Motie van het lid Kuzu c.s. over een eerlijkere opbouw van het AOW-pensioen over een kortere tijdsperiode
Preventie en bestrijding van stille armoede en sociale uitsluiting
Motie
Nummer: 2020D27362, datum: 2020-06-30, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-24515-548).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: T. Kuzu, Tweede Kamerlid (Ooit DENK kamerlid)
- Mede ondertekenaar: H.C.M. Krol, Tweede Kamerlid (Ooit Krol kamerlid)
- Mede ondertekenaar: C.M. van Brenk, Tweede Kamerlid (Ooit 50PLUS kamerlid)
- Mede ondertekenaar: J.J. (Jasper) van Dijk, Tweede Kamerlid (Ooit SP kamerlid)
- Mede ondertekenaar: G.J. (Gijs) van Dijk, Tweede Kamerlid (Ooit PvdA kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 24515 -548 Preventie en bestrijding van stille armoede en sociale uitsluiting.
Onderdeel van zaak 2020Z12772:
- Indiener: T. Kuzu, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: J.J. (Jasper) van Dijk, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: G.J. (Gijs) van Dijk, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: C.M. van Brenk, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: H.C.M. Krol, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2020-06-30 16:20: VAO Armoede- en Schuldenbeleid (AO d.d. 24/06) (Plenair debat (tweeminutendebat)), TK
- 2020-07-02 14:10: Aansluitend: STEMMINGEN (over alle onderwerpen tot en met 1 juli) (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 |
24 515 Preventie en bestrijding van stille armoede en sociale uitsluiting
Nr. 548 MOTIE VAN HET LID KUZU C.S.
Voorgesteld 30 juni 2020
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het AOW-pensioen een basisvoorziening is, ongeveer op het niveau van het sociaal minimum;
overwegende dat de AOW opgebouwd wordt gedurende 50 verblijfsjaren, hoewel dit niet betekent dat er daadwerkelijk AOW-premie betaald wordt;
overwegende dat er een groep Nederlanders is die onmogelijk aan deze eis van 50 jaar kan voldoen, en die aangewezen is op vermogens- en inkomensafhankelijke regelingen, waardoor een tweedeling gecreëerd wordt die strijdig is met het karakter van een basisvoorziening;
overweegt dat het uitgangspunt van «50 jaar verblijf in één land» dateert uit 1957, toen de AOW ingevoerd werd, maar nu niet meer van deze tijd is;
verzoekt de regering, te bezien hoe de opbouw van het AOW-pensioen eerlijker en over een kortere tijdsperiode kan plaatsvinden, bijvoorbeeld over een periode van 20 jaar in plaats van 50 jaar, voor pensionering,
en gaat over tot de orde van de dag.
Kuzu
Krol
Van Brenk
Gijs van Dijk
Jasper van Dijk