamerlid)
- Mede ondertekenaar: D.S. Nava, griffier
Onderdeel van zaak 2020Z08355:
- Indiener: M.C.G. Keijzer, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2020-05-12 12:00: Raad voor Concurrentievermogen (deel interne markt en industrie, informeel) op 15 mei 2020 (videoconference) (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2020-05-18 16:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2020-05-19 15:30: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-04-20 16:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
2020D18154 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
De vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat heeft een aantal vragen en opmerkingen aan de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat voorgelegd over de geannoteerde agenda van de informele videoconferentie van Raad voor Concurrentievermogen op 15 mei 2020.
De ondervoorzitter van de commissie,
Azarkan
Griffier van de commissie,
Nava
Inhoudsopgave
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
II Antwoord / Reactie van de Staatssecretaris
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
Herstel van de Europese economie
De leden van de VVD-fractie lezen dat het kabinet van mening is dat alles moet worden bezien vanuit een balans tussen een open economie en bescherming van economische en publieke belangen. Hierbij moet wel rekening worden gehouden met kwetsbaarheden in mondiale waardeketens voor kritieke goederen en diensten. Hoe ziet het kabinet dat Europa hier verder aan kan bijdragen de komende tijd? Waar stuurt het kabinet op aan als het gaat om de rol van Europa tot betrekking van deze kwetsbaarheden? Verder lezen deze leden dat de maatregelen om deze kwetsbaarheden te adresseren proportioneel moeten zijn. Wat verstaat het kabinet onder proportioneel? Zijn er specifieke voorbeelden van kwetsbaarheden die binnen Nederland aan het licht komen en moeten worden beschermd?
De leden van de VVD-fractie lezen in de appreciatie ten aanzien van de «Roadmap for Recovery» het volgende: «Elementen uit de Green Deal en het European Green Deal Investment Plan kunnen naar voren worden gehaald om een groen herstel te versterken. Daarnaast wil het kabinet dat de uitgaven van de Europese Unie (EU) de EU-klimaat- en milieudoelen niet mogen schaden en lock-ins in fossiele brandstoffen moeten worden voorkomen». Deze leden vragen om zo precies mogelijk te specificeren om welke elementen het hierbij gaat. Ook vragen zij op welke manier elementen uit het European Green Deal Investment Plan naar voren kunnen worden gehaald en via welk fonds deze elementen uit het European Green Deal investment plan in dat geval worden gefinancierd. Daarnaast vragen de leden van de VVD-fractie wat het kabinet bedoelt met het feit dat EU-uitgaven de EU- klimaat- en milieudoelen niet mogen schaden en dat lock-ins in fossiele brandstoffen moeten worden voorkomen. Is het kabinet het met deze leden eens dat de « Roadmap for Recovery» voornamelijk moet zien op werkgelegenheid en spoedig economisch herstel? Is het kabinet het met deze leden eens dat fossiele brandstoffen nog gedurende lange tijd zullen worden gebruikt? Hoe rijmt het kabinet dit met het feit dat lock-ins voor fossiele brandstoffen moeten worden voorkomen?
Richtsnoeren aanbesteden en mededinging
De leden van de VVD-fractie lezen dat de richtsnoeren duidelijkheid geven over productie van schaarse (medische) hulpmiddelen. Vervolgens lezen de leden over de productie van geneesmiddelen. De leden vragen of geneesmiddelen de enige «schaarse» (medische) hulpmiddelen zijn? Zo nee, welke hulpmiddelen vallen hier nog meer onder, zodat men kan voorkomen dat er misbruik gemaakt wordt van deze richtsnoeren.
De leden van de VVD-fractie lezen dat één van de criteria waaraan moet worden voldaan luidt dat de maatregelen «mogen alleen worden toegepast zolang er (een risico op) een tekort is en niet langer dan de coronacrisis duurt». De leden vragen hoe «een risico op een tekort» door het kabinet wordt gedefinieerd.
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie
Herstel van de Europese economie
De leden van de CDA-fractie onderschrijven het belang van een spoedig en volledig herstel van de interne markt, zodra dit vanuit het oogpunt van volksgezondheid verantwoord is, en een betere handhaving evenals een gecoördineerde afbouw van maatregelen en een actuele informatievoorziening richting burgers en bedrijven.
Het is de leden van de CDA-fractie bekend dat de Task Force interne-markthandhaving op 7 april 2020 voor het eerst bijeen is geroepen om te spreken over de belemmeringen voor het goederenverkeer binnen de EU die als gevolg van de coronacrisis zijn ingesteld, met name exportverboden en grenscontroles. Wat is de uitkomst geweest van deze gesprekken? Welke rol speelt het netwerk van nationale handhavingscoördinatoren?
De leden van de CDA-fractie delen de constatering dat de coronacrisis heeft laten zien dat kwetsbaarheden in waardeketens, door eenzijdige afhankelijkheid op het gebied van essentiële producten voor de volksgezondheid, ongewenst is. Zij lezen dat tijdens deze videoconferentie zal worden gesproken over langetermijnoplossingen voor herstel. In haar brief geeft de Staatssecretaris aan dat het kabinet hierbij de balans zoekt tussen een open economie enerzijds en bescherming van economische en publieke belangen anderzijds. Deze leden zijn het hiermee eens en vragen hoe het kabinet in dit licht aankijkt tegen wederkerigheid, bijvoorbeeld waar het gaat om toegang tot de markt van derde landen die zelf ook toegang hebben tot de Europese markt en waar het gaat om de rol van grote platforms, hun bijdrage aan het opvangen van de klappen van de coronacrisis en hun machtspositie. Is het kabinet het met deze leden eens dat de coronacrisis de positie van deze grote platforms verder versterkt? Ziet het kabinet zijn om juist in deze tijd een eerlijk(er) speelveld te borgen en te creëren? Hoe zou dat kunnen? Kan het kabinet de daarnaast nader ingaan op (bewuste) verstoring van waardeketens, bijvoorbeeld wanneer landen als China de coronacrisis aangrijpen om hun aandeel in Europa’s economie te vergroten? Is de Staatssecretaris bereid dit thema tijdens deze raad aan de orde te stellen?
In het derde kwartaal 2020 komt het kabinet met zijn voorstel over ex ante mededingingsregels. Hoe ziet de tijdsplanning voor implementatie van deze regels er uit? Overweegt het kabinet zich sterk te maken voor een versnelde implementatie van deze ex ante (mededingings)regelgeving? Zo ja, hoe?
Richtsnoeren aanbesteden en mededinging
De leden van de CDA-fractie vinden het goed dat de Europese Commissie de coronacrisis als «onvoorzienbare gebeurtenis» aanmerkt en daarmee spoedaanbestedingsprocedures mogelijk zijn, en dat er kaders zijn gesteld waarbinnen ruimte is voor onderlinge afspraken over bijvoorbeeld productie en daarbij een route voor een «comfortbrief». Kan worden aangegeven in hoeverre Nederland of Nederlandse partijen hier al gebruik van maken?
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-fractie
Herstel van de Europese economie
De leden van de GroenLinks-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda van de informele Raad voor Concurrentievermogen die via videoverbinding op 15 mei 2020 zal plaatsvinden. Hier zullen met name de langetermijnmaatregelen besproken worden om de economie te herstellen van de huidige coronacrisis. Deze leden zijn erg benieuwd hoe andere lidstaten nadenken over het economisch herstel op de lange termijn en kijken dan ook uit naar het verslag van deze Raad en de beantwoording van hun vragen.
De leden van de GroenLinks-fractie maken zich grote zorgen over de manier waarop Nederland en onze buurlanden omgaan met de huidige economische gevolgen van de coronacrisis. Is dat dezelfde manier als de aanpak van de crisis in 2008? Zij maken zich zorgen dat er niet voldoende gekeken wordt naar andere grote opgaves zoals de huidige biodiversiteits- en klimaatcrisis en de groeiende kloof tussen arm en rijk. Het kabinet schrijft dat het van mening is dat dit alles moet worden bezien vanuit een balans tussen een open economie en bescherming van economische en publieke belangen. Kan nader worden uitgelegd wat hiermee bedoeld wordt? Kunnen deze leden ervan uitgaan dat het kabinet bij het vinden van maatregelen en oplossingen met een brede blik naar de huidige economische crisis kijkt, waarbij gedacht wordt aan win-win-oplossingen in gezamenlijkheid met andere belangrijke opgaves?
De leden van de GroenLinks-fractie zijn verheugd te horen dat verschillende lidstaten, waaronder Nederland, achter een herstelplan scharen waarin de Green Deal een centrale rol in neemt. Goed nieuws. Toch zijn deze leden benieuwd welke groene coronamaatregelen en actie andere lidstaten nu al nemen. Zo hebben deze leden vernomen dat Duitsland werkt aan een herstelplan dat streeft naar een klimaatneutrale economie. Wat vindt het kabinet van een dergelijk plan en kan het nog meer inspirerende voorbeelden uit buurlanden noemen? Kan het kabinet daarnaast delen in hoeverre het met andere gelijkgezinde landen samenwerkt om een groen herstelplan te verwezenlijken?
De leden van de GroenLinks-fractie maken zich zorgen over de andere kant van het spectrum. Deze leden hebben gehoord dat er toch weer lidstaten zijn die de uitvoering van de New Green Deal uit willen stellen, terwijl deze leden er van overtuigd zijn dat de combinatie van uiterst belang is. Juist omdat een goede coördinatie rondom deze uitvoering van de Green Deal kan voldoen aan de behoefte voor economisch herstel op de korte termijn en het behalen van duurzaamheidsdoelen op de lange termijn. Kan de laatste stand van zaken in een krachtenveld worden geschetst? In andere woorden hoe denken andere lidstaten op dit moment over deze combinatie van opgaves? Welke landen liggen dwars en hoe is het kabinet van plan om deze landen te overtuigen?