Antwoord op vragen van de leden Hijink en Kerstens over de aanhoudende problemen die gezinnen met ernstig zieke kinderen ervaren
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2020D24496, datum: 2020-06-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20192020-3184).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Onderdeel van zaak 2020Z09266:
- Gericht aan: H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Indiener: H.P.M. Hijink, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: J.W.M. Kerstens, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
3184
Vragen van de leden Hijink (SP) en Kerstens (PvdA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de aanhoudende problemen die gezinnen met ernstig zieke kinderen ervaren (ingezonden 25 mei 2020).
Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 17 juni 2020).
Vraag 1
Kunt u uitleggen wat uw beleid is om de problemen om te lossen waar gezinnen met ernstige zieke kinderen tegenaanlopen als het gaat om problemen met zorgverzekeraars en indicaties?
Antwoord 1
Ik verwijs u naar mijn brief van 8 juni jl. betreft de de aanhoudende problemen die gezinnen met ernstig zieke kinderen ervaren.1
Vraag 2
Herinnert u de Kamervragen die eerder gesteld zijn over de problemen die gezinnen met ernstig zieke kinderen ervaren? Naar aanleiding van deze Kamervragen heeft u diverse dossiers ontvangen van de Belangenvereniging voor Intensieve Kindzorg (BVIKZ) van gezinnen met ernstig zieke kinderen en de problemen waar zij tegenaan lopen. De SP hoort al geruime tijd dat u niet wil reageren op de dossiers, terwijl dit wel is toegezegd aan de BVIKZ. Kunt u uitleggen waarom u hierop niet wil reageren?2
Antwoord 2
Ja, die herinner ik mij. Ik kan niet oordelen over de inhoud van de casussen, daar heb ik de (verpleegkundige) kennis en expertise niet voor. Bovendien past het niet in de rol- en bevoegdheidsverdeling om als Ministerie van VWS een standpunt in te nemen in individuele casuïstiek. Dat hebben we overigens ook zo besproken met de Bvikz. Ik heb de aangeleverde dossiers wel geanalyseerd, en de rode draad uit de casussen gehaald. Daarover heb ik u geïnformeerd in de brief van 8 juni jl. De geschilleninstantie Stichting Klachten en Geschillen Zorgverzekeringen (SKGZ) is de instantie die wel kan oordelen over de inhoud van de casussen.
Vraag 3
Wilt u alsnog spoedig reageren op de dossiers die naar u gestuurd zijn en wilt u de Kamer informeren hoe u de problemen gaat oplossen waar honderden gezinnen met ernstig zieke kinderen tegenaan lopen? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 3
Nee, zie mijn antwoord op vraag 2.
Vraag 4
Is het u bekend dat een grote Kinderthuiszorgorganisatie contracten heeft afgesloten met een aantal zorgverzekeraars en waarvoor zij een alternatief normenkader hebben, welke nog steeds gehanteerd wordt door deze zorgverzekeraars? Wat doet u hieraan?3
Antwoord 4
Een alternatief normenkader is mij niet bekend en volgens V&VN, Zorgverzekeraars Nederland en Branchevereniging Integrale Kindzorg (Binkz) is er geen sprake van een alternatief normenkader en wordt dit dus ook niet gehanteerd. Zie mijn antwoord op vragen van het Kamerlid Hijink (SP) over normenkaders voor de intensieve kindzorg d.d. 2 maart 2020 (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 1886).
Vraag 5
Hoe ziet u de ouderlijke verantwoordelijkheid en zorg voor de groep ernstig zieke kinderen, waarbij ouders opgeleid en gecertificeerd zijn door een academisch centrum? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 5
Ik verwijs hiervoor naar mijn brief van 8 juni jl., naar de passage over voorbehouden handelingen.
Vraag 6
In de zomer komen er nieuwe richtlijnen voor de indicatie voor ernstig zieke kinderen; kunt u de Kamer informeren hoe dit proces eruit ziet en wat de voorliggende voornemens zijn? Kunt u tevens aangeven met welke partijen u hierover spreekt en worden ouders met ernstige zieke kinderen ook gehoord? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 6
Ik verwijs hiervoor naar mijn brief van 8 juni jl. V&VN werkt momenteel aan verheldering van de beroepsnorm in een handreiking kindzorg. Ouders van zieke kinderen worden gehoord via betrokkenheid van Stichting Kind en Ziekenhuis, Per Saldo en Bvikz. V&VN zal immers de concept-handreiking aan alle betrokken partijen in de kindzorg en wijkverpleging ter consultatie voorleggen. Dat is de gebruikelijke werkwijze bij beroepsnormen.
https://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ministerie-van-volksgezondheid-welzijn-en-sport/documenten/kamerstukken/2020/06/08/kamerbrief-over-voortgang-ontwikkelingen-zvw-kindzorg-thuis↩︎
Tweede Kamer der Staten-Generaal, Vergaderjaar 2018–2019, Aanhangsel van de Handelingen 2898 (https://www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2019/05/29/beantwoording-kamervragen-over-problemen-met-de-indicatie-voor-ernstig-zieke-kinderen)↩︎
Tweede Kamer der Staten-Generaal, Vergaderjaar 2019–2020, Aanhangsel van de Handelingen 1886 (https://www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2020/03/02/beantwoording-kamervragen-over-normenkaders-voor-de-intensieve-kindzorg)↩︎