Verslag houdende een lijst van vragen over de wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2020 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (Kamerstuk 35450-XII)
Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2020 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)
Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden
Nummer: 2020D21437, datum: 2020-06-02, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 4
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2020D21437).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A.H. (Agnes) Mulder, voorzitter van de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat (Ooit CDA kamerlid)
- Mede ondertekenaar: G.B. Koerselman, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2020Z07279:
- Indiener: C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2020-05-07 22:10: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2020-05-12 17:00: Procedurevergadering commissie voor Infrastructuur en Waterstaat (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2020-06-02 12:00: Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2020 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2020-07-01 10:15: Debat over de voorjaarsnota 2020 (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2020-07-02 14:10: Aansluitend: STEMMINGEN (over alle onderwerpen tot en met 1 juli) (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
2020D21437 VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN
De vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over de Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2020 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (Kamerstuk 35 450 XII).
De voorzitter van de commissie,
Agnes Mulder
De adjunct-griffier van de commissie,
Koerselman
Nr | Vraag |
1 | Op welke wijze wordt er geanticipeerd op te nemen maatregelen als gevolg van de aanhoudende droogte en de gevolgen van meerdere jaren droogte op rij? Hoe is dat voor dit jaar gebudgetteerd en op welke wijze worden voldoende middelen voor de komende jaren gereserveerd? |
2 | Denkt u dat als gevolg van de coronacrisis meer uitgaven moeten worden gedaan op de IenW-begrotingen dan de garantstellingen en lening in het «Overzicht Coronamaatregelen» en de recente incidentele suppletoire begroting, bijvoorbeeld op het gebied van openbaar vervoer? Zo ja, kunt u uiteenzetten waarom ervoor is gekozen deze niet op te nemen in eerdere suppletoire begrotingen? |
3 | Bent u bereid meer inzicht te geven in de verdeling van de middelen in het kader van het Klimaatakkoord, welke bestaan uit 33 miljoen euro, over de subartikelen van de begroting? Kunt u in het kader van de stijgende lijn in de middelen ten behoeve van het Klimaatakkoord de uitgavenreeks tot en met 2030 weergeven? |
4 | Wat houden de subsidies duurzame productketens precies in? |
5 | Hoeveel vervuilde bodemlocaties moeten er nog gesaneerd worden? Wanneer moeten deze gesaneerd zijn? Hoeveel locaties zijn er de afgelopen tien jaar bijgekomen? Bij welke locaties hebben de afgelopen tien jaar incidenten als lekkages plaatsgevonden en in welke mate was dit een bedreiging voor de volksgezondheid, de leefomgeving, de drinkwatervoorziening en het milieu? |
6 | Op hoeveel plaatsen was er het afgelopen jaar sprake van een bedreiging van de grond- en drinkwatervoorziening veroorzaakt door andere ondergrondse activiteiten of ontwikkelingen? Welke plaatsen en welke andere ondergrondse activiteiten of ontwikkelingen waren dit? |
7 | Kan er een overzicht gegeven worden van «alle» opdrachten verleend aan het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), de artikelen waarop deze betrekking hebben, de aard van de opdrachten en, indien van toepassing, een verwijzing naar de uitkomst of rapporten die hieruit zijn voortgekomen? |
8 | Is de 10 miljoen euro voor de Milieu-investeringsaftrek (MIA) en de Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (VAMIL) het maximale bedrag dat hieraan besteed kan worden of kan dit bedrag overschreden worden als er genoeg enthousiasme voor de regeling is? |
9 | Welke regelingen worden gebruikt voor de 4,7 miljoen euro voor circulaire maatregelen door bedrijven die tot CO2-reductie leiden? |
10 | Kunt u de mogelijke subsidie voor circulair ontwerpen door middel van het programma CIRCO toelichten? |
11 | Op welke wijze zijn de restvoorraden van vuurwerkondernemers verwerkt? Waaruit bestonden de gefinancierde veiligheidsmaatregelen? Hoeveel heeft deze verwerking in totaal gekost? Wat was de verhouding in bijdrage aan de kosten tussen overheid en ondernemers? Welke gevolgen heeft de verwerking gehad op de leefomgeving en het milieu? |
12 | Hoeveel mesothelioomslachtoffers van asbest krijgen jaarlijks ondersteuning via inkomensoverdrachten van het Rijk? Welke criteria gelden hiervoor? Is het Rijk direct verantwoordelijk voor het ontstaan van deze aandoening? Zo nee, worden de aldus uitgekeerde bedragen verhaald op de verantwoordelijke bedrijven? Hoeveel slachtoffers overlijden jaarlijks aan aandoeningen als gevolg van asbest en hoeveel komen er jaarlijks bij? |
13 | Om welk advies gaat het bij de post van 0,5 miljoen euro in de begroting voor advieswerkzaamheden van de Gezondheidsraad met het aandachtgebied leefomgeving? |
14 | Wat is de Innovatie Estafette? |
15 | Hoe valt pagina 44 van de memorie van toelichting, waar staat dat er voor 65,8 miljoen euro is versneld aan onderhoudswerkzaamheden bij Rijkswaterstaat (RWS), te rijmen met het rapport van de Algemene Rekenkamer waar te lezen is dat de voorraad uitgesteld onderhoud oploopt? |
16 | Waarom vallen beheer en onderhoud aan de apparaat gebonden gebouwen van RWS hoger uit? |
17 | Waardoor wordt de lagere omzet voor aardobservatie van het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI) veroorzaakt? |