Antwoord op vragen van het lid Van Kent over welke bedrijven er een beroep doen op de Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid (NOW)
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2020D18982, datum: 2020-05-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20192020-2799).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Ooit D66 kamerlid)
Onderdeel van zaak 2020Z07745:
- Gericht aan: W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Indiener: B. van Kent, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
2799
Vragen van het lid Van Kent (SP) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over welke bedrijven er een beroep doen op de Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid (NOW) (ingezonden 30 april 2020).
Antwoord van Minister Koolmees (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 18 mei 2020).
Vraag 1, 2, 3 en 6
Hoeveel bedrijven hebben er tot nu toe een aanvraag gedaan voor de NOW, uitgesplitst naar klein (< 50 werknemers), middelgroot (< 250 werknemers), groot (< 500 werknemers) en zeer groot (> 500 werknemers)?
In welke sectoren zijn de bedrijven actief die een beroep doen op de NOW, uitgesplitst naar aantallen en naar bedrijfsgrootte klein, middelgroot, groot en zeer groot?
Op in totaal hoeveel medewerkers hadden die aanvragen betrekking, uitgesplitst naar sector en bedrijfsgrootte klein, middelgroot, groot en zeer groot?
Hoeveel hebben bedrijven tot nu toe toegekend gekregen, uitgesplitst naar sector en bedrijfsgrootte klein, middelgroot, groot en zeer groot?
Antwoord 1, 2, 3 en 6
Tot en met donderdag 30 april zijn er totaal 114.049 aanvragen gedaan. Daarmee worden 1.718.293 werknemers bereikt. Het aantal aanvragen naar bedrijfsgrootte is niet bekend, maar het aantal toekenningen wel.
Van alle 103.737 toekenningen zijn er 98.795 gedaan door werkgevers met minder dan 50 werknemers. Er zijn 4.323 toekenningen gedaan door werkgevers met 50 tot 250 werknemers. Het totaalaantal toekenningen door werkgevers met minder dan 250 werkgevers bedraagt dus 103.118. De overige 619 toekenningen komt toe aan werkgevers met meer dan 250 werknemers. Het is niet bekend hoeveel van deze werkgevers meer dan 500 werknemers heeft.
Zie de tabel hieronder voor een gedetailleerder overzicht.
70.220 | 67,69% | Minder dan 10 |
21.091 | 20,33% | 10–25 |
7.484 | 7,21% | 26–50 |
3.757 | 3,62% | 51–150 |
566 | 0,55% | 151–250 |
619 | 0,60% | Meer dan 250 |
103.737 | 100,00% | Totaal |
De sector met de meeste toekenningen is de sector «horeca en catering» (21%), gevolgd door de sector «detailhandel» (19,79%) en de sector «overige commerciële dienstverlening» (16,96%). Zie voor een volledig overzicht de tabel hieronder.
21.784 | 21,00% | Horeca en catering |
20.533 | 19,79% | Detailhandel |
17.589 | 16,96% | Overige commerciële dienstverlening |
12.127 | 11,69% | Zorg en welzijn |
8.791 | 8,47% | Groothandel |
8.285 | 7,99% | Metaalindustrie, installatie, voertuigen |
3.152 | 3,04% | Vervoer en logistiek |
3.088 | 2,98% | Overige industrie |
1.563 | 1,51% | Cultuur |
1.450 | 1,40% | Uitzendbedrijven |
1.340 | 1,29% | Landbouw, groenvoorziening, visserij |
1.287 | 1,24% | Voeding- en genotmiddelenindustrie |
1.264 | 1,22% | Bouw |
879 | 0,85% | Schoonmaak |
453 | 0,44% | Chemische industrie |
77 | 0,07% | Niet Ingedeeld |
40 | 0,04% | Overheid |
24 | 0,02% | Bank- en verzekeringswezen |
11 | 0,01% | Onderwijs |
103.737 | 100,00% | Totaal |
Vraag 4
Op wat voor type arbeidscontract (vast, tijdelijk, oproep/inval en nuluren) hadden die aanvragen betrekking, uitgesplitst naar sector en bedrijfsgrootte klein, middelgroot, groot en zeer groot?
Antwoord 4
Deze gegevens zijn helaas niet bekend.
Vraag 5
Welk percentage van de loonkosten krijgen bedrijven gemiddeld toegekend, uitgesplitst naar sector en bedrijfsgrootte klein, middelgroot, groot en zeer groot?
Antwoord 5
De gemiddelde NOW-subsidie is gelijk aan het gemiddelde gewogen omzetverlies, namelijk 58 procent (de totale hoogte van het voorschot gedeeld door de totale hoogte van de loonsom) maal 90 procent (het vergoedingspercentage) maal 1,3 (de forfaitaire opslag voor werkgeverslasten) van de loonsom die meetelt voor de subsidie. Het UWV publiceert ook een uitsplitsing van het opgegeven omzetverlies naar sector, maar niet naar bedrijfsgrootte. Het opgegeven omzetverlies is het hoogst in de sector Horeca en catering (82 procent) en het laagst bij aanvragen in de sector Bank- en verzekeringswezen (45 procent).
Vraag 7 en 8
Hoeveel werknemers waarvoor een aanvraag is gedaan, hebben een inkomen tussen eenmaal het maximum dagloon en tweemaal het maximum dagloon, uitgesplitst naar sector en bedrijfsgrootte klein, middelgroot, groot en zeer groot?
Wat zou de besparing zijn indien niet tweemaal het maximum dagloon het plafond van de NOW zou zijn, maar eenmaal?
Antwoord 7 en 8
Er zijn van de NOW-aanvragen geen gegevens beschikbaar over de verdeling van het loon per werknemer. Het CBS heeft wel gegevens gepubliceerd over de verdeling van alle lonen, op https://www.cbs.nl/nl-nl/maatwerk/2020/13/premieloon-verdeling-regeling-overbrugging-2018.
Uit deze cijfers kan dus worden afgeleid dat voor heel Nederland ongeveer 84 procent van alle lonen valt onder de grens van éénmaal het maximumpremieloon. Ongeveer 95 procent van alle lonen valt onder de grens van tweemaal het maximumpremieloon. De loonsom begrensd op eenmaal maximumpremieloon is dus ongeveer 12 procent lager dan de loonsom begrensd op tweemaal het maximumpremieloon. Dat zou dus ook de besparing zijn, ervan uitgaand dat de bedrijven die NOW-subsidie aanvraag een willekeurige selectie zijn van alle bedrijven in Nederland.
In de praktijk zien we dat sommige sectoren meer dan gemiddeld gebruik maken van de NOW. De sectoren die UWV gebruikt zijn niet dezelfde als de sectoren van het CBS. De CBS-sector met het hoogste aandeel relatief lage lonen is de horeca. Daar verdient 97% van de werknemers minder dan eenmaal het maximumpremieloon, en 99% minder dan tweemaal. Voor die sector, waarvan we weten dat er veel gebruik maakt wordt van de NOW, zou een lager plafond dus maar 2 procent besparen.
Vraag 9
Bent u bereid deze vragen te beantwoorden voordat de Kamer opnieuw debatteert over crisismaatregelen op het gebied van Sociale Zaken en Werkgelegenheid?
Antwoord 9
Dit is helaas niet gelukt, wel heeft u in mijn brief van 1 mei jongstleden al uitgebreide informatie ontvangen over het gebruik van de NOW.