Agenda Videoconferentie EU-cultuur- en mediaministers van 19 mei 2020
Raad voor Onderwijs, Jeugd, Cultuur en Sport
Brief regering
Nummer: 2020D19131, datum: 2020-05-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiƫle HTML versie (kst-21501-34-334).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: I.K. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (Ooit D66 kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 21501 34-334 Raad voor Onderwijs, Jeugd, Cultuur en Sport .
Onderdeel van zaak 2020Z08940:
- Indiener: I.K. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2020-05-12 14:00: Informele videoconferentie āonderwijsā d.d. 18 mei 2020 en de informele videoconferentie ācultuurā d.d. 19 mei 2020 (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2020-05-28 14:10: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2020-06-11 11:30: Procedurevergadering (videoconferentie) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2024-02-28 13:45: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (š origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 |
21 501-34 Raad voor Onderwijs, Jeugd, Cultuur en Sport
25 295 Infectieziektenbestrijding
Nr. 334 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18Ā mei 2020
Het Kroatisch voorzitterschap organiseert op 19Ā mei a.s. een informele videoconferentie met de cultuur- en mediaministers van de EU, ter vervanging van de formele OJCS-Raad. Het voorzitterschap wil de impact van COVID-19 op de culturele en creatieve sector bespreken. Er zal een besloten informele discussie plaatsvinden met de cultuur- en mediaministers van de EU-lidstaten en de Europese Commissie. Mede namens de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media informeer ik u via deze brief over de agenda van de videoconferentie.
In een achtergronddocument blikt het voorzitterschap eerst terug op de videoconferentie die het op 8Ā april organiseerde over de consequenties van de COVID-19-crisis en de maatregelen die lidstaten troffen om de sector te steunen (Kamerstukken 21 501-34 en 25Ā 295, nr. 329).
De impact van de COVID-19 pandemie op de culturele en creatieve sector is groot, vanwege het sluiten van culturele instellingen en afgelasten van culturele evenementen. De sociale en economische impact op de culturele en creatieve sector zal langdurig en ongeƫvenaard zijn.
Het voorzitterschap geeft aan dat veel lidstaten de getroffen restrictieve maatregelen in de culturele sector langzaam aan het opheffen zijn. Desondanks zijn de mogelijkheden van mobiliteit en bijeenkomsten nog steeds beperkt.
Ministers worden uitgenodigd te reflecteren op de volgende punten:
ā Nu lidstaten de eerste maatregelen hebben getroffen om de culturele en creatieve sector te ondersteunen, welke stappen worden de komende periode gezet in de culturele en creatieve sector, met het oog op geleidelijke opheffing van restricties?
ā Wat zijn de lessen die we hebben geleerd van de COVID-19-crisis in de culturele en creatieve sector?
Tijdens de videoconferentie zal ik aangeven dat er in Nederland, naast algemene maatregelen, aanvullende steunpakketten voor de cultuur- en mediasector zijn. Ook zal ik de plannen om de culturele sector in Nederland stap-voor-stap te heropenen toelichten. Hierbij zal ik aangeven dat culturele instellingen slechts een beperkt aantal bezoekers kunnen ontvangen, die bovendien anderhalve meter afstand dienen te houden.
Verder is het volgens mij te vroeg om al veel lessen te kunnen trekken uit de crisis waar we tenslotte nog middenin zitten. Ik zal de hoop uitspreken dat de crisis ons dichter bij elkaar brengt en leidt tot meer samenwerkingen in de toekomst op lokaal, nationaal en internationaal niveau.
Tot slot zal ik de Europese Commissie vragen om samen met de lidstaten de uitvoering van het Creative Europe programma waar mogelijk toe te snijden op de nieuwe omstandigheden.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
I.K. van Engelshoven