Bijgewerkt t/m nr. 7 (Nota van wijziging d.d. 12 mei 2020)
Verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet strekkende tot het opnemen van een bepaling over een door niet-ingezetenen gekozen kiescollege voor de verkiezing van de Eerste Kamer der Staten-Generaal
Bijgewerkte tekst
Nummer: 2020D18709, datum: 2020-05-14, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2020Z05485:
- Indiener: M. (Mark) Rutte, minister van Algemene Zaken
- Medeindiener: R.W. Knops, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2020-03-26 10:15: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2020-04-06 11:00: Procedurevergadering vaste commissie voor Binnenlandse Zaken (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2020-04-23 14:00: Verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet strekkende tot het opnemen van een bepaling over een door niet-ingezetenen gekozen kiescollege voor de verkiezing van de Eerste Kamer der Staten-Generaal (TK 35418) (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2020-05-14 11:30: Procedurevergadering vaste commissie voor Binnenlandse Zaken (per videoverbinding) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2020-05-25 10:30: Verklaringswetten tot wijziging van de Grondwet (TK 35417, 35418 en 35419) (Wetgevingsoverleg), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2020-06-02 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (π origineel)
Bijgewerkt t/m nr. 7 (Nota van wijziging d.d. 12 mei 2020) 35 418 Verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet strekkende tot het opnemen van een bepaling over een door niet-ingezetenen gekozen kiescollege voor de verkiezing van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet strekkende tot het opnemen van een bepaling over een door niet-ingezetenen gekozen kiescollege voor de verkiezing van de Eerste Kamer der Staten-Generaal; Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: ARTIKEL I Er bestaat grond het hierna in de artikelen II en III omschreven voorstel tot verandering in de Grondwet in overweging te nemen. ARTIKEL II Artikel 55 van de Grondwet wordt als volgt gewijzigd: 1. Voor de tekst wordt de aanduiding β1.β geplaatst. 2. In het eerste lid wordt βen de leden van een kiescollege als bedoeld in artikel 132a, derde lidβ vervangen door βen de leden van de kiescolleges, bedoeld in het tweede lid en artikel 132a, derde lidβ. 3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende: 2. Ten behoeve van Nederlanders die geen ingezetenen zijn en die voldoen aan de vereisten die gelden voor de verkiezing van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, worden verkiezingen gehouden voor een kiescollege voor de Eerste Kamer. De leden van dit kiescollege worden rechtstreeks gekozen door deze Nederlanders. Voor het lidmaatschap gelden dezelfde vereisten. Artikel 129, tweede tot en met zesde lid, is van overeenkomstige toepassing. ARTIKEL III Aan de Grondwet wordt het volgende additionele artikel toegevoegd: Artikel VI 1. Artikel 55 naar de tekst van 2017 blijft gedurende vijf jaren of een bij of krachtens de wet te bepalen kortere termijn van kracht. Deze termijn kan bij de wet voor ten hoogste vijf jaren worden verlengd. 2. Dit additionele artikel vervalt op de dag waarop de termijn, bedoeld in het eerste lid, eindigt. Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden. Gegeven De Minister-President, Minister van Algemene Zaken, De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, PAGE PAGE 2