[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Stand van zaken COVID-19 bij nertsenbedrijven

Dierenwelzijn

Brief regering

Nummer: 2020D21310, datum: 2020-06-01, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-28286-1100).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 28286 -1100 Dierenwelzijn.

Onderdeel van zaak 2020Z09853:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2019-2020

28 286 Dierenwelzijn

25 295 Infectieziektenbestrijding

Nr. 1100 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT EN VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 juni 2020

De afgelopen weken hebben wij uw Kamer meermalen geïnformeerd over COVID-19 op nertsenbedrijven en over de maatregelen, die we hebben genomen om de volksgezondheids- en diergezondheidsrisico’s te beperken. We informeren u met deze brief over drie nieuwe met SARS-CoV-2 besmette nertsenbedrijven en een verdenking op één ander nertsenbedrijf, en wat dit voor het vervolgproces betekent.

Verplicht onderzoek alle nertsenbedrijven

Op 19 mei heeft de Minister van LNV SARS-CoV-2 aangewezen als besmettelijke dierziekte en aangekondigd dat alle nertsenbedrijven verplicht moeten worden onderzocht op SARS-CoV-2 (Kamerstukken 28 286 en 25 295, nr. 1092). Dat gebeurt op twee manieren. Allereerst doen we «early warning» onderzoek. Alle nertsenbedrijven moeten in deze periode wekelijks kadavers inzenden van natuurlijk gestorven dieren. Deze worden pathologisch en met laboratorium onderzoek (PCR) onderzocht op het voorkomen van SARS-CoV-2. Dit «early warning» onderzoek is vorige week van start gegaan. Eind deze week hebben alle nertsenbedrijven voor de eerste weekronde hun kadavers ingezonden.

Ten tweede doen we screeningsonderzoek. Dit houdt in dat op alle nertsenbedrijven eenmalig bloedmonsters worden genomen. Met laboratoriumonderzoek worden deze bloedmonsters met een zogenaamde ELISA test onderzocht op antilichamen. Als antilichamen gevonden worden betekent dit dat er op dat bedrijf een SARS-CoV-2 infectie is geweest of misschien nog aanwezig is. Over dat laatste moet door aanvullend onderzoek dan nog uitsluitsel worden geven. Eind deze week zijn alle bedrijven in deze screening bemonsterd. De ELISA test wordt momenteel aangepast voor nertsen. Als deze aanpassing goed verloopt worden eind deze week de eerste resultaten verwacht en zijn in de loop van volgende week de screeningsuitslagen van alle nertsenbedrijven beschikbaar.

Eerste uitslagen early warning onderzoek

Eind vorige week meldde de Gezondheidsdienst voor Dieren dat kadavers van drie (van de tot nu toe circa 50 onderzochte) nertsenbedrijven uit de early warning positief testten voor SARS-CoV-2. Voor een officiële bevestiging van deze verdenkingen neemt de NVWA officiële monsters en deze worden onderzocht op het nationale referentielaboratorium, Wageningen Bioveterinary Research (WBVR). Gisteren heeft WBVR deze drie verdenkingen bevestigd. Het betreft twee bedrijven in de gemeente Sint Anthonis en een bedrijf in de gemeente Gemert-Bakel. Dit weekend kwam daar een vierde verdenking bij in de gemeente Venray. Vandaag wordt dit vierde verdachte bedrijf bezocht en dinsdag 2 juni volgt de uitslag van dit bedrijf.

Voor deze 4 bedrijven gelden momenteel al veterinair strikte maatregelen, die sinds 28 mei jl. uit voorzorg – zolang de uitslag van de screening van alle bedrijven nog niet bekend is – voor alle nertsenbedrijven in Nederland gelden. Deze maatregelen hebben we u gemeld in onze brief van 28 mei jl. (Kamerstukken 28 286 en 25 295, nr. 1096) en betreffen:

• een vervoersverbod voor nertsen en mest van nertsen

• een hygiëneprotocol voor bezoekers en vervoermiddelen

• een bezoekersverbod voor de stal (beperking van personen, die de gebouwen met de nertsen mogen betreden)

• de verplichting dat nertsenhouders er zoveel mogelijk voor moeten zorgen dat andere dieren (honden, katten en fretten) het bedrijf niet verlaten en niet kunnen binnenkomen.

Het RIVM heeft aangegeven dat correct en consequent gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen in de stal van een besmet nertsenbedrijf infectie kan voorkomen. Ook aan deze verdachte en besmette bedrijven is het gebruik van deze beschermingsmiddelen geadviseerd.

Zorgen

In de gemeenten met besmette nertsenbedrijven leven zorgen over de risico’s voor de volksgezondheid. Zoals wij ook onze brief van 28 mei jl. hebben aangegeven begrijpen wij deze zorgen goed en hebben daarom frequent contact hierover met het lokale en regionale bestuur zodat zij steeds tijdig en goed zijn geïnformeerd en hun vragen zo goed mogelijk beantwoord worden. Het RIVM beoordeelt het risico voor de omwonenden in de omgeving als verwaarloosbaar en geeft aan dat goed gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen in de stal van een besmet bedrijf infectie bij medewerkers kan voorkomen. Hoe het risico voor de volksgezondheid zich op termijn ontwikkelt, hangt af van of nertsen op termijn een blijvende bron zouden kunnen worden voor her-infectie van mens en dier. Dat is epidemiologisch op de eerste drie besmette locaties onderzocht.

Vervolgproces

De Deskundigengroep Dierziekten heeft eind vorige week op basis van de uitslagen van dit veterinair epidemiologisch onderzoek op de eerste drie besmette locaties een inschatting gemaakt over de mogelijkheid dat SARS-CoV-2 blijft circuleren op de besmette nertsenbedrijven en zo op termijn een blijvende bron zou kunnen worden voor her-infectie van mens en dier. Op basis van deze veterinaire inschatting zullen humane en veterinaire deskundigen deze week in een OMT-Z (Outbreak Management Team Zoönosen) beoordelen wat het risico hiervan is voor de volksgezondheid. Op basis van de beoordeling en het advies van het OMT-Z nemen wij een besluit over de maatregelen die nodig zijn om de mogelijke risico’s af te wenden. Alle denkbare maatregelen zullen daarbij worden overwogen, waaronder ook de mogelijkheid van het ruimen van besmette nertsenbedrijven. We informeren uw Kamer hierover voor donderdag 4 juni aanstaande.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
H.M. de Jonge

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten