NVWA handhaving peutermelk vervolg 2020
Voedingsbeleid
Brief regering
Nummer: 2020D26488, datum: 2020-06-26, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-31532-250).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M.J. van Rijn, minister voor Medische Zorg
Onderdeel van kamerstukdossier 31532 -250 Voedingsbeleid.
Onderdeel van zaak 2020Z12381:
- Indiener: M.J. van Rijn, minister voor Medische Zorg
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- : Voedselveiligheid (Commissiedebat), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2020-07-01 10:15: Procedurevergadering (via videoverbinding) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2020-09-03 14:45: Aansluitend aan de stemmingen: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-01-27 10:00: Extra procedurevergadering commissie VWS (groslijst controversieel verklaren) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2021-09-09 14:05: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-09-06 09:30: Extra procedurevergadering commissie VWS (groslijst controversieel verklaren) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Preview document (🔗 origineel)
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
| Vergaderjaar 2019-2020 |
31 532 Voedingsbeleid
Nr. 250 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 26 juni 2020
Met de brief van 6 juli 2016 (Kamerstuk 31 532, nr. 164) bent u geïnformeerd over de stand van zaken rondom de regelgeving over peutermelk en handhaving daarvan. In die brief is aangegeven dat de NVWA is verzocht om vanaf 20 juli 2016 tot 1 juli 2017 bij peutermelk niet te handhaven op aspecten die wel voldoen aan de oude regels voor producten voor bijzondere voeding (Richtlijn 2009/39/EG), maar vanaf 20 juli 2016 niet aan de Europese (en nationale) regels die gelden voor gewone levensmiddelen. Met de brief van 15 juni 2017 (Kamerstuk 31 532, nr. 185) en de brief van 28 juni 2018 (Kamerstuk 31 532, nr. 214) is deze procedure verlengd tot 1 juli 2020. In deze brief wordt u geïnformeerd over de verlenging van deze aanpak.
Vanuit het oogpunt van volksgezondheid is het belangrijk dat kinderen vanaf één jaar een verantwoord en gevarieerd voedingspatroon aanleren. Voedingsmiddelen waaraan specifieke voedingsstoffen (vitaminen, minerale en andere stoffen) zijn toegevoegd, zijn dan niet nodig. Bij mogelijke tekorten aan bepaalde voedingsstoffen zouden voedingsmiddelen waaraan voedingsstoffen zijn toegevoegd, zoals peuterdrank en peutermelk alsmede voedingssupplementen, een rol kunnen spelen.
De Europese Commissie heeft op 31 maart 2016 een rapport uitgebracht over peutermelk1. In dit rapport geeft de Europese Commissie aan dat er geen specifieke regelgeving voor peutermelk nodig is en dat deze producten moeten voldoen aan de algemene levensmiddelenwetgeving. Zonder overgangstermijn is de wetgeving per 20 juli 2016 ingegaan. Omdat in Nederland het Warenwetbesluit toevoeging microvoedingsstoffen, in tegenstelling tot andere lidstaten, beperkingen bevat voor peutermelk had deze wetgeving tot gevolg dat peuterdrank en peutermelk niet meer in Nederland kon worden verkocht. Hierop is besloten voor peuterdrank en peutermelk nationale regelgeving op te stellen zodat deze producten onder de algemene levensmiddelenwetgeving als verrijkt levensmiddel op de markt kunnen blijven.
In vervolg hierop is het Warenwetbesluit peuterdrank en peutermelk opgesteld. Dit besluit doorloopt momenteel het juridische traject. Omdat dit traject op 1 juli 2020 nog niet is afgerond wordt de NVWA verzocht de huidige aanpak in handhaving van peutermelk te continueren totdat de nieuwe nationale regelgeving gereed is. Ik verwacht dat dit eind 2020 het geval zal zijn.
De Minister voor Medische Zorg,
M.J. van Rijn
Report from the Commission to the European Parliament and the Council on young child formulae, 31 March 2016↩︎